De lading van de „Flying Enterprise
De
coup
d'état van Zahedi
WRIGLEY^
CHINEZENWIJK
Bankbiljetten-zending volkomen legaal
Een maand vóór de vlucht
naar Christchurch
De toestand aan de Duitse
zonegrens
SPAARKAS-KLIMOP
De Koningin ontving
diplomatieke
vertegenwoordigers
777
De sjah
liet het
werk
over
aan zijn premier
Noodweer boven Warschau
Zilveren munten in België
alleen voor de spaarpot
Oost-Duitsland en de
verkiezingen in de
bondsrepubliek
DE KRIJGSGEVANGENEN
TWEEDE BLAD
Zaterdag 5 September 1953
8e Jaargang No. 2938
ii
vuile
Cin \Ju Sang
„Om de zending dollarbiljetten
ter waarde van ongeveer één
millioen gulden, die anderhalf
jaar geleden met de „Flying En
terprise" naar de bodem van de
zee verdween, is volkomen ten
onrechte een waas van geheim
zinnigheid ontstaan." zo heeft
Donderdag de man, op wiens ini
tiatief de succesvolle berging uit
het w'rak geschied is, een A.N.P.-
verslaggever in Amsterdam uit
eengezet.
Hij is de Engelsman G. Hamil
ton Mack, de directeur van het
Antwerpse filiaal der Engelse
firma Messrs Tyler Co (insu
rance adjusters, een soort scha
de-expertise bureau) en hij was
Donderdag voor zakelijke be
sprekingen aanwezig bij de assu
radeursfirma B. F. Ranco Men-
des Co., F. D. Rahusen, te Am
sterdam.
Zijn uiteenzetting kwam cp
het volgende neer:
Zwitserse banken verzonden
in December 1951 per post de
zending dollarbiljetten naar
Amerika. Het betrof een volko
men legale, normale retourne
ring van bankbiljetten naar
hun land van herkomst. In ieder
land, en zeker in Zwitserland,
dat veel bronnen van inkomsten
heeft als toeristenland, komt
het voor, dat men een surplus
aan buitenlandse bankbiljetten
retourneert.
De Zwitserse banken verze
kerden de kostbare zending
zoals gebruikelijk is voor
ieder risico tijdens het trans
port bij diverse verzekerings
maatschappijen, Belgische, En
gelse en Nederlandse.
Ongeveer een maand na de
verzending kwam men tot de
ontdekking, dat het geld niet in
Amerika was aangekomen, doch
spoorloos was verdwenen. De
Zwitserse banken spraken daar
op de verzekeringsmaatschap
pijen aan. Intussen was op 10
Januari de „Flying Enterprise"
gezonken, doch op dat moment
wist nog niemand, dat de bank
biljetten op dit schip beland
waren.
Op verzoek van de assuradeurs
stelde vervolgens het schade-ex
pertise bureau Messrs Tyler and
Co. een onderzoek in. Het spoor
liep naar Hamburg en met me
dewerking van de Duitse pos
terijen kon men met zekerheid
vaststellen, dat de zending aan
boord van de „Flying Enterpri
se" geladen was.
Daarop gingen de verzeke-
keringsmaatschappijen er nood
gedwongen toe over de gehele
schade uit te betalen aan de ge
dupeerde eigenaars: de Zwitser
se banken.
Dat kapitein Kurt Carlsen of
zijn superieuren in New York,
de firma Isbrandsen, niets wis
ten van de zending bankbiljet
ten, mag nauwelijks verbazing
wekken. Immers, een kapitein
kent slechts de aanwezige zak
ken van wat hij aan post ver
voerd. Welke papieren, brieven
of documenten zich daarin pre
cies bevinden, is voor hem van
geen belang. Dat men de eige
naars van de gezonken „Flying
Enterprise" anderhalf jaar ge
leden niet meteen op de hoogte
heeft gesteld, kan evenmin ver
wondering wekken. Er zullen
talloze firma's zijn geweest,
wier goederen met het schip zijn
verdwenen. Die firma's beperk
ten er zich toe bij hun verzeke
ringsmaatschappijen een eis tot
schadevergoeding in te dienen.
Evenmin lichtten de assura
deurs of de firma Tyler de pers
in. Een expertise bureau houdt
er nu eenmaal niet de gewoonte
op na het publiek in te lichten
over schade, die zijn opdracht,
gevers (de assuradeurs) hebben
geleden. De gedupeerde assura.
deurs gevoelden daar evenmin
behoefte toe.
„Heeft iemand tot dusverre
gekikt over de andere goederen,
die aan boord waren?" vroe.g de
heer Hamilton Mack. „Hebben
andere firma's meteen breed
voerig de pers ingelicht over de
volkswagens, de horloges, de
koffie, het schroot enz. enz., dat
zich eveneens aan boord be
vond? Iedereen wist, dat dit
vrachtschip niet leeg was en dat
met de boot een kostbare lading
onder de golven verdween".
PRACHTIG BERGINGS
WERK.
Hoewel in Januari 1951 de
vraag werd gesteld of men nog
een deel van de lading zou
kunnen lichten, ging niemand
er toe over, ook Isbrandsen zelf
niet. Men meende, dat de ber
ging op onverkomelijke moei
lijkheden zou stuiten, aangezien
het schip bijna 80 meter onder
de zeespiegel lag. Zelfs al zou
men nog iets naar boven kun
nen halen, dan nog meenden de
meeste gedupeerden, dat de
waarde van de beschadigde goe
deren niet de kosten van de ber
ging zouden dekken.
Doch de heer Hamilton Mack
liet het idee niet los. Hem was
verzocht naar de bankbiljetten
te speuren, niet naar de overige
lading, die bij andere assura
deurs was verzekerd. Hij had
dus uitsluitend contact met de
Belgische, Engelse en Neder
landse assuradeurs bij wie de
zending bankbiljetten verzekerd
was geweest. Tot deze maat
schappijen wendde hij zich eni
ge maanden later met het plan
een poging te wagen de bank
biljetten op te dispen. Bankbil
jetten kunnen namelijk maan
denlang in de zee liggen zonder
dat ze daardoor noemenswaar
dig beschadigd worden.
„Er is maar één bergingsfir
ma, die dit doen kan," zo zeide
deze expert. „Dat is de Italiaan
se firma Sorima in Genua. Zij
zijn experts in de diepzee-ber
ging."
Inderdaad was het deze firma
geweest, die ruim 20 jaar geleden
ook het stoute stukje uithaalde
om een millioen pond sterling
uit de gezonken „Egypte" op te
duiken.
De verzekeringsmaatschappij
en namen na lange overweging
en besprekingen het voorstel
aan. De berging zou beginnen,
wanneer de weersomstandighe
den gunstig waren. Aangezien
de zomer reeds verstreken was,
wachtte men een jaar lang.
Toen toog de „Rostro", het Ita
liaanse bergingsvaartuig, van
uit de Franse haven Morlaix er
op uit. Dat was in Juli j.l.
Met een electrisch apparaat,
Asdic" genaamd, dat de Britse
vloot tijdens de oorlog eveneens
gebruikt heeft voor de opspo
ring van vijandelijke duikboten,
vond men binnen een week de
plek, waar het wrak lag. De
„Rostro" gooide de ankers uit
en duikers daalden af in dui-
kersklokken, grote stalen cylin
ders met patrijspoorten.
Aan de hand van hun telefo
nische aanwijzingen liet men
vanaf de „Rostro" een lading
dynamiet zakken, die dank zij
de duikers precies daar op het
op zijn zij liggende doch niet
gebroken schip kon worden
geplaatst, waar men een gat
wilde aanbrengen. Nadat de la
ding tot ontploffing was ge
bracht en het gat geslagen was,
liet men van boven af een enor
me grijpkraan zakken.
Opnieuw gaven de duikers
aanwijzingen, zodat de grijp-;
kraan tenslotte in het gat ver
dween. Dan werden de armen
gesloten en trok de „Rostro" de
vangst naar boven. Het werk
stond onder leiding van de tech
nische directeur der Italiaanse
maatschappij, Mario Raffaëlli.
Dat zowel de assuradeurs, die
de opdracht tot de berging had
den gegeven, als de heer Hamil
ton Mack, die zelf op de „Rostro"
aanwezig was, slapeloze nachten
hebben gehad over het risico,
dat zij namen, behoeft geen be
toog. Als men er niet in slaagde
de pakken bankbiljetten op deze
wijze op te duiken, dan zou de
kostbare poging opnieuw een
grote schadepost zijn.
Geen wonder dat men telkens,
wanneer de kraan boven water
kwam, met kloppend hart de
vangst ging doorzoeken. Wat die
kraan allernaar opdiepte is een
apart verhaal waard. Naar be
kend kwamen er veel volkswa
gens boven, veelal verpletterd
en altijd waardeloos. Ze werden
dan ook meteen weer over boord
geworpen.
Maar op een dag lieten de
grijparmen van de kraan met
allerlei papieren en zakken ook
8 zware pakketten cp het dek
vallen. En in die pakketten za
ten voor ongeveer 750.000 aan
dollarbiljetten. Het bergings
werk was met succes bekroond.
Twee pakketten rusten (ook nu
nog) in het wrak.
„De biljetten waren absoluut
niet beschadigd," vertelde de
heer Hamilton Mack. „Ze kon
den zo weer worden gebruikt,
Dat ze gedroogd moesten worden
is een fabeltje."
Vervolgens haalde hij uit zijn
tas twee gereproduceerde platen
van landschappen, afgedrukt op
kunstdrukpapier. Ze leken fon
kelnieuw. Ook die zijn uit het
wrak opgediept bij honderden.
Hoewel ze anderhalf jaar, 80 m
onder de zeespiegel hebben ge
legen, waren ze volkomen onbe
schadigd. Waarschijnlijk waren
ze bestemd voor de vervaardiging
van kalenders.
jaar geleden hebben uitgekeerd,
worden geretourneerd.
Messrs Tyler en Co. zitten nu
nog met 1500 bijna onbeschadig
de fraaie Zwitserse horloges,
van wie de verzenders niet be
kend zijn. Ook deze horloges
zijn uit het wrak opgediept. De
Zwitserse fabriek kan uit haar
administratie niet meer nagaan
aan wie ze zijn geleverd.
„Zal het publiek nu weer den
ken, dat het dus wel een zwarte
zending horloges zal zijn?"
vroeg de heer Hamilton tot slot.
„Dat is niet te hopen. De ver
zenders hebben er destijds geen
woorden meer aan vuil gemaakt.
Zij hebben de schade vermoede
lijk vergoed gekregen. In die
tijd was het slechts kapitein
Kurt Garlsen, waar men over
schreef. Als iemand zou hebben
gezegd: Er zitten 1500 horloges
van mij aan boord van dat
schip, zou niemand naar hem
geluisterd hebben. Wie thans
kan aantonen, dat hij de recht
matige eigenaar is, kan ze als
nog terugkrijgen".
WIE VERZOND
HORLOGES?
DE
De berging is dus een com
pleet succes geworden. Niet al
leen het grootste gedeelte van
het geld is terug, doch tevens
heeft de „Rostro" allerlei andere
goederen opgediept die eveneens
Tuiteraard tegen een bepaalde
vergoeding voor het bergings
werk) aan de eigenaars dan wel
aan de verzekeringsmaatschap
pijen die de schade al ruim een
Alle beschikbare reserves van
de Westduitse grenspolitie zijn
naar de grens met O.-Duitsland
gezonden om een stroom van
duizenden communistische
agenten te stuiten, zo is van de
zijde van het Westduitse mini
sterie van Binnenlandse Zaken
meegedeeld.
De manschappen worden on
dergebracht in inderhaast ge
reedgemaakte zalen en tenten.
Ik koop als regel
iedere week een zegel!
(Kon. gcedgek. 3 Juni 1952)
Secretariaat:
Margrietstraat 15, Terneuzen.
Koningin Juliana heeft Vrij
dagmorgen om 11 uur ten pa-
leize Korte Voorhout de nieuw
benoemde ambassadeur der
Sowjet-Unie bij ons hof, de heer
Stepan Pavlovitsj Kirsanov,
ontvangen, ter aanbieding van
diens geloofsbrieven.
Voor het paleis stond de ko
ninklijke militaire kapel opge
steld, evenals een ere-compag-
nie, van het regiment luchtdoel
artillerie Waalhaven. De Sow-
jet-ambassadeur was vergezeld
van jhr. D. G. de Graeff, cere
moniemeester. De koninklijke
militaire kapel speelde het
volkslied der Sowjet-Unie.
Om half twaalf ontving de
Koningin de nieuwe gezant van
Mexico bij ons hof, de heer
Manuel A. Chavez. Hij was ver
gezeld van mr. J. H. L. J. baron
Sweerts de Landas Wyborgh, ja-
germeesfler in buitengewone
dienst van de Koningin. Ook de
Mexicaanse gezant bood zijn
geloofsbrieven aan.
Om 12 uur ontving de Konin
gin de Griekse gezant bij ons
hof, de heer Nicolas G. Lely. De
ze bracht aan de Koningin de
dank van Griekenland over voor
de grote blijken van meeleven
en de steun die van onze Konin
gin, de Nederlandse regering en
het Nederlandse volk werden
ontvangen, bij de aardbevings
ramp, die Griekenland heeft ge
troffen.
Het duurt geen maand meer
dat alle vliegtuigen die aan de
luchtrace naar Christchurch zui
len deelnemen op het vliegveld
„London Airport" zullen zijn ver
zameld. Op 2 October immers
moeten vliegtuigen en beman
ningen op „Londen Airport" zijn,
al zullen zij eerst op 8 October
vertrekken.
De toestellen die in de snel
heids-afdeling uitkomen worden
bijna dagelijks door de beman
ningen gevlogen. Hoe dit met
de machines en bemanningen
van andere landen is, die aan de
handicap-afdeling van de lucht
race deelnemen is ons niet met
zekerheid bekend, maar over de
De door het Ned. Roode Kruis
georganiseerde geldinzameling
voor de slachtoffers van de
aardbevingsramp op de Ionische
eilanden verloopt uitstekend.
Donderdag werd ruim 10.000
op gironummer 777 (ten name
van het hoofdbestuur van het
Ned. Roode Kruis) gestort. Don
derdagavond luidde de stand
139.378,49.
Radio-Warschau meldt dat
het noodweer, dat boven de
Poolse hoofdstad heeft gewoed,
veel slachtoffers heeft gemaakt.
De radiozender is lange tijd uit
de lucht geweest.
„The New Statesman and Na
tion" schrijft:
Het Engelse volk kan momen
teel de Perzische politiek het
best begrijpen, als het de toe
stand aldaar vergelijkt met die
van het 16e eeuwse Engeland,
toen de continentale mogendhe
den in dat land intrigeerden om
het onder controle te krijgen;
toen het volk er zeer nationalis
tisch werd en toen de vorsten er
geleid werden door ministers, die
de macht in handen hielden zo
goed ze konden en die, als ze
faalden, werden terechtgesteld
als verraders.
Misschien heeft iemand in de
hele geschiedenis meer overwin
ningen in zijn bed gevierd dan
Mossadeq. Twee jaar lang heeft
hij de storm bezworen door de
anti-Britse kampioen te spelen en
de anti-imperialistische leider
van het Perzische volk voor
welk volk hij in feite niets, maar
dan ook niets heeft gedaan!
c
In geautoriseerde bewerking uit het Amerikaanse door
E. VEEGENS—LATORF.
24)
(Nadruk verboden).
Ook voor Flora was het een
grote verandering. Zij had zich
veel zorgen gemaakt. Bij een
schoonmoeder inwonen was een
algemene Italiaanse gewoonte
en zij had vele Italiaanse fami
lies gekend waar de ouders met
een getrouwde zoon bleven sa
menwonen, maar zij had niet ge
weten hoe het met een Chinese
schoonmoeder zou zijn. Vol goe
de wil en redelijkheid had zij
haar taak aanvaard. En nu bleek
het best te gaan. Er was geen
gekniel en gebuig geweest. Zij
ging nog altijd naar haar eigen
kerk en vervulde haar gods
dienstplichten en er hing een
beeld van de Heilige Maagd bo
ven haar bed. De familie had
zich in geen enkel opzicht met
haar geloof bemoeid. De moeder
had het koken van haar overge
nomen. Eva hielp met vaten was
sen en de kinderen waren dol op
haar. In zekere zin werd het
makkelijker voor haar, toen zij
haar plaats in de familie had ge
vonden en zij sloeg dit drukke
gezinsleven vol belangstelling
gade.
„Loy", zei zij op een avond
tegen haar man, „wanneer zul
len wij geld kunnen sparen om
onafhankelijk te worden?"
„Wat bedoel je?"
„Ik bedoel een eigen zaak en
een eigen huis hebben echt
onafhankelijk zijn?"
„Onafhankelijk? Geen sprake
van."
„Loy, lieveling."
„Wat mankeert er aan? Moe
der houdt erg veel van je en ik
geloof jij ook van haar."
„Daar gaat het niet om. Ik heb
het heel prettig. Je hebt werke
lijk een allerliefste familie en ik
beklaag mij nergens over. Maar
je weet wel hoe ik het bedoel.
Blijft dit altijd zo?"
„Lieveling, begrijpt je dat niet?
We zijn allemaal één gezin en
wij helpen elkaar allemaal. Het
geld dat is jouw geld, mijn
geld, vaders geld. Het is alle
maal één. Wij werken samen,
verdienen samen, geven samen
uit. Tom en Eva moeten nu naar
school. Maar als zij groot zijn
zullen zij ook moeten helpen,
misschien zelfs om onze kinde
ren weer naar school te laten
gaan. Wij moeten werken en
helpen. Wie kan, helpt meer, wie
niet kan helpt minder. Als jij
'•swiVi
een mantel nodig hebt, koop je
een mantel, misschien heb ik
een paar schoenen nodig, dan
koop ik die ook."
„Maar blijft het altijd zo?"
„Niets is voor altijd. Maar zo
lang de ouders leven, zijn wij
één gezin. Als zij dan te oud zijn
om te werken, moeten wij voor
hen zorgen omdat zij voor ons
gezorgd hebben toen wij jong
waren. Zo zit het in elkaar."
In zekere zin was het waar,
wat Loy zei. Zij ging over het
geld, maar het was haar eigen
geld niet, het was het geld van
de familie.
HOOFDSTUK V.
Zijn opvolger, generaal Zahedi
is benoemd •door de zwakke en
volgzame sjah. Omdat de sjah
op een Engelse school zijn op
voeding ontving nemen de Per
zen aan, dat de Britten de staats
greep op touw hebben gezet. Het
enige positieve bewijs daarvoor,
aldus het Britse blad, is gelegen
in het feit, dat een aantal Engel
sen en Amerikanen in Bagdad
tevoren een staatsgreep in Tehe
ran verwachtten.
Of nu de Engelsen of de Ame
rikanen Zahedi hebben uitgeko
zen om Mossadeq op te volgen,
blijft gissen.
Generaal Zahedi heeft altijd de
feodale grootgrondbezitters ver
tegenwoordigd, alsmede de stam
hoofden, de min of meer geheim
zinnige religieuze leiders en de
nogal heftig ingestelde officie
ren.
Zijn geestesgesteldheid werd
gevormd in de dagen van Reza
Sjah, de vader van de huidige
vorst, die de dynastie met geweid
op de troon hielp en die Zahedi
tot generaal maakte. Tijdens de
oorlog, toen Engeland Perzië be
zet hield, was hij de centrale fi
guur van de Duitse activiteit in
Zuid-Perzië en werd hij gear
resteerd door brigadier (toen
nog kapitein) MacLean, die in
zijn kamer Duitse wapens vond,
opium en een compromiterende
brief voor de Duitse consul-gene
raal in Zuid-Perzië. Gedurende
de rest van de oorlog werd hij in
Palestina geïterneerd. In 1945
vrijgekomen, nam hij deel aan
uit te sluiten uit het Qavam-
de actie om de Tudeh-ministers
kabinet, een eis overigens, die
steund werd door een revolte van
stamhoofden, die vrienden van
Zahdi waren, en door de Angio
Iranian Oil Company. In 1949
was Zahedi een tijdlang hoofd
van de nationale politie en hij
hoopte toen premier te worden,
maar de sjah gaf de post aan
Rasmara en Zahedi werd ge
troost met de functie van sena
tor. Een poosje was hij nog mi
nister van binnenlandse zaken in
Mossadeq's kabinet, toen de
Anglo-Iranian genationaliseerd
werd, maar later ontsloeg Mos
sadeq hem, omdat hij hem ver
dacht van het voorbereiden van
een staatsgreep. De 15e Juli '51
werd hij beschuldigd de aansto
ker te zijn van troebelen, die een
massa doden eisten. Toen hij
eindelijk dus zonder officiële
functie was gekomen, werd hij
leider van de invloedrijke bond
van oudofficieren, waarvan het
ledental groeide, toen Mossadeq
het leger van 200 rechtse officie
ren zuiverde, die sympathiek
tegenover de sjah stonden.
Toen er een einde kwam aan het
bondgenootschap van Mossadeq
en de godsdienstige leider Kas-
hani, onderhandelde Zahedi met
Kashani en kort daarna beschul
digde MosSadeq hem ervan een
bemanning 'en het cabineperso
neel van de Douglas DC6a
Liftmaster" van de K.L.M. is
te melden, dat het merendeel zich
thans buiten Europa bevindt.
De gezagvoerder van -de „Dr
Ir M. H. Damme" in de vlucht
naar Christchurch, de heer H. A.
A. Kooper, is Woensdag met een
Douglas DC 6b lijnmachine naar
New-York vertrokken. De eerste
officier J. F. Griffith, en de
tweede officier, P. J. Aerts, zijn
met een „Constellation" onder
weg naar Sydney. De derde offi
cier J. I. Noomen bevindt zich in
New-York. De eerste radiotele
grafist J. M. C. Kiepe, is, uit
hoofde van zijn functie van chef
telegrafist op de Azië en Austra
lië routes van de K. L. M., op
Schiphol ter beschikking. De
tweede radio-telegrafist J. van
den Bos is naar Montreal ver
trokken. De eerste boordwerk
tuigkundige H. van der Ham is
in New-York. Naar Tokio zijn de
eerste steward L. J. M. Her
mans en de tweede steward J. H.
Hoftijzer, stewardes mej. E. M.
L. Pinault vliegt op een der lij
nen in Europa. Eerste steward J.
Stil is in Bangkok. Tweede ste
ward W. J. Jobse in Djakarta.
Stewardes mej. N. T. B. Jaspers
vliegt op een der lijnen in Euro
pa. De eerste steward M. de
Jongh en de tweede steward J. A.
van Praagh bevinden zich in eea
toestel dat met emigranten op
weg is naar Melbourne en de ste
wardes M. S. J. Kremer is in
Djakarta. De tweede boordwerk
tuigkundige W. J. F. Tielman is
op het ogenblik met verlof. Da
heer D. A. Visser, chef van het
vliegtechnisch bureau van de
K.L.M.die de vlucht ook mee
maakt is werkzaam op Schiphol.
Van de bemanning en het hut-
personeel, in totaal achttien per
sonen, zijn thans dus slechts twee
werkzaam in Nederland.
I.
Het was een drukkend hete
avond in Juli. De hele dag had
de zon op de lage huizen en de
straten geschenen en de trot
toirs verhit. De hitte was door
de muren heengedrongen, tot
dat de hele straat een oven leek.
De hitte werd in de huizen en
binnenplaatsen en portalen ge
vangen gehouden zonder een
uitweg te kunnen vinden. Van
de East River kwam een beetje
frisse lucht, maar tegen dat deze
de Third Avenue bereikte was
het niet meer dan een zuchtje.
Loy en Flora hadden een deken
meegenomen en waren naar het
dak gegaan. Tom en Eva moes
ten gaan slapen maar hadden
het te benauwd en bleven wak
ker.
De vader en moeder kwamen
bij het voorraam en leunden
naar buiten om een beetje frisse
lucht op te vangen. Alles was
Sedert enkele jaren reeds
worden in België zilveren muriL
stukken van fr. 100, fr. 50 en fr.
20 in omloop gebracht
Het merkwaardige is echtet,
dat men ze slechts zelden tegen
komt. De enige verklaring voor
het verdwijnen van deze 60 mil
lioen zilveren stukken met een
gezamenlijke waarde van niet
minder dan 2 milliard 700 mil
lioen francs uit de normale cir
culatie is, dat de Belgen deze
hamsteren omdat zij, door de
ervaringen in de beide wereld
oorlogen, blijkbaar meer ver
trouwen hebben in zilveren
geldstukken dan in bankpapier.
Niettemin blijftdit hamsteren
raadselachtig omdat de werke
lijke zilverwaar de van het stuk
fr. 100 slechts fr. 21 is, die van
het stuk van fr. 50 ongeveer fr.
12,50 en die van het stuk van fr.
20 niet meer dan fr. 9. Iedere
keer dat men een zilveren geld
stuk van fr. 100 hamstert, legt
men slechts 18 gram zuiver zil-
organisator te zijn van een door ver weg, terwijl men voor de
zelfde fr. 100 op het ogenblik
overal 70 gram zuiver zilver kan
kopen.
Degenen, die een voorraad van
genoemde .fzilveren" ^nunt-.'
stukken aanleggen doen dus ze
ker geen goede zaak.
donker. Aan de overkant van de
straat waren een paar mannen
en vrouwen op de balkons van
de brandladders gaan liggen en
hadden zich daar voor de nacht
geïnstalleerd. Een kaalhoofdige
oude man in een wijd bruin
nachthemd had een tafel vlak
voor zijn raam geschoven zodat
zijn hoofd en het bovenste ge
deelte van zijn lichaam op het
ijzeren traliewerk buiten rustten
terwijl zijn benen binnen waren.
In de straat beneden schreeuw
den en zongen een paar jongens
en nu en dan was er een stilte,
die slechts bij tussenpozen ver
broken werd door het gedreun
van de Bovengrondse.
Zij waren thuisgekomen na
een stevige maaltijd in de Chine-
zenwijk. Tom hoorde zijn vader
en moeder voor het raam praten.
„Moeder, mag ik op het dak
gaan slapen?"
„Nee, daar zijn Daiko en Dai-
sow".
„Waarom mogen wij ook
niet?"
„Nee kinderen, jullie moeten
stilliggen, dan vergeten jullie de
warmte wel. Jullie hebben te
veel ijs gegeten. Geen wonder
dat je maag brandt."
Tom had dit alles vaal: genoeg
gehoord. Het was waar, hij voel
de zijn maag. Om de hitte kwijt
te raken hoefde je alleen maar
warme thee te drinken en te
transpireren. Je friste op van
een warm bad en je kreeg het
warm van een koud bad. Maar
het allerbeste was om je dood
kalm te houden en er niets aan
te doen.
(Wordt vervolgd).
het buitenland op touw gezette
staatsgreep. Als senator was hij
onschendbaar, maar Mossadeq
verkorte het ambtsperiode der
senatoren van zes tot twee jaar
en er kwam een eind aan Za-
hedi's onschendbaarheid. Eerst
eind Februari 1953 werd hij ge
arresteerd, toen Mossadeq ge
loofde aan een nieuw complot
tussen het hof, het leger en de
stamhoofden. Mossadeq trachtte
het leger opnieuw te zuiveren en
deed een poging om de sjah van
het opperbevel te beroven.
Tegelijkertijd werd brigadier
Afshartous, chef van de politie
en familie van Mossadeq, een
man, die bij de zuivering van het
leger een vooraanstaande rol
speelde, in Teheran in een slop
gelokt, naar een plaats, waar de
bond van oud-officieren zetelde.
Volgens de politie werd hij daar
bewusteloos gemaakt, naar de
heuvels buiten de stad gebracht,
mishandeld en gedood. De Per
zische politie houdt vol, dat dat
deze misdaad door de vrienden
van Zahedi is gepleegd. Het laat
ste incident vóór de staatsgreep
vond plaats op 21 Juli toen Was-
sa's aanhangers van de Tudeh 'n
demonstratie hielden en zich
slechts weinige nationalisten
vertoonden. Men zei toen, dat
de sjah ervan overtuigd was En
gelse en Amerikaanse hulp nodig
te hebben om Mossadeq aan
kant te zetten. Hij tekende
daarop een decreet, waarbij hij
Zahedi tot premeir benoemde.
Aan de zone,grenzen in Duits
land is het thans volkomen
rustig. Het Westduitse ministe
rie van Binnenlandse Zaken
heeft meegedeeld, dat in de af
gelopen nacht slechts 14 leden
van de Oostduitse communis
tische organisatie der „Vrije
Duitse jeugd", die de zonegrens
probeerden te overschrijden,
zijn aangehouden.
In de afgelopen 8 dagen zijn
meer dan 7000 leden van de
„Vrije Duitse jeugd" en de so
cialistische eenheidspartij uit
O.-Duitsland, die getracht had
den West-Duitsland binnen te
komen, om zich in de verkie
zingsstrijd te mengen, aange
houden.
Toen Mossadeq zijn orders niet
gehoorzaamde, vluchtte de sjan
zijn land uit en liet het vuile
werk aan generaal Zahedi over.
Er was ge
daarvoor in heel Perzië. Thans
verwacht de sjah financiële hulp
van Amerika. >Iaar of de staats
greep zal leiden tot een olieover
eenkomst met Engeland, staa.
nog te bezien; want het Perzische
nationalisme rk niet uitgevonden
door Mossadeq
Kolonel Lie Pjong II heeft op
een bijeenkomst van de com
missie voor repatriëring van
krijgsgevangenen een lijst over
handigd met namen van 249
geschikter man Noord-Koreanen en 152 Chine
zen, die volgens hem door de
Amerikanen worden achterge
houden. Hij eiste terugzending
van deze en „alle andere gevan
genen die gerepatrieerd willen
v/orden", aldus een bericht van
het communistische persbureau
Nieuw-China.