De vacante zetel in de veiligheidsraad De algemene ouderdomsvoorziening Zelfbestuur voor Singapore Zal de gouverneur de toestand baas blijven MacMillan beschuldigt de Sowjet-Unie Nog geen oplossing MAANDAG 19 DECEMBER 1955. 11e Jaargang No 3641 DE ECONOMISCHE GEVOL GEN VAN DE INVOERING VAN DE OUDERDOMSVER ZEKERING. salons ff bert" DE EMIGRATIE NAAR CANADA De Nederlands- Indonesische besprekingen Vierkleurenpotloden N. V. Fa P. J. van de Sande Keuze uit meer dan 500 VULPENNEN N. V. Fa P. J. van de Sande WEERBERICHT HOOGWATER Groot-Brittannië en de verklaring van Nasser ZON- EN MAANSTANDEN Fïankering bij abonnement Terneuzen Dirqcteur-Hoofdredacteur I. van de Sande Noordstraat 55-57 - Terneuzen Redactie-adres: telefoon 2073 en 2510 Na 5 uur uitsluitend 2073 Gironummer 38150 Abonnementsprijs: 5,35 per kwartaal; per mfllhd 1,80; per week 43 cent. Losse nrs 8 ct. Verschijnt dagelijksUitgeefster N.V. v/h Firma P. J. van de Sande, Terneuzen. Advertentieprijs per mm 15 ct; minimum per advertentie 2,25. Rubriek Kleine Advertenties: 5 regels 1 iedere regel meer 20 cent. Vermelding: Brieven onder nummer, of: Aires Bureau van dit Blad 20 cent meer. Inzending advertenties tot 's namiddags 2 uur. Voor het Maandagnummer: Zaterdags 10 uur. De Tweede Kamer heeft een zeer uitvoerig voorlopig verslag uitgebracht over het wetsontwerp algemene ouderdomsvoorzie ning. Wij ontlenen aan dit verslag. zelide verzekering ontbreekt. Enige leden drongen er op aan in de wet zelf de definitieve da tum van inwerkingtreding op te nemen, met het oog op de toe stand, waarin de ouden van dagen verkeren. DE KRING DER VERZEKERDEN. INLEIDING. Vrijwel algemeen werd de in diening van het onderhavige, lang verbiede ontwerp van wet, waarmede men zich in grcrte trek ken kon verenigen, met hartelij ke instemming begroet. Vele leden hoopten, dat met de verdere afwerking en doorvoe ring spoed zal worden betracht. Zij hoopten voorts, dat de vervan ging van een andere noodwet krachtig zal worden bevorderd en dat binnen zeer afzienbare tijd ook de KINDERBIJSLAGVERZE KERING VOOR ZELF STANDIGEN in de Kamer zal kunnen worden behandeld, zodat de mogelijk zal ontstaan, de wet ter zake op het zelfde tijdstip als de wet op de al gemene ouderdomsverzekering in werking te doen treden. Zij vroegen vervolgens naar aanleiding van de indiening van het onderhavige ontwerp de bij zondere aandacht van de regering voor een derde hunnerzijds reeds bij vele gelegenheden gesigna leerde noodtoestand in ons volk, te weten de nood der weduwen en wezen. Ook over de oplossing van deze nood bestaat in de Twee de Kamer vrijwel algemene over eenstemming. Een verzekerings regeling voor weduwen en wezen, soortgelijk aan de thans tenlbe- hoeve van de ouden van dagen voorgestelde, kan, zo meenden deze leden, op zeer grote instem ming van de Kamer rekenen. Tenslotte herinnerden deze le den ook thans weer aan een vier de onvolkomenheid op het gebied der sociale verzekering, te weten de ondoelmatige regeling onzer invaliditeitsverzekering en de in efficiënte structuur der betrok ken wet. De snelle ontwikkeling van de sociale denkbeelden en van de welvaart van ons volk, als mede de bestaande nood, vorde ren ook hier een voortvarende werkzaamheid. De bestudering der oplossing van deze zaak is reeds ter hand genomen. Zij hoop ten op een spoedig resultaat. Volgens vele leden, legt deze memorie getuigenis af van zeer omvangrijke kennis der betrok ken materie en van goed begrip van de problematiek. Doch één der voornaamste verdiensten van dit staatsstuk is, dat daarin dui delijk tot uiting komt, dat, wat Algemeen bleek men van gevoe len, dat de grond van de in de me morie van toelichting in den bre de uiteengezette overwegingen, in de voorgestelde ouderdomsver zekering in beginsel allen, onge acht hun inkomen of vermogen, verplicht zullen dienen te worden opgenomen. Vele leden gaven nog in het bijzonder blijk van instemming met de gedachte, dat ook de amb tenaren in de algemene regeling dienen te worden betrokken. Het was deze leden niet ontgaan, dat sommigen in den lande hiervan een nadeel voor bedoelde catego rie vrezen, er van uitgaande dat, wat ook zij van de toestand, waar in zich het algemeen burgerlijk pensioenfonds bevindt of zal be vinden, het rijk de nominale pen sioentoezeggingen steeds zal ge stand doen en bovendien b.v eventuele muntontwaardingen nog door verhoging van pensioe nen zal compenseren. HET OUDERDOMSPENSIOEN Vrijwel algemeen kon men zich verenigen met de algemene regel, dat het pensioen op 65-ja- rige leeftijd ingaat. Sommige leden tekenden hier bij evenwel aan, dat, gezien de wijzigingen, welke zich voltrek ken in de levensduur van de be volking van ons land en gelet op het feit, dat in het algemeen 65- jarigen tegenwoordig in een bete re conditie verkeren dan vroe ger het geval was, overwogen zal moeten worden, of een aanpas sing van de leeftijdsgrens aan ge wijzigde omstandigheden niet vlotter zal moeten kunnen ge schieden dan door wetswijziging. Deze leden herinnerden eraan, dat nog niet zo lang geleden bij ver schillende instellingen de neiging bestond, de pensionering te doen samenvallen met 't bereiken van de 60-jarige leeftijd. Men is daarvan in het algemeen terug gekomen, omdat enerzijds de 60- jarigen nog zeer wel bruikbaar zijn in het arbeidsproces en an- de van vrijstelling van premie plicht wordt verleend. Het gevolg daarvan diende ook huns inziens te worden aanvaard, zodat onthef fing van premiebetaling niet wor den verstrekt aan hen, die in de vermogensbelasting zijn aange slagen. Sommige leden brachten als be zwaar tegen de opzet van het ont werp naar voren, dat de loontrek- kenden weinig zullen merken van het financiële offer, dat van hen wordt gevraagd, de niet-loontrek- kers daarentegen wél. Zeer vele leden achtten het voornemen van de regering, voor de loontrekl^nden ter zake van de door hun verschuldigde pre mie een looncompensatie toe te staan, volkomen juist. Inu tegenstelling tot enige le den, die vroegen of de regering bereid zou zijn in de wet een ver plichte compensatie te regelen voor wat betreft het deel, dat de loontrekkers moeten bijdragen, gaven zij voorts hun instemming te kennen met de opvatting, dat vooralsnog in het midden dient te worden gelaten of die compensa tie al dan niet volledig zal zijn. Verschillende leden trokken de optimistische opvatting der rege ring, als zouden het aandeel der overheid in de kosten van dit wetsontwerp slechts dertig mil- lioen gulden bedragen, ongeacht de rentederving op de aan het ouderdomsfonds te verlenen voor schotten, in twijfel. Enkele leden vreesden, dat het onderhavige ontwerp, eenmaal tot wet verheven, een te zware last op de belastingbetaler in het al gemeen en op het bedrijfsleven in het bijzonder zal leggen. De klach ten over de te hoge belastingdruk zijn door de recente verlagingen allerminst verstomd, en deze wet, zo meenden zij, zal juist weer tot verhoging van die druk leiden. r>*« volk in het verleden al ver- 111 "el "«uu&pi vees, en en- „Sla mocht houden, daartoe niet "Sm niêï te het te dezer zake te bereiken doel l e jeugdige leeiujct met kan worden gerekend. Het toont vöerts, dat zowel de ontwikke ling van de ideologie omtrent so ciale verzekering en staatspen sioen als de concrete vormgeving aan die ontwikkeling een ware volksprestatie mag worden gehe ten. Een algemene volksverzekering wélke er naar streeft een bodem pensioen voor ieders oude dag te verzekeren, vindt haar grondslag in een zeer nauwe solidariteit, welke op haar beurt is af te lei den uit het algemeen welzijn, waarin het welzijn van iedere deelgenoot op zijn oude dag als een deelgoed a.h.w. verankerd ligt. Dit gemeenschapsbesef van allen moge voor ieder individu 'n lossere zijn dan die van zijn groep, zij moge derhalve van geen enkele groep, tenzij bijzon dere redenen daartoe nopen, spe ciale offers vragen. Tot het vra gen van een algemeen offer biedt zij een hechte grondslag. Indien derhalve, teneinde een iegelijk tot de voorgestelde regeling toe te latenf solidariteitsbijdragen onontbeerlijk zijn, achtten de le den, hier aan het woord, de recht vaardigheid daarvan buiten twij fel, mits zodanige bijdragen: a. Algemeen zijn. b. Niet verder reiken dan het doel eist. c. In verhouding staan tot ieders aandeel in de betrok ken solidariteit. d. De individuele draagkracht niet te boven gaan. Be voorgestelde regeling, aldus de hier aan het woord zijnde le den, kan de toets van deze vier criteria doorstaan. Voor de verwezenlijking van die gedachte had reeds vele jaren géleden menig staatsman uit hun pélitieke gelederen gestreden. Zij meenden als zodanig de reeds in de memorie van toelichting ver melde namen van Kuyper en Tai- ma met ere te mogen noemen. Een ander lid meende in de voorgestelde regeling een ele ment te hespeuren van afwente ling op diegenen, die het foeter künnen betalen. Een zeker ele ment van armenzorg. Het begin sel van het ontwerp moge dan als verzekering worden aange diend, het eigenlijke kenmerk van een verzekering betaling door elke verzekerde van een premie, adequaat aan de verzekerde som, oJ, anders uitgedrukt, een ieder bPIale een gelijke premie voor de- dragen lasten met zich brengt. Van andere zijde werd de aan dacht gevestigd op degenen, die voor het bereiken van de 65-ja- rige leeftijd gepensioneerd wor den. Zij, die bv. met 55 jaren krachtens een bedrijfstaks- of ondernemingsgewijze voorzie' ning pensioen gemeten, moeten dan nog gedurende 10 jaren pre mie betalen voor een bodempen sioen, dat vervolgens veelal van hun eigen pensioen zal worden afgetrokken. Vele leden herinnerden eraan, reeds eerder in dit verslag te ken nen gegeven te hebben, zich er niet tegen te zullen verzetten, dat het weduwenpensioen eerst bij het 65ste levensjaar zal in gaan, aangezien zij meenden de totstandkoming van een nood voorziening voor weduwen als voorloopster van een algemene weduwen- en wezenverzekering spoedig tegemoet te mogen zien. Enige leden konden zich bij de voorgestelde hoogte van de uit kering echter niet neerleggen. Naar hun inzicht zou men van 'n definitieve ouderdomsvoorziening mogen verwachten, dat ook defi nitief zou worden afgerekend met de nooddruftige omstandigheden, waarin vele ouden van dagen ver keren. DE MIDDELEN TOT DEK KING VAN DE KOSTEN. Zeer vele leden verklaarden, in het algemeen accoord te gaan met het in het ontwerp vervatte systeem van premieheffing. Vele leden merkten op, dat de premieheffing, zoals deze in het wetsontwerp is voorzien, inder daad een deugdelijk verband legt tussen het individueel arbeidsin komen en de collectieve verzeke ringsvoorzorg. Zij achtten de ge varieerde premie mede alleszins aanvaardbaar, omdat deze over het geheel genomen niet zulke grote variaties vertoont als men wellicht zou vermoeden. Deze leden stemden ermede in, dat over ten hoogste 6000 inko men premie verschuldigd zal zijn. Zeer vele leden konden in het algemeen instemmen met de door de regering noodzakelijk ge achte tegemoetkomingen aan kleine zelfstandigen en andere niet-loontrekkenden met een klein inkomen. Velen hunner achtten het in be ginsel juist, dat ontheffing in ste- OV'ERGANGSREGELING EN AANPASSING. Vele leden huldigden de opvat ting, dat, ook bij een sociale ver zekering met betrekking tot de oudedagsvoorziening, alleen die genen in beginsel zonder meer rechten kunnen doen gelden, die zich van hun premieplicht hebben gekweten. Andere maatschappe lijke overwegingen dan het uit de verzekeringspositie dezer „beta lers" voortvloeiende recht, bv. het algemeen welzijn, kunnen even wel ten aanzien van bepaalde groepen „niet-betalers" tot de conclusie leiden, hun ibij de wet alsnog een recht op uikering te verlenen. Vele leden merkten op, dat de in artikel 60 vervatte mogelijk heid. bestaande pensioenrechten d.w.z. reeds toegekende pen sioenen alsmede 'reeds verworven toekomstige pensioen aanspra ken aan te tasten, bereids tot een levendige discussie, zowel in de dagbladpers als in de vaklite ratuur, heeft geleid, totdat zij waarschijnlijk het door commen tatoren meest omstreden punt van het onderhavige wetsontwerp is gaan uitmaken. Zij verklaarden zich in begin sel voor de mogelijkheid van aan passing ontvankelijk, de uitwer king van deze gedachte, gelijk in artikel 60 neergelegd, vermocht hun instemming voorshands niet weg te dragen. In de eerste plaats waren zij nog niet overtuigd van de nood zaak. c.q. wenselijkheid, reeds in gegane pensioenen in de aanpas sing te betrekken. Veelal zal dit onmogelijk zijn, omdat de polis aan betrokkene is meegegeven. Eenzelfde betoog leverden deze leden met betrekking tot uitge stelde pensioenen. Ten aanzien van de thans reeds in uitzicht gestelde pensioenen bepleitten de hier aan het woord zijnde leden, dat een deel van het bodempensioen (bv. 20%) nim mer foij de aanpassing in aanmer king genomen zou mogen wor den. In dit verband betreurden zij, dat het aangekondigde wetsont werp met betrekking tot de aan passing van de overheidspensioe- nen nog niet is ingediend. Zou dit wel het geval zijn, dan zou kun nen blijken wat de regering voor haar eigen werknemers als een redelijke aanpassing beschouwt, waarin misschien een richtsnoer zou kunnen worden gevonden voor het verkrijgen van grotere garanties voor de aanpassing van particuliere pensioenen. Enige leden hadden in het bij zonder bezwaar tegen het eerste lid van artikel 60, waarin de werkgever eenzijdig het recht wordt gegeven pensioenen te ver lagen. Dit ging hen, daarbij door vele andere leden bijgevallen, veel te ver. Voor verscheidene leden was het meest onbehaaglijke in de oe- paling van artikel 60, dat gekort zal worden op het pensioen, dat verworven is, c.q. wordt, op grond van jarenlang enerzijds door de gepensioneerde c.q. te pensione ren werknemer reeds betaalde bij dragen, anderzijds door de werk gever betaalde bijdragen, welke grotendeels als uitgesteld loon zijn te 'beschouwen. Zij gaven er verre de voorkeur aan, indien 'n zodanige aantasting van verkre gen rechten niet met de sancctie van de wetgever zou geschieden, doch aan het georganiseerd over leg zou worden overgelaten. Ook deze leden hadden voorts met name tegen de regeling van het eerste lid van artikel 60 ern stig bezwaar wegens het daarbij eenzijdig aan de werkgever toege kende recht, pensioenen te verla gen. Zoals bedoelde bepaling thans is voorgesteld, achtten zij de werknemer volkomen rechte loos. Zij drongen dan ook op in voeging van een beroepsrecht aan. Vele leden, die met betrekking tot het onderhavige onderwerp tot dusver nog niet aan het woord waren geweest, verklaarden zich te kunnen voorstellen, dat rede lijkheid ontzegd Wordt aan pen sioenen, welke 70 of 8OV2 van het op het tijdstip van inwerkingtre ding der wet voor gelijksoortige arbeid geldende loon te iboven gaan. Dit huns inziens gezonde uitgangspunt werd, zo meenden zij, in het verleden bij vrijwel al le pensioenvoorzieningen ten on zent aangenomen. Indien men de redelijkheid van een totaal pensioeninkomen tot zodanige 70 of 80% erkent, is het dan, mede uit een oogpunt van gelijke rechtsbedeling, juist, een korting toe te passen in gevallen, waarin bedoelde grens niet wordt foereikt? Nog afgezien van hetgeen hun betoog tot dusver aan bedenkin gen tegen het regeringsvoorstel op «dit stuk bevatte, hadden vele leden ook overigens op de rege ling van artikel 60 ernstige cri- tiek. Indien dan al het totale pen sioen zou dienen te worden ge fixeerd op tenminste 70 of 80% van het tijdstip van inwerkingtre ding der wet voor gelijksoortige arbeid geldende loon, dan zou daarbij toch in ieder geval aan twee zaken aandacht dienen te worden besteed. Ten eerste zou een minimum dienen te worden bepaald, waar beneden geen be perking zou worden opgelegd. Zij dachten hierbij aan een bedrag van ongeveer 3000. Enige leden meenden, dat de re gering er goed aan zou doen, de onrust, welke haar voorstel inza ke de aanpassing van de bijzon dere pensioenen onder de gepen sioneerden heeft teweeggebracht, door intrekking van artikel 60 weg te nemen. Algemeen drong men er dan ook op aan, het thans in artikel 60 voorgestelde te splitsen in twee regelingen: één voor op grond van toekomstige dienstja ren nog te scheppen toekomstige pensioenaanspraken enerzijds en anderzijds een voor reeds verwor ven toekomstige pensioenrechten. Bij de afzonderlijke artikelen van dit wetsontwerp werd nog 'n groot aantal vragen, in hoofd zaak van technische aard, gesteld. Als gevolg van de steeds toe nemende drang naar zelfbeschik king in het Verre-Oosten hebben ook in Singapore nu en dan orde verstoringen plaats. Er zijn dezer dagen in Londen besprekingen gehouden over de toekomstige status van Singapo re. Het is de bedoeling, dat deze stad binnen afzienbare tijd vol ledig zelfbestuur zal krijgen. Een stap in deze richting was reeds, dat in April van dit jaar het ko loniale bestuur werd afgeschaft en daarvoor in de plaats een „ge kozen" regering kwam, waarin voor het grootste deel inheem sen zitting hebben. Er is nog steeds een koloniale gouverneur, doch de inheemse eerste minister, David Marshall, die als verwoed ijveraar voor on afhankelijkheid zeer gezien is bij de bevolking, onderhoudt de meest vriendschappelijke betrek kingen met hem. Hij riskeert hierbij zelfs bij het minder ont wikkelde deel van de bevolking, die de gouverneur als aartsvijand van hun politieke aspiraties zien, zijn populariteit mede. In deze overgangsperiode is 'n goede verstandhouding echter de enige manier om Singapore rijp te maken voor volledig bestuur. De Britse ministers, die in het voormalige bestuur de verant woording hadden voor de finan ciën, verdediging en rechtspraak zijn in de nieuwe regering aan gebleven, doch zij hebben zich d»kapp»p»et Waporttcoduf markt 16 krwmrijstraat 9 fintóuzwi coor verzorgd kapwerk en ook voor betere toiletartikelen. aparte salon voor huidverzorging, depositair „lam?ome"-dr. payot" •„yardley". De Canadese regering heeft be sloten met onmiddellijke ingang op grotere schaal dan tot nu toe voorschotten te geven voor de overtochtkosten van immigran ten uit Europa, die anders bij ge brek aan middelen de overtocht niet kunnen bekostigen. Voor ruim honderd gulden kan een immigrant nu passage naar Cana da krijgen. Wat de reis meer kost, kan hij in twee jaar terugbetalen. voortreffelijk bij de nieuwe stand van zaken aangepast, wat zeker voor een groot deel te danken is aan het taktvolle beleid van Mar shall. Wanneer de tijd rijp is. Reeds in Juli van dit jaar dron gen de gouverneur en zijn colle ga's bij de Britse minister van Koloniën, die toen 'n bezoek aan Singapore en Malakka bracht, aan op een onmiddellijke uit spraak inzake de datum en de manier, waarop zelfbestuur ver kregen zou worden. De Britse minister gaf Marshall de verze kering, dat Engeland het recht van Singapore voor zelfbestuur erkende, doch hij gaf als zijn me ning te kennen, dat hier beter over beslist kon worden, wan neer de nieuwe regering tenmin ste één jaar in werking was ge weest. De besprekingen, die nu in Londen tussen Marshall en de Britse minister van Koloniën hebben plaatsgevonden, waren hoofdzakelijk informatief en als voorbereiding bedoeld voor de officiële conferentie, die in April- Mei van het volgende jaar over de toekomst van Singapore zal beslissen. Met Marshall kwamen twee collega's mee, de minister van Arbeid, een Chinees en de minister van Huisvesting en Lo kaal Bestuur, een Maleier. In de acht maanden, dat de nieuwe regering in werking is, blijkt deze goed te voldoen en het oude koloniale systeem is hier mede wel volkomen afgeschaft. Het rode gevaar. De grote meerderheid van de be volking van Singapore stelt ab soluut vertrouwen in Marshall en de zijnen, zodat men mag ver wachten, dat deze regering, wan neer zij volgend jaar volkomen van Engeland onafhankelijk zal zijn geworden de toestand aan zal kunnen. Het grote gevaar op Malakka komt van de zijde van het com munisme. Marshall is een gezwo ren vijand hiervan volgens Europese begrippen zou men hem een gematigd socialist kun nen noemen en toen de com munisten zich in Mei en Juni van dit jaar tegen zijn bestuur pro beerden te verzetten door relle tjes en stakingen bij de vakver enigingen van de transport- en fabrieksarbeiders, toonde hij over veel takt te beschikken door zelfs zonder enige conces sies te doen, deze akties te onder drukken. De besprekingen te Londen zijn natuurlijk een doorn in het oog van de extremisten, die lie ver een revolutionnaire toestand zouden zien, waarbij eisen en ul timatums gesteld werden. Zij zul len ongetwijfeld trachten er munt uit te slaan, nu de delega tie terugkomt zonder onmiddel lijke resultaten te kunnen laten zien. Doch Marshall is een te goed staatsman, dan dat hij een goede verstandhouding met de Britten zowel in Londen als in Singapore, die een solide waar borg voor de toekomst van het gebied is, zou riskeren om in de gunst te komen van een Chinese minderheid, al zetten deze ook nog zo'n grote mond op. (Nadruk verboden.) De ministerleden van de Ne derlandse delegatie naar de Ne derlands-Indonesische conferen tie, mr Luns, de heer v. d. Kieft. prof. Zijlstra en mr Donker, zijn Zondagmiddag met de Dakota van de Kon. luchtmacht, waar mee zij Vrijdag naar Genève wa ren gekomen, van het vliegveld Coitrin naar Nederland terugge keerd. Uit Djakarta zijn de Indonesi sche ministers Leimena en Kasi- mo per vliegtuig in Genève aan gekomen voor de Nederlands-In donesische conferentie. Minister Luns zei voor zijn ver trek: „Wij zijn voldaan over de eerste contacten, die in 'n vriend schappelijke sfeer plaatsvonden. Voor de resultaten in de toe komst moeten wij eerst de tech nische besprekingen, die volgen de week worden voortgezet, af wachten. De Nederlandse minis ters moeten helaas terugkeren voor parlementaire zaken, maar wij hopen, dat wanneer prof. Zijl stra Dinsdag terugkomt in Genè ve, er verdere besprekingen op ministerieel niveau gehouden zul len worden" De Britse minister van Buiten landse Zaken, MacMillan, heeft Zaterdag in 'n radiorede de Sow jet-Unie ervan beschuldigd, dat zij in het Midden-Oosten de koude oorlog opnieuw wil laten begin nen. De Sowjets hebben een nieuw front geopend in het Midden-Oos ten, waarvan zij de grote (olie) belangen van Engeland en zijn bondgenoten kunnen treffen, al dus de minister. Volgens hem trachten de Rus sen invloed in het Midden-Oosten te krijgen, die zij dan zouden wil len gebruiken om ontevredenheid en misschien revolutie onder de volkeren daar te verwekken, waardoor een ernstige slag zou worden toegebracht aan de eco nomie en de levensstandaard van het Westen. Ook beschuldigde MacMillan de Sowjet-Unie ervan, dat zij tracht het Palestijnse vraagstuk „onoplosbaar" te maken. Volgens de Britse minister moest het ech ter mogelijk zijn om door middel van „geduldige en geheime on derhandelingen tussen beide partijen tot een oplossing van de kwestie te komen. „Vrede in Pa lestina zou de communisten een krachtig wapen ontnemen en ge luk en voorspoed voor het gehele Midden-Oosten betekenen". MacMillan zei, dat de Russen zich in Europa voordoen als Europeanen, om progressieve elementen tot het communisme te verleiden, en dat zij zich in Azië voordoen als anti-kolonialis tische en anti-imperialistische Aziaten. „Niettemin behoren zij door hun veroveringen en anne xaties tot de grote koloniale mo gendheden". De Russen manen een „pardie van alles wat Enge land en andere Europese landen (in Azië) hebben gedaan. Zij zwijgen over onbaatzuchtig werk, de erfenis van vrijheid en eerbied voor de wet, en de vorderingen De algemene vergadering der V.N. heeft Vrijdagavond een for mule om de niet-permanente zetel in de Veiligheidsraad die door het verstrijken van de ambtster mijn van Turkije was vrijgeko men, tussen de candidaten Zuid- Slavië en de Philippijnen te ver delen, verworpen. Geen van beide landen verkreeg de vereiste twee derde meerder heid. Na een scherp debat werd een geheime stemming gehou den, welke het volgende resultaat had: Zuid-Slavië 34 stemmen, de Philippijnen 19, Spanje twee, Bulgarije één, Italië één. Zweden één en Jemen één. Afgevaardigden van vele lan den hadden krachtig geprotes teerd tegen een plan, ontworpen door de voorzitter van de alge mene vergadering, dr Jose Maza, om de impasse te verbreken door die wij er gebracht hebben. Zij preken een leer van haat en vij- jlej- i0^ laten beslissen. Zuid- andschap tussen volken van ver- siavië en de Philippijnen trokken schillend ras en geloof". Het em- loten en Zuid-Slavië won. Dit be- ge antwoord daarop is volgens MacMillan, dat het Westen voort gaat, in samenwerking met de Aziatische landen als vrije en ge lijke deelgenoten, met het werk, dat in Azië nog verricht kan wor den en ook verricht wordt. Over atoomproeven verklaarde MacMillan. dat Engeland gelooft, dat de proeven geregeld en be perkt moeten worden. Doch hij geloofde niet, dat welke Britse regering dan ook zou kunnen overwegen grote sommen uit te geven voor een wapen dat zij van essentieel belang voor de Britse verdediging acht en dat zij dan ermee zal instemmen, dat zij er nooit geheel zeker van kan zijn of het wapen ook werkt. „Proe ven kunnen geregeld en beperkt worden", aldus MacMillan, „en ongetwijfeld zal ook door de drie regeringen hierover gesproken worden". tekende, dat 't in 't eerste jaar zit ting zou hebben en daarna zou uittreden ten behoeve van de Philippijnen, die het tweede (en laatste) jaar in de Veiligheids raad vertegenwoordigd zoude .1 zijn. Een groot aantal leden, waar onder de Sowjet-Unie, Australië, procedure niet tot de methoden van de algemene vergadering be hoorde. Engeland, Frankrijk en de V.S. steunden het voorstel van Maza! Dit was de 35ste stemming. Tenslotte besloot de algemene vergadering na een debat over de proccedure tot Maandag uiteen te gaan en haar zitting tot Dins dag middernacht te verlengen. Het besluit hiertoe werd genomen met 49 tegen 12 stemmen bij vier onthoudingen. De algemene ver gadering zou eerst Vrijdag te middernacht haar zitting hebben beëindigd. Zij zal de behandeling van omstreden kwestie tijdens de verlening voortzetten. medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt, geldig van Maandagoch tend tot Maandagavond. Om het vriespunt. Wisselend bewolkt met enkele Nieuw-Zeeland. Mexico en Tur- J^S&n-, sneeuw- of hagelbuien, kije verklaarde, dat de gevolgde Overwegend matige wind in hoofdzaak tussen west en noord. Temperaturen om het vriespunt. DINSDAG 20 DECEMBER Een woordvoerder van het Britse ministerie van Buitenland- j se Zaken heeft verklaard, dat j Breskens Engeland tegenstander is van Terneuzen het gebruik van geweldsmidde- Hansweert len bij de oplossing van het Pa-Walsoorden lestijnse vraagstuk. De woord voerder zei dit naar aanleiding van de verklaring van premier Nasser van Egypte, die Donder dag heeft gezegd dat Egypte in samenwerking met Syrië zijn gehele gewapende macht in het geweer zal brengen als Israël nog eens een daad van agressie tegen Syrië of Egypte zou ple gen. v.m. 5.07 5.42 6.22 6.32 n.m. 5.32 6.07 6.47 6.57 20 8.47 16.32 11.35 23.16 21 8.48 16.32 11.52 22 8.48 16.32 12.11 0^27 23 8.49 16.33 12.31 1.40 24 8.49 16.34 12.55 2.57 25 8.49 16.34 13.25 4.16

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1955 | | pagina 1