De Millioenennota 1953
DE PLECHTIGE OPENING DER
STATEN GENERAAL
MOTIE
VAN COMITÉ BENELUX
In het teken der defensie-inspanning
Een tekort van 492 millioen
A«
Erewachten en af
zettingen
De koninklijke stoet
In de Ridderzaal
Verlaging margarineprijs
in België
De minister van financiën heeft Dinsdagmiddag in
de Tweede Kamer de begroting aangeboden, ver
gezeld van de gebruikelijke millioenennota.
„Ook de begroting voor 1953 staat in het teken van
de Noordatlantische defensie-inspanning", aldus de
minister van financiën in de nota betreffende de toe
stand van 's rijks financiën. Daarnaast vragen de
werkgelegenheid in toenemende mate de aandacht.
Tenslotte kunnen de moeilijkheden met betrekking
tot de betalingsbalans, waarin ons land zich een jaar
geleden bevond, hoewel daarin een aanmerkelijke
verbetering is ingetreden, nog niet geacht worden een
definitieve oplossing te hebben gevonden.
INKOMSTEN
1953
UITGAVEN
O
DE STAAT ONTVANGT f 5.124.000.000.—
N»
r
DE1 STAAT GEEFT UIT 5.616.000.000
De regering is er van uitge
gaan, dat het begrotingsbeleid
ook in 1953 ondanks de druk van
de militaire uitgaven en ondanks
de gestegen uitgaven ter bevor
dering van de werkgelegenheid
gericht moet blijven op hand
having van het monetaire even
wicht en daarmede op een blij
vend evenwicht in de betalings
balans.
De gehele dienst der begroting
1953 wijst een nadelig saldo aan
van 492 millioen gulden.
In verband met dè korte tijd
van voorbereiding kon het nieu
we kabinet zich slechts in hoofd-
INKOMSTEN
BELASTING
Voor zover op dit ogenblik kan
worden overzien, moet voor 1953
rekening worden gehouden met
additionele uitgaven van 23 mil
lioen. De voornaamste der hier-
bedoelde uitgaven zijn:
ten laste van de gewone dienst:
uitgaven voortvloeiende uit de
regeling van 't kleuteronderwijs
ƒ4.000.000;
uitgaven voortvloeiende uit de
nieuwe regeling van het voorbe
reidend hoger onderw. 1.000.000;
rente van gevestigde schuld in
verband met lening koopvaardij-
pensioenfonds ƒ2.460.500;
bied gelden, niet alleen bij lopen
de uitgaven als die voor onder
wijs, justitie, landbouwbeleid,
volkshuisvesting, steun bij emi
gratie en sociale zorg, doch ook
bij verscheidene der investerings
uitgaven, in het bijzonder voor
zover deze worden gedaan binnen
het kader van het industrialisa
tiebeleid.
DE NATIONALE SCHULD.
Blijkens het in de millioenen
nota opgenomen overzicht van de
nationale schuld heeft de daling
van de totale staatsschuld, die in
de 12 maanden eindigende 30
Juni 1951 1711 millioen gulden
had belopen, zich in de periode
1 Juli 195130 Juni 1952 verder
voortgezet, ditmaal met een be
drag van 1795 millioen gulden.
Sedert Juni 1950 is de totale
schuld derhalve met niet minder
dan 3l/z milliard gulden gedaald.
Naar het oordeel van de mi
nister van financiën draagt deze
ontwikkeling in belangrijke mate
bij tot vergroting van de
financiële stabiliteit van ons
land, temeer omdat gelijktijdig
een stijging in het nationale in
komen en het nationale vermo
gen valt te constateren. De totale
schuld per 30 Juni 1952 bedraagt
26.618 millioen gulden.
1500
LOONBELASTING
VENNOOTSCHAPS
BELASTING
OMZETBELASTING
INVOERRECHTEN
EN ACCIJNZEN
OVERIGE
BELASTINGEN
NIET-BELASTING
INKOMSTEN
I
IN MILLIOENEN GULDENS
LU
DEFENSIE
S0C.V0QRZIENINGEN
EMIGRATIE. VOLKSGEZOND*
EN VOLKSHUISVESTING
NATIONALE SCHULD
ONDERWIJS
ENCULTUUB
HERSTEL VAN x
OORLOGSSCHADE
WATERSTAAT
EN VESKEEB
POUTIE EB
JUSTITIE
Jl OVERIGE
zaken met het begrotingsbeleid
voor het komende jaar bezig
houden. Dit doet niets af aan de
verantwoordelijkheid van dit ka
binet als geheel en van de onder
scheidene ministers afzonderlijk
voor de thans aangeboden wets
ontwerpen.
De stichting van een departe
ment van maatschappelijk werk
en de overgang van de D.U.W.
naar sociale zaken werden reeds
eerder bekend gemaakt.
Tenslotte zullen in verband met
de benoeming van een minister
voor publiekrechtelijke bedrijfs
organisatie, waarmede wordt be
oogd een krachtige doorvoering
van de bedrijfsorganisatie te be
vorderen, welke minister tevens
bijzonder aandacht zal schenken
aan het vraagstuk der bezits
vorming, de nodige budgetaire
voorzieningen worden getroffen.
TEKOKT VAN 492
MILLIOEN.
De gehele dienst voor 1953 ver
meldt een totaal aan uitgaven
van 5616 millioen (hierbij inbe
grepen 80 millioen als nadelig
saldo van het landbouw-egalisa-
tiefonds) en een totaal aan mid
delen van 5124 millioen.
Het nadelig saldo bedraagt alzo
492 millioen.
Bij de raming der belasting
opbrengsten is rekening gehou
den met wetswijzigingen, die
reeds bij de Staten-Generaal aan
hangig zijn gemaakt, zoals die
betreffende de faciliteiten i.v.m.
de exportbevordering en met de
invoering van de werkloosheids
wet.
Bij liet ramen der uitgaven zijn
niet opgenomen de in 1953 te ver
wachten uitgaven, die zullen
voortvloeien uit nog tot stand te
komen wettelijke regelingen.
kapitaals
inkomsten
273 MIN
NETBELASTING
INKOMSTEN
352 ML N
kosten noodvoorziening ouden
van dagen wegens vrijstelling
van 'n bedrag ad 100 aan eigen
inkomsten van de inkomstenaf
trek 14.000.000;
ten laste van de buitengewone
dienst 2:
aflossing van gevestigde schuld
verband met lening koopvaar-
dijpensioenfonds 1.400.000.
DE DEKKING DER UIT
GAVEN VOOR 1953.
De regering acht het nog steeds
noodzakelijk de kapitaalmarkt
zoveel mogelijk vrij te houden
voor de grote behoeften aan mid
delen ter financiering van de
woningbouw en andere urgente
investeringen, alsmede voor die
van het particuliere bedrijfsleven.
De met de oorlogsgevolgen
samenhangende uitgaven in de
civiele sector hebben met de zwa
re defensielasten steeds een
remmende invloed uitgeoefend
op de overige voorzieningen van
civiele aard. Een overeenkom
stige invloed is lange tijd uitge
gaan van de toestand van de be
talingsbalans, welke verleden
jaar zelfs ingrijpende beperkin
gen noodzakelijk maakte. In de
laatste tijd leidde de gestegen
werkloosheid ertoe, dat de rege
ring op verschillend gebied een
grotere activiteit moest gaan ont
plooien.
Behalve door deze invloeden
van buitenaf wordt het niveau
der civiele uitgaven echter ook
voor 'n belangrijk deel beïnvloed
door de structurele veranderin
gen, welke zich in een snel
groeiende samenleving als de
onze voltrekken en waarbij de
wijzigingen in de omvang en de
samenstelling der bevolking een
centrale plaats innemen. Deze
invloed doet zich op velerlei ge-
VERBETERDE
BETALINGSBALANS.
De minister stelt vast, dat de
Nederlandse economie thans een
evenwichtiger beeld vertoont dan
een jaar geleden en dat in het
verloop van de betalingsbalans
een verheugende wijziging ten
goede is ingetreden.
king de werkgelegenheid ten
goede kunnen komen.
Beziet men nu de in de naaste
toekomst te verwachten ontwik
keling, dan verdienen de volgen
de punten de aandacht.
In de eerste plaats de nog
steeds bestaande achterstand in
de-militaire uitgaven, welke als
het ware de ontwikkeling in het
jongste verleden heeft geflat
teerd. Het geleidelijk op peil
komen van deze uitgaven bete
kent een aanzienlijke belasting
der overheidsfinanciën. Daar
naast staat, dat in het afgelopen
jaar belangrijke bedragen aan de
circulatie zijn onttrokken als ge
volg van het inhalen van achter
stand in de belastingheffing. Voor
het jaar 1953 kan evenwel op een
bate van enige betekenis uit
dezen hoofde niet meer worden
gerekend.
Bij het beoordelen van de ge
schetste ontwikkeling moet men
in aanmerking nemen, dat de
recente verbetering van het beta
lingsverkeer met het buitenland
ten dele tot stand is gekomen
onder invloed van factoren, die
geen permanent karakter dragen.
Met name wijst de minister op
het relatief lage niveau van de
invoer.
Voorts dient te worden bedacht,
dat de Nederlandse export, hoe-
Wel zij zich tot dusver bevredi
gend heeft kunnen ontwikkelen,
nog steeds kwetsbaar is.
Deze factoren lijken naar het
oordeel van de minister de con
clusie te wettigen, dat op een zo
gunstige betalingsbalanspositie
als Nederland in de afgelopen
twaalf maanden heeft gekend,
niet blijvend kan worden gere
kend en dat men de spectaculaire
verbetering van de goud- en de-
viezenpositie stellig niet mag zien
als maatstaf voor de toekomstige
ontwikkeling van de Nederlandse
economie. Voorzichtigheid ten
aanzien van Nederlands externe
positie blijft dus geboden. Voor
komen dient te worden, dat de
deviezenreserves opnieuw als ge-
volg van een evenwichtsversto-
ring een aderlating zouden onder
gaan. Dit neemt niet weg, dat
binnen de aldus gestelde grenzen
het handhaven van een hoog ni
veau van werkgelegenheid een
van de voornaamste doelstelling
gen blijft van het regeringsbeleid.
Maatregelen op korte termijn,
zoals die welke in de afgelopen
maanden zijn getroffen, kunnen
hierbij een tijdelijke verbetering
van de werkgelegenheidssituatie
bewerkstelligen. Een fundamen
tele oplossing van het probleem
verschaffen zij echter niet. Men
zal niet uit het oog mogen verlie
zen, dat het vraagstuk van de
werkgelegenheid in Nederland,
gegëven de snelle toeneming van
de beroepsbevolking, vooral een
structureel karakter draagt. Af
gezien van een actieve emigratie-
politiek zal men daarom de op
lossing vooral moeten blijven
zoeken in een krachtige industria-
lisatiepolitiek, gesteund door
maatregelen ter bevordering van
de export.
Defensie
1500 MLN
819.2 MLN
Soc. voorz., emigratie, votksgezondh en volkshuisvesting
704.5 MLN
510,6 MLN;
Onderwijs en cultuur
431.3 MLN
Herstel van oorlogsschade
BELASTINGINKOMSTEN
4199 MLM
J
TEKORT
Nationale schuld
13 412,0 MLN
Waterstaat en verkeer
216.0 MLN
Politie en justitie
146,6 MLN
Handel en nijverheid
111,0 MLN
Land- en tuinbouw, veeteelt en visserij
80,0 MLN
Subsidiebeleid via het Landbouw-Egalisatiefonds
Voor de vijfde maal sinds zij
de troon heeft bestegen, heeft
H. M. Koningin Juliana Dins
dagmiddag de zitting van de
Staten-Generaal geopend met
het uitspreken van de troonrede.
Te één uur heeft Hare Maje
steit zich daartoe, vergezeld door
Z. K. H. de Prins der Nederlan
den, in de gouden koets naar de
Ridderzaal begeven. De feeste
lijke stoet heeft daarbij voor de
laatste maal de tot nu toe ge
bruikelijke weg gevolgd, van het
Noordeinde via Heulstraat,
Kneuterdijk, Lange Voorhout en
Korte Vijverberg naar het Bin
nenhof.
Deze gebeurtenis met iets van
de glans van het sprookje
vormt telkenjare een schouw
spel, dat men zich niet gaarne
zou laten ontgaan. Het zijn stel
lig niet alleen Hagenaars, die
zich rond het middaguur in de
binnenstad ophouden. Velen
komen van verre om „Prinsjes
dag" bij te wonen. Laat het
wezen, dat de plechtigheid in
de Ridderzaal ieder jaar een
hoogtepunt in het staatkundig
leven van ons land vormt,
slechts enige honderden valt de
eer te beurt aanwezig te kunnen
zijn bij deze officiële aanvang
van de parlementaire arbeid in
het nieuwe zittingsjaar. Dat be
tekent echter geenszins, dat deze
voorname gebeurtenis met haar
bijzondere luister van het cere
monieel voorbehouden is uit
sluitend aan de 150 leden der
Staten-Generaal en degenen,
die als gasten de plechtige ver
gadering bijwonen. Duizenden
immers hebben zich verzameld
langs de weg, die de feestelijke
stoet gaat. Zij staan in dichte
rijen op de trottoirs en onder de
bomen van het Lange Voorhout
langs het Schelppad. Anderen
hebben een zitplaats op één
der tribunes, die voor deze ge
beurtenis zijn opgeslagen en
weer anderen hebben een kijk
plaats achter één der vele ven
sters van de huizen en gebouwen
langs de route. Reeds lang voor
het uitrijden van de koninklijke
stoet hebben zij hun plaats in
genomen. In afwachting van de
grote gebeurtenis valt er al veel
te zien, het militaire vertoon,
het innemen der opstellingen
voor de afzetting en zo meer,
totdat het wachten wordt be
loond met het weerklinken van
't eerste der minuutschoten, die
over de stad daveren van het
ogenblik, waarop de Koningin
en de Prins het paleis verlaten,
totdat, waarop zij in het paleis
zijn teruggekeerd. Deze minuut-
schoten worden afgevuurd door
een op het Malieveld opgestelde
batterij artillerie, bestaande uit
zes stukken.
De bij het militaire eerbetoon
en de afzetting ingedeelde troe
pen hadden tegen half één de
opstellingen ingenomen. Hon
derd man van het regiment in
fanterie „Johan Willem Friso"
hadden de erewacht voor het
paleis Noordeinde betrokken.
Daarbij waren tevens ingedeeld
het vaandel met vaandelwacht
en het muziekkorps van het re
giment infanterie „Johan Wil
lem Friso".
De erewacht aan de Ridder
zaal werd gevormd door 70 man
van-het korps mariniers. Hierbi.'
waren ingedeeld het vaandel
met vaandelwacht van dit korps
en de marinierskapel der Kon.
Marine. Op het Binnenhof was
voorts een ere-afzetting van het
garderegiment fuseliers „Prin
ses Irene" ter sterkte van 100
man, gekleed in de ceremoniële
tenue aanwezig.
De afzetting langs de route,
welke de koninklijke stoet volg
de, geschiedde door een deta
chement van 100 man van de
Kon. Marine (matrozen), eten
detachement van 100 man van
het bewakingskorps Kon. Land
macht, 'n detachement van 200
man van het regiment infan
terie „Limburgse Jagers", een
detachement van 300 man van
het regiment zware luchtdoel
artillerie „Rhenen" en een de
tachement van 200 man van het
wapen der Kon. Marechaussee.
Het muziekkorps van het re
giment infanterie „Limburgse
Jagers" stond opgesteld bij het
paleis Kneuterdijk. De lucht
machtkapel deed zich horen op
de hoek van de Korte Vijver
berg en de Lange Vijverberg.
Op het plein bevond zich de
drumband van de Kon. Mare
chaussee en in de bocht van het
Langé Voorhout had de drum
band van het regiment zware
luchtdoelartillerie „Rhenen" 'n
plaats gekregen.
De stoet, waarin H. M. de Ko
ningin, in gezelschap van Z.K.H.
de Prins der Nederlanden, zich
naar de Ridderzaal begaf was
aldus samengesteld:
Voorop gingen een rijknecht
majoor en 2 rijknechts te paard.
Dan volgde een detachement
der Kon. Marechaussee en ver
volgens de Kon. Militaire Kapel.
De commandant van het garde-
regiment met adjudant, de
vaandelwacht en een compagnie
van het garderegiment Jagers.
Een commando Rijkspolitie te
paard sloot dit gedeelte van de
stoet af.
Hierna volgden de rijtuigen
Voorop ging de ceremoniemees
ter, jhr D. G. de Graeff, gezeten
in een rijtuig bespannen met 2 gen waren de leden van het
vooraf. Deze staatsiekoets was
bespannen met 8 paarden,
gaande een koetsier naast elk
paard en 4 lakeien aan elke
zijde van de koets. Een adju
dant, majoor J. J. L. baron Van
Lynden, reed ter rechterzijde
van de koets en één, majoor C.
C. Geertsema, ter linkerzijde,
een weinig achter het portier.
Een commando Rijkspolitie te
paard sloot de stoet.
De duizenden, die Hare Ma
jesteit op deze steeds indruk
wekkende tocht passeerde,
juichten de Koningin hartelijk
toe.
Op het Binnenhof waren o.m.
plaatsen gereserveerd voor dra
gers der militaire Willemsorde,
voor burgemeesters ditmaal
uit de provincies Friesland, Gro
ningen, Drente en Zeeland
en voorts waren veel buitenlan
ders, die hier om studieredenen
en anderszins verblijven, in de
gelegenheid gesteld op de his
torische plaats deze jaarlijkse
gebeurtenis bij te wonen.
Aan de ingang van de Ridder
zaal waren geruime tijd vóór de
aankomst van de Koningin en
Prins reeds aanwezig de chef
van het militaire huis van Hare
Majesteit, vice-admiraal N. A.
Rost van Tonningen, de gou
verneur der koninklijke resi
dentie, generaal-majoor ir M.
Tans en de overige niet bij het
escorte ingedeelde adjudanten,
majoor-vlieger mr R. J. E. M.
van Zinnicq Bergman en luite-
nant-ter-zee le klasse A. F. Ei
bers.
In de Ridderzaal, waar weder
om een sobere, doch fraaie ver
siering met bloemen en plan
ten was aangebracht, hadden
velen zich reeds vroegtijdig ver
zameld met de leden der Sta
ten-Generaal. Naast het stem
mige zwart der herenkleding zag
men er het goud en zilver van
ambtsgewaden, fleurige toilet
ten der dames en verscheidene
uniformen. Onder de aanwezi-
paarden, gaande naast elk por
tier een lakei. Hierna reden 8
kamerheren, gezeten in 2 rij
tuigen, elk met 2 paarden be
spannen en gaande naast elk
portier één lakei. In het eerste
rijtuig hadden plaats genomen
mr J. H. L. J. baron Sweerts de
Landas Wyborg, mr W. A. Offer-
haus, H. A. A. baron Collot
dTEscury en jhr mr C. C. de
Jonge. In het tweede rijtuig mr
E. L. M. H. baron Speijart van
Woerden, jhr mr C. Dedel, jhr
mr J. Th. M. Smits van Oijen
van Eckhart en W. Graaf van
Limburg Stirum.
Dan volgden de grootofficie
ren mr W. C. baron Snouckaert
van Schauburg, mr J. C. baron
Baud en ir F. C. C. baron van
Tuijll van Serooskerken, geze-"
fen in een rijtuig bespannen
met 2 paarden, gaande naast
elk portier 2 lakeien. De groot
meesteres mevrouw douairière
F. W. baron van Tuijll van Se
rooskerken geb. jonkvrouwe Bo-
reel en de dame du palais me
vrouw A. J. L. baronesse de
Smeth, de opper-ceremonie-
meester mr G. C. D. baron Van
Hardenbroek, gezeten in een rij
tuig met 2 paarden bespannen,
gaande 2 lakeien naast elk por
tier.
Deze rijtuigen gingen de gou
den koets, waarin H. M. de Ko
ningin en Z. K. H. de Prins der
Nederlanden waren gezeten,
Overige
KAPITAALS UITGAVEN
896 MLN
SUBSIDIES OP
tEVENSM/DDELEN
80 MLN
OORLOGSSCHADE ENZ
579 MLN
DAGELIJKS TERUGKERENDE
UITGAVEN
4061 MLN
Tegenover deze verbetering
staat, dat de druk der militaire
inspanning onverminderd blijft
voortbestaan en zelfs nog in be
tekenis zal toenemen.
Bovendien valt er enige terug
gang in de binnenlandse produc
tie en een toeneming van de
werkloosheid te constateren. In
een jaar tijds liep de industriële
productie met bijna 2,5 pet. terug,
terwijl het aantal werklozen ge
middeld 43.000 hoger was.
Inmiddels zijn een aantal maat
regelen genomen, die grotendeels
een belasting betekenen van het
rijksbudget, hetzij door verho
ging van uitgaven, hetzij door
verlaging van inkomsten. Als
zodanig kunnen o.m. worden ge
noemd de additionele uitgaven
voor openbare werken, zomede
de voorschotten aan lagere pu
bliekrechtelijke lichamen ten be
hoeve van de werkverruiming, de
versnelling van de oorlogsschade
uitkeringen en de extra financie
ring van de bouw van premie
woningen, terwijl daartegenover
een aantal belastingfaciliteiten
zijn verleend, met name ten aan
zien van de omzetbelasting en de
tabaksaccijns. Met deze maat
regelen was in totaal een bedrag
gemoeid van circa 200 millioen.
Daarnaast zijn ook andere be
lastingverlagingen van kracht
geworden, resp. voorgesteld tot
een gezamenlijk bedrag van circa
120 millioen, welke door hun
strekking of uitsluitend wegens
hun koopkrachtverruimende wer-
685.2 MLN
De conclusie lijkt gewettigd,
dat het misplaatst zou zijn op
grond van de in het recente ver
leden bereikte verbetering van de
betalingsbalans te optimistische
verwachtingen te koesteren ten
aanzien van de ontwikkeling in
de naaste toekomst. Bij het be
palen van het budgetaire beleid
dient ten aanzien van voorstellen,
die zouden leiden tot hogere uit
gaven, dan wel lagere inkomsten
mede met dit perspectief reke
ning te worden gehouden.
VERHOGING VAN DE
MELKPRIJS.
Van 15 September af is de
margarineprijs in België met
ongeveer 11 procent verlaagd.
De prijs van de standaard
kwaliteit vermindert hierdoor
van fr 27 tot fr 24 per kg, het
geen dezelfde prijs is als voor
de gebeurtenissen in Korea.
Deze daling is een gevolg van
de lagere prijzen van spijsoliën
en in het bijzonder van palm
olie. Anderzijds is de prijs van
melk als gevolg van seizoéns-
invloeden, gestegen mei een
halve frank per liter.
De algemene drielandenraad
van het comité-Benelux, onder
voorzitterschap van oud-minis
ter J. Hoste en in aanwezigheid
van jhr mr F. Beelaerts van
Blokland en mr A. Huss, in ver
gadering te Brussel bijeen,
heeft de volgende motie goed
gekeurd:
De algemene raad heeft met
voldoening vastgesteld, dat on
danks de moeilijkheden die zich
thans voordoen, de particuliere
gezaghebbende organisaties a'S®"
meen overtuigd blijven van de
noodzaak ener economische unie.
Hij waarschuwt tegen eenzij
dige maatregelen, welke zouden
indrukken tegen de gemeen
schappelijke belangen der Be-
neluxlanden en waarvan de
weerslag niet in het belang zou
zijn van de betrokken sectoren
van het bedrijfsleven.
De algemene raad acht het de
hoogste tijd, dat thans die ho
gere politieke- en sociaal-
economische organen/in het le
ven worden geroepen, welke o.a.
het met elkaar in overeenstem
ming brengen van de economi
sche voorwaarden zouden be
vorderen.
Hij beschouwt het voorstel tot
oprichting van een parlemen
taire consultatieve drielanden
raad als een eerste stap in deze
richting en vestigt de aandacht
op de steeds uitgebreider wer
king van de Europese organisa
tie en het gevaar dat voor onze
landen zou bestaan, indien zij
niet als een sterke eenheid hier
in zouden worden opgenomen.
De algemene raad stelt met
voldoening vast, dat in de schoot
der gemeenschap voor kolen en
staal, de drie Beneluxregeringen
gestreefd hebben naar de op
richting van politieke instellin
gen, die ook toegankelijk zijn
voor andere landen van de
Europese unie en van de Atlan
tische gemeenschap.
Hij vertrouwt er op dat de 3
regeringen in de toekomst een
zelfde politiek zullen voeren.
CHEF KOK OPLICHTER
AANGEHOUDEN.
De Apeldoornse chef-kok H. H.,
die een Haarlemse uitgever voor
een bedrag van 26.000 zou heb
ben opgelicht en deswege door de
politie werd gezocht, is Dinsdag
ochtend te Arnhem aangehouden.
H. had daar Zondagavond in een
pension een kamer gehuurd. Al
vorens hij zich naar bed begaf
liet hij weten, dat hij erg veel
slaap had en daarom niet gewekt
behoefde te worden.
Inderdaad liet men hem uit
slapen. Doch toen hij Dinsdag
morgen nog niets van zich had
laten horen, werd de hospes on
gerust en waarschuwde de poli
tie. Deze herkende de slaper,
die buiten bewustzijn bleek te
zijn, als de gezochte chef-kok. H
is voorlopig ter observatie in het
gemeente ziekenhuis opgenomen
corps diplomatique, vlag- en
opperofficieren, leden van de
Hoge Raad' der Nederlanden,
vertegenwoordigers van andere
rechterlijke colleges en van
kerkgenootschappen, provinciale
en stedelijke autoriteiten, groot
kruisen van Nederlandse orden,
de secretarissen-generaal tder
verschillende departementen en
andere hoge ambtenaren, mr
Idenburg, secretaris-generaal
van de Nederlands-Indonesische
Unie; de West was vertegen
woordigd door de heren De
Brot, mr Pos en mr Ellis. De
S.E.N. was voor het eerst verte
genwoordigd en wel door de he
ren prof. De Vries (voorz.) en
Jansen (secr.). Voorts waren er
de Amerikaanse senator Tom
Connally, die zoals bekend op
het ogenblik in ons land ver
toeft en kapitein-luitenant-ter
zee Adolpho V. Cordeau, com
mandant van het opleidings
schip der Argentijnse marine,
dat dezer dagen een onofficieel
bezoek aan Rotterdam brengt.
Ook waren met hun echtgenote
aanwezig de burgemeester van
Oslo, de heer Brynjulf Buil en
de loco-burgemeester van de
Noorse hoofdstad, de heer Rolf
Stranger.
Later namen hun plaats_en
tegenover de troon in de minis
ters, de staatssecretarissen en
de leden van de Raad van Sta-
te.
De voorzitter van de verenig
de vergadering der Staten-
Generaal, de heer mr J. A.
Jonkman, benoemde in de com
missie van in- en uitgeleide de
heren Anema, Kolff en Baron
de Vos van Steenwijk, leden der
Eerste Kamer, mejuffrouw Ten-
rteloo en de heren Tilanus, Lu
cas, Den Hartog, Van Vliet,
Posthumus en Stapelkamp, le
den der Tweede Kamer.
Deze commissie begaf zich
naar de ingang van de Ridder
zaal om Koningin en Prins te
ontvangen. Zodra de komst van
Hare Majesteit was aangekon
digd rezen alle aanwezigen van
hun zetels op. Voorafgegaan
door de ceremoniemeester de
Kamerheren, de groot-bfficieren
en de opperceremoniemeester
geleidde de commissie de Ko
ningin en de Prins naar de
troon. Achter de vorstelijke per
sonen sloten zich aan de groot
meesteres, de dame du palais, de
eerste stalmeester en de officie
ren van het militaire huis.
Nadat de Koningin had plaats
genomen ving zij aan met het
uitspreken van de Troonrede.
Na deze rede weerklonk een
„Leve de Koningin", dat door
de aanwezigen werd overgeno
men.
Voorafgegaan door de com
missie begaven Hare Majesteit
en Zijne Koninklijke Hoogheid
zich hierna naar de ontvangka
mer, waar de vorstelijke perso
nen nog enige ogenblikken ver
toefden.
Toen de leden der commissie
in de zaal waren teruggkeerd
sloot mr Jonkman de verenigde
vergadering.
De koninklijke stoet, welke
onder bevel van de eerste stal
meester van Hare Majesteit,
ritmeester W. F. K. Bisschof van
Heemskerck stond, ging langs
dezelfde weg terug naar het
paleis.