De plechtige opening
Staten-Generaal
der
DE WOOmEDE
Prinsjesdag 1958
Het voorlezen van de Troonrede door H.M. Koningin Juliana
Prinsjesdag 1958
Frankerinrr bij abonnement: Terneuzen
Directeur-Hoofdredacteur I. van de Sande
F<v3act1e-adres: Noordstraat 5557
Administratie-adres: Smidswal
Telefoon 2073 en 2510
Nft 5 uur uitsluitend 2073
Gironummer 38150
Abonnementsprijs: ƒ6,— per kwartaal; per
maand 2,per week 48 cent. Losse nrs 9 ct
DE VRIJE ZEEUW
WOENSDAG 17 SEPTEMBER 1958
12e Jaargang Nr 1476
Verschijnt dagelijks Uitgeefster N.V. v/h Firma P. J. van de Sande, Terneuzen
Advertentieprijs per mm 15 ct; minimum por
advertentie ƒ2,25.
Rubriek Kleine Advertenties '(géén handel»*
advertenties): 5 regels 1,Iedere regel moer
20 ct. Kleine advertienties bij vooruitbetaling.
Inzending advertenties tot 's namiddags 2 uur
Voor het maandagnummer: Zaterdags 10 uur
Vermelding: Brieven onder nummer, of: AdE«&
Bureau van dit blad, 20 cent meer.
In de grondwet is vanouds bepaald, dat de opening van de zitting
der Staten-Generaal zou geschieden op een vaste datum. In 1887 is
grondwettelijk vastgelegd, dat dit de derde dinsdag in september
zal zijn. In de wandeling draagt deze derde dinsdag in september
de naam Prinsjesdag, oorspronkelijk de benaming voor (le feestelijk
gevierde verjaardag van de prins-stadhouder, bepaaldelijk van
stadhouder Prins Willem V, weleer naast de kermis het vrolijkste
volksfeest in ons land. Wie zich op deze dag in de Haagse binnen
stad bevindt ervaart Prinsjesdag nog steeds als een feest, als een
luisterrijk feest.
Zo heeft Hare Majesteit, Koningin Juliana dan gistermiddag
voor de elfde maal sinds zij de troon heeft bestegen de zitting
van de Staten-Generaal geopend met het uitspreken van de Troon
rede, het staatsstuk waarin in algemene lijnen het te voeren rege
ringsbeleid wordt aangegeven.
Te een uur heeft Hare Maje
steit zich daartoe, vergezeld
door Z. K. H. de Prins der Ne
derlanden en H.H.K.K. H. H.
de Prinsessen Beatrix en Irene
in de gouden koets van het pa
leis aan het Lange Voorhout
naar de Ridderzaal begeven. De
gouden koets is een bekend at
tribuut bij deze plechtigheid
sinds 1898. In dat jaar vatte 'n
groepje bewoners van een een
voudige wiik van Amsterdam
de Oranjevriendenkring
het plan op om de jonge Ko
ningin Wilhelrnina ter gelegen
heid van haar troonsbestijging
een statiekaros aan te bieden.
Een sprookjeskoets van puur
goud. Met geestdrift nam ge
heel Amsterdam het denkbeeld
over en dank zij de offervaar
digheid der hoofdstad en de ge
zamenlijke krachtsinspanning
van het gehele volk, door de
kundigheid en vakkennis van
smeden en houtbewerkers, van
schilders en decorateurs, van
glasblazers, leerlooiers, vergul-
ders en lakenwevers, van ivoor
snijders en bronsbewerkers en
de nijvere handen van wees
meisjes en bordurende oude-
dames-kransjes is toen inder
daad een sprookjeskoets ont
staan, die nu reeds gedurende
zestig jaren op hoogtijdagen
van ons nationale leven ge
bruikt wordt.
Bij de tocht van de feeste
lijke stoet, die gistermiddag
naar de Ridderzaal trok, werd
deze route van het koninklijke
paleis af gevolgdLange Voor
hout, Kneuterdijk, Lange Vij
verberg, Korte Vijverberg,
Binnenhof. Duizenden hadden
zich verzameld langs deze weg
In dichte rijen stonden ze op
de trottoirs en onder de bo
men langs het schelpenpad op
het Lange Voorhout en de Vij
verberg. Anderen hadden een
zitplaats op een der tribunes,
die voor deze gebeurtenis op
verscheidene punten waren
opgericht en weer anderen
hadden een kijkplaats achter
een der vele vensters van de
huizen en gebouwen, die uit
zicht gaven op de route.
De belangrijke staatkundige
gebeurtenis voltrok zich in de
Ridderzaal. Slechts enige hon
derden konden deze op de hi
storische plek bijwonen, maar
de duizenden van wie velen
van heinde en verre gekomen
waren langs de weg namen
evenzeer deel aan de plechtig
heid in de wetenschap, dat zij
hun vorstin, de Prins en de
Prinsessen, omgeven door ho
velingen, anders aanschouw
den dan de bevoorrechten in
de Ridderzaal. Reeds lang
voor het uitrijden van de ko
ninklijke stoet hadden zij hun
plaatsen ingenomen, waar het
wachten werd beloond door
het zien van het militaire ver
toon, het innemen der opstel
lingen voor de afzetting en
zomeer.
IN DE RIDDERZAAL.
Met de leden van de Staten-
Generaal hadden velen zich
al vroegtijdig verzameld in de
Ridderzaal, die met groen en
bloemen feestelijk was ge
tooid. Het stemmige zwart der
herenkleding werd afgewis
seld door het goud en zilver
van ambtsgewaden, de kleuri
ge toiletten der dames en ver
scheidene uniformen. Onder
de aanwezigen waren de le
den van het corps diplomati
que, hoge ambtenaren, vlag
en opperofficieren, leden van
de Hoge Raad der Nederlan
den, vertegenwoordigers van
andere rechterlijke colleges,
leden van het internationale
gerechtshof, vertegenwoordi
gers van kerkgenootschappen,
provinciale en stedelijke auto
riteiten en grootkruisen van
Nederlandse orden.
Tegenover de troon namen
later hun plaatsen in de mi
nisters, de staatssecretarissen
en de leden van de Raad van
State.
De voorzitter van de ver
enigde vergadering der beide
Kamer van de Staten-Gene
raal, mr. J. A. Jonkman, deed
vooraf de griffier der Eerste
Kamer, jhr. mr. J. W. Röel
voorlezing geven van het Ko
ninklijk Besluit betreffende
zijn benoeming tot voorziter
van de Eerste Kamer voor de
nieuwe zitting. Daarna be
noemde hij de leden der com
missie van in- en uitgeleide
der Koningin.
De leden der commissie be
gaven zich naar de ingang der
ridderzaal. Nadat de Koningin
het bordes, waarboven een
fraai baldakijn was gespan
nen, had bestegen, ontving de
commissie de vorstelijke per
sonen. Zodra de ceremonie
meester na driemaal met zijn
staf op de grond te hebben ge
tikt, de komst van de Konin
gin had aangekondigd, rezen
alle aanwezigen op van hun
zetels. Voorafgegaan door de
ceremoniemeester acht Kamer
heren, de grootofficieren en de
grootmeester betraden daarop
Hare Majesteit, de Prins en
de Prinsessen de zaal. De com
missie geleidde de vorstelijke
personen naar de troon, 'zij
werden gevolgd door de groot
meesteres, de dame du palais,
de chef van het militaire huis
de gouverheur der residentie!
de eerste stalmeester en de of
ficieren van het militaire huis.
Op de troon in de Ridderzaai
nam aan de rechterzijde van
H.M. de Koningin plaats
H.K.H. Prinses Beatrix. Ter
linkerzijde van Hare Majes
teit waren Z.K.H. Prins Bern-
hard en H.K.H. Prinses Irene
gezeten.
H.M. de Koningin was ge
kleed in een groenblauwe taf
zijden robe met grijze nuance
ring, waarbij een kleine tulen
hoed in dezelfde tinten. Zij
droeg het grootkrius der orde
van de Nederlartdse Leeuw.
Z.K.H. Prins Bernhard droeg
de ceremoniële tenue van ge
neraal der cavalerie met het
Prinses Marijke was er dit
keer ook bij, zij het dan ook als
toeschouwstertje. Ze zat met
en wuifde even hard met het op-
klapstoeltjes voor het paleis
aan het Lange Voorhout, vlak
voor de hekken, waarachter het
talrijke publiek al uren had
staan wachten op het grote
ogenblik. Prinses Marijke had
veel plezier met haar vriendjes
en wuide even hard met het op
getogen publiek mee, toen de
gouden koets, waarin haar
ouders en haar oudste twee
zusters zaten, langs reed.
Toen om klokslag één uur
H.M. de Koningin en Z.K.H.
Prins Bernhard en de prinses
sen Beatrix en Irene op het
bordes kwamen, speelde de Ko
ninklijke Luchtmachtkapel, die
in gala-tenu was gestoken, net
Wilhelmus. Het begon zacht te
regenen en even daarna volgde
een fikse bui. Prins Bernhard
was als laatste naar het paleis
gekomen. Toen hij om even
over halfeen aankwam, klapten
de vele kijkers uitbundig in de
handen.
Kleine neringdoenden had
den een aoede dag. Ze verkoch
ten vele snoepwaren, oranje
speldjes en stonden op hoeken
van straten voor een prikje
k ine ruwhouten stoeltjes te
vc kopen.
t was precies tien minuten
oven >én, toen de koninklijke
stoet het Binnenhof opreed,
wa; 11 'en afdeling van de Ko-
nink. ke marine, stram in de
houd: g, voor de ingang van de
Ridderzaal de erewacht had be-
Ken beeld van het voorlezen van de Troonrede door
H. M. Koningin Juliana waarmee dinsdagmiddag in
de Ridderzaal in Den Haag het nieuwe zittingsjaar
van de Staten-Generaal werd geopend
Van links naar rechts zien wij hier: H.K.H. I'rin
ses Beatrix, II. M. Koningin Juliana, Z. K. H. Prins
Bernhard en H. K, H. Prinses Irene
trokken. Bijna op hetzelfde mo
ment *waarop de Marinierskapel
der Koninklijke marine het
Wilhelmus inzette, begonnen
uit de donkere wolken de eer
ste druppels te vallen en onder
een hevige regenbui verlieten
H.M. de Koningin. Prins Bern
hard en de beide Prinsessen de
gouden koets. Op het bordes
van de Ridderzaal, waarboven
een fraai baldakijn was gespan
nen, werden de leden van het
koninklijk huis ontvangen door
de commissie van in- en uitge
leide van de Staten-Generaal.
Tegen twee uur arriveerde de
luisterrijke stoet weer bij het
paleis. Al die tijd had het tal
rijke publiek geduldig gewacht,
langzaam door en door nat wor
dend van de staag vallende re
gen. Het publiek begon uitbun
dig te juichen, toen de stoet in
de verte over het schelpenpad
naderbij kwam. Prinses Marijke
had in de tijd dat ze moest
wachten met haar vriendjes en
vriendinnetjes allerlei spelle
tjes gedaan. Toen de stoet aan
kwam zat het vrolijke jonge
groepje weer keurig op de klap
stoeltjes.
Het publiek was echter niet
rustig meer, toen de Koningin,
Prins Bernhard en de twee
Prinsessen op het balkon tra
den. Het publiek brak door de
afzetting heen en rende naar
het paleis, juichend, en zwaai
end met de armen naar de Ko
ninklijke familie. De politie had
de grootste moeite om de uit
gelaten massa „in touw" te hou
den. „In touw" letterlijk, want
de politiemannen spanden snel
een lang touw over het Voor
hout, waarachter ze met ver
eende krachten hand in hand
de uitbundige menigte tegen
hielden. Enkele minuten bleef
de Koninklijke familie op het
balkon. Daarna ging men naar
binnen en verspreidden de toe
schouwers zich.
De Marokkaanse ambassade te
Londen heeft meegedeeld, dat
Amerika zich in beginsel bereid
heeft verklaard zijn troepen uit
Marokko te verwijderen.
grootkruis Gouden Leeuw van
Nassau. H.K.H. Prinses Bea
trix was gekleed in een crème
zijden toilet en een blauwe
hoed en H.K.H, Prinses Irene
droeg een lichtgroene japon
met een kapje in dezelfde tint.
De Koningin ving daarop
aan met het uitspreken van
de troonrede.
Na de rede stelde de voor
zitter der verenigde vergade
ring, mr. Jonkman, een „Leve
de Koningin" in, waarmede de
aanwezigen instemden.
De nieuwe zitting van de
Staten-Generaal geopend zijn
de, begaven de vorstelijke per
sonen zich, voorafgegaan door
de leden der commissie van
in- en uitgeleide en de groot
meester, naar de ontvangka
mer. De grootmeesteres en de
dame du palais volgden tot
aan deze kamer, waarna zij,
evenals de overige leden van
het gevolg zich in de rijtuigen
begaven.
Nadat de leden der commis
sie in de zaal waren terugge
keerd en de voorzitter, prof.
Anema, de president der ver
enigde vergadering had mede
gedeeld, dat zij zich van hun
taak hadden gekweten, sloot
mr. Jonkman de vergadering.
De vorstelijke personen ver
toefden enige ogenblikken in
de z.g. Koninginnekamer en
namen vervolgens weer plaats
in de gouden koets. Terwijl het
escorte zich vormde verzamel
den de leden van het corps
diplomatique zich met hun da
mes bij de middelste poort van
het Binnenhof, grenzende aan
de Ridderzaal om Hare Majes
teit in het voorbijgaan een
groet te brengen. De stoet be
gaf zich daarna langs dezelfde
weg terug naar het paleis aan
het Lange Voorhout.
Dit nummer bestaat uit
16 pagina s
Na de terugkeer in
het paleis Lange Voor
hout verschenen het
Nederlandse koninklij
ke paar en de Prinses
sen Beatrix en Irene
op het balcon om de
menigte voor het pa-
'eis toe te wuiven.
De foto toont v.l.n.r.
het balcon: H. M.
oningin Juliana, H.
1. H. Prinses Beatrix,
I. K. H. Prinses Ire-
ie en Z. K. H. Prins
Bernhard.
H.M. Koningin Juliana heeft gistermiddag
in de Ridderzaal te 's-Gravenhage de gewone
zitting van de Staten-Generaal 19581959 ge
opend met het uitspreken van de volgende
Troonrede:
Leden der Staten-Generaal,
Het jaar, dat achter ons ligt, heeft in de wereld geen
ontspanning gebracht. Meer dan ooit heeft ieder volk de
plicht bij te dragen aan het behoud van vrede en vrijheid op
de grondslag van het recht. Onze taak is het ervoor te zorgen,
dat Nederland een gezonde partner is, zowel in een hecht
verband van het koninkrijk als in 'het wijdere kader van de
internationale samenwerking.
De sociaal-economische ontwikkeling in ons land vertoont
zowel gunstige als minder gunstige aspecten. Het verstoorde
evenwicht in onze nationale economie is mede ten gevolge van
de getroffen maatregelen in belangrijke mate hersteld. De
goud- en deviezenreserves hebben een welkome versteviging
ondergaan, al blijft een verdere aanvulling gewenst. In het
afgelopen jaar zijn de kosten van levensonderhoud niet
gestegen.
De ontwikkeling van de werkgelegenheid wordt thans echter
met name door de aarzelende internationale conjunctuur
voelbaar beïnvloed. In het algemeen is niettemin, nu ook de
in februari 1958 aangekondigde maatregelen ter bestrijding
van de werkloosheid hun uitwerking doen gevoelen, de omvang
van de werkloosheid niet alarmerend. De stijging is tot staan
gekomen. Speciale zorg blijft vereist voor een aantal gebieden,
waarop zich dan ook in het bijzonder het industrialisatiebeleid
en de politiek der aanvullende werkgelegenheid richten.
Reeds getroffen en inmiddels aangekondigde fiscale
maatregelen met betrekking tot de investeringen zullen aan
de werkgelegenheid ten goede komen. Bevordering van de
exportontwikkeling is van vitaal belang.
Al is de overbesteding voor het moment tot staan gebracht,
zo ziet ons volk zich niettemin geplaatst voor de oplossing van
een aantal moeilijke financiële, economische en sociale
problemen. De ontwikkeling in Indonesië legt bijzondere lasten
op nationale economie en rijksbegroting.
Belangrijke subsidieposten, met name de huursubsidies en de
zuivelsubsidies, drukken zwaar op de begroting en beperken
daardoor zeer, welhaast te zeer, de financiële bewegings
vrijheid. De regering heeft besloten advies te vragen aan de
Sociaal-Economische Raad over de vraag of, en zo ja op
welke wijze tot een verantwoorde beperking van de subsidielast
kan worden gekomen.
De regering zoekt overigens in overleg met het bedrijfsleven
naar middelen om het moeilijke vraagstuk van de aanpassing
der melkproduktie aan de vraag naar zuivelprodukten, zo
mogelijk in samenwerking met andere landen, tot een meer
bevredigende oplossing te brengen.
Een andere factor, die het huidige uitgavenpeil in sterke
mate beïnvloedt, is de omstandigheid, dat het Rijk in 1959
voor het eerst weer de volledige last der financiering van de
woningwetbouw te dragen krijgt.
De hoge woningproduktie in het achter ons liggende jaar
was een bemoedigende factor in de voortdurende strijd tegen
de woningnood. De teruggang van de economische ontwik
keling heeft echter tijdelijk een ongunstige invloed uitgeoefend
op het aantal in aanbouw genomen woningen. Mede ten gevolge
van de maatregelen tot het herstel van het economisch en
financieel evenwicht is de woningproduktie thans weer
stijgende, zodat verwacht mag worden, dat zowel in 1958 als
in 1959 met de bouw van 80.000 woningen een aanvang zal
worden gemaakt.
Tenslotte ondervindt het uitgavenpeil de gevolgen van onze
snelle bevolkingsgroei en de daarmede gepaard gaande
economische, sociale en culturele activiteiten, met name ook
ten behoeve van investeringen voor woningbouw, onderwijs,
wegen, kanalen, waterwerken enz. Een hoog niveau van bespa
ringen voor het welzijn van ons volk nu en in de toekomst is
dringend geboden. Het beleid zal daarop dan ook gericht blij
ven. Ook bij de uitwerking van het bezitsvormingsbeleid op
onderscheidene terreinen zal met deze omstandigheid rekening
worden gehouden.
De begroting 1959 vertoont een tekort. Dit is in de huidige
situatie van de conjuctuur binnen zekere grenzen aanvaard
baar, al is grote voorzichtigheid geboden. Ondanks het tenslotte
toch hoge totaalbedrag van de uitgaven is bij de voorbereiding
van de begroting sterke beperking betracht. Een beroep op de
kapitaalmarkt ter financiering van het mede door de genoemde
factoren veroorzaakte begrotingstekort is noodzakelijk. Dit
beroep en daarmede de omvang van het begrotingstekort
zal zijn grenzen dienen te vinden in de eisen, die aan de
kapitaalmarkt uit anderen hoofde zullen worden gesteld.
Daarbij valt, naast de behoeften van het bedrijfsleven, meer in
het bijzonder te denken aan die van de gemeenten, die hun
kapitaaluitgaven ook in de toekomst slechts met langlopende
leningen zullen mogen financieren en bovendien nog staan
voor de noodzaak van een geleidelijke consolidatie van hun
vlottende schuld. Deze noodzakelijke begrenzing van het
beroep van het Rijk op de kapitaalmarkt en dus ook van het
begrotingstekort heeft het gevolg, dat niet te ontkomen valt
aan een verlenging van de tijdelijke belastingverhogingen.
Handhaving van onze concurrentiepositie op de internationale
markten blijft één van de fundamentele voorwaarden voor een
evenwichtige economische ontwikkeling, vooral met het oog op
de werkgelegenheid. Derhalve is ook in het komende jaar een
zo stabiel mogelijk loonniveau noodzakelijk.
De steeds groter wordende onderlinge afhankelijkheid van
landen en werelddelen gebiedt een actief beleid op het terrein
van de internationale samenwerking. Naast het werk van de
Verenigde Naties steunt-de regering derhalve krachtig alle
pogingen tot nauwere samenwerking van de vrije wereld.
Historisch gezien is in korte tijd veel bereikt, maar nog
steeds treden de vrije landen onvoldoende eensgezind op.
Verdieping en uitbreiding der samenwerking is noodzakelijk.
De regering streeft met alle kracht naar het tot stand ko
men van een vrijhandelszone, die in aansluiting aan hetgeen op
het gebied der economische samenwerking in Europa reeds
tot stand werd gebracht een zo vrij mogelijk handelsverkeer
over een zo ruim mogelijk gebied zou kunnen bevorderen.
De republiek Indonesië heeft met schending van arie rechts
regelen een reeks van maatregelen tegen Nederland en
Nederlanders getroffen, waardoor het verblijf van onze land
genoten in Indonesië vrijwel onmogelijk is gemaakt. Bedrijven
on bezittingen zijn zonder enige vergoeding in beslag genomen.
Verplichtingen worden niet nagekomen, zelfs indien zij voort
vloeien uit na de soevereiniteitsoverdracht verleende kredieten
en gesloten overeenkomsten.
In het afgelopen jaar repatrieerden 37.000 landgenoten. Velen
spannen zich op lofwaardige wijze in om hen zich bij ons thuis
te doen voelen en nieuwe werkgelegenheid hier en elders voor
hen te vinden.
Voor de toekomst van Nederlands Nieuw-Guinea hecht de
regering grote waarde aan de samenwerking met Australië,
welke tot uitdrukking is gekomen in de Nederlands-Australi
sche verklaring van november 1957. In gemeenschappelijk
overleg gaan beide regeringen thans na, welke praktische
maatregelen geboden zijn om de doelstellingen van deze ver
klaring waaronder het streven naar zelfbeschikking - te
verwezenlijken.
Het afgelopen jaar is in menig opzicht moeilijk geweest.
Toch is er reden voor erkentelijkheid. De grote spanningen,
waaraan onze volkshuishouding was onderworpen, zijn voor
een belangrijk deel verdwenen. Daarmede is voor ons land -
tenzij internationale ontwikkelingen dit onverhoopt doorkrui
sen de grondslag gelegd voor een hervatting van een op
gaande lijn van produktie en welvaart.
De ontwikkeling der kernenergie voor vreedzame doelein
den, ten aanzien waarvan ook de eigen activiteit van Neder
land groeiende is, kan voor de toekomst van groot belang zijn.
Zij zal hoge eisen stellen met betrekking tot investeringen,
vorming van wetenschappelijke krachten en waarborgen voor
de volksgezondheid. Dat althans op dit gebied ook in wereld
wijd verband vruchtbaar overleg mogelijk blijkt, is een ver
heugend element in de internationale verhoudingen.
De wijze, waarop aan de tegenslagen, die ons land hebben
getroffen, het hoofd is geboden, was weder getuigenis van de
veerkracht en het weerstandsvermogen van ons volk.
Bij een goede samenwerking tussen regering en volksver
tegenwoordiging zullen ook de nog bestaande moeilijkheden
kunnen worden overwonnen. Terwijl de financiële toestand
tot voorzichtigheid noopt ten aanzien van nieuwe overheids
uitgaven en van kostenverhogende maatregelen in het be
drijfsleven, zal het ongetwijfeld mogelijk blijven een beleid
te voeren, dat de geestelijke, economische en sociale ontplooi
ing van onze volkskracht stimuleert.
Met de bede, dat God U wijsheid moge schenken bij de ver
vulling van uw verantwoordelijke taak, verklaar ik de gewone
zitting der Staten-Generaal geopend.