De strijd om Rotterdam EEN STANDBEELD voor de Vrouw Van verzet tot bevrijding Bevrijding JJKE STAND Pagina 3 AAR Aan hen die vielen voor de vrijheid Stille tochten op 4 mei oe ket begon oensdag 4 mei I960 Woensdag 4 mei 1960 DE VRIJE ZEEUW %AL IN DELTAWERKEN I0KREEK EN PLAATSING CAISSON (Adv.) „KLIMOP" dag OFOON VXEL april: David, z. v. eneer en Jacomina iparksstraat 43; il is, z. v. Cornelis DSina Verschelling, 1; Anna, d. v. Wil- Maria J. Hoebé, 16 april: Sonja illiam G. Ch. Stal- )eth H. Dieleman, 6; Edith Johanna, K. Gaal en Annie kil P 90; 20 april: Hendrik Koekkoek Hamelink, Oude- ïril: Pleuntje So- manus Wiemes en ijk, Dreischouwen osalia Maria, d. v. -t en Agnes R. de lat 13. ngiften: 4 april: Zeeuw (van Ter- jm. en Maatje de 5 april: Walter E. en Maria Ph. J. 21 april: Joseph i Hulst), 24 j., jm. Koekkoek, 23 j.f rekkingen: 7 apr. ije, 26 j., jm. en kkcr, 21 j., jd; 14 Rinn, 26 j., jm. adsand, 23 j.. jd.; de Feijter (van J., jm. en Picter- jd.; 21 april Ge- /rieze (van Koe- n. en Maria M. C. jd.; Martinus M. i Terneuzen), 25 ie de Fouw, 22 j„ "alter E. Steel, 21 Ph. J. Thijs, 20 De tekst van het telegram dat op vrijdagavond 4 mei 1945 door het in ons land oprukkende Ca nadese leger ontvangen werd, luidde: „From G. 5 Can. Army Div. to R.C.A. (Royal Canadian Army) G. 21. Restricted. Cancel all of fensive operations forthwith and cease fire at 08.00 B hours 5 May 45. Further details later". De oorlog, die zoveel ellende over ons land en voIk had ge bracht was ten einde en daar mede was de vrijheid, die zoveel eeuwen eigen was aan ons volks bestaan, weder ons deel gewor- Maar deze vrijheid was ge kocht met veel bloed en tranen. De hier volgende nuchtere cijfers laten zien hoevelen slachtoffer van de hoogmoedswaanzin van Hitier en zijn konsorten werden. Joden Ten gevolge van de arbeidsinzet Gestorven in concentra tiekampen en gevan. genissen Getroffen door bommen, V I's, V 2's en land mijnen 20.400 Slachtoffers van de hongerwinter 104.000 30.000 22.500 Militairen (inclusief stoottroepen) Gevallen door executies Gevallen bij de koopvaardij In Duitsland overleden krijgsgevangenen Vermisten Door daling van de volks gezondheid boven het vooroorlogse percenta- 18.000 4.570 2.800 1.492 258 500 ge gestorven 65.500 c Geallieerde militairen, ge vallen voor de bevrij ding van ons land 80.000 Door Hitier verblinden, die aan het oostelijk front sneuvelden 10.000 Men komt hiermede tot een totaal van 360.000 oorlogsslacht offers. De duizenden slachtoffers waarop de Japanners, in hun ge voel van minderwaardigheid, hun wreedheid hebben botge vierd, zijn hier niet in begrepen en ook zij niet, die meenden dat het hun plicht was de Indone siërs van het juk der Japanners en van degenen die met hen heul. den, te moeten bevrijden en in die strijd vielen. Morgen 5 mei 1960 vieren wij de herdenking van de dag, dat wij weer vrij konden denken, spreken, schrijven, leren dat wij weer in vrijheid naar eigen in zichten zowel geestelijk als ma terieel ons volksbestaan konden opbouwen; dat de vijf lange ja ren van doodsbedreiging vrij heidsberoving, marteling, armoe de en honger voorbij waren. Naast God danken we dit aan hen die streden, leden en stier ven voor onze vrijheid. Het is daarom goed hen op de ze dag, vóór wij ons morgen op maken voor de feestviering, te herdenken. Het is ook op deze dag zo goed om de jeugd een in druk te geven van die tijd en die strijd, die zij niet meemaakten, maar die voor de ouderen onuit wisbaar is. Laten zij doordron gen worden van het feit, dat het ontketenen van een oorlog en onderdrukking van een vreed zaam volk des duivels zijn. L. WISKERKE De commissie Nationale Her denking heeft een oproep doen uitgaan aan de plaatselijke commissies in den lande ten einde de burgerij op te wekken tot een algemene deelneming op 4 mei a.s. aan de „stille tochten", herdenkingsdiensten e.d., welke ten doel hebben al len die gevallen zijn voor de vrijheid, te gedenken. De commissie doet vooral een oproep aan de jeugd om in gro te getale aan bovengenoemde „stille tochten" en herdenkings diensten deel te nemen en hen te herdenken, die het de jeugd hebben mogel jk gemaakt in vrijheid te leven en te werken. Zo juist verschenen Gen.-maj. B. KONING van Nederland 1944-1945 Prijs ƒ.9,90 Firma P. ,T. VAN DE SANDE Noordstraat 55 - Terneuzen PARACHUTISTEN VERRASTEN EEN SLAPENDE STAD Fotograaf geloofde oren en ogen niet 10 mei 1940Omstreeks 3 uur in de morgen klinkt het ongekend zware geronk van eskaders laagvliegende bommenwerpers boven Rotterdam. Mensen schrikken wakker, lopen halfgekleed naar buiten of staan in nachtgoed aan de open ramen. Iemand verbeeldt zich vliegtuigen te zien neerstrijken op de Nieuwe Maas. Sommi gen denken dat Chamberlain een krachtige aanval op Duitsland inzet en gaan weer rustig slapen. Niet de persfotograaf, die veronderstelt een opname te kunnen maken. Hij gaat op de fiets van de Henegouwerlaan naar de Willemsbrug, maar wordt op de brug teruggestuurd door soldaten met mitrailleurs. Als hij de Rederijstraat doorfietst, realiseert hij zich dat deze militairen Duits spraken. Hij spingt van de fiets en roept een paar soldaten aan. Ze lachen hem uit. De persfotograaf keert terug, omdat hij zelf begint te twijfelen. Maar nu liggen dezelfde soldaten in stelling en aan de kade dobberen rubberbootjes. Als hij met onmiddellijk aan de Duitse uitroepen gehoor geeft, ratelt een hagel van mitrailleurkogels over hem heen. Op het Noordereiland wijzen jongelui van de Deutsche Schule aan de Gedempte Vest groepjes militairen de weg naar de opgegeven doelen. Een jonge knaap ontvangt als beloning een hakenkruisembleem van een onderofficier, maar hij moet maken dat hij wegkomt, want dreigend nadert een groepje havenarbeiders, die „verrader" roepen. De jonge gids glijdt snel langs een brugleuning naar beneden en ontkomt langs de omheining van de volkstuinen. >Een politieagent, die tijdens zijn ronde poolshoogte wil nemen, wordt onder dreiging van getrokken revolvers gevangen gemaakt. Daar klinkt kanonvuur, een batterij gesehut bij de Kralingse Plassen heeft op de eerste melding de bruggen onder vuur genomen. In looppas bezetten mariniers het Witte Huis, het Beurs station en het Maasstation. Tot verbazing van omwonenden wordt aan de Blaak 4 hevig met scherp geschoten. Mensen in nachtgewaad vluchten, maar stuiten soms op andere schietpartijen of aanstormende soldaten. Aan de Scheepsmakershaven dringen eerst Duitse, daarna Nederlandse militairen do huizen binnen en fluiten de kogels door de kamers. Om half 8 worden Duitse families met enkele autobussen naar de Doelenzaal gebracht, maar ze klagen steen en been, want ze krijgen pas laat in de middag een paar broodjes met zand. Zo begon die eerste nacht de strijd om Rotterdam. Perfecte organisatie aan Duitse zijde REEDS enige malen vóór de 10e mei was Hitler van plan ge weest om Nederland binnen te vallen, maar steeds was de aan val om de een of andere reden uitgesteld. Voor de avond van de 10e mei was echter alles perfect geregeld. De agressie zou deze keer door gaan, dat stond wel vast. „Deutsch gründlich" was de zaak voobereid. De legereenhe den die Nederland moesten bin nenvallen, hadden hun marsop drachten gekregen. De gemotori seerde koionnes wisten niet wat het doel van hun tocht zou zijn. In volkomen duisternis vertrok ken zij uit hun legerplaatsen en in lange rijen trokken de auto's over de Duitse wegen. Een en ander was zo perfect geregeld, dat de kop van de ene kolonne op bepaalde kruispunten precies aansloot achter het rode licht van een andere kolonne, die van een andere weg was ge komen. De gehele opmars naai de Nederlandse grens verliep op de seconde. Op het hoofdkwartier in Den Haag had men een boodschap ge kregen van de Nederlandse mili taire attaché in Berlijn, Sas, dat het deze keer ernst was, en men de invasie der Duitse horden in de nacht van de 9de op de 10de mei kon verwachten. Voor zover dat mogelijk was, werd het Ne derlandse leger in alarmtoestand gebracht. Bij de grens stootten de Duitsers op onze eerste linie van de grensverdediging. Maar och, wat vermocht ons leger van beslist goedwillende dappere mannen tegen een overmachtige vijand, die in aantal en in mo dern materiaal ons verre de baas Heldhaftige verdediging DE Nederlandse lucht was ge vuld met honderden Duitse oor logsvliegtuigen, waartegen het geringe aantal Nederlandse toe stellen slechts weinig kon uit richten. Veel steun ondervonden onze dappere piloten van onze lucht doelartillerie, die grotendeels van modern geschut voorzien, de monstreerde waartoe de Neder landse soldaat in staat is, wan neer hij over goed materiaal be schikt. De Duitse vliegtuigen vie len bij bossen ten offer aan de schutterskunst van onze artille risten. Maar steeds kwamen er nieuwe golven vliegtuigen over onze grenzen, want Görings Luftwaffe was in 1940 nog vers. Nederland maakte op die eer ste dag ook kennis met een nieuw oorlogswapen, de parachu tisten en luchtlandingstroepen, een wapen dat wij niet kenden. Terwijl onze jongens trachtten in het oosten des lands de storm- wals tegen te houden, vlogen de vliegtuigen over hun hoofden en „dorpten" soldaten in het achter land. De verrassing van Rotterdam was bovendien een belangrijk strategisch punt. De parachutis ten vielen de bezetting van de luchthaven in de rug aan en dwongen haar tot overgave. Spoedig konden er Duitse trans porttoestellen landen. Rotterdam was voor de Duit sers buitengewoon belangrijk, hetgeen blijkt uit de bijzondere moeite die zij zich getroost heb ben om deze havenstad het eerst in handen te krijgen. Niet alleen werd Waalhaven bezet, maar vele parachutisten werden ook uitgeworpen boven het Feijenoord-stadion. Boven dien streken watervliegtuigen met luchtlandingstroepen neer op de Maas aan weerszijden van de Maasbruggen. De soldaten verlieten de toestellen, staken in rubberbootjes de Maas over en maakten zich meester van de bruggen. Omstreeks zeven uur in de morgen had het Noorder eiland reeds een Duitse bezetting van omstreeks 500 man. Maar de vijand kon de stad niet in één nacht bezetten. Hij stuitte op sterke tegenstand o.m. van de beproefde mariniers, die de in vallers terugsloegen, zij het ten koste van vele, vele offers. Ze sprongen van het dak DE bezetting van Rotterdam, die onder commando stond van de kolonel der genie, P. W. Scharroo, heeft alles in het werk r-'«ia cm r)p-rQ stad te verdedi- Een klein groepje van tien man Nederlandse soldaten stak de Scheepmakershaven over en drong door tot de huizen daar. Daar hadden de Duitse parachu tisten zich verschanst. De tien man drongen de huizen binnen en bevochten de vijand huis voor huis via daken en zolders. Het gelukte dit kleine dappere troep je de overmachtige vijand, be staande uit soldaten van Duitse keurtroepen terug te dringen tot in het Maashotel. Enkele kleine oorlogsbodems, waaronder de „Jan van Galen" bombardeerden de bruggen en het Noordereiland. We hielden stand MAAR de overmachtige vijand drukte door. Steeds kwam er ver sterking voor hen. Terwijl de Maasstad uit vele wonden bloed de en vuur en rook van alle kan ten opstegen, ging de dappere Jan van Galen ten onder in een gevecht met Duitse vliegtuigen en veroverden de parachutisten weer een aantal gebouwen. Maar overste Scharroo wist met zijn handjevol mensen toch de Duit sers grotendeels in hun brugge- hoofden ingemetseld te houden en wachtte met spanning op de hem toegezegde versterking. Tenslotte kwam er verster king. Minder dan de kolonel ver wacht had. Een bataljon van 't re giment jagers arriveerde in Rot terdam, maar wat voor soldaten «8»ti i, F-?**. - ROntSOiKir-". - v «Mi ROTTERDAM, onze grote ha venstad en tweede stad de6 lands, pijler van onze verdediging, moest het ontgelden. Om 3 uur 55 in de morgen vond de eerste luchtaanval op het vliegveld Waalhaven bij Rotterdam plaats. Tussen 5 uur 13 en zes uur in de morgen daalden daar vele Duitse parachutisten. Het was voor de vijand zeer aanlokkelijk de vlieg velden in het westen des lands en bij de grote rivierovergangen in handen te krijgen. Waalhaven Duitse parachutisten verzamelen zich op een kruispunt dieht bij het vliegveld Waalhaven voor de beslissende aanval. gen tegen deze overmachtige vij and en zij is er tot op zekere hoogte in geslaagd. Met ware doodsverachting vochten de mariniers man tegen man op de Maasbruggen. Zoals zij gewend waren in Indië met de klewang en desnoods met de vuist. Vol ontzag spraken de Duitsers over de „zwarte dui vels", die b.v. boven op het Witte Huis de indringers liever van het dak deden springen, dan zich aan de klewang te laten rijgen. Het 3e bataljon van het 39ste regiment onder bevel van kapi tein Van Rhijn had zich met zijn zware mitrailleurs verschanst aan de Leuvehaven en zorgde er voor, dat de laatste Duitse rub berbootjes met luchtlandingstroe pen stukgeschoten werden en de vijand geen kans kreeg het water te verlaten. Aan de Blaak voegde de vrouw van een reserve-officier zich bij de troep en was niet te verwijde ren. Samen met de soldaten vocht zij dapper mee in een he vig vuurgevecht. De Hongerwinter van 1944-'45 toonde ons waartoe het zwakke geslacht in staat was „Vlak voor zonsopgang is de nacht het donkerst". Het is een zeer oude zegswijze die steeds weer bewezen heefl een diepe waar heid te bevatten. Nederland heeft dit in de laatste oorlogswinter aan den lijve ondervonden. Mannen, vrouwen en kinderen die op straat het bewustzijn verloren als gevolg van de honger; plundering van kolen- en levensmiddelenwagens; afval en vuilnis, het waren normale straat beelden In een hongerperiode drukt de grootste zorg op de vrouwen. Zij zijn het die zorgen voor het welzijn van het gezin, die tot taak hebben te zorgen dat de maaltijden op tafel komen, dat de gezins leden gezond blijven en wat al niet meer. De Nederlandse vrouwen stonden in die periode voor een schier bovenmenselijke taak. Onder normale omstandighe den heeft een zieke 1700 calo rieën per etmaal nodig. Iemand die zittende arbeid verricht mi nimaal 2500 calorieën en een handarbeider omstreeks 3000 calorieën. Er zijn gevallen be kend. waarin men indertijd mensen in leven hield met 1500 calorieën per dag en dat werd als iets bijzonders beschouwd. Hoe denkt men dan over het feit, dat westelijk Nederland het in de eerste maanden van 1945 met 500 calorieën per dag per persoon moest doen? Het is een wonder dat de sterfte onder de bevolking nog niet aanmerkelijk hoger was dan ze al was. Theoretisch hadden de mensen moeten sterven als ratten. Maar gelukkig is geble ken, dat een mens meer kan hebben dan de wetenschap veronderstelde. Heel duidelijk werd dit wel, toen in de laatste maand van de oorlog het aantal calorieën bijna gehalveerd werd. Het is maar heel goed, dat dit tevens het einde van de ellende betekende en dat onze geallieerde vrienden en het Rode Kruis in de neutrale lan den de gelegenheid kregen ons voedsel te brengen, want an ders was het ook beslist op een catastrofe met .massale sterfte uitgelopen. In diepste wezen hebben de meeste mensen in West-Neder land het niet met hun 500 ca lorieën per dag behoeven te doen. Velen hadden meer, al was dat buiten de officiële distributie om. DE HONGERTOCHTEN. In zulke benarde omstandig heden als die waarin de bevol king zich in het Westen bevond, was het begrijpelijk dat zij al les in het werk stelde om het voedsel dat zij te kort kwam, enigszins aan te vullen door het te halen in de gebieden waar het wel was. Dat betekende voor velen zeer lange tochten. Gaat u maar eens te voet van Rotterdam of Den Haag naar de Achterhoek of Twente om over de meer noordelijk gele- ze van deze schier bovenmense lijke taak gekweten. Zij waren ook slecht gevoed, ja misschien nog slechter dan de gezinsleden, want we weten hoe de meeste vrouwen zijn, zij sparen het dik wijls uit eigen mond om het va der en de kinderen te geven. Bovendien wordt altijd aange nomen, dat de vrouw nu een maal over minder kracht en uithoudingsvermogen beschikt dan de man, iets dat overigens aanvechtbaar is en dat de vrou wen in die periode ook wel dui delijk bewezen hebben. Maar goed, zij ondernamen de toch ten. Te voet of op een gammel vervoermiddel, ja soms een kar achter zich aanslepend. Zo zwoegden zij uren, dagen, langzaam vorderend naar het De voedseltochten. Uitgehongerde vrouwen ondernamen lange reizen om voedsel te halen voor hun gezin. gen streken maar niet te spre. ken. Vervoermiddelen waren er bijna niet meer, daar hadden de vorderende bezetters wel voor gezorgd. Voor mannen bleek het een gevaarlijke onder neming om dergelijke voetrei zen te ondernemen, aangezien zij onderweg verschillende Duitse controles zouden moeten passeren. Onze „beschermers" dwongen reeds vele Nederland se mannen tot slavenarbeid over de grenzen en zij zouden voor waar niet schromen ook de uit gemergelde voedselhaler te ar resteren voor dwangarbeid. Het is duidelijk op wier schouders de zware taak van de voedsel- reizen veelal neerkwamde vrouwen. Zij liepen de mjnste risico's wat de controles van de Duitsers betreft en bovendien maar dat was een bijkom stigheid konden zij als vrou wen beter bij de boerenbevol king aankloppen en tot trans acties komen dan de mannen. HET STERKE „ZWAKKE GESLACHT". De vrouwen hebben zich op een bijzonder te waarderen wij- doel, het platteland, waar zij hoopten voor veel geld, of in ruil voor zilver en linnengoed of andere nuttige zaken voedsel te kunnen bemachtigen. Voed sel waarmee zij de zware tocht terug zouden moeten gaan in de hoop. dat de achtergebleven gezinsleden het tijdens haar af wezigheid nog hadden kunnen uithouden. En wanneer .moeder veilig thuis kwam met „de oogst", was het groot feest voor het ge zin en misschien wel het meest voor haarzelf. Helaas kwamen velen terug zonder resultaat. In die dagen heeft de wereld kunnen zien waartoe de vrouw in het algemeen en de Neder landse vrouw in het bijzonder in staat is. Dan komt het na tuurinstinct boven tot behoud van man en kinderen en is de vrouw tot alles in staat. Haar moed, kracht en uithoudings vermogen kennen dan geen grenzen en zij bewijst dan waar- toe het „zwakke" geslacht in staat is. De Nederlandse vrouw heeft in de laatste oorlogswin ter een standbeeld verdiend. (Nadruk verboden.) HET is bijna twintig jaar ge leden, dat de oorlog ook over ons land losbrak en vijftien jaar scheiden ons alweer van het ein de en daarmede van de bevrij ding, althans voor het grootste deel van Nederland. Daartussen ligt een periode van verzet en van vervolging, van onnoemelijk leed en van persoonlijke moed en zelf-opoffering. Het verzet is aanvankelijk een spontane uiting van patriotisme, vermengd met woede en wraak lust om de aangedane vernede ring en het verlies van vrijheden. Er is voor dit werk, ten nadele van de Duitse vijand, ontzaglijke persoonlijke moed aan de dag ge legd. Er is door de eerlijksten, zijn dat? Arme, doodvermoeide jongens, die reeds twee dagen en nachten onafgebroken hebben ge vochten tegen parachutisten in het Westland, jongens, die nau welijks nog op de benen kunnen staan van vermoeidheid. Uitge put vallen ze in slaap over hun eten. Via de Moerdijk trok op dat ogenblik de Duitse hoofdmacht op naar Rotterdam. Kolonel Scharroo had nog slechts weinig tijd en een kleine kans om het Duitse bruggehoofd op de rech- terrivieroever op te ruimen. Met inzet van alle manschappen werd een aanval ondernomen, maar helaas liep deze dood in jiet ge concentreerde Duitse mitrailleur- vuur. Nederland beschikte over te weinig steun van zwaar ge schut om deze operatie tot een succes te maken. Dan maar ile lucht in TOCH lieten de dapperen het hier niet bij. Weer werd alle kracht verzameld en stormde een samenraapsel van Nederlandse troepen op het Duitse brugge hoofd af. In weerwil van het ko gelgordijn, dat de Duitsers met hun automatische wapens leg den, wisten vijf mariniers de brug te bereiken. Ze verdwenen door een luik met de opdracht de brug op te blazen, maar helaas konden zij dit niet realiseren. Hun dekking moest terugtrek ken. De vijand beet te fel van zich af- Nog hoopte men op suc ces van de vijf mariniers, maar tenslotte werd het duidelijk, dat zij hun opdracht niet hebben kunnen uitvoeren. Tot na de ca pitulatie bleven zij onder de brug opgesloten. Nog steeds woedden in de ge hele. stad incidentele gevechten en tenslotte kwamen de Duitse parlementairs met hun ultima tum. Nog vóór de ttfd van dit ulti matum verstreken was, koersten de Duitse vliegtuigen naar Rot terdam en namen op een afschu welijke wüze wraak voor de tegenslag die hun keurtroepen hadden ondervonden dankzij het manhaftige felle verzet van de zwakke Nederlandse bezetting van deze stad. Duitslands over winning moest volledig zjjn. Het heldendom van de Neder landse soldaten, waaronder piep jonge kerels, die nog slechts nau welijks enkele maanden opgeleid waren, kon hiermede niet teniet gedaan worden! (Nadruk verboden.) de meest altruïstischen, kortom de besten van ons volk voor ge streden en voor geleden zoals een mens dat alleen in de uiterste nood kan. Het was voor de besten van het verzet een kwestie van nood, van zielenood vooral. Hun gevoe lens kwamen in opstand tegen de overheersing door een vreemde bezetter, tegen diens aanslagen op de menselijke rechten, tegen zijn wreedheden. De meesten ver zetten zich hiertegen, omdat zij vanuit hun innerlijk niet anders konden. Met alle voorzichtigheid tot lijfsbehoud die de mens eigen is, namen zij daarom toch het risico dit te kunnen verliezen en in duizenden gevallen hebben zij het verloren. VOOR hen, die uit deze levensbe hoefte tot het verzet zijn ge komen, is dit geen kwestie ge weest van het behalen van roem en eei. Er zijn er helaas later velen gekomen, die er zich voor op de borst hebben geklopt, die e; zich om naar voren hebben ge- dioegen. Zij waren de berekenen den, die veelal later inzagen, dat deelnemen aan het verzet hun toekomst gunstig zou kunnen be- invloeden. Maar voor de ware, uit nood gedrongen verzetstrij der, hetzij man of vrouw, is dit ook nu nog geen kwestie van roem of eer, maar is zijn verzet tegen de bezetter uitsluitend een noodzakelijk gevolg geweest. Het is goed om dat in deze dagen nog eens vast te stellen, want om de herdenking der bevrijding heen zwermen allerlei figuren, die het verzet, wanneer zij daar al deel van hebben uitgemaakt, meer hebben gezocht om eigen glorie dan om de vijand afbreuk te doen. Doch dit zijn slechts bijver schijnselen bij een herdenking, die verdient feestelijk te worden gevierd, nadat wij eerst zeer be wust hebben stilgestaan bij het herdenken van hen, die in de strijd voor de bevrijding hun leven hebben gelaten. DE bevrijding van westelijk en centraal Nederland is op het uiterste nippertje geschied. De hongerdood sloeg reeds snel om zich heen en zou bij een lateref capitulatie zeker nog tienduizen* den slachtoffers meer hebben ge ëist. Zowel daarom als om de dap perheid waarmede de bevrijding binnen en buiten ons land werd bevochten, verdient de bevrij dingsdag in aller herinnering te blijven voortleven. Het betekende immers de verlossing van onder drukking, vervolging en ellende, het verkrijgen van de vrijheid, die we nimmer zó gewaardeerd hebben, wier waarde we nimmer zó bewust waren, als juist toen op die meidag in 1945. Het is goed zich dat te herin neren, dat ook feestelijk te her denken, want niets in ons be staan als mens én als volk is eigenlijk belangrijker geweest dan die bevrijding. HEEL van wat er zich in de oor- logsjaren heeft afgespeeld raakt reeds verloren en vergeten. De in en na de oorlog geboren kinderen weten er eigenlijk niet veel méér van dan ze op school van de tachtigjarige oorlog leren. Men is daarover ontsteld en ont zet en dat is begrijpelijk voor wie het bewust meemaakte. Maar is dat eigenlijk niet een normale gang van zaken? Wat weten en leren wijzelf nog van lang gele den plaatsgehad hebbende ge beurtenissen? Alleen immers de grote lijnen. Al wat persoonlijk daarbij was, is dan niet meer van belang. De gruwelen niet en de dapperheid evenmin. Alleen liet doel was en is belangrijk. Dat doel is bereikt. En we zulten on ze kinderen slechts moeten voor houden wat velen voo»- dit doel het weer verwerven van de menselijke vrijheid en waardig heid hebben overgehad en waarom het waard was daarvoor te strijden. Aan het instandhou den van de gruwelverhalen heeft de mensheid niets, dat kan slechts de geesten vergiftigen. Laat ons juichen om de vrijheid, dat duurgekochte bezit van thans, opdat de jongeren de blij heid daarvan zullen beseffen en bewaren. H. van WERMESKERKEN (Nadruk verboden)

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1960 | | pagina 3