Het werkeloosheidsdebat De regeling van het kleuteronderwijs Financiële beschouwing Urkers in Argentinië ontslagen Het defensiedebat in het Lagerhuis Rede van Truman voor Stem van Amerika DE VLIEGRAMP BIJ NICE NEDERL. AMBULANCES VOOR ITALIË Bij Holland-Nautic 65 man ontslag aangezegd EERSTE KAMER S» ïl—1." WO- ^tortel Sf SniGcJe Kamer In de Tweede Kamer is giste ren gestemd over de moties, welke zijn ingediend bij het werk loosheidsdebat, dat naar aanlei ding van de interpellaties van de heren Stapelkamp (A.R.) en Ne- derhorst (Arb.) op 21 en 22 Febr. in de Kamer is gehouden. In de motie van de heer Stapel kamp, welke mede is onder tekend door leden van K.V.P., V.V.D., P.vd.A. en C.H., spreekt de Kamer als haar oordeel uit, dat het gewenst is, dat de wer ken, die de overheid in het kader van de werkgelegenheidspolitiek laat uitvoeren of subsidieert, het zij van cultuur-technische of van civiel-technische aard zoveel mo gelijk als vrij werk dienen te wor den uitgevoerd en zo min moge lijk in D.U.W-verband. De rege ring wordt in deze motie uitgeno digd de daarvoor nodige maat regelen te treffen. De heer Wagenaar (CPN) geeft als zijn oordeel te kennen, dat deze motie niet een motie is, die de bestrijding der werkloos heid zal mogelijk maken. Ze bindt tot niets. Intussen zal hij zijn steun er niet aan onthouden. De motie wordt z. h. s. aange nomen. De motie van de heer Haken (CPN) waarin de regering wordt uitgenodigd direct een aantal maatregelen te nemen in verband met de werkloosheid._wordt ver worpen met 75 tegen 7 stemmen, die der CPN. WIJZIGING VAN DE WEDEKOPBOUWWET. Vervolgens zijn de beraadsla gingen over het wetsontwerp tot wijziging van de wederopbouw- wet voortgezet. Het ontwerp be oogt het treffen van voorzienin gen ter voorkoming van een on doelmatig gebruik van materia len en arbeidskrachten in het bouwbedrijf. De minister van wederopbouw en volkshuisvesting, de heer In 't Veld, vervolgt zijn Woensdag middag 20 Februari aangevangen rede ter beantwoording van de sprekers in eerste termijn. Hij verklaart o.m. dat, als het ontwerp wordt aangenomen, de wet onmiddellijk effect kan heb- ben. De nieuwe wonmgwet zal bin nen niet al te lange tijd bij de Kamer worden ingediend. De minister betwist de opvat ting, dat op lichtvaardige wijze beslist zou worden over gemeen telijke bouwverordeningen. Het is in geen geval de bedoe ling het woonpeil aan te tasten, noch het woongerief. De vraag of de bevoegdheden, welke deze wet geeft, niet een aantasting van de gemeentelijke autonomie betekenen, zegt de mi nister in zekere zin bevestigend te moeten beantwoorden, maar men moet niet overdrijven. Het wetsontwerp geeft geen bevoegd heid een bepaald beleid voor te schrijven, maar het opent de mo gelijkheid beletselen weg te nemen. Tegen het amendement van de heer Van Vliet dat vastgelegd wil zien, dat de voorschriften beperkt moeten blijven tot die van bouw technische aard, heeft de minis ter geen overwegend bezwaar maar hij vreest dat de term bouwtechnisch" misverstand kan teweeg brengen, Spr. merkt op, dat verlaging der bouwkosten het eigenlijke doel is van het ontwerp. Ten aanzien van de kwestie van verbetering en onderhoud van woningen zegt de minister, dat aanpassing der huren waar toe hij zijn medewerking wil ver lenen, niet op korte termijn uit komst zal brengen. Hij is bereid in afwachting daarvan een weder in werking- treding van de premieregeling voor woningverbetering in over weging te nemen. De heer Van der Feltz iC.ID verklaart wat bang te zijn van „overwegen". Als de minister ermee bedoelt: bekijken en doen, dan is hij tevreden. /T_rrn De heer Van Vliet (KVP) meent, dat aan 's ministers be- zwaren tegen het amendement tegemoet kan worden gekomen. De heer Algera (A.R.) zegt de betekenis van het ontwerp zeker niet te onderschatten. Z.i. zitten er gevaarlijke kanten aan met betrekking tot de gemeentelijke autonomie en het gemeentelijk zelfbestuur. De heer Ritmeester (WD) vraagt de minister radiopraatjes, welke hij houdt, ter kennis van de Kamer te brengen. De heer Gortzak (CPN) vmdt de verdediging van de minister zwak en niet steekhoudend. Z.i. is er wel sprake van aantasting van het woonpeil. Naar aanleiding van een vraag van de heer Van der Feltz of hij als hij eens burgemeester was geen spijt zou hebben van dit wetsontwerp, verklaart de Minis ter dat dit niet het geval zou zijn, omdat hij deze wet noodzakelijk acht. Overigens is het ontwerp als een tijdelijke oplossing bedoeld Spr. is van oordeel, dat men de V .M betering kan spr. niets naders zeggen, vóór hij met de minister van Financiën heeft overlegd. De heer Van Vliet (K. V. P.) had een mede door leden van C. H. en V. V. D. ondertekend amendement ingediend om vast te leggen, dat de door de minister te geven voorschriften beperkt moeten blij ven tot die van bouwtechnische aard. Naar het oordeel der onder tekenaars van dit amendement dienen buiten geding te blijven voorschriften betreffende het ge meentelijke volkshuisvestings-be- leid in meer algemene, principiële en sociale zin. De bezwaren van de minister zijn te voorkomen door een op somming te geven van de onder werpen, waarover de minister voorschriften kan geven. Spreker trekt zijn oorspronkelijk amende ment in en dient een nieuw in waardoor z.i. de bezwaren van de minister worden ondervangen. De minister verklaart zich be reid het amendement over te ne men. De heer Gortzak geeft te ken nen, dat zijn fractie tegen het amendement zal stemmen, doch geen stemming zal vragen. De minister is van oordeel, dat het amendement een beperking van de werkingssfeer van de wet betekent. Het gaat echter niet zó ver, dat het ontwerp zinloos zou worden. Hij neemt het amende ment over. In het wetsontwerp komt een bepaling voor, ten doel hebbend verval van woningen door ver waarlozing tegen te gaan. In de wederopbouwwet zouden daartoe in art. 23 moeten worden vervan gen de woorden „wordt verwaar loosd tot schade van haar be woonbaarheid" door „zodanig wordt verwaarloosd, dat haar be woonbaarheid dreigt te worden geschaad." Met 37 tegen 29 stemmen ver klaart de Kamer zich tegen de voorgestelde wijziging. Tegen A. R„ K.V. P., C. H. en S.G.; vóór P.v.d.A., C.N.P. en V. V. D. Het wetsontwerp wordt z.h.s. goedgekeurd. De C. P. N. en A. R.-fractie krij gen aantekening, dat zij geacht willen worden te hebben tegen gestemd. MEMORIE VAN ANTWOORD AAN DE TWEEDE KAMER. De Eerste Kamer heeft giste ren een aanvang gemaakt met de algemene financiële beschou wingen over de rijksbegroting 1952. Mr. De Wilde (A.R.) uitte zijn beduchtheid voor het „duidelijk waarneembaar streven om het particulier initiatief op de ach tergrond te schuiven. Oude ban den worden door de staat ver broken en daarvoor in de plaats komt een versterking van de staatsmacht en uitbreiding van de staatstaak. De overheid mag geen verlangens wakker roepen in het volk door met het .ge vaarlijke vlaggetje van de her verdeling te zwaaien". Daarmee zou zij de deur open zetten voor het communisme. Een belastingopbrengst van 5 milliard is als een vorm van her verdeling te beschouwen. Een dergelijke belasting kan door de omstandigheden noodza kelijk zijn en is dan aanvaard baar. Worden deze belastingen ■- - ,7r>rnnt- Daar. WOrueil urae woorde ninggrootte. De voorgestelde noodoplossing is de beste. Over herinvoering der premieregeling voor woningver- een proeftocht naar de Carai-bi- sche Zee naar de Middellandse vertrekken, waar het van President Truman heeft in een rede ter gelegenheid van het in- dlenststellen van een krachtige radiozender aan boord van een omgebouwde kotter tot Rusland <*ezegd „Wij zijn uw vrienden. Als uw heersers hun zinloze politiek van haat en terreur loslaten en de beginselen van de vrede volgen, zullen er geen verschillen tussen ons bestaan, die niet geregeld kunnen worden". Truman zei, dat er in de ge hele wereld een hevige strijd aan de gang is om de meningen der volken te winnen. Het radiosta tion van het schip bestemd voor heruitzending van programma s van de „Stem van Amerika" naar landen achter het „IJzeren gor dijn") zal „een boodschap van hoop en vriendschap brengen aan allen, die lijden onder tyran- nie". De uiteindelijke overwinning van al het kwaad, dat de wereld plaagt kan nooit liggen in legers, vloten of luchtmachten. De over winning kan slechts worden be haald, als alle volken door de waarheid zijn vrijgemaakt, aldus de president. De rede van Truman is door de „Stem van Amerika" in 46 talen uitgezonden. Aan boord van de verbouwde ■kotter bevindt zich 'n bemanning van 90 personen. De voornaamste antenne van -het schip wordt aan versperringsballons van 21 mtr. opgelaten. Het ombouwen en uit- rusten van het schip heeft twee mlllioen dollar gekost. Waarschijnlijk zal het schip na Zee wi - verschillende plaatsen uit zal uitzenden om zoveel mogelijk de Russische stoorzenders te ont- ^Bij deze zelfde plechtigheid verklaarde de Amerikaanse mi nister van buitenlandse zaken Acheson, dat de V. S. ach op het ogenblik zeer inspannen om de vrije volken te versterken en ver enigen, zodat de vrede voor agressie gevrijwaard wordt en vrijheid blijft bloeien. Acheson noemde de waarheid de grootste bondgenoot bij dit streven. De commissie, die belast is met het onderzoek naar de ramp met het Franse vliegtuig bij Nice, waarbij 37 personen om het le ven kwamen, verklaart in een voorlopig rapport, dat de ramp veroorzaakt is door „onvoorziene omstandigheden". Volgens de inspecteur-generaal der burgerluchtvaart kan een veronderstelling zoals een vlucht meeuwen niet zonder meer als oorzaak van de hand worden ge wezen. Het volledige onderzoek zal misschien 6 maanden duren. Ooggetuigen konden weinig ver tellen behalve dat het toestel niet hoger dan vijftig meter is gekomen. Verwanten of vrien den hebben 27 lijken herkend. De toestand van de enige overleven de is ernstig. Zoals bekend, werd eer. ge deelte van de opbrengst der col lecte ten bate van de slachtof fers der overstromingen in de Po-vlakte in goederen naar Ita lië verzonden. De aard dier goederen uerd bepaald op een internationale Roode Kruisvergadering te Ge- nève. De resterende gelden zijn cver°emaakt aan het Italiaanse Roode Kruis. Zij zullen eveneens besteed worden in overleg met de Liga van Roode Kruisverem- Oorspronkelijk bestond het plan, dat deze gelden zouden worden gestort in een fonds, dat bestemd was voor de bouw van een aantal houten noodwonin gen, die in de allerschrijnendste evallen onderdak zouden bie den aan de naar hun woon plaats terugkerende daklozen Na ampel overleg heeft men dit plan om practische redeRien laten varen De noodwoningen zullen uit andere fondsen wor den opgericht. De hulp van het Roode Kruis in Zweden en in Noorwegen speelt daarbij een De door het Nederlandse volk bijeengebrachte gelden zullen nu worden besteed voor de aan koop van 16 mobiele ambulan ces. Met deze ambulances zal de dringend noodzakelijke genees kundige verzorging van de be volking in de getroffen gebieden kunnen worden uitgevoerd. Op deze ambulances zal een opschrift worden aangebracht dat in de vertaling luidt: „Gift van het Nederlandse volk door bemiddeling van het Nederland se Roode Kruis". socialisme) dan zijn zij verwer pelijk, zo betoogde de heer De Wilde. Het grootste gevaar, dat op het ogenblik W.-Europa be dreigt, is het Westerse socialis me. Zou dit socialisme er niet zijn, dan zou Stalin onmiddellijk ophouden met de kouae ooruog. Spr. zei de grootste eerbied te hebben voor hetgeen minister Lieftinck voor ons land heeft gedaan. De „socialistische ten dens" in diens politiek wees hij echter op principiële gronden af. Spr. vroeg de niet uitgekeerde winst matiger te belasten. Hij achtte dit noodzakelijk in het belang van de economische si tuatie in ons land. Mr R. E. Gout (K.V.P.) toonde zich optimistisch over de moge lijkheid tot verdere verbetering van 's rijks financiën. Hij bracht minister Lieftinck deswege hul de. „Deze minister heeft op uit nemende wijze het belang van de -openbare financiën gediend". Deze woorden van lof liet Mr Regout echter volgen door cri- tiek^^ „Wij hebben de indruk, dat 't budgetaire en het fiscale beleid eenzijdig gericht zijn op de fi nanciering van de staat ten koste van de economische acti viteit in ons land", 's Rijks fi nanciën zijn gesaneerd. De ope- ratic is geslaagd, maar dreigt de patiënt niet te sterven? De mi nister heeft zijn begroting aan de middelen aangepast, toen de ze zo rijkelijk binnenvloeiden Het geeft te denken dat thans openbare werken worden uitge voerd, die men voor tijden van depressie had willen bewaren. Spr. week er op, dat de minister herhaaldelijk over kapitaal- schaarste heeft geklaagd. Zijn deze openbare werken wel als de meest noodzakelijke investerin gen te beschouwen? Mijn frac tie, zo vervolgde de heer Regout, twijfelt er aan of de belasting verhoging van het vorige jaar niet door de feiten is achter haald. Uit budgetair oogpunt was zij volstrekt overbodig. Het zal noodzakelijk zijn de belas- tingpolitiek te heroriënteren Spr. was van oordeel, dat op -korte termijn tot incidentele be lastingverlaging moet worden overgegaan. Met name drong hi, aan op herziening van het winstbegrip en verlaging van weeldebelasting in die gevallen waardoor werkgelegenheid kan worden bevorderd. De heer Regout zei meer te voelen voor een ex-parlementai re bezuinigingscommissie dan voor een uitsluitend uit verte- genw-oordgers der regering en leden der Staten-Generaal sa mengestelde bezuinigingsoom- missie. Hij drong aan op nauw lettend toezicht op de defensie uitgaven en besloot zijn inlei ding met een „eresaluut" aan minister Lieftinck wegens diens werk en verdiensten. Mr Pollema (C.H.U.) betoogde, dat er gedisputeerd kan worden over een divident-stop of vrij stelling van belasting. Er valt echter niet te praten over de noodzakelijkheid van het door minister Lieftinck gevolgde be leid. Dat beleid zou iedere ande re minster moeten voeren on der dwang van de internationale situatie. De heer Pollema ver klaarde hiermee niet te willen zeggen, dat de kloof tussen s ministers opvattingen en de zijne overbrugd zou zijn. De be lastingverhoging van het vorige jaar is uit budgetair oogpunt moeilijk te begrijpen. Uit mone tair -oogpunt evenwel was zij wenselijk en noodzakelijk. De beperkingspolitiek (beperking van consumptie) heeft een stij ging in het aantal werklozen meegebracht. Spr. vroeg zich af, of het streven naar een sluiten de betalingsbalans duurzaam is te verenigen met de bestrijding van het spook der werk'ioosneid. Een doeltreffende bestrijding van de werkloosheid is in de toekomst noodzakelijk. De moei lijkheden, die daaruit voort kun nen komen, alsmede de gehele positie van ons land dwingen tot eendracht. Politiek bazuin- en klaroenge schal, dat in deze weken wel weer zal klinken, lossen geen moeilijkheden op. Daarvoor is vereist een bewuste wil tot sa menwerking, desnoods tegen de zin der kiezers in". De belasting- politiek van minister Lieftinck -beschouwde de heer Pollema als de kurk, waarop ons gehele be staan thans drijft. Hij zei zich nooit te zullen verenigen met een verhoging van de jaarlijkse de fensiebegroting van 1.5 milliard. Het ware beter geweest, als met de tegenwaardefondsen van de Marshallhulp een deel van de Verschenen is de door de minis ters van Onderwijs, van Binnen landse Zaken en van SocitLe Za ken ondertekende memorie van antwoord op het voorlopige ver slag over het wetsontwerp tot regeling van het kleuteronderwijs en van de opleiding van leidsters bij dat onderwijs. De Tweede Kamer heeft op 19 Juli 1951 het voorlopig verslag vastgesteld. Het wetsontwerp is op 2 October 1950 ingediend. De ministers constateren met voldoening, dat er een communis opinio bestaat betreffende de wenselijkheid een wettelijke re geling van het kleuteronderwijs tot stand te brengen. Het grond wettelijk voorschrift, dat een wettelijke regeling van het open baar kleuteronderwijs vraagt, de geestelijk-hygiënische en sociale betekenis van dat onderwijs en de onbevredigende toestanden, die tengevolge van financiële moeilijkheden op vele kleuter scholen voorkomen, zijn de rede nen die het gewenst maken, dat dit wetsontwerp zo spoedig mo gelijk tot wet wordt verheven. HET SUBSIDIESYSTEEM. De belangrijkste punten uit de gedachtengang die de regering heeft geleid tot de keuze van het voorgestelde subsidiesysteem zijn: 1. De kosten van het kleuter onderwijs dienen in de eerste plaats door de gesmeenten en de schoolbesturen te worden gedra gen. 2. Het rijk draagt in de kos ten van openbare en bijzondere kleuterscholen bij om „een eerste stap in de richting van een vol ledige sanering van het kleuter onderwijs" mogelijk te maken 3. Voor de rijksbijdrage is de vorm van een bijdrage per leer ling gekozen. 4. De gemeenten, die open bare kleuterscholen in stand houden, moeten voor het bijzon der onderwijs subsidie beschik baar stellen. Het aantal leerlingen bedroeg bij de aanvang van de jaren 1949 1950 en 1951 resp. 289-555, 315.684 en 341484. Van de 315.684 kleuters, die bij de aanvang van het jaar 1950 een school bezochten, waren er circa 28.000 jonger dan 4 jaar, d.i. 9 °/o van het totaal. Voor 1951 zijn deze cijfers resp. 24.000 en 7 °/o. De percentages vertonen een ver schil, dat o.a. hieraan moet wor den toegeschreven, dat vele kleu terscholen met ruimtegebrek te kampen hebben en dientengevol ge de toelatingsleeftijd opvoeren. In de jaren 1949, 1950 en 1951 waren er resp. 260.000, 288.000 en 317.000 kleuters van 4 jaren en ouder, die een kleuterschool be zochten. De stijging, welke deze cijfers vertonen, is toe te schrijven aan de hoge geboortecijfers der jaren 1946 en 1947. Aangenomen mag worden, dat in de schooljaren 1951-1952 en 1952-1953 het aantal kleuters, dat zich op school be vindt, een top zal vertonen. Daarna zal het aantal een ver mindering te zien geven. Het is onmogelijk een nauwkeurige ra ming te maken van het aantal kleuters boven de 4 jaar, dat in In de memorie van toelichting zijn de ministers van de veron derstelling uitgegaan, dat het aantal leerlingen, waarvoor een rijksbijdrage verschuldigd zou zijn, vooreerst niet boven 280.000 zou stijgen. Zij noemden twee redenen, die aan hun verwach tingen ten grondslag lagen, n.l- 'het gebrek aan geschikte lokalen en het tekort aan bevoegde leid sters. REORGANISATIE. Dat vele scholen door de wijze, waarop zij thans in het geven van kleuteronderwijs voorzien, zonder grondige reorganisatie niet voor rijkssubsidie in aan merking komen, mag uit het vol gende worden afgeleid: 1. Op 16 Januari 1950 waren er niet minder dan 4292 leer krachten met klassen van 4059 leerlingen; 485 met klassen van 6079 leerlingen en 68 met klas sen van 80 en meer leerlingen. Willen de scholen, waar deze klassen deel van uitmaken, voor de rijksbijdrage in aanmerking komen, dan zullen zij de klasse bezetting tot 48 moeten terug brengen. 2. Op 16 Januari 1950 waren 68 leerkrachten 65 jaar en ouder. 'Deze zullen niet gehandhaafd kunnen blijven. 3. Hoe soepel de beoordeling van de gebouwen in de eerste tijd na het inwerkingtreden van het ontwerp ook zal zijn, toch zal een aantal gebouwen ongeschikt voor het kleuteronderwijs wor den geacht. Andere schoolgebou wen zullen voorlopig als kleuter school dienst kunnen doen, mits het aantal leerlingen aan de af metingen van de lokalen wordt aangepast, d.w.z. zo nodig op een geringer aantal dan 48 wordt ge steld. Met hetgeen vele leden betref fende de bezwaren tegen de in voering van leerplicht of school plicht opmerkten, stemt de rege ring in- OFLEIBING VAN LEER KRACHTEN. Tegen de opleiding van kleu terleidsters, in hoofdzaak over eenkomend met die voor de kweekscholen, waardoor het rijk deze opleiding geheel voor zijn rekening zou nemen, bestaan bij de ministers ernstige financiële bezwarne. Evenals bij het kleu teronderwijs dienen ook bij de opleidingsscholen de gemeenten en de bijzondere schoolbesturen de kosten voor een deel zelf te dragen. Ook hier ligt voor het rijk een aanvullende taak. Nadrukkelijk wijzen de minis ters erop, dat bij de toekenning van subsidie ook andere factoren dan een combinatie van oplei- dings- en kweekschool een rei zullen spelen. Met name zal naar een doelmatige spreiding van de opleidingsscholen over het land worden gestreefd. De ministers achten het niet mogelijk onder de gegeven om standigheden te volstaan met de instelling van één bevoegdheid als kleuterleidster. Door een der gelijke maatregel zouden de eisen, waaraan een kleuterleid ster moet voldoen, te plotseling worden opgevoerd, waardoor de regelmatige voorziening in de be hoefte aan kleuterleidsters in gevaar zou worden gebracht- De leerkracht, die een akte van be kwaamheid als leidster bezit, is volledig bevoegd. De ministers achten een mini- mum-salaris voor de kleuterleid ster gelijk aan dat van een on derwijzer bij het lager onderwijs een te hoge bezoldiging voor de kleuterleidster, wier opleiding twee jaren korter heeft geduurd. Ook zou de toestand van 's lands financiën zulk een salariëring niet toestaan. Gezien het feit, dat de toestand van 's rijks schatkist niet gedoogt een hoger subsidie bedrag dan 40 per leerling in uitzicht te stellen, acht de rege ring het niet mogelijk verder te gaan dan het voorschrijven van een minimum-salaris oTtroInct Kleuters ouveil Uc 1 Jctai, nat Ut staatsschulden zoü zijn afgelost, komende jaren een kleuter_ zoals in Engeland is gebeurd. Het gebruik, dat de regering denkt te maken van deze fond sen, kan een sterke inflatoire werking ten gevolge hebben. Ter- wijl ons volk aan de ene kant uit monetaire overwegingen de zwaarst mogelijke belastingen moet opbrengen, pompt de rege ring aan de andere kant uit ae tegenwaarde mlllioenen terug in het betalingsverkeer, waardoor de resultaten van de belasting heffing worden teniet gedaan. Dit is een onlogische zaak. Mr Pollema betoogde, dat Amerika verantwoordelijk moet worden gesteld voor deze gang van za ken, nu het de regering heeft ge dwongen een deel van de tegen waarde te gebruiken voor addi- school zal bezoeken. tionele militaire uitgaven. Het is niet de eerste maal dat Amerika het werk van Nederlandse han den heeft verwoest. Mr Pollema herinnerde eraan, dat hij reeds eerder voor de inflatoire werking van de tegenwaarde had gewaar schuwd. Hadden de banken toen het gevaar ingezien en zich dui delijk uitgesproken, dan had mi nister Lieftinck in Amerika wel licht kunnen bereiken, dat met de tegenwaarde de staatsschul den zouden worden afgelost. Thans, zo besloot Mr Pollema, zullen protesten komen als mos terd na de maaltijd. De parlementsfractie van delijk bezorgd, dat b« dit vraagstuk Eritse socialistische partij heeft te weinig aandacht wordt be gisteren gediscussieerd over de houding, die zij bij het debat ever de defensie, dat vandaag in het Lagerhuis begint, zal aanne- men. In politieke kringen wordt al gemeen aangenomen, dat de op- positie een motie zal indienen, die de regering van Churchill verwijt „niet in staat te zijn het aoor het kabinet-Attlee opge stelde bewapeningsplan op de juiste wijze ten uitvoer te leg gen". LAGERHUIS VERWERPT LABOUR-MOTIE. Het Britse Lagerhuis heeft Dinsdag met 256 tegen 238 stem men een Labour-motie verwor pen, waarin kritiek werd leverd op de politiek der regering ten aanzien van de vorming van een federatie in Centraal-Afrika, be staande uit Nyassaland en N.. en Z.-Rhodesië. De Britse regering is voorstander van een dergelijke federatie en heeft tegen April een conferentie bijeengeroepen over deze kwestie. De Labour-partij is voorname steed aan de belangen en wensen van de inheemsen. De minister van koloniën uit de vorige rege ring, James Griffiths, verklaar de, dat de apartheidspolitiek „een sombere schaduw over Afn- ka werpt". Op een desbetreffen de vraag antwoordde de huidige minister van koloniën, Lyttelton, dat de agenda voor de in April te houden conferentie zonder over- met Afrikaanse vertegen woordigers was opgesteld. De minister hoopte echter, dat de inheemsen gevolg zouden geven aan de uitnodiging om de confe rentie bij te wonen, waar men n ontwerp-grondwet wil opstellen. Op een volgende conferentie mogelijk in Juli zou de kwes tie dan geheel kunnen worden afgehandeld, aldus Lyttelton. Zuid-Rhodesië, dat een bevol king heeft van 1.700.000 inheem sen en 128.000 blanken, is een kolonie met zelfbestuur en heeft vrijwel de status van een domi nion. Noord-Rhodesie en Nyassa- land. met een gezamenlijke be volking van ongeveer 4.000.00U inheemsen en 39.000 blanken zijn Britse protectoraten. Naar aanleiding van berichten meldende dat de Urker vissers, die naar Argentinië waren ge- emigreerd om daar de visserij te beoefenen, ontslagen zijn om dat zij weigerden op Zondag te vissen, vernemen wij van de re derij Van Iseghem te Oostende, dat deze Urker vissers inderdaad ontslagen moeten zijn. Van de rederij wordt verze kerd dat het ontslag der vissers definitief is. De reden zou in derdaad zijn, dat de Urkers op Zondag niet wensten te vissen, waardoor hun weekopbrengst geringer zou zijn geweest dan die der Belgische vissers. Van een mondelinge afspraak over het vissen op Zondag was bij de rederij niets bekend noch van een verzoek der Urkers aan president Peron om het ontslag ongedaan te maken. Verdere in lichtingen kan men te Oostende in dit stadium niet verschaffen, aangezien deze gehele aangele genheid door de heer Van Ise ghem zelf te Mer del Plata is behandeld en men slechts spo radisch een telegram of brief ontvangt. Naar aanleiding van het ontslag der Urker vissers in Argentinië wordt in rederskringen te Oost ende (echter niet van de desbe treffende rederij) nog vernomen dat het reeds tijdens de lange overtocht naa'r Zuid-Amerika herhaaldelijk tot wrijvingen zou zijn gekomen tussen Urkers en Vlamingen. De Vlamingen zou den de Urkers te puriteins hebben gevonden. Het was niet in een geest van. samenwerking, dat met het vissen werd begonnen. Tijdens de reis weigerden de Urkers, althans volgens de Vla mingen, om 's Zondags karwei tjes op te knappen. Toch zou de kwestie van het Zondagwerk, hoewel de eerste aanleiding, niet de werkelijke reden van het ont slag zijn. Het feit dat het tussen Urkers en Vlamingen tot sterke rivaliteit is gekomen, voorname lijk wegens het verschil in men taliteit, zou, aldus de Oostendse rederskringen, verscheidene Vla mingen ertoe gebracht hebben, het ontslag van de Urkers te ei sen. De rederij zou tenslotte „om erger te voorkomen" zich genood- 65 Arbeiders van de scheeps werf en machinefabriek Hol land-Nautic te Haarlem, recht streeks deel uitmakend van de afdeling auto-revisie of daarbij nauw betrokken, is Dinsdag ont slag aangezegd. Overplaatsing van deze arbei ders naar andere afdelingen Is aldus de directie onmoge lijk gebleken. De reden die de di rectie tot deze maatregel heeft genoopt is een bericht van het ministerie van Oorlog, dat mili taire opdrachten (reviseren van jegertrucks), de 'komende maan den niet meer zijn te verwach ten. raakt hebben gezien deze eis in te willigen. In het contract, dat vóór het vertrek is getekend, werd over het Zondagwerk niet gerept. Cn Oostende wordt echter niet te gengesproken dat hierover een mondelinge overeenkomst is aangegaan. Dit gebeurde in te genwoordigheid van de burge meester van Urk. Hij was de eni ge aanwezige die geen betrokken partij was en voor de regeling van het geschil in het bijzon der wat betreft de financiële toe stand van de werkloze Urkers zal zijn getuigenis worden inge roepen. Het ontslag, zo deelde men verder nog mede, blijkt wel de finitief te zijn, daar de rederij zowel te Oostende als te Mar del Plata reeds naar nieuw personeel zou hebben uitgezien. Ook lopen er in Oostendse visserskringen geruchten, dat de Urkers eerst daags door een Argentijnse rede rij zouden worden aangeworven en dat de besprekingen hierover reeds aan de gang zijn. De mogelijkheid van een ver zoening tussen Urkers en Vla mingen zou uitgesloten zijn, daar de verhouding uiterst gespannen is en bl«ft. Hoewel de Urkers reeds op 4 Januari in Mar del Plata zijn aangekomen, kon eerst vorige week voor het eerst ter visvangst worden uitgevaren. Reeds de eerste dag bleek het aan de op visserijgebied deskundige Urkers dat de uitrusting der schepen niet in alle opzichten berekend was voor de visserij op makreel. De schepen waren niet snel ge noeg en bovendien te groot voor de visserij onder de kust. Beslo ten werd om op heekvisch te gaan vissen, maar daarvoor zijn de schepen niet groot genoeg want daarvoor moet men ongeveer 200 mijl uit kust wezen. De eerste proef leverde slechts een povere vangst. Het schijnt nu dat de reder de Urkers verweet dat ze niet actief genoeg waren. Bovendien wilde hij dat men op Zondag zou door- vissen, hoewel was overeengeko- men dat de Zondag in geen ge val gebruikt zou worden om te vissen. Het gevolg was dat de Urkers ontslag kregen terwijl, en dat wekte de hoogste verwonde- ring, er inmiddels Belgen waren aangekomen °m hun plaatsen in te nemen- Dit wekte het ver moeden dat de Urkers slechts gebruikt zijn om de schepen over de Oceaan te brengen en nu niet meer nodig waren. De Urkers hebben zich allen verzameld op een der schepen, waar ze blijven tot hun officieel schriftelijk ont- slag is verleend. Ze ontvangen veel mfdew®r~ king van de zijde der in Mar del Plata woonachtige Nederlanders en ook van Argentijnen. De zaak is in handen van een advocaat en bovendien hebben de Urkers de medewerking ingeroepen van Nederlandse gerant en zichi in verbinding gesteld met de presi dent van Argentinië. De Urker vissers denken Ci niet aan om naar Nederland rug te keren.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1952 | | pagina 2