Binnenlands Nieuws TWEEDE BLAD Zaterdag 17 november 1956 Gemeenteraad van Terneuzen 11e jaargang no. 3924 gehouden op donderdag 8 november 1956, des avonds 1 uur. DE KOLLEKTES VOOR HET RODE KRUIS OP DE SPORTVELDEN SCHOOÏ.FTITÏ'S VRIJE ZE (Slot.) De Voorzitter: De heer Henry is zo vriendelijk geweest om mij de voornaamste punten ter inzage te geven. Ik dank de heren voor de vriendelijke woorden, gewijd aan het Gemeentebestuur, maai ik moet de lof, die ons is toegezwaaid, terugwijzen naar de Raad zelf, zonder wiens medewerking niets tot stand was gekomen. De heer Henry vroeg, hoe het staat met het zwembad. U weet, heren, dat wij daar diligent bij zijn geweest. Wij hebben van de Provincie de mede werking gekregen, die aanvankelijk geweigerd was, mits het plan over enige jaren zal worden uitge spreid. Wij hebben de architect opdracht gegeven dit werk voor te bereiden ter uitvoering in gedeel- ten. De architect is nu hiermede bezig. Of wij er nu in 1958 in kunnen zwemmen, hangt in hoofd zaak hier van af, of het Rijk zal goedkeuren, dat een dergelijk werk wordt uitgevoerd. Wij kunnen hierover geen inlichtingen krijgen; dit schijnt wil lekeurig te zijn. TT Wat betreft de begraafplaats, zal het U bekend zijn, dat de gronden, waarop deze is geprojecteerd, nog niet geheel in ons bezit zijn. De beslissing hier over is binnen zeer afzienbare tijd te verwachten. Na verkrijging van de gronden zal met bekwame spoed met de aanleg worden begonnen. We hopen dat het werk in D. A. C. W.-verband zal kunnen geschieden. Onvoorziene omstandigheden voorbe houden, hopen wü dat de nieuwe begraafplaats in de zomer van 1958 in gebruik zal kunnen wor den genomen. Het bejaardenvraagstuk heeft eveneens de aan dacht van ons college. Persoonlijk heb ik verschil lende bejaardencentra in den lande bezocht en daar kunnen zien, hoe de problemen op dit punt zijn aangepakt. Het aantal bejaarden neemt steeds toe en hun behuizing laat in veel gevallen te wen sen over. Het is gelukkig niet zó, dat zij in een vergeten hoek zitten; integendeel, er wordt zeker de nodige aandacht aan hen besteed, niet in de laatste plaats in Terneuzen. Vandaag nog hebben wij een bespreking gehad met onze stedebouwkun- dige adviseur. Projecten voor de ééngezinswonin gen kunnen thans aan de Volkshuisvesting te Mid delburg worden voorgelegd. Na goedkeuring kan hiermede een begin worden gemaakt. Ook het particulier initiatief is in deze Gemeen te diligent. R. K.- en N. H.-instellingen hebben ver gevorderde plannen in deze richting. Deze instel lingen hebben reeds de nodige ervaring opgedaan. Wij moeten hen zoveel mogelijk vrij laten in de wijze, waarop zij het bejaardenvraagstuk willen aanpakken. Uiteraard kunnen wij hen daarbij, door het geven van richtlijnen, behulpzaam zijn, waar bij wij, voor zoveel nodig, rekening zullen houden met hetgeen door de heer Henry in zijn algemene beschouwingen naar voren is gebracht. Daartegenover is nog steeds geen oplossing ge vonden voor de moeilijkheid van de huisvesting van de jeugd in een gebouw, waar men de massa- jeugd kan opvangen en bezighouden. Hier zijn wij al lang over bezig. Het is niet eenvoudig terzake een oplossing te vinden. Nieuwbouw van een jeugd- gebouw zou hiervoor het ideaal zijn, maar dit 'S thans niet te verwezenlijken. Wat de haven van Terneuzen betreft, kan ik U zeggen, zoals de heren al is medegedeeld, dat wij een adviseur zullen aantrekken, die ons ter zijde zal staan met zijn ervaring. Gisteren is van de persoon, die wij daarvoor gevraagd hadden, ant woord binnen gekomen. Uw Raad zal terzake bin nenkort worden ingelicht. In afwachting van het verloop van de onderhandelingen met het Rijk in' zake de overname der haven, is er reeds verder gewerkt. Van het Provinciaal Bestuur is bericht ingeko men, dat dit de Provinciale Staten wil voorstellen medewerking te geven in de vorm, zoals door het Rijk geschiedt. De Vereniging Havenbelangen in Terneuzen heeft uit haar midden een commissie samengesteld, die het rapport van de Havencommissie Terneuzen heeft herzien in verband met het verouderd cijfer materiaal. Men is ook doende met het oprichten van een N. V., speciaal belast met de voorlopige exploitatie van kranen voor de haven. De Vereniging Havenbelangen is doorgegaan met haar werkzaamheden om in het kranen-tekort te voorzien. Verschillende offertes zijn al aange vraagd. De Statuten voor de oprichting van een N. V. zijn in voorbereiding. Alle belanghebbenden zijn er uiteraard op ge steld met spoed een en ander te verwezenlijken Kranen zijn nu eenmaal duur en daarbij kan men niet over één nacht Ü9 gaan. Wij hopen hierover binnenkort bij U met voorstellen te komen. Inzake de onderhandelingen tussen Nederland en België, de kanaalkwestie betreffende, kan ik U niets naders mededelen. Er is thans nog geen kijk op resultaten, ook niet wat betreft de gelijk schakeling der spoorwegtarieven. Wij zullen dit moeten afwachten. Eén van de voordelen, toen de mogelijkheid werd geopperd dat Terneuzen zélf zijn haven zou exploiteren, is gelegen in het feit, dat wij dan zelf kunnen meepraten, waar wij vroe ger alleen als belangstellende toeschouwers moch ten toezien. Ik ben het geheel met U eens, wanneer U het betreurt, dat in het door U genoemde werkschema inzake het Deltaplan de veerverbinding Terneuzen Hoedekenskerke is vergeten. Op de bij dit schema behorende kaart is een vaste oeververbinding ge projecteerd. De veerverbinding kan dan verval len. Een vaste oeververbinding zou een grote voor uitgang betekenen en deze zou zeker in het belang van geheel Zeeuwsch-Vlaanderen zijn. Natuurlijk is het vanzelfsprekend, dat de Zeeuwsch-Vlaamse belangen bij het Deltaplan niet achter mogen blijven. Er zal een commissie moe ten komen, op zo breed mogelijke basis samenge steld uit de bevolking van Zeeuwsch-Vlaanderen, die de belangen van ons gewest tot in de hoogste instanties zal moeten voorstaan. Er worden in deze richting reeds besprekingen gevoerd. Tot zover de punten, die door de heer Henry in zijn algemene beschouwingen naar voren zijn ge bracht. Ten aanzien van hetgeen door de heer De Fejj ter naar voren is gebracht over het rapport van Ir. Jacobsen zou ik het volgende willen opmerken. De heer Jacobsen gaat verder met het verzamelen van materiaal. Dit is van groot belang bij het ont werpen van een uitbreidingsplan. Dit is nodig voor de stedebouwkundige, die bekend moet zijn met de mogelijkheden, die in de toekomst kunnen wor den verondersteld. Uw opmerkingen inzake de trek van de land arbeidersbevolking naar de stad, kunnen wij onder schrijven. Hiermede wordt zeker rekening gehou den. Een gelukkige omstandigheid is, dat wü er, voor wat de woningbouw betreft, gunstiger voor staan dan vorige jaren. We zullen de komende jaren, onvoorziene omstandigheden voorbehouden, meer kunnen bouwen dan tot nu toe het geval is geweest. De bouwcapaciteit is hierbij een grote factor. In dit verband zijn plannen ontworpen, die zich uitstrekken over een reeks van jaren. De bouw van andere gebouwen, zoals kantoorgebou wen waarvan wij de vestiging overigens toe juichen kan vertraging van de woningbouw tengevolge hebben, omdat hiervoor ook bouwvak arbeiders nodig zijn. Binnen afzienbare tijd hopen wü de diverse in bewerking zünde uitbreidingsplannen aan Uw Raad voor te leggen. Uw hoop om de havenovername in 1957 haar be slag te doen krügen, kan ik niet delen. Ik vrees, dat dit een zaak van langdurig onder- ïandelen zal worden. Het is niet iets, om al te optimistische gedachten over te koesteren. Wij :ullen trachten deze onderhandelingen met grote spoed te voeren. Het invoeren van een maximum snelheid laat de wet thans niet toe. Dit is een probleem, dat jpeciaal de aandacht verdient. Niettegenstaande rl het onderwüs in verkeersveiligheid enz. gebeu- en er nog te veel ongelukken. Het is overal in den lande een probleem, hoe dit op te lossen. De heer Van Langevelde heeft beloofd, dat hü sen korte beschouwing zou houden, maar het is rog een hele waslüst geworden van verschillende punten, die zün belangstelling hebben. De opmerking ten aanzien van het Deltaplan kan ik geheel onderschreven. Het is inderdaad te oetreuren, dat er bü het bespreken van het rap port van Prof. Haccoü een verschil van mening heek te bestaan ten aanzien van bepaalde punten in dit rapport. Ik ben er echter van overtuigd, dat wü t.o.v. deze Zeeuwsch-Vlaamse belangen wel tot overeenstemming kunnen komen, zeker ten aan- den van de belangrükste punten. Wat betreft het aantrekken van grotere indu- trieën, dit is niet zo'n gemakkehjke zaak. Ik ben in Den Haag eens bü die instanties ge weest, waar de grote industrieën inlichtingen kun nen vragen, waar zich te vestigen. Men zei daar, dat Zeeuwsch-Vlaanderen niet voor vestiging van ndustrieën kan aanbevolen worden, omdat er niet genoeg arbeidskrachten zouden zün. Een voor- )eeld was een Engelse metaalindustrie, die zich tenslotte in Winschoten vestigde. Ik heb tegen deze verstrekte inlichtingen ge protesteerd. Mün standpunt is, dat het probleem van de arbeidskrachten hier niet zo groot is, als door de regering wel eens wordt verondersteld. Zoals de heer De Feüter reeds gezegd heeft, als men hier landarbeiders zou kunnen huisvesten, zouden nieuwe industrieën zich hier kunnen vesti gen en zou er geen tekort aan arbeidskrachten zijn. Wü kunnen niets anders doen, dan daar voort durend op hameren. zei, dat U verbaasd was, dat de Technische U School nu al te klein is als een 3-jarige cursus wordt ingevoerd. Bü het begin had men met deze mogelükheid rekening moeten houden. Ik kan U daar niet over inlichten, al is bekend, dat het plan bestaat om een nieuwe Technische School te bouwen. Verder weet ik daar niets van af. Dat het politiecorps te klein is, ben ik volkomen met U eens. Ik kan U mededelen, dat het hoofd van de af deling Politie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, die eerst kort in functie is, de zaak zal komen beküken. Deze zal, om zich te oriënteren, zelf naar Terneuzen komen om te zien, hoe de werkzaamheden van de politie hier liggen. Mis schien zal hü voor het politiecorps een ruimere bezetting voorschrüven. Daarmede vindt het sala ris van de inspecteur wellicht ook zün oplossing. Wat betreft het verlenen van 63 subsidies hebt U geen bezwaar tegen de hoeveelheid, maar meer tegen het bedrag van 140.000. Deze verhouding is niet helemaal zuiver. Verschillende subsidies, die zeer groot zün, zün er bü, maar ook subsidies van een zeer gering bedrag. Of dit nu op zichzelf te veel is, ben ik niet met U eens. Wél ben ik het met U eens, en daar heb ik al meer op gehamerd, dat het van veel belang zou zün als het particulier initiatief meer tot uiting zou komen en zich meer zou ontplooien. Dat het nu reeds tüd is om voor de haven van Terneuzen, die nog niet door de gemeente is over genomen, iemand aan te stellen, geloof ik niet. Zoals ik heb gezegd, zal een adviseur worden aangetrokken. Deze heeft zich bereid verklaard om bü de voorkomende onderhandelingen ons met alle mogelüke adviezen ter zijde te staan. Wü hopen binnenkort hierover een voorstel te doen. De heer Dieleman heeft zich met ons bedroefd over het tekort van de begroting, evenals vorige jaren. Hij geeft ons de raad de tering naar de nering te zetten. Dit ben ik stellig niet met hem eens. De tekorten komen niet alleen in Terneuzen voor. Zolang er in de regeling van de financiële verhouding tussen Rük en Gemeente geen ver betering komt, dat er meer rekening wordt ge houden met de behoeften èn met de rechten van de gemeente, zolang zal de gemeente met tekorten moeten blijven doorwerken. Wü zün he't er niet over eens, wat men onder tering en onder nering verstaat. Ik hoop, dat U ervan overtuigd bent, dat wij naar ons beste weten handelen en dat wü steeds de belangen van Terneuzen op het oog hebben. Wethouder De Vos: U hebt de verschillende op merkingen, die naar voren zün gebracht, wel zo danig beantwoord, dat ik weinig meer daarover te zeggen heb. Ik zou alleen maar in herhaling treden en dat zou de vergadering onnodig rekken. Ik zal het heel kort maken en op verschillende punten, die U beantwoord hebt, niet meer ingaan. Wanneer ik over een en ander toch nog iets wil zeggen, dan is dit alleen om Uw woorden te onder strepen. Alles wat door de heer Henry is gezegd, is door U beantwoord op een wüze, dat er niets meer aan toegevoegd behoeft te worden. Ik zou dan willen overgaan naar wat de heer De Feüter heeft gezegd, waarbü ik dan tegelijker- tüd terugkom op de opmerking van de heer Hen ry, omdat hü over hetzelfde heeft gesproken, na melük de woningbouw. Hierop dringt de heer De Feüter in het büzon- der aan. Dat een groot gedeelte van de bevolkings aanwas van het platteland zal komen, ben ik met hem eens. Wü zullen hiermede uiteraard rekening moeten houden. Ook ik ben geen voorstander van flatbouw. Hieraan is echter niet altüd te ont komen. Uit stedebouwkundig oogpunt is deze bouw, om differentiatie te krügen, gewenst. Men voorkomt daarmede een zekere eentonigheid in de woningbouw. Ook uit een oogpunt van beschik bare grondoppervlakte kan flatbouw wel eens wen selük zün. Wü zullen er dan ook niet aan kunnen ontkomen om in>de toekomst nog wat flatgebou wen neer te zetten. De heer De Feüter heeft ook gezegd, dat men er rekening mede moet houden, dat er mensen zün, die zich hier gaan vestigen, die liever een volkstuintje hebben dan een sportveld of een speel terrein. Wanneer hü daarmede bedoelt, dat wü ook ruimte moeten laten voor volkstuintjes en hü niet bedoelt, dat wü dan geen sportvelden moeten aan leggen, kan ik daarmede instemmen. Wanneer d geprojecteerde en thans gedeeltelük reeds in uit voering zünde sportterreinen gereed zün, is voor een lange reeks van jaren aan de behoefte ten op zich te hiervan voldaan. Voor de nabüe toekom, zün er dan ook geen plannen op dit gebied. Wat betreft de opmerking van de heer Diele man, spüt het mü, dat hü gezegd heeft, dat hü tegen alle subsidies van sport en spel zou zün. Hij weet ook wel, dat een gezonde geest het best in een gezond lichaam kan wonen en dat sport en spel nodig zijn om het lichaam gezond te maken en te houden. Ik vind het jammer, dat hü er zo over denkt, maar in ieder geval begrüp ik, dat dit zijn overtuiging is, die ik moet eerbiedigen. Er is ook gevraagd wanneer met de woningbouw kan worden begonnen. Ik verwacht, dat dit begin volgend jaar zal zün. Dat is tenslotte maar enkele weken meer. Woningbouw vergt altüd een behoor- hjke aanlooptüd in verband met het aanvra gen en toekennen van premies en het uitwerken van bouw- en uitbreidingsplannen. Het bouwplan ondervond vertraging. Dit moest gemaakt worden voor een groot aantal woningen, een bouwplan waarvoor een overzichteüjk geheel niet gemist kon worden. Daardoor heeft het wat langer ge duurd. Nu is het zover, dat de plannen gereed zün en binnen niet al te lange tüd kan worden begon nen. Ten aanzien van het bouwbeleid zün er inder daad enkele moeilijkheden gerezen. Ik geloof ech ter niet, dat we weer zullen terugvallen in de spaarzame distributie van bouwvolume van vorige jaren. Ik vertrouw, dat wü in de toekomst meer zullen kunnen bouwen dan de laatste tüd het geval is geweest. Aan het maken van een uitbreidingsplan zitten veel problemen vast. Als regel duurt het lang voordat een uitbreidingsplan in zün geheel gereed is. Daarom hebben wü er bepaalde gedeelten uitge licht en deze U ter vaststelling voorgelegd. Het komende jaar hopen we met het gehele plan een flink eind te kunnen vorderen. De heer Van Langevelde heeft het gehad over de subsidies. Hierover zal de heer Den Hamer nog wel iets te zeggen hebben. Ik onderschrüf wat de voorzitter heeft gezegd naar aanleiding van de „subsidies", die belangrijke bedragen vertegen woordigen en die voortvloeien uit verplichtingen. De uitgaven, die voortvloeien uit verplichtingen, zoals die tengevolge van de garantiestelling aan het Juliana Ziekenhuis, de vrüwillige brandweer e.d., vertegenwoordigen grote bedragen. Dit kan men eigenlük geen subsidie meer noemen. De wer kelijke subsidiegevallen zün heus niet zo groot. Uiteraard ben ik het er mede eens, dat wij niet zonder meer elke subsidie-aanvrage moeten inwil ligen. Aan de andere kant ben ik van mening, dat tal van zaken, die uit particulier initiatief voort komen, zaken waar wü allemaal vóór zün, niet tot stand zouden kunnen komen zonder subsidie. Overigens zouden wü het particulier initiatief in meerdere gevallen wel eens actiever wensen, dat ben ik wel met de heer Van Langevelde eens. Dit is het, wat ik nog wilde zeggen. De Voorzitter: Ik heb de heer Van Langevelde nog niet geantVvoord op zijn vraag betreffende de Commissie van de Kanaalzone. Deze commissie zal morgen vergaderen over de Westelüke Waterlei ding. Dit is een belangrijk punt, dat reeds jaren om een oplossing vraagt en waar de gemeenten ten zeerste bij zün geïnteresseerd. Het heeft inder daad lang geduurd voordat deze vergadering ge houden werd, maar dit komt omdat eerst onlangs de laatste vertegenwoordiger van deze commissie is aangewezen. De heer Den Hamer: Meneer de Voorzitter. Na uw beantwoording van de gestelde vragen en die van de heer De Vos, blijft er voor mü nog maar weinig over. In de eerste plaats wilde ik opmerken dat de financiële toestand van onze gemeente niet direct verontrustend te noemen is. Onze vaste schuldenlast beloopt een bedrag van büna ƒ8.000.000,Dit lijkt erg hoog, maar wanneer men bedenkt, dat hierin is begrepen een bedrag van 6.000.000,voor de woningvoorziening en 1.000.000,voor het grondbedrüf, welke beide bedragen rendabel en nog een bedrag in reserve zün, dan valt deze schuldenlast wel mee. Dat de toekomst voor de gemeente erg hoopvol is, kunnen we echter ook niet weer zeggen. De uitgaven tonen een steeds groeiende lün. Dit kan ook niet anders. De gemeente breidt zich in aan zienlijke mate uit, waarbü het niet altüd mogelük is de tering naar. de nering te zetten. Rekening houdend met de verbetering van straten, riolering, straatverlichting en andere met deze uitbreiding gepaard gaande zaken, staat de gemeente voor steeds grotere uitgaven. Het is niet juist, zoals verschillende heren menen, om steeds met bezuiniging te komen. Men zou dan niet kunnen bereiken, wat thans bereikt wordt. Als gemeentebestuur moeten wij doen wat van ons verwacht wordt, n.l. de gemeente tot groei en bloei brengen en er naar streven haar op hoger peil te brengen. Wat betreft het zwembad, daarover heeft de voorzitter reeds het nodige gezegd. De uitvoering is afhankelük van de Rüksgoedkeuring, die zoals reeds opgemerkt is, vrü willekeurig verleend wordt. Met de opmerkingen van de heer Van Lange velde ten aanzien van de subsidies en met de be antwoording van deze opmerkingen kan ik het eens zün, in zoverre dat hier enige beperkingen moeten worden gesteld. Tegenwoordig komt het meermalen voor, dat men iets opricht, men maakt een begroting op met een nadelig saldo en dit tekort mag dan door de gemeente worden over genomen. Dit is al een heel gemakkelüke wüze van werken. Het is uiteraard niet de taak van de overheid om dergelüke tekorten van het particu lier initiatief, voorzover hiervan dan nog gespro ken kan worden, zonder meer te dragen. Men moet niet op de overheid drüven. Deze heeft slechts een stimulerende taak op dit gebied. Het standpunt van de heer F. Dieleman, om alle ubsidies voor sport, spel, toneel en vermaak af te wijzen is, in het licht van deze stimulerende taak gezien, niet houdbaar. Ofschoon zelf geen in sider op dit gebied, kan ik toch de mening van de 'reer F. Dieleman niet delen. Wat het andere betreft, de subsidies waar de heer Van Langevelde op wüst, als men de subsi dies beziet van het Ziekenhuis, vrüwillige brand weer, Groene en Wit-Gele Kruis, Maatschappelük Werk enz., ziet U dat dit voor het overgrote deel posten zijn, die in deze tegenwoordige tijd niet ge mist kunnen worden. Een gemeentehjk ziekenhuis zou ons b.v. veel meer geld kosten. Dit zün zaken, die de gemeente niet kan missen, wil zü aan haai taak voldoen. Wij moeten rekening houden mei beperking van subsidies en niet teveel subsidies verlenen, maar de noodzakelüke subsidies moeten worden verleend en ik zal daar mün stem volledig aan geven. De opmerking van de heer Dieleman over de bevordering van de zondagsrust kan ik geheel on- derschrüven; de andere posten als zodanig hebben mün instemming. De heer Henry: Ik dank het college zeer vooi de beantwoording van de verschillende vragen. Ir het büzonder verheugt mij uw opmerking, dat wi in de loop van het volgend jaar dus een N.V. Haver Terneuzen tegemoet mogen zien en voorts eer ommissie, die de belangen van Zeeuws-Vlaande- ren zal behartigen. Eén vraag wil ik nog stellen: Beschouwt U ééngezinswoningen tevens als be jaardenwoningen De Voorzitter: Ja, het is beter om te spreker van woningen voor onvolledige gezinpen, zowe voor ouden van dagen als voor alleenwonenden of kinderloze gezinnen. De heer Henry: Worden deze woningen ge bouwd met het gemakken-comfort zoals vooi ouden van dagen gewenst is? De Voorzitter: Dit is wel de bedoeling. De heer Van Langevelde: Ik wil nog even de aandacht vestigen op de subsidies. Ik wist dat deze posten zo groot waren, maar het gaat mü niet om de grootte van het bedrag, maar wel om de hoe veelheid. Ik kan best begrijpen, dat er wel posten zün, die dit bedrag zo groot maken. Het publiel .noet echter gewaarschuwd worden, dat men niel met alle dingen naar de gemeente moet komen maar zelf actief moet zijn, en de handen uit de mouwen moet steken. De gemeente moet slechts stimuleren. De Voorzitter: Om volledig te zün, moet U ei aan denken, dat wü zowel wat aantal als bedraf oetreft zeer veel subsidies afgewezen hebben. De heer De Feüter: Het college heeft alle vra- en duidelijk beantwoord, zodat er voor mü niet veel meer te zeggen overblüft; alleen nog een kleine opmerking. Ik heb gezegd, dat vele van de mensen, die zich hier vestigen, liever een volks tuintje zouden willen hebben dan een sportveld Het is niet mün bedoeling, dat er dan geen sport velden aangelegd moeten worden, maar voox volkstuintjes is een kleinere oppervlakte beschik baar dan in verhouding voor sportvelden, en we moeten toch kunnen voldoen aan de verlangens van de mensen, die hier komen wonen. Er is mis schien nog een stuk grond vrü, dat voor volks tuintjes gebruikt zou kunnen worden. De heer De Vos: Wat betreft de opmerking var de heer Van Langevelde over de veelheid van de subsidies kan ik zeggen, dat dit sterk wordt ver oorzaakt door een groot aantal kleine posten .var 10,die- meer als een uiting van sympathie dan als subsidie bedoeld zün. Dit is natuurlük van belang. De Voorzitter: We zullen de begroting, zoal vorig jaar, per bladzijde behandelen. Hierna gaat de vergadering over tot de behan deling van de begroting. De heer Van Langevelde: Er staat in de inlei ding, wat betreft de kwestie van het raadhuis, da burgemeester en wethouders geen voorstel ge daan hebben, om hiervoor een post uit te trekken Dit spüt me, want de representatie van de ge meente ten opzichte van het raadhuis is niet büstei groot, terwül er wel verschillende andere kapitale werken naar voren gebracht zün. Kan er alsnog geprobeerd worden, zekere werkzaamheden te laten verrichten voor de plannen van een nieuw raadhuis in deze gemeente? Als wü dit uitstellen is er misschien later moeilüker op terug te komen van behoeftigen, die in het rusthuis verpleegd worden, betaalt de gemeente 2/3 der verpleegkos- ten, bedragende totaal 6200,—, waarvan door de emeente dus 2/3 4200,wordt bijgedra gen. Hierbü komt 1540,— wegens te geringe pen- lionprijs, dus totaal een bedrag van 5700, Dit s door burgemeester en wethouders overeengeko- nen na ingewonnen advies van de directeur van Maatschappelüke Zorg. Met een verhoging van de lensionprüs was reeds in de oorspronkelijke be groting enigszins rekening gehouden, zodat met len verhoging van 5000,kan worden volstaan. Hierna komt het voorstel tot het beschikken op /erzoeken om subsidie in behandeling. De heer Camps: Er is in Sluiskil voor de Speel- uinvereniging een subsidie aangevraagd. Komt lit in de komende periode bij het college in be- ïandeling? De Voorzitter: Dit is bü het college nog in on derzoek. De heer Henry: Wat betreft de subsidie voor iet St. Elisabeth-ziekenhuis wil ik even opmerken, lat het college hier een vast bedrag aan subsidie leeft bepaald. Als ik het goed heb, is dit niet de /raag geweest in de afdelingsvergadering. Ik meen lat men niet gevraagd heeft naar een vast bedrag, naar naar een bedrag per ligdag. Vroeger was lit een vast bedrag. Op verzoek van het toenmalige aadslid Dr. Ramselaar werd dit bedrag toen be- oaald per ligdag. Indertijd is over deze zaak veel .esproken, maar de heer Ramselaar vond een sub- idie per ligdag billijker, omdat hiermede het be- ang van het St. Elizabeth-ziekenhuis ten opzichte yan° de gemeente Terneuzen tot uitdrukking werd gebracht. Persoonlük vond ik een vast bedrag vei- iger. In het dagblad „De Stem" ben ik destüds n twee artikelen aangevallen, omdat mün houding liet geweest zou zün, zoals men had verwacht ten ipzichte van het St. Elizabeth-ziekenhuis. Ik con- itateer nu, dat men weer tot een vast bedrag is ivergegaan, zoals ook mijn standpunt is en zoals 'iet ook vroeger was. Ik had het logisch gevonden /an de Katholieke fractie, dat men hier nu tegen- ip gekomen was en dat men weer gevraagd zou ïebben, een bepaald bedrag per ligdag te ver- itrekken en dan zodanig natuurlük, dat men aan hetzelfde bedrag komt. Ik vind het vreemd, dat nen dit standpunt nu loslaat. De Voorzitter: Wij hebben dit bedrag vastge steld, juist omdat wü overwogen hebben, wat er n de afdeling is gezegd. Wij hadden het ook bil- Ük gevonden een hoger bedrag per ligdag vast te stellen, maar het was voor het St. Elizabeth-zie kenhuis zowel als voor de gemeente beter, een ^emakkelük te hanteren bedrag te hebben, dan en bedrag per ligdag. Als we in plaats van 0,30, f 0,50 per 'ligdag berekenen, komen we ongeveer aan hetzelfde bedrag van 7000, De heer Henry: Een vast bedrag krügt U na tuurlük toch, want het aantal ligdagen weet U. De Voorzitter: Wü hebben geprobeerd, beide systemen te combineren. Wü kunnen tevreden pjn, als dit gelukt is. De heer Weterings: Ik had de indruk, dat het zo bedoeld was. Ik heb het bedrag gedeeld door iet aantal ligdagen, en kwam zo op 50 cent. Wij ïebben het zo opgevat, dat het bedrag van 30 cent >er ligdag dus was verhoogd tot 50 cent. De begroting van het grondbedrijf, het woning- ledrüf, de Dienst van Maatschappelüke Zorg en de gemeentebegroting worden hierna zonder hoofde- lüke stemming aangenomen. De Voorzitter: Wü hebben dit overwogen. Het is wel een kwestie, waar wü even over moeten zwügen. Wü delen niet uw vrees, dat er later moei lüker op terug te komen zou zün. Wü hebben ge meend, er in de begroting niet te veel over te moe- ten zeggen. De heer Den Hamer: Volgens de inleiding van de begroting is er niet gerekend met een schets- plan. Als deze plannen na 2 of 3 jaar weer gewü zigd zouden moeten worden, zijn deze onkosten verloren. Wü moeten niet vergeten, dat, zolang deze zaak voor de gemeente nog dragelük is, ei dingen zün die op het ogenblik urgenter liggen dan een nieuw raadhuis. Daarbij moeten wü er niet op rekenen, dat wü deze zaak gauw voor elkaar kunnen krügen. Een schets laten maken betekent kosten, die misschien verloren geld zün De heer Van Langevelde: Indien het niet moge lük is, zullen wü ons hierbij moeten neerleggen De heer Weterings: Als de plannen voor een raadhuis dan niet gauw te verwezenlüken zün wordt de grond hiervoor toch wel geëgaliseerd waardoor het een fatsoenlük geheel gaat worden" De Voorzitter: Stellig. De heer Den Hamer: Ik wil nog even een toe lichting geven op de tweede wüziging. Deze zomer is de Diaconie van de Hervormde Kerk met een verzoek gekomen, om medewerking tot steun voor de verzorging van behoeftigen. Er werd een be drag gevraagd van 10.346,-. 1540 werd uitge keerd voor diegenen, die voor Maatschappelüke Zorg verpleegd werden in het rusthuis, waar de Diaconie volkomen recht op had. Eén persoon komt uit een andere gemeente. Het bedrag wordt dan 8 a 9000 gulden. De verzorging van de gewone behoeftigen blüft voor 100 voor de Diaconie. Voor de verzorging 3. Omvraag. De heer Hol: Münheer de Voorzitter, voor de verkplaats voor gehandicapten is mijn aandacht gevraagd voor het feit, dat er mensen bij zün, die lit andere gemeenten hier werken en in verband net de bus-verbindingen 's morgens vroeg van buis moeten en 's-avonds laat weer terug zün. Mij verd verteld, dat er mensen bü zün, die 11 uur in de weer zijn. Men voelt dit als een bezwaar aan, als een verlenging van de arbeidstüd. Men heeft nü gevraagd, of ik hier uw aandacht op wilde zestigen. De Voorzitter: De kwestie is wel bekend, de op gegeven tijden komen mü wel érg lang voor. Wü uilen dit nagaan. De heer De Vos: Deze mensen zün tewerkgesteld krachtens de sociale werkvoorzieningsregeling /oor handarbeiders. Deze mensen moeten dus de ïormale arbeidstüd werken. Zü kunnen daar ont heffing van krügen op medisch advies en dan moet dit goedgekeurd worden door de districts-consu- ent Sociale Büstand. De provinciale consulent is ïiertoe niet eens bevoegd. Als zü deze ontheffing krügen, behoeven zü niet zo lang van huis te zün. Ik weet niet, of het zo is, dat zij 11 uur van huis zün. Werken zü echter ninder uren, dan wordt ook het loon -lager. Het is te begrijpen, dat deze mensen daar niet veel voor /oelen en liever de volle werktijd werken, om het toch al niet hoge loon ten volle te kunnen krügen. Er is wel een regeling dat de reistüd wordt ver goed, maar dat is krachtens deze regeling alleen nogelük, als men 40 minuten of meer in de bus ïit, en dit is bü niemand het geval. Ik weet, dat het bestuur van de stichting deze zaak heeft be keken, maar het is een vraag, die ik niet zonder neer kan beantwoorden, of hiervoor een oplossing s te vinden, tenzü men medische toestemming krügt en genoegen neemt met een lager loon. De Voorzitter: Vorige keer heb ik in het voor uitzicht gesteld, dat wü de watertoren zouden gaan lezoeken. Ik kan U nu mededelen, dat hiervoor ge- egenheid bestaat, als het de heren schikt, om op saterdag a.s. om 3 uur met hun dames de water oren te gaan beküken onder deskundige leiding. De heer Henry: Trappen klimmen. De liftinstal- latie is er nog niet, dus U zult moeten trappen lopen. De vergadering wordt gesloten. HUISKNECHT BESTAL WERKGEEFSTER. De 24-jarige loswerkman, die als huisknecht in dienst was bij een café in de binnenstad in Den Haag heeft zijn werkgeefster voor 2360 bestolen. Hij deed hiervoor driemaal een greep in het geld kistje. Toen het uitkwam dat hij het geld had ontvreemd, gaf hij zijn werkgeefster onmiddellijk 1500 terug en de goederen, die hij van het gestolen geld had ge kocht, o.m. een motorfiets en een radio. Voorts had de huisknecht dertig flessen drank uit het café gestolen. Deze had hij ver bene den de waarde verkocht aan de 52-jarige fruitkoopman D. G. S. en de 64-jarige winkelier H. A. K. Deze mannen zijn wegens he ling aangehouden. Acht van de gestolen flessen zijn in beslag ge nomen. De overige waren door de helers weer verkocht. OVERVAL EN INBRAKEN IN ENSCHEDE. In de nacht van woensdag op donderdag om half vier hebben twee gemaskerde mannen een overval gepleegd op de 67-jarige alleenwonende caféhoudster de weduwe G. J. ter RietLansink, aan de Lipperkerkstraat te En schedé, in het centrum van de stad. De mannen waren door ver breking van een ruit aan de ach terzijde van het perceel binnen gekomen en hebben, na enige tijd te hebben rondgescharreld in een café waar zij niets van hun ga ding konden aantreffen, zich be geven naar de slaapkamer van de alleenwonende caféhoudster. Op hun weg ontmoetten zij drie gegrendelde deuren, zij trapten de panelen in. Toen zij op de slaapkamer van de weduwe wa ren aangekomen, sloegen zij haar op het hoofd en verdwenen met medeneming van een bedrag van 1200, dat in een portefeuille op de wastafel lag. Van de daders ontbreekt tot hu toe elk spoor. De weduwe werd bloedend aan getroffen en is naar het zieken huis overgebracht, maar zij kon tot nu toe niet verhoord worden. Eveneens in dezelfde nacht zijn op twee andere plaatsen aan de zelfde straat inbraken gepleegd bij kruidenierswinkels. In één daarvan werden de dieven ge stoord en bij een andere zijn zij erin geslaagd een hoeveelheid levensmiddelen, o.a. 30 pond kof fie, mede te nemen. De politie vermoedt niet dat men in deze drie gevallen met de zelfde daders te doen heeft, aan gezien twee inbraken op vrijwel hetzelfde tijdstip zijn gepleegd. Het hoofdbestuur van het Ne derlandse Rode Kruis heeft nog geen overzicht omtrent de j.l. zondag door de voetbalverenigin gen gehouden kollektes voor het Rode Kruis ten bate van de hulp aan Hongarije. Zowel in Den Haag als in de afdelingen heerst op het ogenblik uiteraard een bijna overstelpende drukte. Wel zijn reeds de cijfers bekend uit enkele van de grote steden. In Den Haag was de opbrengst 1275 gulden, in Rotterdam 8000 gulden, in Amsterdam 930 gulden. De in verhouding lage opbrengst in Amsterdam schrijft men bij het Rode Kruis toe aan de reeds voorafgegane, zeer grote acties in de hoofdstad. Ook a.s. zondag zullen de thuisspelendje vereni gingen weer kollektes laten hou den door de plaatselijke afdelin gen van het Rode Kruis. Men verwacht eerst over enkele we ken de totaal-opbrengst te kun nen becijferen. Fa. P. J. VAN DE SANDE

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1956 | | pagina 9