Hoe stemt de Amerikaanse arbeider?
Zeeroverij bloeit nog steeds
De toekomst van het
Saargebied
r
DUPE
De strijd in Indo-CHina
De verkeerde vrouw
OPSTAND IN GEVANGENIS
TE SURABAJA
Gele piraten aan de rode kust!
Uitwisseling
Amerikaanse en Nederlandse
plattelandsjongeren
Joegoslavische
verdedigingslinie langs
Hongaarse grens
ARTSENSTAKING
IN WEST-BERLIJN
ONDER
DE
TWEEDE BLAD
Zaterdag 5 Juli 1952
7e Jaargang No. 2078
Vakverenigingen zijn traditioneel
neutraal
Een hardnekkige legende wil, dat de in de vakver
enigingen georganiseerde Amerikaanse arbeiders bij
politieke verkiezingen eensgezind zouden optreden
en wel ten gunste van de democratische partij. N iets
is minder waar. Geen vakverenigingsleider kan be
weren, dat hij bij een presidentsverkiezing bijvoor
beeld de leden achter zich zou hebben. Wil men
bewijzen? De roemruchte leider van de mijnwer-
kersbond, John L. Lewis, is altijd republikein ge
weest en tussen hem en president Roosevelt, toch
een groot vriend der arbeiders, bestond zelts vijand
schap.
GEEN KANS VOOR
DERDE PARTIJ.
HET ENIGE ZEKERE:
ONZEKERHEID.
Het is bijna niet te geloven, maar de feiten zijn er.
Er bestaan nog zeerovers en de kaapvaart heeft
tegenwoordig zijn gouden tijd. Het jachtgebied van
deze piraten ligt in de omgeving van Formosa, het
Portugese eiland Macao en in de omgeving van de
havenstad Swatou. Daar worden voortdurend ver
dachte vaartuigen gesignaleerd, aangehouden en
doorzocht- Zelfs in de onmiddellijke omgeving van
Korea worden zij gezien.
Door duiken in ondiep
water omgekomen
Oorspronkelijke roman
door Maart je Zeldenrijk
DE VRIJE ZEEUW
Desondanks stemde het meren
deel der mijnwerkers, zoals ge
makkelijk in het kolengebied van
West-Virginië was vast te stel
len, steeds democratisch. En aan
de andere kant: toen Taft in '50
deelnam aan de verkiezingen
voor de senaat in de staat Ohio,
adviseerden de beide grote vak
bonden A.F.L. (American Fede
ration of Labor) en C.I.O. (Con
gress of Industrial Organiza
tions) tegen Taft de vader van
de aan de arbeiders vijandige
Taft-Hartleywet, te stemmen.
Toch kreeg Taft juist in het in
dustriegebied van Cleveland de
absolute meerderheid. Men mag
■het van Europees standpunt uit
onbegrijpelijk noemen, het feit
bestaat, dat de arbeiders in
Amerika evenals de overige be
volkingslagen in de States zich
laten leiden door politieke over
wegingen, die veelal niets met
hun economische positie te ma-
hebben!
ANTI-TAFT.
Zolang de partijdagen in Chi
cago (de republikeinse op de 7de,
de democratische op de 21ste
Juli) nog niet zijn gehouden en
de candidaten voor het president
schap en het vice-presidentschap
dus nog niet zijn benoemd, kan
men natuurlijk niet zeggen,
of de beide grote vakbonden een
poging zullen ondernemen tot het
uitgeven van verkiezingsleuzen.
Zouden de republikeinen Ro-1
bert A. Taft benoemen, dan is
't waarschijnlijk, dat de vakver
enigingsbesturen hun leden zul
len aansporen tegen hem en vóór
de democratische candidaat, wie
dat ook moge zijn, te stemmen.
In het geval van een benoeming
van Eisenhower is dit echter twij
felachtig, omdat een uitlating
van de generaal (tegen ,,de vrij
heid beperkende wetten") alge
meen is uitgelegd als een tegen
Taft-Hartleywet die het stakings
recht beperkt, gerichte opmer
king. Zolang Eisenhower zich
onthoudt van verklaringen, die
hem in arbeidsvraagstukken aan
de zijde van de conservatieve re
publikeinen "zouden brengen, is 't
aannemelijk, dat de vakbonden
om zo te zeggen de stemming vrij
zullen geven.
Dit is dan geheel in overeen
stemming met de werkelijke hou
ding van de arbeiders: zij kiezen,
zoals zij het zelf beslissen, zonder
zich veel om de leuzen van de
vakbonden te bekommeren.
Deze onafhankelijkheid in poli
tiek opzicht is voor een groot
deel een gevolg van het feit dat
de Amerikaanse vakbeweging is
gesticht door mensen, die de vak
verenigingen uitdrukkelijk als
politiek onpartijdige organisaties
der werkenden wensten. De
door een van hun voormannen,
Samuel Gompers, opgestelde
leuze: „Wij belonen onze vrien
den, wij straffen onze tegenstan
ders", is nog altijd de sterkste
traditie in de vakverenigingen.
En de betrekkelijk weinige jaren,
verlopen sinds de aanneming van
de Wagner Labor Relations
Act" (1935), die de vakverenigin
gen volledig legaliseerde en haar
daarmede aan haar huidige grote
betekenis hielp, vormen een niet
voldoende lange periode om uit
de in partij-politiek opzicht
neutrale vakbonden een politiek
bewuste arbeidersbeweging te
maken. Daarbij komt, dat de
meeste vakbondleiders (van ne
twee bekendste uitzonderingen
David Dubinski en Walter Reu-
ther afgezien) heel goed weten,
hoe volkomen zonder uitzicht tot
nog toe alle pogingen in Amerika
om tot de oprichting van een der
de partij te komen, zijn geweest.
Daarom onderhouden de meeste
arbeidersleiders goede betrek
kingen óf met de demoeraten óf
met de republikeinen.
Bij elke verkiezing vindt men
bekende vakbondsfunctïonaris-
sen als voorzitters der arbeiders-
comité's van beide partijen.
Evenals de Fransen zeggen,
dat niets zo bestendig is als het
geïmproviseerde, kan men deze
enigszins gevarieerd op de Ame
rikaanse politiek toepassen en
zeggen, dat niets zo zeker is als
onzekerheid. Geen vakvereni
gingsleider in Amerika zou naar
het bestuur van een van de beide
grote partijen kunnen toegaan
om het de stemmen van de rnil-
lioenen arbeiders te garanderen.
Evenals president Truman vol
komen bij verrassing traditioneel
republikeinse staten in het Mid
den-Westen veroverde, omdat de
agrarische bevolking voor hem
stemde, zou een Eisenhower in
industriële staten de meerder
heid kunnen krijgen, zelfs indien
deze vroeger altijd democratisch
stemden.
En zou bijvoorbeeld de demo
cratische candidaat de niulti-
millionnair en spoorwegmagnaat
Averell Harriman zijn, dan kan
men aannemen, dat hij bij de ar
beiders heel wat meer steun zou
vinden, dan de uit veel beschei
dener verhoudingen stammende
democratische senator Estes Ke-
fauver.
Het is uitgesloten te zeggen:
„de" arbeiders zullen zus of zo
stemmen en het is eveneens uit
gesloten te zeggen: „de" arbei
ders zullen bij de komende ver
kiezingen in groten getale naar
de stembus gaan (in Amerika
bestaat geen stemplicht). Zelfs
wanneer na afloop van de beide
partijconventies de vakverenigin
gen een positief parool voor de
een of andere presidentschaps-
candidaat zouden uitgeven, kan
men zeker zijn, dat dit slechts
door die arbeiders zal worden op
gevolgd die ook zonder dit parool
zo zouden hebben gestemd.
Zeventig militaire gevangenen
in de gevangenis Kalisosok te Su-
rabaja, die wachten op berech
ting wegens gepleegde misdrij
ven, zijn er Woensdagavond in
geslaagd de wachtj van hun blok
te overmeesteren. Met de buit
gemaakte wapens schoten zij
vervolgens de sloten van andere
cellen stuk, waardoor in totaal
ongeveer 1000 van de 3400 gevan
genen in Kalisosok vrijkwamen.
Zij staken vervolgens de werk
plaats en opslagplaats van mate
rialen midden op het terrein van
de gevangenis in brand.
Het personeel van de gevange
nis slaagde er in de tussendeu
ren, die naar andere blokken lei
den, op tijd te sluiten. De bewa
king buiten bleef intact, maar
binnen de gevangenis waren de
gevangenen heer en meester tot
Donderdag, toen militairen de
gevangenis binnendrongen en de
opstandelingen zich zonder
tegenstand overgaven.
Krachtige maatregelen waren
eerder onmogelijk gemaakt, om
dat de opstandelingen vrijgelaten
vrouwelijke gevangenen als
schild gebruikten. Een groot deel
van de zakenwijk in Surabaja,
waarin de gevangenis ligt, was
tot Donderdagmiddag afgezet.
Deze schepen (z.g. jonken) ge
lijken uiterlijk op vissersvaartui
gen of kleine vrachtschepen. Bij
het passeren van geallieerde oor-
logsbodems groeten deze jonken
op de gebruikelijke wijze. De
scheepjes varen alle onder de
Chinese vlag. De jonken zijn
echter uitgerust met moderne en
sterke motoren, machinegeweren
en soortgelijke automatische wa
penen; aan boord bevinden zich
ook moderne radiozend. en ont
vangtoestellen.
De bemanning bestaat van hoog
tot laag uit ervaren zeelui, die de
knepen van het vak tot in .de
kleinste bijzonderheden kennen
en deze rovers blijken tot de tan
den toe bewapend met modern
wapentuig.
kc; J. J. Blaauboer, Middenmeer
(N.-H.), S. P. Meyer, Midwolda
(Gr.), L. van Bergen, Warffum
(Gr.), L. van der Pol, Ermelo
(Gld.), F. J. Tilma, Blija (Fr.).
liet Saargebied is te Bonn
weer plotseling in het centrum
der belangstelling geplaatst,
doordat de ministers Acheson en
Eden aan hun Franse ambtsge
noot Sqhuman in overweging
hebben gegeven, het project voor
een Europees statuut voor de
Saar weer op te nemen.
Een dergelijke wenk is naar te
Bonn verluidt door Acheson in
Berlijn gegeven aan staatssecre
taris Hallstein. Officieel wordt
verklaard, dat de bondsregering
niet is ingelicht over enige af
spraak, die omtrent de Saar tus
sen de drie westelijke ministers
zou zijn gemaakt. De besprekin
gen hebben een informeel ka
rakter gehad en schijnen be
perkt te zijn gebleven tot aan
bevelingen om het in het voor
jaar opgedoken plan weer ter
hand te nemen. In Bonn heeft
men de verklaringen van Parijs,
DIE BOEKDELEN
DE LIJST,
SPREEKT.
In een onzer bekendste week
bladen troffen wij een lijst van
gepleegde misdaden aan, die be
trekking had op twee weken en
die alleen gepleegd werden op
Java. Wij citeren:
„Bij Tjeribon werd een autobus
overvallen; de passagiers werden
beroofd en drie mensen ontvoerd.
Bij Kadipaten werd een bus over
vallen. Een wedana werd ont
voerd en zijn huis in brand ge
stoken. In de buurt van Pare—
Pare oefent een bende van 150
man een ware terreur uit. In het
Zuidsemarangse heersen grote
benden rondom Salatiga en Oen-
garan. Rondom de Merapi en de
Merbaboe opereren groepen on
tevredenen en rampokkers. Bij
een overval op de exprestrein
SoerabajaBandoeng werden 14
mensen gewond.
Dit is een uittreksel uit een
driemaal zo lange reeks. Wie dit
gelezen heeft, behoeft zich niet
langer te pijnigen met de vraag
of het oude „koloniale" bewind
slechter was dan -het huidige. De
Javanen zullen zich wel kiplek
ker voelen tegenover de steeds
wassende stroom van struik
rovers en moordenaars. Deze eij
fers betreffen het meest geculti
veerde eiland van de archipel. Er
is niet veel verbeelding voor no
dig om zich in te denken, hoe het
in de rest van de
smaragd" zal zijn.
„gordel van
AFWACHTEN.
Het is geen strenge winter ge
weest en de kolennood is dus erg
meegevallen. Het gevolg is ech
ter, dat de kolenhandelaren ge
durende de zomermaanden de
grootste moeite hebben het pu
bliek tot voorraadvorming van
het zwarte goud over te halen.
Er zijn zomerprijzen voor brand
stoffen vastgelegd, die echter
niet aantrekkelijk genoeg zijn om
de beoogde opslag van brandstof
bij het publiek te stimuleren.
Men schrijft deze teleurstellende
houding van het publiek toe aan
een ongemotiveerde verwachting,
dat de kolenprijzen nog wel zul
len dalen.
Wij geloven niet, dat het groot
ste deel van ons volk dalende ko
lenprijzen verwacht. De oorzaak
moet o.i. meer worden gezocht in
het gebrek aan voldoende betaal
middelen bij het publiek. Er is
meer sprake van afwachten, of
men soms nog iets van het sa
laris of loon kan oversparen voor
de vorming van een kolenvoor-
raad. Het resultaat van dat af
wachten valt de laatste jaren
steeds meer tegen. Zo moeten
ook de kolenhandelaren onder
vinden, wat het wil zeggen dat
een volk verarmd is.
volgens welke naar een oplos
sing der Saarkwestie voor de ra
tificatie moet worden gestreefd,
met zeer sterke reserve verno
men. Het plan voor een Europese
status van het Saargebied ont
moet hier dezelfde critiek als die.
welke dr. Adenauer in het voor
jaar noodzaakte van de voorge
nomen besprekingen met minis
ter Schuman en de Saarlandse
minister-president Hoffmann af
te zien. Niet alleen de socialisti
sche oppositie, doch ook de meer
derheid der regeringspartijen
staat afwijzend tegenover een
definitieve Europese status van
het gebied. Zij staan onvermin
derd op het standpunt, dat de
Saar Duits is en politiek weer
bij de bondsrepubliek zal moeten
worden ingeschakeld, ook al zou
een behoud van speciale econo
mische verhoudingen tot Frank
rijk nodig zijn.
Reeds heeft de liberale partij,
de tweede regeringspartij, te
kennen gegeven, dat zij ook om
wille van de Europese verdragen
niet van plan is dit standpunt
prijs te geven.
Wanneer er al over een Euro
pees status van het omstreden
gebied zal worden gesproken,
dan mag dat volgens de partij
niet meer dan een voorlopige re
geling zijn.
In de bondsrepubliek zijn ook
reeds stemmen opgegaan om een
verdaging te bereiken van de
verkiezingen, die voor het najaar
in het Saargebied op het pro
gramma staan. De Saarregering
heeft namelijk nog steeds niet de
beide Duitsgezinde oppositiepar
tijen, die in het laatste jaar ge
sticht zijn, erkend. De kansen op
een erkenning worden niet groot
geacht en in elk geval zijn de po
litici in de bondsrepubliek het er
over eens, dat de vertraging der
erkenning de partijen geen tijd
meer zal laten om eventueel een
verkiezingscampagne op touw te
zetten. De verkiezingen voor de
nieuwe landdag zullen over drie
maanden moeten plaats hebben.
Wanneer de Duitsgezinde par
tijen aan de Saar niet in staat
zullen zijn zich nog in deze drie
maanden voldoende te ontplooien
zal de nieuwe landdag door de
partijen der bondsrepubliek niet
als „democratisch gekozen" wor
den beschouwd en daarmee niet
als orgaan, dat bij de oplossing
der Saarkwestie zijn stem zou
kunnen doen gelden.
Vijf Amerikaanse jongeren,
twee jongens en drie meisjes, ko
men deze zomer naar Nederland,
dank zij het internationale uit
wisselingsprogramma voor plat
telandsjongeren.
De buitenlandse gasten zullen
bij Nederlandse boeren worden
ondergebracht en tot 1 November
in ons land vertoeven. Daarna
maken zij nog een rondreis van
een week door één der andere
Westeuropese landen om Vervol
gens naar hun vaderland terug
te keren.
Vier Nederlandse boerenzoons
en -dochters zijn onderweg naar
de nieuwe wereld, waar zij 8 Juli
hopen aan te komen. Tijdens hun
verblijf in de Ver. Staten, dat tot
Januari zal duren, worden zij te
werk gesteld op een tweetal
boerderijen in verschillende sta
ten. De Amerikaanse jongeren
worden bij de volgende families
ondergebracht: Louise Winter-
mute bij G. Wansink, 's-Graven-
hage; fam. Scheele, Kapelle-Bie-
zelinge; R. J. Scheele, Wisseker-
Patricia Donnalee Horning bij
J. Beukhof, Maarssen (U.), G.
Medema, Spijk (Gr.), J. Schouten,
Doorwerth (Gld.), M. L. de Boer,
Blija (Fr.), B. A. Oosterwijk, Bo
venkerk (N.-H.), C. Warnaer,
Dirksland (Z.-H.), Charles Law
rence Beymer, K. Westerhuis,
Usquert (Gr.), G- Weijns, Terneu-
zen, p. S. D. Overwater, Strijen
(Z.-H.).
FORMOSA WAAKT.
In de nacht van 18 op 19 Mei
van dit jaar werd via een radio
station op Formosa het volgend
bericht medegedeeld: „De aan
voerder van een zeeroversvloot
die op 11 Februari 1952 in de
Straat van Formosa het Britse
vrachtschip „Wingsan" enterd
de kapitein van dit schip en een
op dat schip aanwezig Ameri
kaans diplomaat ontvoerde en
later tegen 'n hoge losprijs weer
vrijliet, is op 18 Mei 1952 ter
dood veroordeeld; het vonnis is
inmiddels voltrokken. Het onder
zoek der nationalistische Chinese
politie duurt nog voort en een
deel der bende is thans in handen
van de politie".
Dit is dan nog slechts één ben
de, die de politie na een lange en
verbeten strijd onschadelijk wist
te maken, doch thans is wel ge
bleken, dat er nog minstens een
dozijn meer van deze benden
moeten zijn. De overval op het
Engelse schip „Wingsan" was
zeer listig in elkaar gezet. On
der de passagiers van dit schip
bevonden zich n.l. verscheidene
zeerovers; zij hadden hun auto
matische wapenen aan boord we
ten te smokkelen en toen het
schip in de omgeving van For
mosa voer in het holst van de
nacht doken er plotseling Chi
nese piratenvaartuigen uit het
donker op en omsingelden het
vrachtschip. De opvarenden van
dit schip, die zich teweer wilden
stellen, werden aangevallen door
de aan boord aanwezige piraten,
die zich al spoedig met behulp
van hun kornuiten meester
maakten van de „Wingsan".
De kapitein en een Amerikaans
diplomaat, Edward Stansburg,
werden gevankelijk weggevoerd
en later tegen betaling van een
losgeld van 10.000 dollar weer in
vrijheid gesteld.
OOK EEN NEDERLANDS
SCHIP.
In de herfst van 1951 hebben
Chinese zeerovers het bestaan
het Engelse vrachtschip „Lady
Wolmer" in de onmiddellijke om
geving van Hongkong te over
vallen en geheel uit te plunderen.
Enkele weken daarvóór waren
reeds twee Engelse vrachtvaar
ders, de „Hunan" en de „Jo
sephine Miller", in de handen
van zeerovers gevallen.
Op Kerstavond 1951 werd een
onder Japanse vlag varend schip,
de „Islas Visayas", door zee
rovers overvallen, terwijl in het
jaar 1948 een Nederlands passa
giersschip, de „Van Heutsz", door
piraten werd opgebracht en uit
geplunderd.
Het vreemde van het geval is,
dat de verschillende piratenben-
den sinds 1935 door vrouwen
worden geleid. In de omgeving
van Shanghai werd voortdurend
gesproken over de bende van
Tan Chi Chiao, een nog jonge
vrouw, die werd „opgevolgd"
door de schone Sue Na Kawsura.
Een andere Chinese schone,
Chun Lo You, bijgenaamd de
duivelin met de blauwe ogen",
voerde maar liefst het commando
over 22 schepen. Zij voerde ook
de overval uit op de „Van
Heutsz".
Deze dame, die zich thans ma
dame Wong noemt, is nog steeds
voortvluchtig. Het staat wel
vast dat de onderscheidene ben
den hun hoofdkwartier hebben in
rood-China. De geallieerde vlo
ten hebben tot op heden nog geen
kans gezien het piratendom in
de Chinese wateren op afdoende
wijze te bestrijden.
Op tragische wijze is Donder
dag de 24-jarige timmerman Jan
Boon uit Giessendam om het
leven gekomen.
Bij het zwemmen in een plas
halverwege Giessendam en Mole
naarsgraaf dook hij op een on
diepe plaats in het water, zodat
hij met vrij grote kracht de
bodem raakte. Bewusteloos
kwam hij aan de oppervlakte.
Andere baders pasten kunstma
tige ademhaling toe en wisten
hem bij bewustzijn te brengen.
Het bleek evenwel dat het slacht
offer gedeeltelijk was verlamd.
Artsen achtten overbrenging
naar het ziekenhuis in Gorin-
chem noodzakelijk. Geconsta
teerd werd dat een nekwervel
was verbrijzeld. Men heeft nog
getracht door een operatie zijn
leven te redden, maar dit mocht
niet meer baten.
Volgens te Saigon ontvangen
berichten hebben Vietminh-
troepen de Franse post Dai
Dien ongeveer 60 km en O. van
Hanoi bezet.
Dai Dien ligt 10 km ten N.
van de hoofdweg tussen Hanoi
en de aanvoerhaven Haiphong.
In het Franse legercommuni
qué wordt tevens meegedeeld,
dat 9 bommenwerpers en 20
jachttoestellen met succes aan
vallen hebben gedaan op een
wapenfabriek nabij Phuoc Lu-
ong, 70 km ten Z. W. van Ha
noi. Hier worden wapens voor
de Vietminh-infanterie gefa
briceerd.
Volgens gewoonlijk betrouw
bare kringen te Saigon hebben
Vietminh-troepen een krachtige
aanval gedaan op het spoor
wegstation bij Phan Thiet. Er
zouden' vele leden van het
Franse garnizoen aldaar zijn
gedood of gewond.
Het station is gelegen aan de
bevoorradingslijn tussen Saigon
en de havenplaats Nhatrang
aan de Oostkust van Annam.
Op 23 Juni deed de Vietminh
een aanval op Muong Man,
eveneens aan deze lijn gelegen.
De strijdkrachten van de
Franse unie hebben in het ge
bied van Namdinh (80 km ten
Z. O. van Hanoi) 91 opstande
lingen gedood en 82 gevangen
genomen.
De Fransen verloren 4 doden,
aldus een bericht van het offi
ciële Vietnamese persbureau.
Volgens waarnemers kan van
af de bergtoppen langs de Oos-
tenrijjks-Joegoslavische grens
gemakkelijk worden waargeno
men, dat Joego-Slavië langs de
grens met Hongarije en langs
een gedeelte van de grens met
Oostenrijk een tot dusverre
voornamelijk uit kleine forten
bestaande verdedigingslinie
bouwt.
Waarnemers verklaren, dat
de linie bij Gutenstein begint
en over Unterdrauberg, Hohen-
mauten en Zelnits naar Mari-
bor en verder langs de Hon
gaarse grens loopt.
In West-Berlijn zijn 2400 art
sen in staking gegaan. Zij eisen
Jiogere honoraria van het cen
trale ziekenfonds. De artsen ont
vangen thans per kwartaal in
totaal 12 millioen mark. Zij zeg
gen dat zij daarmee hun praktijk
niet meer in stand kunnen hou
den en eisen 13.5 millioen. Daar
het ziekenfonds deze verhoging
niet wenst te betalen, hebben de
artsen een staking georganiseerd-
Zij helpen hun patiënten wel,
doch op voorwaarde dat deze
contant betalen. Bovendien wei
geren de artsen hun rekeningen
voor telefoon, gas en electriciteit
te betalen. Zij hadden zelfs het
plan een protestmars door West-
Berlijn te organiseren, doch zijn
daarvan afgestapt, toen bleek,
dat Oostberlijnse communisten er
op uit waren hiervan gebruik te
maken.
Algemeen wordt erkend, dat
een groot deel van de artsen in
West-Berlijn in moeilijke om
standigheden verkeert. Hun aan
tal is de laatste jaren sterk uitge
breid, doordat uit Oost-Berlijn of
uit Oost-Duitsland gevluchte art
sen zich in West-Berlijn hebben
gevestigd.
Tijdens hevige onweers
buien boven België is door
blkseminslag brand uitgebroken
in een klooster en een school.
Twee personen kwamen om het
leven. Te Antwerpen werden
ruiten door hagel vernield en
telegraafverbindingen verbro
ken.
BIJEENKOMST
OUD-GIJZELAARS.
Op 15 Augustus a.s. zal in
Goirle een bijeenkomst van oud
gijzelaars worden gehouden. Op
de fusilladeplaats zal een krans
worden gelegd.
34)
Nadruk verboden.
„Zeg maar niets, Jan," zei Bep
zuchtend. „Ik weet al genoeg.
Van studeren komt op die ma
nier natuurlijk niet veel. Hij ver
zuimt zeker wel eens, hè? Ja, je
kunt het misschien ontkennen en
op jouw manier hem een hand
boven het hoofd houden, maar
ik merk het toch wel." En nog
maals zuchtte ze.
Aan het einde van de rit, toen
ze vlak bij het grote herenhuis
waren, zei Bep snel: „Jan, kun
je niet een beetje op m'n broer
letten? Ik ben zo bang voor
hem."
„Ik kan toch moeilijk als een
toeziend voogd op al z'n gangen
letten?" schertste Jan.
Maar het meisje lachte niet.
„Toe, Jan, ik meen het ernstig."
Toen ineens, spontaan, terwijl
hij de wagen langzaam door het
grint van de brede oprijlaan reed,
antwoordde hij: „Ik beloof het
je, Bep." Het was de eerste keer
dat hij haar bij de naam noemde.
En in het donker, toen de wa
gen voor de grote garagedeuren
stopte, drukte een kleine meisjes
hand de zijne, even, maar innig
HOOFDSTUK 7.
Op een avond, in het begin van
December, zat Jan op z'n kamer
te studeren. Het leek wel of er
sinds zijn bezoek aan de Van der
Ham's enige verwiidering was
ontstaan tussen Gerard en
hem. Van studeren kwam de
laatste tijd bitter weinig,
want Gerard ging iedere avond
aan de boemel en kwam dan
vaak laat na middernacht
weer thuis. Meestal werd Jan
dan wakker van het gekraak van
het ledikant, als Gerard in bed
stapte. Dan dacht de jongen wel
eens aan het zusje, de kleine
Bep, aan wie hij beloofd had een
oogje in het zeil te houden. Ja,
dat was gemakkelijker gezegd
dan gedaan, want hij was ten
slotte geen duenna en Gerard
was al ruim een en twintig, dus
ten volle verantwoordelijk voor
en baas over z'n daden. Wat kon
hij er aan doen?
Zo trachtte hij dan z'n geweten
in slaap te sussen, maar telkens
zag hij dan het droevig-vragende
gezicht van dat lieve dikkertje.
Weer voelde hij die zachte, spre
kende handdruk in het halfduis
ter van de auto. Hij had het haar
beloofd, maar hoe moest hij zijn
belofte volbrengen?
Jan betrapte er zich op, dat z'n
pen geregeld bleef rusten, door
dat hij aan het meisje dacht. Hoe
oud zou ze zijn? Hoe oud waren
ze allemaal? Thea was zeker niet
ouder dan 18. En Bep? Nu, die
kon misschien twintig zijn. Suze
was de oudste en moest dus vier
en twintig zijn. Die Gerard had
wel wat overdreven, toen hij zo
schimpte op z'n zusters, die doen-
nieten, die nergens zin in had
den. In ieder geval was Bep een
leuk type, heel niet zo aanstelle
rig als die vrouwelijke medestu
denten, die je met een blik van
afschuw aankeken, als je ze eens
per ongeluk aanraakte. En ook
heel niet nuffig. Nee, de meisjes
waren hem meegevallen, vooral
Bep, die Bep
Jan stond op en wierp de pen
op het inktstel. Hij zou er maar
mee ophouden, want hij kon z'n
gedachten niet bij z'n studie be
palen. Hij liep naar de spiegel en
nam de foto van Ida in de hand.
Hoe zou ze het maken? Die lag
natuurlijk al op bed. „Van jou
houd ik het meest, m'n schat,"
zei hij zacht. „Wees niet bang,
dat je bij die meisjes van Van
der Ham ten achter gezet zal
worden, hoor Je bent en blijft
mijn lieveling en geen ander zal
je plaats innemen."
Nee, tegen zijn Ida kon nie
mand op Bij dat eenvoudige,
lieve kind, vielen alle vier de da
mes Van der Ham in de schaduw.
In de gang sloeg de ouderwetse
hangklok 11 uur. Nu zou Gerard
wel gauw thuiskomen. Op Vrij
dagavond werd het nooit zo laat.
Jan keek door het raam. Het
was helder, zacht weer en hij
voelde plotseling een onbedwing
bare lust om nog een wandeling
te maken. Slaap had hij nog niet.
Hij gooide nog wat kolen in het
kacheltje, trok zijn winterjas
aan, zette zijn hoed op en liep
naar beneden.
Op straat liepen nog maar wei
nig mensen. Meest enkele paren,
die van de net uitgegane bio
scoop naar huis gingen. Een en
kele wielrijder spoedde zich voort
door de lege straat en op de hoek
stonden twee agenten met el
kaar te praten.
(Wordt vervolgd.)