Eisenhower over kernwapens
w
vct"lS gemakken voorzien ffiA&S
véél beter - véél goedkoper
Liefde in de storm
Poolse luchtreizigers op Schiphol
DE NIEUWSTE, MODERNSTE,
STOFZUIGER ^RUTO
VULPENNEN
Oostelijk Flevoland valt droog
11e jaargang no. 3904
TWEEDE DEAD
Donderdag 25 oktober 5 6
in een
Eisenhower in een
Het gaat er voor de Verenigde Staten niet in de eerste
plaats om te komen tot een verbod van proefnemingen
met kernwapens, doch om te verhoeden, dat deze wapens
oorlog worden gebruikt", aldus heeft president
lange verklaring gezegd, welke was
opgesteld op grond van aanbevelingen van zijn raadgevers
van de ministeries van Landverdediging en Buitenlandse
Zaken en van de Amerikaanse commissie voor de atoom-
'"Étalnhcmer maakte hierin duidelijk dat de rèpublikein-
se regering, indien zij na de komende verkiezingen aan de
macht bliift, niet zal instemmen met een internationaal
verbod op proefnemingen met kernwapens, indien dit
niet tevens gepaard zou gaan met een overeenkomst voor
algemene ontwapening, die in de praktijk zou kunnen
worden toegepast.
Toespraak van Stevenson
Moskou en de
gebeurtenissen in Polen
Indonesische kabinet
besluit tot naasting van
olievelden
in Noord-Sumatra
Uiteenlopende commentaren over
de toestand
Russen storen uitzendingen
van B. B. C. niet meer
Eisenhower wees erop, dat, in
dien de Verenigde Staten thans
het voorbereidende werk voor
proefnemingen met kernwapens,
evenals d£ proeven zelf, zouden
staken, om deze alleen te hervat
ten indien bekend was geworden
dat een ander land een water
stofbom tot ontploffing had ge
bracht, „wij zouden kunnen be
vinden' dat onze huidige voor
sprong op het gebied der atoom
wapens teniet zou zijn gedaan,
of zelfs in zijn tegendeel ver
anderd.
Hij voegde hieraan toe, dat de
voorbereidingen voor het tot ont
ploffing brengen van een water
stofbom een kleine twee jaar
duren.
De president wees op de reeds
herhaaldelijk getoonde bereid
heid der V. S. om tot internatio
nale ontwapening mits onder
deugdelijke waarborgen te
komen, hetgeen ook afschaffing
der kernwapens en het stop zet
ten van alle proefnemingen daar
mee, zou inhouden.
„Doch de weigering van de
Sowjet-Unie, om in te stemmen
met dergelijke waarborgen, is de
enige reden, waarom nog geen
internationale ontwapenings
overeenkomst kon worden be
reikt", verklaarde hij.
De president zei voorts, dat de
„meest bevoegde geleerden heb
ben uitgemaakt, dat het voortzet
ten van de proefnemingen met
de waterstofbom op de huidige
schaal het mensdom niet in ge
vaar brengt".
Het voortzetten der proef
nemingen had twee belangrijke
voordelen namelijk:
a. de doelmatigheid dezer wa
pens werd hiermede vergroot,
hetgeen gepaard ging met ver
mindering van het radioactieve
bijprodukt. De verwachting was,
dat deze vermindering nog toe
zal nemen.
b. Door de proefnemingen wa
den de Ver. Staten in staat ge
weest kernwapens te vervaardi
gen, die in de eerste plaats als
afweermiddelen waren bedoeld
De president weer er op dat alle
proefnemingen met kernwapens
radio-actieve bijprodukten, waar
onder het gevaarlijke strontium
90, doen ontstaan, zodat het geen
zin had om, zoals door sommigen
was bepleit, de proefnemingeri
met minder krachtige wapens te
doen houden.
„En wat de Sowjet-Unie be
treft: zij wil inderdaad tot een
verbod van de proefnemingen
met kernwapens komen, doch I
zonder veiligheidswaarborgen,
toezicht of inspectie", aldus pre
sident Eisenhower.
„Ook indien de Verenigde Sta
ten zouden besluiten de proefne
mingen stop te zetten, doch het
onderzoekingswerk op het gebied
der kernwapens voort te zetten,
zouden zij ernstig militair nadeel
kunnen lijden", vervolgde hij, om
te besluiten: „Ik heb de twee vol
gende conclusies getrokken:
1. Wij moeten, zolang er geen
door deugdelijke waarbor
gen omgeven internationale
ontwapeningsovereenkomst
tot stand is gekomen, voort
gaan ons sterk te maken op
het gebied der moderne be
wapening, en dit om der wil
le van onszelf, voor de zaak
van alle vrije landen en voor
het behoud van de vrede.
2. Wij moeten steeds blijven
streven naar een wezenlijke
internationale ontwapening,
die niet op illusies mag zijn
gegrondvest.
Dergelijke illusies kunnen
tweeërlei vorm hebben: men kan
het waandenkbeeld koesteren,
dat het stopzetten der proefne
mingen met kernwapens, zonder
De democratische kandidaat
voor het Amerikaanse president
schap, Adlai Stevenson, heeft op
een massabijeenkomst te New-
York zijn eis herhaald, dat de
Verenigde Staten het initiatief
nemen tot stopzetting van de
proeven met kernwapens, onder
waarborgen neergelegd in een
internationale overeenkomst.
Over Polen zei hij dat de Ver
enigde Staten dit land moeten
helpen bij pogingen om zijn vrij
heid ten opzichte van de Sowjet-
Unie te verkrijgen. „Wij moeten
helpen, indien wij kunnen, en ik
geloof, dat wij eraan moeten
meewerken de zaak voor de Ver
enigde Naties te brengen, indien
de druk der Sowjet-Unie voort
duurt en de Poolse regering het
wenst. Ik geloof verder, dat wij
bereid moeten zijn, met andere
landen economische steun aan te
bieden aan een vrije Poolse rege
ring."
Hij verklaarde, dat Israel wa
pens, economische steun en di
plomatieke garanties moet krij
gen om zijn onafhankelijkheid te
kunnen behouden.
De bewoners van Moskou ver
slinden als het ware de Poolse
kranten, die nog steeds vrijelijk
te koop zijn in alle kiosken. De
„Trybuna Ludu" van zondag,
waarin geantwoord werd op de
kritiek in de „Frawda", was in
enkele minuten uitverkocht.
Hetzelfde geldt voor de Zuid-
slavische bladen „Borba" en „Po-
litika". Bijgevolg kunnen de Rus-
Laten we 's even stilstaan bij
een verse zware VAN NELLE.
In dat blauwe pakje
van de Weduwe zit voor mi|
de allerbeste zware shag.
dat wij op de hoogte zijn, van g ondanks de zwijgzaamheid
hetgeen cfndere landen doen, van dg Sowjet-pers, de gebeurte-
voortgang. inplaats van gevaai,! |e -Warschau uitstekend
betekent", aldus president Eisen-1 mssen le
hower.
I volgen.
Op 13 september j.l. werd de
meerdijk rond Oostelijk Flevo
land gesloten en stelde H.M. Ko
ningin Juliana de drie gemalen
t.w, „Wortman" (Lelystad), „Lo-
vink" (Harderwijk) en „Colijn"
(Ketelhaven) in werking. Nu,
ruim zes weken later (niet alle
pompen werken nog) hebben een
paar personen voor het eerst voet
gezet op Oostelijk Flevoland na
bij Elburg. Zij hebben ruim een
km gewandeld. Een halve km ver
der was het ook al droog, maar
men is niet verder gegaan omdat
daar honderden vogels, waaron
der zeer veel wilde zwanen zeer
onrustig werden en op de wieken
gingen. Het drooggevallen gedeel
te ligt pl.m. 2V2 km ten Z.W. van
Elburg. Het is in de omgeving
van de zandplaat „De Spijk", in
vroegere eeuwen gevreesd door
de vissers. Het ligt in de bedoe
ling hier later een bos aan te
planten.
Verleden jaar is de dienst van
Zuiderzeewerken begonnen met
het baggeren van de kanalen in
de toekomstige polder. Twee
hoofdvaarten, lopende van Ketel
haven naar de Hardersluis en
van Ketelhaven naar Lelystad ter
lengte van 60 km en in totaal 50
km tochten, waaruit ruim 12 mil-
lioen m3 klei, veen en zand zijn
gebaggerd, zullen dan zo goed als
klaar zijn. Naar men verwacht
zullen deze vaarten en tochten
als de polder is drooggevallen,
weer gedeeltelijk met slib zijn ge
vuld. Vooral het ruwe weer van
de afgelopen zomer heeft deze
aanslibbing in de hand gewerkt.
Met de voorbereidingen voor het
baggeren van leze slibhoudende
specie en het verder op diepte
brengen van de vaarten is men
reeds begonnen.
Het Indonesische kabinet heeft
dinsdagavond in zijn kabinetszit
ting besloten de huidige status
van de olievelden in Noord-Su
matra te handhaven en deze niet
terug te geven aan de B.P.M., die
de olievelden vóór de tweede
wereldoorlog exploiteerde.
De olievelden in Noord-Suma
tra worden thans door de arbei
ders zelf bewerkt, onder super
visie van de regering.
Het kabinet besliste ook, dat
de mijnbouwmaatschappijen (met
uitzondering van de oliemaat
schappijen), die nog niet met de
exploitatie van hun concessie-
gronden zijn begonnen, het bevel
zullen krijgen binnen een jaar
aan de regering hun ontwerp-
investering voor te leggen. Deze
maatschappijen zullen hun con
cessierechten verliezen, indien zij
niet onmiddellijk overgaan tot
exploitatie van de gronden.
In afwachting van de afkondi
ging van een speciale mijnwet,
besloot het kabinet, dat de sta
tus van de maatschappijen een
naamloze vennootschap moet zijn,
onderworpen aan de Indonesische
wetten en met hoofdzetels in In
donesië.
Wat Suez Engeland kost
De Suezkwestie kost de Britse
schatkist op het ogenblik onge
veer tien miljoen gulden per
week. Dit is dinsdag door de mi
nister van Oorlog, John Hare, in
een schriftelijk antwoord aan het
Lagerhuis meegedeeld.
Een heterogeen gezelschap Polen, dat dinsdagavond met het
ncimale Iijnvliegtuig van de K.L.M. uit Warschau op Schiphol
aankwam, heeft het meest uiteenlopende commentaar over de
recente ontwikkelingen in Polen geleverd, dat men zich denken
kan. Maar de groep Nederlandse verslaggevers, die zich vol
nieuwsgierigheid met allerlei vragen tot de reizigers wendde,
kreeg op één vraag een bijna steeds gelijkluidend antwoord: Het
Poolse volk is blij met de nieuwe leider Gomoelka en iedereen
verwacht thans verbetering, de een echter meer dan de ander.
Even duidelijk bleek, dat de
Polen nog onder een bepaalde
druk leven, die Nederlanders zich
slechts uit de Duitse bezettings
tijd herinneren. Van alle reizi
gers, die door de verslaggevers
ondervraagd werden, was er n.l.
slechts één, die zonder aarzeling
een naam opgaf.
Dat was een korte, breedge
schouderde man van middelbare
leeftijd, van wie het opviel, dat
hij de journalisten te woord stond
alsof dit dagelijks werk voor hem
was. Hij dicteerde hun met opzet
langzaam (zodat zij de tijd had
den zijn woorden letterlijk te no
teren) een ode aan het nieuwe
Poolse partijbestuur, deelde hij
desgevraagd mede, dat hij naar
München en dan voor een ver
blijf van een maand naar Israël
vliegt en juist toen de verslag
gever» begonnen te denken, dat
ze een vooraanstaande figuur het
zij uit het Poolse bedrijfsleven,
dan wel zelfs uit de Poolse com-
Vo-lgcns het handboek voor 1957
van de Britse radio-omroep dat
maandag in Londen is uitgeko
men, blijken de uitzendingen
van de B.E.C. naar de Sowjet-
Unie niet meer gestoord te wor
den.
De storingen verminderden na
het bezoek van Boelganin en
Chroesjtsjef aan Groot-Brittan-
nië, aldus het handboek.
De buitenlandse uitzendingen
van de B.B.C.. die nog steeds
worden gestoord, zijn in volg
orde van hevigheid de uitzen
dingen in het Pools, Tsjechisch,
Slowaaks, Hongaars, Fins, Bul
gaars, Roemeens, Perzisch, Duits,
Turks, Hebreeuws en Albanees.
Uit mededelingen van vluchte
lingen en uit andere bronnen is
gebleken, dat er in Polen, Tsje-
cho-Slowakije, Hongarije, Roe
menië, de Sowjet-Unie en Oost-
Duitsland een groot aantal men
sen zijn die naar de buitenlandse
uitzendingen van de B.B.C. luis
teren.
Ongeveer een vijfde van de 200
Oost-Duitsers die op de Berlijnse
jaarbeurs hierover ondervraagd
werden, verklaarden dat zij naar
de uitzending in de Duitse taal
luisterden, aldus het handboek.
TT»
door
ELEANOR ELLIOT CARROLL
Vertaling:
HERMAN ANTONSEN
46).
(Nadruk verboden.)
Fa P. J. VAN DE SANDE.
Hij volgde haar in de hut. Ze
ging haastig aan de gang en pak
te kleren en wat ze verder had
den, bij elkaar. Met een vrolijk
glimlachje zei ze: „We moeten die
kleren en al wat verder bruik
baar is meenemen. Het is nu zo
wat elf uur, zou ik zeggen, denk
je ook niet? Dan hebben we dus
bijna een hele dag de tijd om door
die wildernis te dringen. En als
het onmogelijk blijkt, ons een
weg te banen, dan hebben we
ook nog tijd genoeg om hierheen
terug te keren, voordat het nacht
wordt."
Ze keken beiden de kleine hut
met het schamele huisraad rond.
Ze hadden er dan toch een soort
tehuis in gevonden. Met inner
lijke tegenzin en verdriet begon
nen ze op te ruimen.
Onder het werk maakte Robin
de opmerking, dat ze geen voed
sel voor onderweg behoefden mee
te nemen. In het bos konden ze al
wat ze nodig hadden, vinden.
Maar de kleren moesten mee.
Gwynne bedacht een manier om
het gemaakte bundeltje als een
ransel op Robin's rug te binden.
Ze nam strengen van het grauwe
mos, draaide die ineen en ge
bruikte ze als touwen. Het ging
heel goed. Eindelijk gingen ze op
weg. Robin liep voorop en zocht
een zo begaanbaar mogelijk pad
door het dichte woud. Met zijn
zakmes moest hij soms doornen
en scherpe rietstengels wegsnij
den, voordat ze verder konden
gaan.
Gwynne volgde hem op de voet.
Het gaan was meermalen zó ge
vaarlijk, dat ze zich aan takken
of struiken moest vasthouden om
op de been te blijven. Blijkbaar
had nog nimmer te voren een
menselijk wezen die wildernis be
treden.
Ze moesten over grote stenen,
glibberig van 't natte mos, heen-
klauteren en moerassige plekken,
waar ze tot hun knieën inzakten,
doorwaden. Gwynne weigerde
daarbij koppig iedere hulp van
Robin's kant.
„Kijk jij maar voor je uit", zei
ze telkens, als hij zich bezorgd
naar haar omwende." Ik zal wel
roepen als ik niet verder kan
komen."
De modderige stroom, waarover
hij haar reeds verteld had, was
,u eens niet meer dan een meter,
dan weer ruim vier meter breed
en wrong zich in vele bochten
door de wildernis. Ze hadden meer
dan twee uur nodig om een door
waadbaar plekje te vinden. En de
smalle rotsige oevers vormden
een gevaarlijk pad naast het stil
staande donkere water.
Boven hun hoofden kwetterden
vogels van allerlei kleuren en
vlogen verschrikt bij hun nade
ring op. Bange aapjes met ver
drietige snuitjes brabbelden druk
met elkaar over die vreemde,
tweebenige wezens, die ze nog
nimmer op hun domein hadden
gezien. Door hun kluchtige hou
dingen maakten ze Gwynne vaak
aan het lachen.
„Zijn het geen schatjes?" riep
ze met kinderlijke opgetogenheid
uit. „Ik zou er best een paar voor
huisdiertjes willen hebben."
Robin's gezicht klaarde bij der
gelijke uitvallen telkens op. Ze
was nu weer zo gewoon en na
tuurlijk.... net zoals ze geweest
was op dat tochtje in Panam en
Balboa, vóórdat de rest van het
gezelschap kwam storen. Hij riep
jongensachtig terug over zijn
schouder heen, omdat hij van
haar niet mocht omkijken: „Wil
len we even hier blijven en zal
ik er een paar voor je vangen?
Dat zou een aardige aanwinst
vobr ons gezin zijn." Ogenblikke
lijk trok ze zich terug. Hij had
zijn woorden ook niet gelukkig
gekozen.
„Nee, dank je. We doen beter
met door te lopen.'" En ze zeide
geen enkel woord meer over de
dieren die zich vertoonden.
Ze waren eindelijk het riviertje
met behulp van enkele boven
water uitstekende stenen overge
stoken en waren blij, dat ze ein
delijk weer op wat vastere grond
gekomen waren. De wildernis
was nu ook zo dicht niet meer.
Opeens riep Robin het meisje bij
zich.
„Kom nou eens kijken!" zei hij
verdrietig, op een andere mod
derstroom wijzend, die veel bre
der was dan de eerste.
Gwynne staarde naar het vet
tige, zwarte water, dat langs haar
voeten voortgleed. Het was ake
lig om naar te kijken. Er kwamen
vreemde geluiden uit, als speel
de een grote vis in de diepte ver
stoppertje. Plop., plop., plop..
Gerochel. Geplons. En het kwa
ken van kikvorsen. Robin zei ten
minste dat het grote kikkers wa
ren
„En nu wenste ik mezelf al ge
luk, dat het ergste voorbij was",
mopperde hij. „Ik weet werkelijk
niet, hoe we daar over heen moe
ten komen. En het is peilloos
diep. En ik voel er niet veel voor
om naar de overzij te zwemmen
door dat vuile water. Wacht eens
even; ik zal stroomafwaarts eens
kijken. Misschien vinden we daar
wel een brug of iets dergelijks?"
eindigde hij met een geforceerd
lachje.
„Dat is heel waarschijnlijk,"
gaf Gwynne spottend ten ant
woord. „Voorwereldlijke bouw
meesters hebben natuurlijk voor
zien, dat wjj hier zouden komen
en voor ons gezorgd".
(Wordt vervolgd.)
munistische partij te pakken had
den, verklaarde hij niet zonder
trots een doodgewone arbeider te
zijn, die geen lid van de partij
was en dat hij zijn brood ver
diende als katoenspinner.
Op de vraag door wie hij dan
naar Israël gezonden werd, ant
woordde hij, dat het een gewoon
pleizierreisje van hem was.
Langzaam dicterend vertelde
hij in goed Duits: „De ontwikke
ling in Polen is zeer interessant.
Het Poolse volk heeft thans een
belangrijke stap op de weg naar
democratie gezet. Gomoelka is
een groot staatsman, want hij
heeft de moed om de waarheid te
zeggen, dat Polen als het beter
wil leven dan tot dusverre, de
democratie in het hele volk moet
verspreiden en de strijd voor een
betere economische positie moet
versterken. Het Poolse volk staat
met hart en ziel achter de partij
en achter Gomoelka."
„Zijn er veel vreugde-betogin
gen gehouden?"
„Op vele bijeenkomsten in fa
brieken, in universiteiten, heeft
het volk resoluties voor eenheid
met de regering, met de partij en
met het door Gomoelka uitgestip
pelde programma aangenomen."
„Hoe staat men tegenover Rus
land?"
„Rusland? Wij hebben duide
lijk gezegd, dat wij met Rusland
de beste vriendschap wensen.
Neen, er zijn geen Russische troe
peneenheden in Polen, er is geen
strijd in Polen, dat is niet waar.
Er is volledige eenheid in het
hele volk met partij en regering.
Iedereen is blij met de nieuwe
ontwikkeling."
„Was het vroeger dan minder
goed?"
„De vroegere ontwikkeling was
niet zo goed. Iedereen staat nu
achter Gomoelka, die de moed
heeft gehad de waarheid te zeg
gen."
„Heeft men in Polen dan moed
nodig om de waarheid te zeg
gen?"
Hierop aarzelde de- Poolse rei
ziger een moment, waarop hij
met een wedervraag repliceerde:
„Ik weet niet of men hier in dit
land geen moed nodig heeft om
de waarheid te zeggen."
Nadat het interview hierop be
ëindigd werd, kwam de Poolse
reiziger nog even bij de journa
list terug, die hem de laatste
vraag gesteld had, hief zijn vin
ger tegen hem op en zei: „Ik ver
wacht van U, dat U mijn woor
den niet verdraaid in Uw krant
zult weergeven. Mocht U dat toch
doen, dan weet U de consequen
ties zeker wel? Dan zal ik mij
onmiddellijk in verbinding stel-
DFRTIGBUIZEND KILO HOOI
VERBRAND.
Te Beltrum, gemeente Eiber
gen, is dinsdagmiddag omstreeks
kwart voor vier, ongeveer 30.000
kg hooi verbrand nadat brand
was ontstaan op de zolder van
het achterhuis van de boerderij
„Klein Falckenborg". Het achter
huis brandde grotendeels uit. De
Eibergse brandweer wist verdere
uitbreiding te voorkomen.
De oorzaak van de brand is
vermoedelijk dat een door het
dak geleidde kachelpijp van as
best oververhit was geraakt.
len met de internationale federa
tie van journalisten."
Als zijn naam gaf deze zegs
man op: Ian Lewicki uit Lodz. Hij
voegde er aan toe katoenspinner
te zijn en toen de journalisten
vroegen of hij dan wellicht in de
fabriek, waar hij werkte een hoge
positie had, zei hij: „Ik ben ge
woon arbeider. In Polen bestaan
geen fabrikanten. De fabrieken
zijn van de arbeiders en we zijn
allemaal arbeiders."
Een heel ander geluid liet
een huisvrouw uit Warschau
horen, die kennelijk uit een
vrij gegoed milieu stamt. Ze
sprak zeer openhartig kritiek
op het Poolse regiem uit, na
dat de verslaggevers haar be
zworen hadden noch haar
naam, noch het doel van haar
reis. noch het beroep van haar
man te publiceren. Daarom
moet hier volstaan worden
met te zeggen, dat haar man
een intellectueel beroep heeft
en dat zij op weg was naar
een Westeuropese hoofdstad,
waar ze na lange jaren voor
het eerst weer een familielid
gaat bezoeken.
„Sinds drie maanden wordt in
Polen plotseling aan iedereen, die
een reis naar het Westen wil ma
ken, permissie gegeven om te ver
trekken", vertelde ze. Zelf was
ze nooit communiste geweest en
wat het communisme Polen had
gebracht was volgens haar wei
nig fraais. „Er heerst ontstellen
de armoe", zei ze, „men kan er
haast geen kleren kopen" en ze
wees op haar goedkope regenjas.
„Zelfs voor ons is het moeilijk,
laat staan voor de nog armere
Polen. De economische situatie in
ons land is vreselijk. Vóór de oor
log konden we er alles kopen, zo
als het nu waarschijnlijk hier is.
In vele Foolse gezinnen werken
zowel de man als de vrouw bei
den uit noodzaak en hard ook.
Vaak wisselen man en vrouw el
kaar af en werken 6 tot 7 uur,
terwijl de ander thuis op het ge
zin past".
„Er waait nu een nieuwe wind.
Iedereen mag op het ogenblik
alles zeggen, zelfs kritiek op het
communise uiten. Er wordt dan
ook openlijk op het communisme
gekankerd. Ja, mijn liefste wens
is, dat Polen nog eens helemaal
vrij zal worden".
„Is daar nu volgens U een be
gin mee gemaakt?"
De vrouw trekt haar schouders
op. „Voor mij betekent dit geen
echte vrijheid en het lijkt mij on
waarschijnlijk, dat Polen binnen
afzienbare tijd het communisme
zal afzweren".
Ook een andere huisvrouw, af
komstig uit Krakau, een char
mante jonge verschijning, even
eens op doorreis naar een ander
Westeuropees land, waar zij een
familielid ging opzoeken, was
huiverig om veel te vertellen. Als
excuus voerde ze aan, dat ze wei
nig of geen Duits sprak, maar de
schijn was althans tegen haar,
toen ze in perfect Duits vriende
lijk verzocht niet verder op haar
naam aan te dringen. „Begrijpt
U wel?" zei ze treurig. Alles wat
de verslaggevers haar verder
konden ontrukken was: „We ho
pen, dat het thans beter wordt.
Ik heb er niet veel van gemerkt,
want ik was zo druk bezig met
de voorbereidingen van deze
reis".
Een veel oudere Poolse vrouw
verzuchtte zachtjes: „We hopen,
dat er enige verbetering komt,
maar alles is nog lang niet goed
in Polen".
Tenslotte weigerde de best ge
klede reiziger, die uit het toestel
stapte, eveneens een Fooi, die op
Schiphol door een Nederlander
met zijn vrouw werd begroet,
ieder commentaar. Ook hij was
op doorreis.
„Jullie weet er toch al alles
van", zei hij lachend in het En
gels tot de verslaggevers.