r OE ONGEVALLENWET VAN 1921
Uit de Provincie
Hoe de Amerikaanse arbeider zijn
welvaart veroverde
Het geheim van de zeven
schoorstenen
Zaken en studeren in de cel
Er zijn meer uitkeringen, dan men denkt!
1
fcet
éi
m
O
de
ge
ie
gij
fe'
3
zf
kl
da
Grote fusie geeft vakverenigingen sterke machtspositie
TERNEUZEN.
RETRANCHEMENT.
HET WEER.
SLUIS
Cipierik ga even naar de bank...."
Heerlijk leventje in Zweedse gevangenissen
be1
rui|
iie
ge
velj
t>ei
bej
vel
de
dai
Bn
sir
we
tre
ver
we
mo
de:
ka^
sta
de1
ira
aaj
ree
ges
vla
enl
Aa
«eu
gei
fioj
the
*ie1
xui
xse
ée
va
Wc
fck
ge-
tv.
mi
ka
gei
aar
van
wa
cni]
me
ree
Ai
Cy|
te
S3
I
Kt
ko
he
re
gii
wi
is
sn
©c
Sic
SC
be
cu
st\
de
pr
dii
te
tw
H
la
ge
leder die tegen loon werkzaam
is in een onderneming, valt on-
aesf de bepalingen van de Onge
vallenwet 1921. Onder bepaalde
vtwrwaarden zijn verder verze
kerd:
a. zij, die persoonlijk aangeno
men werk arbeid verrichten;
i. zij, die tegen beloning per
soonlijk werkzaamheden ver
richten als venten met voe
dingsmiddelen, courant rond
brengen enz.;
reizigers die uitsluitend voor
één werkgever werken;
thuiswerkers in bepaalde be
drijven, die In de regel voor
één werkgever of voor ten
hoogste 2 werkgevers per
soonlijk arbeid verrichten en
die zich daarbij in de regel
niet laten bijstaan door meer
dan 2 hulpen;
musici (deze worden geacht
in loondienst te zijn van de
exploitant der inrichting,
waar zij optreden)
t zij, die ofschoon niet in een
onderneming werkzaam, be
last zijn met bepaalde werk
zaamheden, bv. chauffeur bij
een particulier;
g. zij, die werkzaam zijn bij de
genen, die een vrij beroep
uitoefenen als ajtsen, tandart
sen, advocaten, architecten,
accountants, notarissen enz.;
h. leerlingen, die geen loon ver
dienen (hieronder worden me
de verstaan zij, die tegen be
taling van leergeld in een on
derneming werkzaam zijn; zij
die al dan niet tegen betaling
van leergeld als leerling ener
instelling van technisch on
derwijs in een onderneming
ten behoeve van hun prakti
sche vakopleiding werken,
alsmede zij, die aan een vak
school, verbonden aan een on
derneming, opleiding ontvan
gen).
Wat wordt onder een
onderneming verstaan?
Onder een onderneming ver
staat men een bedrijf of een
txanbinatie van bedrijven, uitge
oefend met het doel om winst te
maken. Vrijwel alle bedrijven
vallen dus onder de bepalingen
der Ongevallenwet 1921, behalve
de bedrijven van landbouw, vee
houderij, tuinbouw, bosbouw,
waarvoor de Land- en Tuinbouw-
ongevallenwet en de bedrijven
van zeevaart en zeevisserij, waar
voor de Zeeongevallenwet is in
gesteld.
De werkgevers, die in hun on
derneming personeel werkzaam
hebben, moeten daarvan binnen
14 dagen na aanvang van hun
bedrijf schriftelijk aangifte doen.
Formulieren hiervoor zijn gratis
verkrijgbaar bij de Raden van Ar
beid. en de postkantoren.
indien een arbeider nu een on
geval overkomt, in verband met
zijn dienstbetrekking is de werk
gever verpücht te zorgen voor
het tijdig inroepen van genees
kundige hulp en voor aangifte
van het ongeval binnen 24 uur na
het verlenen van de geneeskun
dige hulp. Deze aangifte dient te
geschieden bij de Raad van Ar
beid of ten postkantore.
Beroepsziekten als ongeval.
Beroepsziekten worden met on
gevallen gelijkgesteld. Onder be
roepsziekten worden o.a. vei
staan: vergiftiging door lood en
door kwik. miltvuur, mijnworm-
ziekte, vergiftiging in de chemi
sche industrie, bakkersexzeem
-tuberculose, wanneer deze ziekte
Tieh openbaart bij personen, ver
bonden aan warenhuizen of sana
toria enz.
Uchamehjke letsels die in een
betrekkelijk korte tijd ontstaan,
aoais bv. peesschede-ontsteking,
bevriezing, zonnesteek, blaar en
dergelijke worden ook als onge
val beschouwd.
De door een bedrijfsongeval ge
troffen werknemer ontvangt als
schadeloosstelling ten eerste ge-
«ees. en heelkundige behande
ling. Indien hij de derde dag na
het ongeval nog niet in staat is
tot werken, een uitkering groot
8fj<w van zijn dagloon, te rekenen
van de dag na het ongeval af, ge
durende ten hoogste 6 weken
Duurt de ongeschiktheid tot
werken langer dan 6 weken, dan
ontvangt de getroffene bij alge
hele ongeschikheid tot werken
If)% van zijn dagloon of bij ge-
deeltebjke ongeschiktheid een
evenredig deel van de bovenge
noemde 70%. Bedraagt bet dag-
Soon meer dan 16 gulden, dan ge
schiedt over dat meerdere geen
aitfeering.
Over de dagen waarop de ge
troffene voor rekening van de
rijksverzekeringsbank in enige
inrichting verblijft, wordt, indien
hij niet gehuwd is en geen kost
winner is. de uitkering tot een
derde verminderd.
Kan door het geven van een
aepaalde opleiding de arbeidsge-
sehiktheid verhoogd worden, dan
heeft hij daarmede genoegen te
nemen. Een metaalbewerker, die
door het missen van een hand
bv opgeleid kan worden tot ma-
riiinetekenaar, kan die opleiding
worden gegeven.
Bij overlijden.
Indien een werknemer tenge
volge van een ongeval overlijdt,
worden de volgende uitkeringen
^egevenbegrafeniskosten tot n
Bedrag van 30 X het dagloon
met een maximum van 450,—
■en verder een rente aan de nage
laten betrekkingen.
Deze rente bedraagt voor de
echtgenote 30% van het dagloon
van de overledene; voor elk kind
van de verzekerde 15% van het
dagloon (wanneer dit kind ouder
loos is of wordt 20%voor de
ouders, grootouders en schoon
ouders ingeval de overledene
hun kostwinner was, ten hoogste
30% van het dagloon (alleen als
de echtgenote en kinderen de vol
le rente hebben ontvangen)
Kinderen genieten de rente tot
dat zij 16 jaar oud zijn, d.w.z. een
wezenrente ingevolge één der on
gevallenwetten v.z.v. betreft de
kinderbijslag, doch alleen dan, in
dien en voor zover de kinderbij
slag het bedrag der wezenrente
overtreft. Het totaal bedrag der
renten aan nagelaten betrekkin
gen mag echter een bedrag van
60 van het dagloon van getrof
fene niet overschrijden. Indien
dit wèl het geval is, dan onder
gaat elke rente een evenredige
vermindering.
Wie betaalt de schadeloos
stelling?
De rijksverzekeringsbank te
Amsterdam betaalt alle uitkerin
gen en stuurt daartoe de door 'n
ongeval getroffen werknemer 'n
briefje, op vertoon waarvan hij
ten postkantore het hem toeko
mende in ontvangst kan nemen.
Hierbij zij aangetekend, dat in
ondernemingen, waaraan een
door de rijksverzekeringsbank er
kende geneeskundige dienst is
verbonden, de uitkering over de
eerste zes weken na het ongeval
door de werkgever wordt uitbe
taald.
Indien een arbeider door een
ongeval getroffen is, heeft hij
zich te houden aan de controle
voorschriften. De voornaamste
bepalingen daarvan zijn:
a. Men mag de woning niet ver
laten voordat de eerste con
trole heeft plaats gehad, be
halve als men ter controle
wordt opgeroepen;
b. na de eerste controle mag
men uitgaan, doch men dient
er voor te zorgen, dat men op
bepaalde uren thuis is;
c. men mag niets doen, wat zijn
genezing kan belemmeren en
men dient zich te houden aan
de voorschriften, welke de
controlerend arts oplegt;
d. zodra dit mogelijk is, moet
men weer aan het werk gaan.
Worden de controlevoorschrif
ten overtreden, dan kan de uitke
ring geheel of gedeeltelijk wor
den geweigerd.
Indien een getroffene niet ac
eoord gaat met de hem gedane
uitkering, kan hij binnen een
maand na dagtekening der beslis
sing in beroep gaan bij de Raad
van Beroep, binnen welks gebied
hij woont. Tegen de beslissing
aangaande een tijdelijke uitke
ring kan geen beroep worden in
gesteld. Bij het schrijven aan de
raad (klaagschrift) moet een af
schrift van de beslissing, waarte
gen men in beroep gaat, gevoegd
worden. Verder dient een bepaal
de vordering te worden gesteld,
dus men moet in dit klaagschrift
te kennen geven, welke beslis
sing men wenst, dat zal worden
genomen. Het bewuste klaag
schrift moet in tweevoud worden
ingediend.
(Nadruk verboden.)
LIBERIAANS SCHIP OP WRAK
GESTOTEN.
Het Liberiaanse schip „Melody"
(7198 t.) heeft gisteravond ge
seind, dat het bewesten de West-
hinder aan de grond gelopen is
en assistentie nodig heeft.
Het eveneens Liberiaanse schip
„Tina Onassis," dat juist Hoek
van Holland was gepasseerd op
weg naar zee, seinde, dat het
koers zette naar de „Melody."
Verder seinden een Spaans en
een Brits schip, dat zij zich bij
de „Melody" bevonden.
Latere seinde het stoomschip
„Suffolk Ferry," dat op weg was
naar Zeebrugge, dat het de „Me
lody" naar veilige wateren zou
brengen. U bent zowel 45 mijl
van Vlissingen als van Dover, al
dus de boodschap van de „Suf
folk Ferry" aan de „Melody."
De „Melody," antwoordde, dat
zij de „Suffolk Ferry" naar Zee-
brugge zal volgen.
De „Melody" heeft water in
ruimen drie en vier en is waar
schijnlijk op een wrak gestoten.
Verkeersongevallen.
Gistermiddag stonden twee
auto's voor het kantoor der Ge
westelijke Arbeidsbeurs in de
Nieuwstraat geparkeerd. Toen de
heer J. M. uit Sas van Gent,
wiens auto achter de andere
stond, startte om weg te rijden
en daarbij naar links uitweek,
kwam zijn auto in botsing met
de juist voorbijrijdende auto be
stuurd door de heer F. v. D. uit
Terneuzen. Het gevolg was, dat
de auto van de heer M. tegen de
nog geparkeerd staande auto
werd gedrukt, zodat ook deze
materiële schade opliep.
Gisternacht te ongeveer half
twaalf kwam de auto bestuurd
door de heer V. tegen een in de
Julianastraat staande boom te
recht. De auto werd hierdoor zó
zwaar beschadigd, dat zij met een
kraanwagen moest worden weg
gesleept.
Biljartwedstrijd.
Voor de biljartwedstrijd in café
De Voldere bestond grote belang
stelling. Van de 42 deelnemers
behaalde de heer A. Versprille de
hoogste serie met 16 caramboles.
De verdere uitslag was als
volgt: le pr. W. Nelisse en M.
van Dale; 2e pr. Abr. v. d. Woude
en L. Scheerens; 3e pr. Adr. de
Visser en Iz. de Smidt.
En de haas lachte
Een groep jagers van Zuid-
zande en Zuid-Beveland zouden
hun geluk beproeven op de lan
derijen bij Terhofstede. Helaas
bleek ook hun, dat niet elk schot
een haas betekent. In de hitte
van het gevecht met de langoren
moet één der jagers een vertwij
feld schot afgevuurd hebben, dat
de haas, de molen en een woning
ongedeerd liet, doch een jonge
ling de schrik om het lijf en
hagel tegen de broek bezorgde.
Ook velde dit schot in één slag
drie ruiten van een woning. Als
bijzonderheid kan vermeld wor
den, dat op dat moment een kleu
ter, die in de regel bij het be
wuste raam pleegt te zitten, met
moeder een wandeling deed.
Gemeenteraad.
De gemeenteraad van Retran-
chement kwam in voltallige zit
ting bijeen onder voorzitterschap
van burgemeester J. A. Leen-
houts.
Een voorstel van B. en W. om
de kolentoeslag aan de minst
draagkrachtigen te verhogen van
3,60 tot 4,10 werd z.h.s. goed
gekeurd. Ook de salarisverorde
ning voor de opzichter van de
Centrale Dienst werd gewijzigd.
Afwijzend werd beschikt op
een bezwaarschrift van de heer
J. van Boven te Amsterdam be
treffende zijn aanslag in de
straatbelasting.
De verordening op de Vlees
keuringsdienst in de kring Sluis
werd gewijzigd.
Aan de Herv. Gemeente te
Retranohement werd voor 1955
een subsidie toegekend van 5,50
voor de bibliotheek.
Besloten werd de kasgeldlening
voor 70 mille te verlengen tot 1
mei 1956.
De begroting voor 1956 werd
z.h.s. vastgesteld. De cijfers zijn:
gewone dienst in ontvang en uit
gaven 119869,27 met een post
voor onvoorzien van 822; kapi-
taaldienst 122729,57 in ontvang
en uitgaven.
Het bedrag per leerling, als
bedoeld in art. 55bis van de l.o.
wet, werd voor 1956 vastgesteld
op ƒ42,39.
Bij de rondvraag sprak de raad
zijn ernstig misnoegen uit over
de houding van de douane ten
aanzien van de vele vreemdelin
gen, welke ook in deze tijd van
het jaar een bezoek wensen te
brengen aan Retranchement en
de overige gemeenten van West
Zeeuws-Vlaanderen.
De voorzitter dankte de raad
voor de prettige samenwerking
in het afgelopen jaar en wenste
alle leden een voorspoedig en ge
lukkig 1956 toe.
Als oudste raadslid dankte de
heer Den Hamer (P.v.d.A.) de
voorzitter, wethouders en ge
meentesecretaris voor de goede
verstandhouding en sprak even
Ten noordoosten van de Azoren
handhaaft zich een krachtig ge
bied van hoge luchtdruk. Een
uitloper hiervan, die zich maan
dag nog naar Scandinavië uit
strekte, verplaatste zich vandaar
naar het zuiden. Daardoor nam
de wind in ons land drastisch af.
In de koude, uit Zweden afkom
stige lucht, die inmiddels Neder
land was binnengestroomd, kwa
men flinke opklaringen voor, zo
dat in de avond de temperatuur
al tot aan het vriespunt was ge
daald.
Eten zeer actieve depressie, die
ten noorden van IJsland langs
naar het noordoosten is gekoerst,
houdt samen met het hogedruk-
gebied op de oceaan een krach
tige zuidwestelijke luchtstroming
instand, waarmee zachtere en
vochtige lucht wordt aangevoerd.
De voorste begrenzing hiervan
verplaatste zich over de Britse
eilanden en de Noordzee naar
het oosten. In de loop van heden
kan deze zachtere lucht ook Ne
derland binnendringen.
eens, namens de raad, zijn beste
wensen uit voor het komende
jaar.
i)
(Nadruk verboden)
HOOFDSTUK I.
Anthony Cade tekent.
„Gentleman Joe!"
„Wat!Verduiveld, Jimmy
McGrath".
Castle's „rondreis de luxe", die
in dit geval vertegenwoordigd
werd door zeven neerslachtig kij
kende leden van de zwakkere
sekse en drie transpirerende di
to's van de sterkere, keek op
eens geïnteresseerd toe. Mr.
Cade had blijkbaar een oude
vriend ontmoet. Ze bewonderden
Mr. Cade toch al zó, zijn slanke
lenige figuur, zijn smal gezicht
en het onverwoestbare goede hu
meur, waarmee hij meningsver
schillen beslechtte en hen met
hun tienen op 'het pais-en-vree-
pad hield. Die vriend met wien
hij daar stond te praten'n
eigenaardig, maar toch wel inte
ressant type! Ongeveer even
groot als Mr. Cade, maar veel
zwaarder gebouwd en lang zo
knap niet. 't Soort man, waar
over je in boeken leest, die er in
't een of ander onherbergzaam
oord een herberg op na houdt,
'n Beetje griezelig, maar wel de
moeite van het bekijken waard.
En daarvoor ging je toch eigen
door
AGATHA CHRISTIE
lijk 's zomers op reis. Om de din
gen, die de moeite van het be
kijken waard waren. Niet, dat er
hier in Boelawayo veel te bekij
ken viel. Tot op dat ogenblik
hadden ze het er, eerlijk gezegd
een beetje vervelend gevonden.
De zon was ondragelijk heet, het
hotel was, op z'n zachtst gespro
ken, ongezellig en je kon zowat
nergens naar toe. 't Was wachten
op het moment, dat de auto, die
hen naar de Matappos moest
brengen, voor zou komen. Geluk
kig had mr Cade, als tijdverdrijf
prentbriefkaarten-kopen voorge
steld. En, dat moest gezegd wor
den, prentbriefkaarten hadden ze
in Boelawayo.
Anthony Cade en zijn vriend
waren een pas of tien doorgelo
pen en bleven daar staan.
Zeg, kerel, wat ben jij van
planéén, twee, drie, vier,
vijf, zes, zeven rokken!" vroeg
McGrath. „Ga je een harem op
zetten?"
„O nee!" grinnikte Anthoniy.
„Heb je ze van dichtbij beke
ken?"
„Ja, ik dacht: „Misschien is de
arme kerel erg bijziende gewor
den."
„Mijn ogen laten niets te wen
senen mijn smaak evenmin.
Nee, dit is Castle's rondreis de
luxe. Ik ben Castledat wil
Spoedeisende zitting van de
gemeenteraad.
Op de laatste dag van het jaar
kwam de gemeenteraad van Sluis
in spoedeisende zitting bijeen.
Het enige punt van de agenda
vermelde een voorstel van het
college van B. en W. om een
raadsbesluit van 7 januari 1955 te
annuleren. Hierbij was bepaald,
dat het pand Ka-de 40 met ingang
van 1 januari 1956 aan de ge
meente moest worden opgele
verd in verband met de sane
ringsplannen. Door vertraging in
de nieuwbouw van een plaats
vervangend pand leverde dit
voor de tegenwoordige eigenaar
moeilijkheden op en de raad be
sloot tot uitstel tot 1 april 1956.
Van 1 januari tot 1 april 1956
zal door de eigenaar aan de ge
meente een bedrag van 17,50
per week betaald moeten worden
in verband met het verleende
uitstel.
Aan het eind van de vergade
ring dankte de burgemeester de
raadsleden voor de prettige
werking gedurende het afgelopen
jaar en deze toespraak werd be
antwoord door wethouder J. P.
J. Wage namens de leden van de
raad.
Aanbesteding.
Door de Centrale Dienst „West
Zeeuwsch-Vlaanderen" te Oost
burg werd namens het gemeente
bestuur van Sluis aanbesteed het
slopen van 20 noodwoningen aan
de Ridderstraat en het volledig
bouwrijp maken van het bij deze
woningen behorende terrein. Er
waren slechts twee inschrijvin
gen, n.l. fa. Gebr. Krieckaert te
Hengstdijk voor 2980 te betalen
door de gemeente en de fa. C.
Westdorp en Zn. te Goes voor
2100 te betalen aan de ge
meente.
zeggen, z'n plaatselijke vertegen
woordiger."
„Hoe kom je er, bij hoog en
laag, bij, om zo'n baantje aan te
nemen?"
„Noodzaak, jongetje, noodzaak.
De staat, waarin m'n portemon-
naie verkeerde. Niet, omdat ik
me op dit speciale terrein zo ge
weldig op m'n gemak voel."
Jimmy grijnsde.
„Je bent nooit bepaald dol op
geregeld werk geweest hè?''
Anthony negeerde die insinua
tie.
„Maar ik krijg vandaag of mor
gen wel wat anders," zei hij op
timistisch. „Altijd moed houden,
is mijn motto,''
Jimmy grinnikte.
„Als er maar gauw ergens her
rie komt.... dan heb je werk
voor je geknipt," zei hij. „Jij
hebt een flair voor herries
èn je hebt, wat je huid betreft,
mirakuleus geluk. Wanneer kun
nen we eens op ons gemak met
elkaar praten?"
Anthony zuchtte.
„Eerst moet ik met m'n mena
gerie naar het graf van Rhodes".
„Netjes ingepikt," zei Jimmy
goedkeurend, „dan komen ze
bont en blauw terug van de
wagensporen en bobbels en bul
ten in de weg en dan snakken
ze naar bed. De manier om een
avond voor mij vrij te maken."
„Goed. Tot vanavond dan, Jim
my."
Anthony ging terug en dreef
z'n schaapjes bijeen. Miss Tay
lor, de jongste en de frivoolste
van de kudde, trok zonder een
Met bewondering en misschien
ook wel met afgunst kijkt men
buiten de Verenigde Staten naai
de Amerikaanse arbeider met
zijn auto, zijn televisie-toestel,
zijn ijskast en zijn hoge loon, dat
dit alles mogelijk maakt. Dik
wijls ziet men daarbij echter over
het hoofd, dat het geluk ook deze
mens maar niet zo in de schoot
is geworpen. Ook hij heeft hard
voor zijn plaats onder de zon
moeten vechten.
De geschiedenis van de Ameri
kaanse arbeiders is nauw ver
bonden met de naam Roosevelt.
Met die Theodore Roosevelt, die
in 1901 een bittere strijd tussen
werkgevers en werknemers in
het voordeel der laatsten wist te
beëindigen en die in 1916 door
het ingrijpen van zijn regering
ten gunste van de stakende mijn
werkers de arbeiders er toe aan
spoorde lid van een vakvereni
ging te worden. Het aantal geor
ganiseerde arbeiders was op dat
ogenblik buitengewoon klein:
iets meer dan 800.000. Vier jaar
later waren het er vier miljoen.
Maar de vreedzame samen
leving duurde niet lang. Met
schaamte herinneren beide par
tijen zich de zogenaamde yellow
dog (gele-hond) contracten, waar
toe de werkgevers vele arbeiders
dwongen. Deze bepaalden, dat
een werknemer zou worden ont
slagen, indien hij lid van een
vakorganisatie werd. Dat leidde
tot een bizonder zwaar conflict,
waarin aan beide zijden met
bommen en machinegeweren
werd geargumenteerd.
Wilde stakingen en crisis.
Nog maar kort behoorde deze
strijd, die onbeslist eindigde, tot
het verleden, of er volgde een
periode van wilde stakingen, ont
ketend door de I.W.W. (Industrial
Workers of the World), een orga
nisatie, die de arbeiders het
eigendom van de produktiemid-
delen wilde geven. De I.W.W.
ging aan dit programma, dat
voor de brede massa der Ameri
kaanse arbeiders geen aantrek
kingskracht had, ten gronde.
In de volgende jaren bleef het
ledental der vakverenigingen aan
sterke schommelingen onderhe
vig. Toen in 1930 de grote depres
sie begon, waren er in totaal nog
geen drie miljoen georganiseerde
arbeiders. Het was de „New
Deal'' van president Franklin D.
Roosevelt, die de stoot gaf tot
de enorme tot op dit ogenblik
voortdurende groei der vakver
enigingen. Deze groei heeft thans
door de fusie der beide grote
overkoepelende organisaties,
„American Federation of Labour"
en „Congress of Industrial Orga
nizations" een hoogtepunt be
reikt. Van de 17 miljoen georga
niseerde arbeiders zijn er 15,4
miljoen lid van de nieuwe een
heidsvakbond. Er buiten bleven
slechts de mijnwerkers en enige
kleinere groepen, waaronder de
vakvereniging der haveiwerkers,
die zich nog steeds niet hebben
kunnen bevrijden van de gang
sters, die zich jaren geleden van
de leiding van hun organisatie
meester maakten.
Felicitaties.
De buitengewone verschuiving
in de sociale machtspositie van
de arbeiders werd wellicht het
best geïllustreerd door de vele
felicitaties, onder meer van pre
sident Eisenhower, die de vak
bondleiders ter gelegenheid van
de grote fusie ontvingen. Overi
gens is het aan geen twijfel on
derhevig, dat het de enorme pre
statie der arbeiders in twee we
reldoorlogen is geweest, die ook
de felste tegenstanders ervan
Amerikaanse arbeiders hun so
ciale verworvenheden, die vrij
wel nergens ter wereld geëven
aard worden, te danken aan het
goede werk van hun leiders
lieden, die verstand aan gema
tigdheid paarden en in hun over
grote meerderheid immuun voor
het communisme bleken. Andere
gunstige factoren waren: de nu
al sinds 1940 durende „boom"
(vlucht van de conjunctuur), de
voortdurende verbetering der
methoden van massa-produktie
en de in steeds grotere omvang
bedreven exploitatie van de na
tuurlijke rijkdommen van het
land.
Toch moet worden vastgesteld,
dat nog slechts 25 procent der
arbeiders in de Ver. Staten is ge
organiseerd (in sommige West-
europese landen 80 procent!). Het
probleem van de organisatie der
georganiseerden zal zonder twij
fel de voornaamste taak zijn van
het nieuwe eenheidsvakverbond,
dat onder leiding staat van Geor
ge Meany en Walter Reuther.
Vrees voor de stootkracht.
Natuurlijk bestaat er in de
zekere vrees en daardoor een
verhoogde bereidheid tot weer
stand ten aanzien van de nieu
we massale stootkracht der vak
verenigingen. Ook de politici
hebben angst, dat een zo steike
en gedisciplineerde groep der be
volking maar al te gemakkelijk
een partij zou kunnen „ver
overen".
Deze vrees is echter waar
schijnlijk ongegrond, want Meany
en Reuther weten heel precies,
dat zij slechts op de basis van
twee partijen kunnen werken.
Zij zullen het onder alle omstan
digheden vermijden, de politicus
te spelen en zich liever aan de
oude principes van Samuel Gom-
pers, de vader der Amerikaanse
vakbeweging, houden om in het
politieke leven van het land
slechts zuivere vakverenigings
doelen na te jagen.
Op één punt moet daarbij ech
ter een uitzondering worden ge
maakt: zij zullen, voor zover zij
daartoe in staat zijn, er op toe
zien, dat in de Senaat en in het
Huis van Afgevaardigden in het
komende jaar kandidaten wor
den gekozen, die voorstanders
kringen der werkgevers een zijn van de sociale vooruitgang.
„En meneer, vertel eens, wat
wilt hier gaan doen?" „Zaken",
antwoordde de nieuwe gevangene
Sven Behlin. Het één zowel als
het ander is heel normaal, want
de Zweerse gevangenissen zijn
u'ltra modern en tijdens hun ver
blijf moeten de gevangenen vol
gens de wet gelegenheid krijgen
zich te rehabiliteren. Zowel de
directeur als de bewakers spre
ken de gevangenen steeds aan
met „meneer" en verlenen hun
alle faciliteiten.
Zo begon in de gevangenis het
ongelooflijke sprookje van Sven
Behlin. Hij kreeg in zijn cel een
schrijfmachine, briefpapier en
eqn telefoon. Hij had ook omscho.
lingscursussen kunnen volgen,
timmerman, smid, bankwerker
of electricien kunnen worden. Hij
zou dan gewerkt hebben in de
moderne werkplaatsen van de ge
vangenis en ook nog twee tot
zeven gulden per dag hebben ver
diend.
Evengoed had hij kunnen zeg
gen advocaat te willen worden of
leraar Grieks, want de gevange
nen, die een intellectueel -beroep
wensen, worden evenmin verge
ten. Ze hebben grote biblioteken
ter beschikking, schriftelijke les
sen en mondelinge aanvullingen.
Voor het examen krijgen ze vrij. .voor vele gasten een uitstekende
Maar Sven was een geboren heropvoeding te zijn.
zakenman. Waarom zou hij in de Ontvluchtingen komen -bijna
gevangenis geen zaken kunnen iniet voor. Zo af en toe komt er
doen? Zoals iedere gedetineerde 'eens iemand niet van familiebe-
haci hij recht op wekelijks fami- zoek terug, maar hij wordt in het
liebezoek en op 48 uren vrij per algemeen weer spoedig gegrepen,
drie maanden. Reiskosten naar Wij staan hier anders tegenover
huis worden nog vergoed en de de misdadigers en de overtreders.
De „gast" mag zélf de kleur
van de gordijnen en de sprei kie
zen. Hij mag ook zelf de fraai ge
schilderde muren decoreren. Na
tuurlijk is er radio in elke cel.
Op de divans liggen aardige kus
sens en het geheel maakt een
uiterst aangename indruk. Om
negen uur na-middag moet de
„gast" in zijn cel zijn. De deur
wordt dan op slot gedraaid, maai
hij mag de hele nacht lezen of
studeren, want hij Kan vrijelijk
beschikken over het electrische
licht.
Een nieuwe ntdekking vormen
de eetzalen. Men zit er niet aan
lange kale houten tafels maar
met 4 personen aan 'n klein, keu
rig gedekt tafeltje. De gedeti
neerden hebben ook hun gemeen
schappelijke salons mei gemak
kelijke stoelen, een grote bihtib-
teek, een televisiepost, een lees
tafel enz.
Andere opvattingen.
De autoriteiten hebben heel
andere, veel modernere opvattin,
gen. De directeur van een gevan
genis vertelde het volgende
„Het levensniveau van de gevan.
gene moet gelijk staan met het
niveau van de gemiddelde burger.
Het leven in een zekere luxe blijkt
treinreis komt .bovendien nog
boven de vrije uren.
20 telefoontjes per dag.
„De heer Behlin heeft zich cor.
reet gedragen en de normale
rechten niet overschreden", aldus
de directeur. Inderdaad telefo
neerde hij soms twintig keer per
dag. Maar dat was zijn goed
recht. In plaats van zijn 48-uur
verlof in één keer op te nemen,
vroeg hij elke week een paar uur
vrij, hetgeen hem werd toege
langer zou gaan.
Daarnaast echter
hebben de
hebben overtuigd; dat het zonder staan. Hij kon zodoende geregeld
de volledige inschakeling der ,fe ®tad in gaan o J
vakverenigingen in de economi- relaties te bezoe en o j -
sche structuur der natie niet rfkfn'ng te conrioleren. In de
|stad had hij een modern kantoor
met een keurige secretaresse.
Sven nu mengde zich van de
gevangenis uit in alle mogelijke
zaken en verdiende goed geld. Hij
vertegenwoordigde onder meer
een wereldberoemde japanse ma-
chinehandel voor geheel Scandi
navië. Voor deze firma moest hij
een stand aanvragen op een jaar.
beurs. Zodoende kwam de zaak
aan het rollen. De organisatoren
ontdekten, dat de. aanvrager in de
gevangenis zat, veroordeeld we
gens oplichting en stelden hier
van de japanse firma in kennis,
die het contract met Sven onrnid
delijk verbrak.
Heel erg is dit niet. Hij heeft
nog vele andere zaken lopen en...
hij heeft volkomen het recht za
ken te doen vanuit de-gevangenis.
Zo zijn de Zweden.
Cellen als hotelkamers.
De gevangenen dragen burger
kleren en op de deuren van hun
cellen staan geen nummers. Maar
zelden zijn er meer dan 60 gasten
in één gevangenis, die er overi
gens zowel van binnen als van
buiten uit ziet als een keurig net
hotel. Het uniform der verzorgers
is weinig opvallend.
De cellen zijn gezellig, kleine
kamertjes, uitstekend gemeubi
leerd. De tralies voor de ramen
verdwijnen achter prettige gor-
dijnen en men heeft altijd uit
zicht op een bos- of morenland
schap. Op de vensterbank staan
bloemen, die door de gedetineer
den met liefde en toewijding wor
den verzorgd. Het meubilair is
van licht gekleurd hout en zeer
modern. Het bestaat uit een fraai
divanbed, een gemakkelijke club,
een tafeltje met schemerlamp en
een boekenplank.
ogenblik te vermorsen, ten aan
val.
„Zeg, Mr. Cade, was dat een
vriend van u?"
„Ja, Miss Taylor. Een vriend
uit de dagen, toen ik nog jong en
onschuldig was."
Miss Taylor giebelde.
„Eten type vond ik het! En zo'n
interessant gezicht!"
„Dat zal ik hem vanavond ver
tellen!"
„O, Mr. Cade! 't Idee! Ik dacht
niet, dat u zó ondeugend was!..
Hoe noemde hij u?"
„Gentleman Joe."
„O ja! Is uw naam heus Joe?"
„Kom, Miss Taylor! U weet
toch wel dat die Anthony is?"
„Ik dat weten! Waarom zou ik
dat weten, Mr. Cade?" vroeg
Miss Taylor coquet.
Na een paar dagen intensieve
training had Anthony Cade het
werk als Castle's vertegenwoor
diger al aardig onder de knie.
Dat werk bestond naast de ge
wone dingen als uitstapjes-voor
bereide^ en het gidsspelen daar
bij, uit het kalmeren van het
zich-voelende mannelijke conti
nent, als ze in hun eer getast wa
rén, het verschaffen van goede
gelegenheden om prentbriefkaar
ten te kopen aan de dames boven
de vijftig en het flirten met haar
zusteren onder die leeftijd. Die
laatste taak werd hem nogal ge
makkelijk gemaakt door de be
reidwilligheid van genoemde zus
teren om achter elke opmerking
een complimenteuse betekenis te
zoeken.
(Wordt vervolgd).
Moordenaars, die doden uit pas
sie, zijn in het algemeen geeste
lijk onevenwichtiger!, die we toe
vertrouwen aan psychiaters. Lie
den, die doden om' te roven, zijn
hier gelukkig grote zeldzaam,
heden. Dan blijft nog over de
massa van dieven, oplichters,
vechtersbazen enz. Deze categorie
kan vrij gemakkelijk worden her-
opgevoed. Daarom is het onze
taak deze mensen te vormen, niet
hen ondraaglijk te straffen. De
strafclausu'le voelen ze toch wel,
omdat ze weten niet meer over
hun vrijheid te kunnen beschik
ken.
Ons systeem blijkt wel goed te
zijn, want we hebben vrijwel nim.
mer redicivisten. Wist u, dat er
in heel Zweden op een bevolking
van zeven mi'ljoen maar 3000 ge
detineerden voorkomen, waar
onder ongeveer zestig vrouwen?"
Deze feiten geven wel te denken.
Maximaal 16 jaar.
Hoevele levens gaan er in de
gevangenissen kapot? De Zweden
prob- ren om stuk geslagen le
vens in de gevangenis weer ge
zond te maken. Dat onderscheid
is groot. Doodstraf bestaat hier
niet. De maximumstraf is levens
lang, hetgeen merendeels neer
komt op 16 jaar, want daarna
volgt gratie.
En dan het bezoek. Elke drie
maanden mag de gevangene.48
uren naar huis op kosten van de
staat. Elke week mag zijn vrouw
komen en wel voor een hele dag
en ze mag haar man voor een
pick-nick mee nemen naar het
naburige bos.
Behlin is maar een heel gewoon
geval. Nog tekenender is het ge
val van een andere man, die vijf
tien jaar geleden gedetineerd
werd wegens moord op zijn eigen
kind. De bedrijver van deze vrese
lijke misdaad zei: „Ik ben hier
nu vijftien jaar. Ik heb de tijd ge
had om de dingen te begrijpen en
ze in het juiste licht te zien. Als
ik straks wordt ontslagen, begin
ik als een nieuw mens. Vanuit de
gevangenis heb ik de titel van
landbouwkundig ingenieur kun.
nen behalen en dank zij een klei
ne erfenis kon ik een boerderijtje
kopen. Elke drie maanden ga ik
er heen om de gang van zaken te
controleren en straks zal ik erg
gelukkig zijn."
(Nadruk verboden.)