Het werkeloosheidsdebat
De regeling van het kleuteronderwijs
Financiële beschouwing
Urkers in Argentinië
ontslagen
Het defensiedebat in
het Lagerhuis
Rede van Truman voor
Stem van Amerika
DE VLIEGRAMP BIJ NICE
NEDERL. AMBULANCES
VOOR ITALIË
Bij Holland-Nautic 65 man
ontslag aangezegd
EERSTE KAMER
S» ïl—1." WO- ^tortel Sf
SniGcJe Kamer
In de Tweede Kamer is giste
ren gestemd over de moties,
welke zijn ingediend bij het werk
loosheidsdebat, dat naar aanlei
ding van de interpellaties van de
heren Stapelkamp (A.R.) en Ne-
derhorst (Arb.) op 21 en 22 Febr.
in de Kamer is gehouden.
In de motie van de heer Stapel
kamp, welke mede is onder
tekend door leden van K.V.P.,
V.V.D., P.vd.A. en C.H., spreekt
de Kamer als haar oordeel uit,
dat het gewenst is, dat de wer
ken, die de overheid in het kader
van de werkgelegenheidspolitiek
laat uitvoeren of subsidieert, het
zij van cultuur-technische of van
civiel-technische aard zoveel mo
gelijk als vrij werk dienen te wor
den uitgevoerd en zo min moge
lijk in D.U.W-verband. De rege
ring wordt in deze motie uitgeno
digd de daarvoor nodige maat
regelen te treffen.
De heer Wagenaar (CPN)
geeft als zijn oordeel te kennen,
dat deze motie niet een motie is,
die de bestrijding der werkloos
heid zal mogelijk maken. Ze
bindt tot niets.
Intussen zal hij zijn steun er
niet aan onthouden.
De motie wordt z. h. s. aange
nomen.
De motie van de heer Haken
(CPN) waarin de regering wordt
uitgenodigd direct een aantal
maatregelen te nemen in verband
met de werkloosheid._wordt ver
worpen met 75 tegen 7 stemmen,
die der CPN.
WIJZIGING VAN DE
WEDEKOPBOUWWET.
Vervolgens zijn de beraadsla
gingen over het wetsontwerp tot
wijziging van de wederopbouw-
wet voortgezet. Het ontwerp be
oogt het treffen van voorzienin
gen ter voorkoming van een on
doelmatig gebruik van materia
len en arbeidskrachten in het
bouwbedrijf.
De minister van wederopbouw
en volkshuisvesting, de heer In
't Veld, vervolgt zijn Woensdag
middag 20 Februari aangevangen
rede ter beantwoording van de
sprekers in eerste termijn.
Hij verklaart o.m. dat, als het
ontwerp wordt aangenomen, de
wet onmiddellijk effect kan heb-
ben.
De nieuwe wonmgwet zal bin
nen niet al te lange tijd bij de
Kamer worden ingediend.
De minister betwist de opvat
ting, dat op lichtvaardige wijze
beslist zou worden over gemeen
telijke bouwverordeningen.
Het is in geen geval de bedoe
ling het woonpeil aan te tasten,
noch het woongerief.
De vraag of de bevoegdheden,
welke deze wet geeft, niet een
aantasting van de gemeentelijke
autonomie betekenen, zegt de mi
nister in zekere zin bevestigend
te moeten beantwoorden, maar
men moet niet overdrijven. Het
wetsontwerp geeft geen bevoegd
heid een bepaald beleid voor te
schrijven, maar het opent de mo
gelijkheid beletselen weg te
nemen.
Tegen het amendement van de
heer Van Vliet dat vastgelegd wil
zien, dat de voorschriften beperkt
moeten blijven tot die van bouw
technische aard, heeft de minis
ter geen overwegend bezwaar
maar hij vreest dat de term
bouwtechnisch" misverstand
kan teweeg brengen,
Spr. merkt op, dat verlaging
der bouwkosten het eigenlijke
doel is van het ontwerp.
Ten aanzien van de kwestie
van verbetering en onderhoud
van woningen zegt de minister,
dat aanpassing der huren waar
toe hij zijn medewerking wil ver
lenen, niet op korte termijn uit
komst zal brengen.
Hij is bereid in afwachting
daarvan een weder in werking-
treding van de premieregeling
voor woningverbetering in over
weging te nemen.
De heer Van der Feltz iC.ID
verklaart wat bang te zijn van
„overwegen". Als de minister
ermee bedoelt: bekijken en doen,
dan is hij tevreden. /T_rrn
De heer Van Vliet (KVP)
meent, dat aan 's ministers be-
zwaren tegen het amendement
tegemoet kan worden gekomen.
De heer Algera (A.R.) zegt de
betekenis van het ontwerp zeker
niet te onderschatten. Z.i. zitten
er gevaarlijke kanten aan met
betrekking tot de gemeentelijke
autonomie en het gemeentelijk
zelfbestuur.
De heer Ritmeester (WD)
vraagt de minister radiopraatjes,
welke hij houdt, ter kennis van
de Kamer te brengen.
De heer Gortzak (CPN) vmdt
de verdediging van de minister
zwak en niet steekhoudend. Z.i.
is er wel sprake van aantasting
van het woonpeil.
Naar aanleiding van een vraag
van de heer Van der Feltz of hij
als hij eens burgemeester was
geen spijt zou hebben van dit
wetsontwerp, verklaart de Minis
ter dat dit niet het geval zou zijn,
omdat hij deze wet noodzakelijk
acht.
Overigens is het ontwerp als
een tijdelijke oplossing bedoeld
Spr. is van oordeel, dat men de
V .M
betering kan spr. niets naders
zeggen, vóór hij met de minister
van Financiën heeft overlegd.
De heer Van Vliet (K. V. P.) had
een mede door leden van C. H. en
V. V. D. ondertekend amendement
ingediend om vast te leggen, dat
de door de minister te geven
voorschriften beperkt moeten blij
ven tot die van bouwtechnische
aard. Naar het oordeel der onder
tekenaars van dit amendement
dienen buiten geding te blijven
voorschriften betreffende het ge
meentelijke volkshuisvestings-be-
leid in meer algemene, principiële
en sociale zin.
De bezwaren van de minister
zijn te voorkomen door een op
somming te geven van de onder
werpen, waarover de minister
voorschriften kan geven. Spreker
trekt zijn oorspronkelijk amende
ment in en dient een nieuw in
waardoor z.i. de bezwaren van de
minister worden ondervangen.
De minister verklaart zich be
reid het amendement over te ne
men.
De heer Gortzak geeft te ken
nen, dat zijn fractie tegen het
amendement zal stemmen, doch
geen stemming zal vragen.
De minister is van oordeel, dat
het amendement een beperking
van de werkingssfeer van de wet
betekent. Het gaat echter niet zó
ver, dat het ontwerp zinloos zou
worden. Hij neemt het amende
ment over.
In het wetsontwerp komt een
bepaling voor, ten doel hebbend
verval van woningen door ver
waarlozing tegen te gaan. In de
wederopbouwwet zouden daartoe
in art. 23 moeten worden vervan
gen de woorden „wordt verwaar
loosd tot schade van haar be
woonbaarheid" door „zodanig
wordt verwaarloosd, dat haar be
woonbaarheid dreigt te worden
geschaad."
Met 37 tegen 29 stemmen ver
klaart de Kamer zich tegen de
voorgestelde wijziging.
Tegen A. R„ K.V. P., C. H. en
S.G.; vóór P.v.d.A., C.N.P. en
V. V. D.
Het wetsontwerp wordt z.h.s.
goedgekeurd.
De C. P. N. en A. R.-fractie krij
gen aantekening, dat zij geacht
willen worden te hebben tegen
gestemd.
MEMORIE VAN ANTWOORD
AAN DE TWEEDE KAMER.
De Eerste Kamer heeft giste
ren een aanvang gemaakt met
de algemene financiële beschou
wingen over de rijksbegroting
1952.
Mr. De Wilde (A.R.) uitte zijn
beduchtheid voor het „duidelijk
waarneembaar streven om het
particulier initiatief op de ach
tergrond te schuiven. Oude ban
den worden door de staat ver
broken en daarvoor in de plaats
komt een versterking van de
staatsmacht en uitbreiding van
de staatstaak. De overheid mag
geen verlangens wakker roepen
in het volk door met het .ge
vaarlijke vlaggetje van de her
verdeling te zwaaien". Daarmee
zou zij de deur open zetten voor
het communisme.
Een belastingopbrengst van 5
milliard is als een vorm van her
verdeling te beschouwen.
Een dergelijke belasting kan
door de omstandigheden noodza
kelijk zijn en is dan aanvaard
baar. Worden deze belastingen
■- - ,7r>rnnt- Daar. WOrueil urae
woorde
ninggrootte.
De voorgestelde noodoplossing
is de beste. Over herinvoering der
premieregeling voor woningver-
een proeftocht naar de Carai-bi-
sche Zee naar de Middellandse
vertrekken, waar het van
President Truman heeft in een
rede ter gelegenheid van het in-
dlenststellen van een krachtige
radiozender aan boord van een
omgebouwde kotter tot Rusland
<*ezegd
„Wij zijn uw vrienden. Als uw
heersers hun zinloze politiek van
haat en terreur loslaten en de
beginselen van de vrede volgen,
zullen er geen verschillen tussen
ons bestaan, die niet geregeld
kunnen worden".
Truman zei, dat er in de ge
hele wereld een hevige strijd aan
de gang is om de meningen der
volken te winnen. Het radiosta
tion van het schip bestemd voor
heruitzending van programma s
van de „Stem van Amerika" naar
landen achter het „IJzeren gor
dijn") zal „een boodschap van
hoop en vriendschap brengen
aan allen, die lijden onder tyran-
nie".
De uiteindelijke overwinning
van al het kwaad, dat de wereld
plaagt kan nooit liggen in legers,
vloten of luchtmachten. De over
winning kan slechts worden be
haald, als alle volken door de
waarheid zijn vrijgemaakt, aldus
de president.
De rede van Truman is door de
„Stem van Amerika" in 46 talen
uitgezonden.
Aan boord van de verbouwde
■kotter bevindt zich 'n bemanning
van 90 personen. De voornaamste
antenne van -het schip wordt aan
versperringsballons van 21 mtr.
opgelaten. Het ombouwen en uit-
rusten van het schip heeft twee
mlllioen dollar gekost.
Waarschijnlijk zal het schip na
Zee wi -
verschillende plaatsen uit zal
uitzenden om zoveel mogelijk de
Russische stoorzenders te ont-
^Bij deze zelfde plechtigheid
verklaarde de Amerikaanse mi
nister van buitenlandse zaken
Acheson, dat de V. S. ach op het
ogenblik zeer inspannen om de
vrije volken te versterken en ver
enigen, zodat de vrede voor
agressie gevrijwaard wordt en
vrijheid blijft bloeien. Acheson
noemde de waarheid de grootste
bondgenoot bij dit streven.
De commissie, die belast is met
het onderzoek naar de ramp met
het Franse vliegtuig bij Nice,
waarbij 37 personen om het le
ven kwamen, verklaart in een
voorlopig rapport, dat de ramp
veroorzaakt is door „onvoorziene
omstandigheden".
Volgens de inspecteur-generaal
der burgerluchtvaart kan een
veronderstelling zoals een vlucht
meeuwen niet zonder meer als
oorzaak van de hand worden ge
wezen. Het volledige onderzoek
zal misschien 6 maanden duren.
Ooggetuigen konden weinig ver
tellen behalve dat het toestel
niet hoger dan vijftig meter is
gekomen. Verwanten of vrien
den hebben 27 lijken herkend. De
toestand van de enige overleven
de is ernstig.
Zoals bekend, werd eer. ge
deelte van de opbrengst der col
lecte ten bate van de slachtof
fers der overstromingen in de
Po-vlakte in goederen naar Ita
lië verzonden.
De aard dier goederen uerd
bepaald op een internationale
Roode Kruisvergadering te Ge-
nève. De resterende gelden zijn
cver°emaakt aan het Italiaanse
Roode Kruis. Zij zullen eveneens
besteed worden in overleg met
de Liga van Roode Kruisverem-
Oorspronkelijk bestond het
plan, dat deze gelden zouden
worden gestort in een fonds, dat
bestemd was voor de bouw van
een aantal houten noodwonin
gen, die in de allerschrijnendste
evallen onderdak zouden bie
den aan de naar hun woon
plaats terugkerende daklozen
Na ampel overleg heeft men
dit plan om practische redeRien
laten varen De noodwoningen
zullen uit andere fondsen wor
den opgericht. De hulp van het
Roode Kruis in Zweden en in
Noorwegen speelt daarbij een
De door het Nederlandse volk
bijeengebrachte gelden zullen
nu worden besteed voor de aan
koop van 16 mobiele ambulan
ces. Met deze ambulances zal de
dringend noodzakelijke genees
kundige verzorging van de be
volking in de getroffen gebieden
kunnen worden uitgevoerd.
Op deze ambulances zal een
opschrift worden aangebracht
dat in de vertaling luidt: „Gift
van het Nederlandse volk door
bemiddeling van het Nederland
se Roode Kruis".
socialisme) dan zijn zij verwer
pelijk, zo betoogde de heer De
Wilde. Het grootste gevaar, dat
op het ogenblik W.-Europa be
dreigt, is het Westerse socialis
me. Zou dit socialisme er niet
zijn, dan zou Stalin onmiddellijk
ophouden met de kouae ooruog.
Spr. zei de grootste eerbied te
hebben voor hetgeen minister
Lieftinck voor ons land heeft
gedaan. De „socialistische ten
dens" in diens politiek wees hij
echter op principiële gronden af.
Spr. vroeg de niet uitgekeerde
winst matiger te belasten. Hij
achtte dit noodzakelijk in het
belang van de economische si
tuatie in ons land.
Mr R. E. Gout (K.V.P.) toonde
zich optimistisch over de moge
lijkheid tot verdere verbetering
van 's rijks financiën. Hij bracht
minister Lieftinck deswege hul
de. „Deze minister heeft op uit
nemende wijze het belang van
de -openbare financiën gediend".
Deze woorden van lof liet Mr
Regout echter volgen door cri-
tiek^^
„Wij hebben de indruk, dat 't
budgetaire en het fiscale beleid
eenzijdig gericht zijn op de fi
nanciering van de staat ten
koste van de economische acti
viteit in ons land", 's Rijks fi
nanciën zijn gesaneerd. De ope-
ratic is geslaagd, maar dreigt de
patiënt niet te sterven? De mi
nister heeft zijn begroting aan
de middelen aangepast, toen de
ze zo rijkelijk binnenvloeiden
Het geeft te denken dat thans
openbare werken worden uitge
voerd, die men voor tijden van
depressie had willen bewaren.
Spr. week er op, dat de minister
herhaaldelijk over kapitaal-
schaarste heeft geklaagd. Zijn
deze openbare werken wel als de
meest noodzakelijke investerin
gen te beschouwen? Mijn frac
tie, zo vervolgde de heer Regout,
twijfelt er aan of de belasting
verhoging van het vorige jaar
niet door de feiten is achter
haald. Uit budgetair oogpunt
was zij volstrekt overbodig. Het
zal noodzakelijk zijn de belas-
tingpolitiek te heroriënteren
Spr. was van oordeel, dat op
-korte termijn tot incidentele be
lastingverlaging moet worden
overgegaan. Met name drong hi,
aan op herziening van het
winstbegrip en verlaging van
weeldebelasting in die gevallen
waardoor werkgelegenheid kan
worden bevorderd.
De heer Regout zei meer te
voelen voor een ex-parlementai
re bezuinigingscommissie dan
voor een uitsluitend uit verte-
genw-oordgers der regering en
leden der Staten-Generaal sa
mengestelde bezuinigingsoom-
missie. Hij drong aan op nauw
lettend toezicht op de defensie
uitgaven en besloot zijn inlei
ding met een „eresaluut" aan
minister Lieftinck wegens diens
werk en verdiensten.
Mr Pollema (C.H.U.) betoogde,
dat er gedisputeerd kan worden
over een divident-stop of vrij
stelling van belasting. Er valt
echter niet te praten over de
noodzakelijkheid van het door
minister Lieftinck gevolgde be
leid. Dat beleid zou iedere ande
re minster moeten voeren on
der dwang van de internationale
situatie. De heer Pollema ver
klaarde hiermee niet te willen
zeggen, dat de kloof tussen
s ministers opvattingen en de
zijne overbrugd zou zijn. De be
lastingverhoging van het vorige
jaar is uit budgetair oogpunt
moeilijk te begrijpen. Uit mone
tair -oogpunt evenwel was zij
wenselijk en noodzakelijk. De
beperkingspolitiek (beperking
van consumptie) heeft een stij
ging in het aantal werklozen
meegebracht. Spr. vroeg zich af,
of het streven naar een sluiten
de betalingsbalans duurzaam is
te verenigen met de bestrijding
van het spook der werk'ioosneid.
Een doeltreffende bestrijding
van de werkloosheid is in de
toekomst noodzakelijk. De moei
lijkheden, die daaruit voort kun
nen komen, alsmede de gehele
positie van ons land dwingen tot
eendracht.
Politiek bazuin- en klaroenge
schal, dat in deze weken wel
weer zal klinken, lossen geen
moeilijkheden op. Daarvoor is
vereist een bewuste wil tot sa
menwerking, desnoods tegen de
zin der kiezers in". De belasting-
politiek van minister Lieftinck
-beschouwde de heer Pollema als
de kurk, waarop ons gehele be
staan thans drijft. Hij zei zich
nooit te zullen verenigen met een
verhoging van de jaarlijkse de
fensiebegroting van 1.5 milliard.
Het ware beter geweest, als met
de tegenwaardefondsen van de
Marshallhulp een deel van de
Verschenen is de door de minis
ters van Onderwijs, van Binnen
landse Zaken en van SocitLe Za
ken ondertekende memorie van
antwoord op het voorlopige ver
slag over het wetsontwerp tot
regeling van het kleuteronderwijs
en van de opleiding van leidsters
bij dat onderwijs.
De Tweede Kamer heeft op 19
Juli 1951 het voorlopig verslag
vastgesteld. Het wetsontwerp is
op 2 October 1950 ingediend.
De ministers constateren met
voldoening, dat er een communis
opinio bestaat betreffende de
wenselijkheid een wettelijke re
geling van het kleuteronderwijs
tot stand te brengen. Het grond
wettelijk voorschrift, dat een
wettelijke regeling van het open
baar kleuteronderwijs vraagt, de
geestelijk-hygiënische en sociale
betekenis van dat onderwijs en
de onbevredigende toestanden,
die tengevolge van financiële
moeilijkheden op vele kleuter
scholen voorkomen, zijn de rede
nen die het gewenst maken, dat
dit wetsontwerp zo spoedig mo
gelijk tot wet wordt verheven.
HET SUBSIDIESYSTEEM.
De belangrijkste punten uit de
gedachtengang die de regering
heeft geleid tot de keuze van het
voorgestelde subsidiesysteem zijn:
1. De kosten van het kleuter
onderwijs dienen in de eerste
plaats door de gesmeenten en de
schoolbesturen te worden gedra
gen.
2. Het rijk draagt in de kos
ten van openbare en bijzondere
kleuterscholen bij om „een eerste
stap in de richting van een vol
ledige sanering van het kleuter
onderwijs" mogelijk te maken
3. Voor de rijksbijdrage is de
vorm van een bijdrage per leer
ling gekozen.
4. De gemeenten, die open
bare kleuterscholen in stand
houden, moeten voor het bijzon
der onderwijs subsidie beschik
baar stellen.
Het aantal leerlingen bedroeg
bij de aanvang van de jaren 1949
1950 en 1951 resp. 289-555, 315.684
en 341484.
Van de 315.684 kleuters, die bij
de aanvang van het jaar 1950 een
school bezochten, waren er circa
28.000 jonger dan 4 jaar, d.i. 9 °/o
van het totaal. Voor 1951 zijn
deze cijfers resp. 24.000 en 7 °/o.
De percentages vertonen een ver
schil, dat o.a. hieraan moet wor
den toegeschreven, dat vele kleu
terscholen met ruimtegebrek te
kampen hebben en dientengevol
ge de toelatingsleeftijd opvoeren.
In de jaren 1949, 1950 en 1951
waren er resp. 260.000, 288.000 en
317.000 kleuters van 4 jaren en
ouder, die een kleuterschool be
zochten.
De stijging, welke deze cijfers
vertonen, is toe te schrijven aan
de hoge geboortecijfers der jaren
1946 en 1947. Aangenomen mag
worden, dat in de schooljaren
1951-1952 en 1952-1953 het aantal
kleuters, dat zich op school be
vindt, een top zal vertonen.
Daarna zal het aantal een ver
mindering te zien geven. Het is
onmogelijk een nauwkeurige ra
ming te maken van het aantal
kleuters boven de 4 jaar, dat in
In de memorie van toelichting
zijn de ministers van de veron
derstelling uitgegaan, dat het
aantal leerlingen, waarvoor een
rijksbijdrage verschuldigd zou
zijn, vooreerst niet boven 280.000
zou stijgen. Zij noemden twee
redenen, die aan hun verwach
tingen ten grondslag lagen, n.l-
'het gebrek aan geschikte lokalen
en het tekort aan bevoegde leid
sters.
REORGANISATIE.
Dat vele scholen door de wijze,
waarop zij thans in het geven
van kleuteronderwijs voorzien,
zonder grondige reorganisatie
niet voor rijkssubsidie in aan
merking komen, mag uit het vol
gende worden afgeleid:
1. Op 16 Januari 1950 waren
er niet minder dan 4292 leer
krachten met klassen van 4059
leerlingen; 485 met klassen van
6079 leerlingen en 68 met klas
sen van 80 en meer leerlingen.
Willen de scholen, waar deze
klassen deel van uitmaken, voor
de rijksbijdrage in aanmerking
komen, dan zullen zij de klasse
bezetting tot 48 moeten terug
brengen.
2. Op 16 Januari 1950 waren
68 leerkrachten 65 jaar en ouder.
'Deze zullen niet gehandhaafd
kunnen blijven.
3. Hoe soepel de beoordeling
van de gebouwen in de eerste
tijd na het inwerkingtreden van
het ontwerp ook zal zijn, toch zal
een aantal gebouwen ongeschikt
voor het kleuteronderwijs wor
den geacht. Andere schoolgebou
wen zullen voorlopig als kleuter
school dienst kunnen doen, mits
het aantal leerlingen aan de af
metingen van de lokalen wordt
aangepast, d.w.z. zo nodig op een
geringer aantal dan 48 wordt ge
steld.
Met hetgeen vele leden betref
fende de bezwaren tegen de in
voering van leerplicht of school
plicht opmerkten, stemt de rege
ring in-
OFLEIBING VAN LEER
KRACHTEN.
Tegen de opleiding van kleu
terleidsters, in hoofdzaak over
eenkomend met die voor de
kweekscholen, waardoor het rijk
deze opleiding geheel voor zijn
rekening zou nemen, bestaan bij
de ministers ernstige financiële
bezwarne. Evenals bij het kleu
teronderwijs dienen ook bij de
opleidingsscholen de gemeenten
en de bijzondere schoolbesturen
de kosten voor een deel zelf te
dragen. Ook hier ligt voor het
rijk een aanvullende taak.
Nadrukkelijk wijzen de minis
ters erop, dat bij de toekenning
van subsidie ook andere factoren
dan een combinatie van oplei-
dings- en kweekschool een rei
zullen spelen. Met name zal naar
een doelmatige spreiding van de
opleidingsscholen over het land
worden gestreefd.
De ministers achten het niet
mogelijk onder de gegeven om
standigheden te volstaan met de
instelling van één bevoegdheid
als kleuterleidster. Door een der
gelijke maatregel zouden de
eisen, waaraan een kleuterleid
ster moet voldoen, te plotseling
worden opgevoerd, waardoor de
regelmatige voorziening in de be
hoefte aan kleuterleidsters in
gevaar zou worden gebracht- De
leerkracht, die een akte van be
kwaamheid als leidster bezit, is
volledig bevoegd.
De ministers achten een mini-
mum-salaris voor de kleuterleid
ster gelijk aan dat van een on
derwijzer bij het lager onderwijs
een te hoge bezoldiging voor de
kleuterleidster, wier opleiding
twee jaren korter heeft geduurd.
Ook zou de toestand van 's lands
financiën zulk een salariëring
niet toestaan. Gezien het feit, dat
de toestand van 's rijks schatkist
niet gedoogt een hoger subsidie
bedrag dan 40 per leerling in
uitzicht te stellen, acht de rege
ring het niet mogelijk verder te
gaan dan het voorschrijven van
een minimum-salaris
oTtroInct Kleuters ouveil Uc 1 Jctai, nat Ut
staatsschulden zoü zijn afgelost, komende jaren een kleuter_
zoals in Engeland is gebeurd.
Het gebruik, dat de regering
denkt te maken van deze fond
sen, kan een sterke inflatoire
werking ten gevolge hebben. Ter-
wijl ons volk aan de ene kant uit
monetaire overwegingen de
zwaarst mogelijke belastingen
moet opbrengen, pompt de rege
ring aan de andere kant uit ae
tegenwaarde mlllioenen terug in
het betalingsverkeer, waardoor
de resultaten van de belasting
heffing worden teniet gedaan.
Dit is een onlogische zaak. Mr
Pollema betoogde, dat Amerika
verantwoordelijk moet worden
gesteld voor deze gang van za
ken, nu het de regering heeft ge
dwongen een deel van de tegen
waarde te gebruiken voor addi-
school zal bezoeken.
tionele militaire uitgaven. Het is
niet de eerste maal dat Amerika
het werk van Nederlandse han
den heeft verwoest. Mr Pollema
herinnerde eraan, dat hij reeds
eerder voor de inflatoire werking
van de tegenwaarde had gewaar
schuwd. Hadden de banken toen
het gevaar ingezien en zich dui
delijk uitgesproken, dan had mi
nister Lieftinck in Amerika wel
licht kunnen bereiken, dat met
de tegenwaarde de staatsschul
den zouden worden afgelost.
Thans, zo besloot Mr Pollema,
zullen protesten komen als mos
terd na de maaltijd.
De parlementsfractie van delijk bezorgd, dat b« dit vraagstuk
Eritse socialistische partij heeft te weinig aandacht wordt be
gisteren gediscussieerd over de
houding, die zij bij het debat
ever de defensie, dat vandaag in
het Lagerhuis begint, zal aanne-
men.
In politieke kringen wordt al
gemeen aangenomen, dat de op-
positie een motie zal indienen,
die de regering van Churchill
verwijt „niet in staat te zijn het
aoor het kabinet-Attlee opge
stelde bewapeningsplan op de
juiste wijze ten uitvoer te leg
gen".
LAGERHUIS VERWERPT
LABOUR-MOTIE.
Het Britse Lagerhuis heeft
Dinsdag met 256 tegen 238 stem
men een Labour-motie verwor
pen, waarin kritiek werd leverd
op de politiek der regering ten
aanzien van de vorming van een
federatie in Centraal-Afrika, be
staande uit Nyassaland en N.. en
Z.-Rhodesië. De Britse regering
is voorstander van een dergelijke
federatie en heeft tegen April
een conferentie bijeengeroepen
over deze kwestie.
De Labour-partij is voorname
steed aan de belangen en wensen
van de inheemsen. De minister
van koloniën uit de vorige rege
ring, James Griffiths, verklaar
de, dat de apartheidspolitiek
„een sombere schaduw over Afn-
ka werpt". Op een desbetreffen
de vraag antwoordde de huidige
minister van koloniën, Lyttelton,
dat de agenda voor de in April te
houden conferentie zonder over-
met Afrikaanse vertegen
woordigers was opgesteld. De
minister hoopte echter, dat de
inheemsen gevolg zouden geven
aan de uitnodiging om de confe
rentie bij te wonen, waar men n
ontwerp-grondwet wil opstellen.
Op een volgende conferentie
mogelijk in Juli zou de kwes
tie dan geheel kunnen worden
afgehandeld, aldus Lyttelton.
Zuid-Rhodesië, dat een bevol
king heeft van 1.700.000 inheem
sen en 128.000 blanken, is een
kolonie met zelfbestuur en heeft
vrijwel de status van een domi
nion. Noord-Rhodesie en Nyassa-
land. met een gezamenlijke be
volking van ongeveer 4.000.00U
inheemsen en 39.000 blanken
zijn Britse protectoraten.
Naar aanleiding van berichten
meldende dat de Urker vissers,
die naar Argentinië waren ge-
emigreerd om daar de visserij
te beoefenen, ontslagen zijn om
dat zij weigerden op Zondag te
vissen, vernemen wij van de re
derij Van Iseghem te Oostende,
dat deze Urker vissers inderdaad
ontslagen moeten zijn.
Van de rederij wordt verze
kerd dat het ontslag der vissers
definitief is. De reden zou in
derdaad zijn, dat de Urkers op
Zondag niet wensten te vissen,
waardoor hun weekopbrengst
geringer zou zijn geweest dan
die der Belgische vissers.
Van een mondelinge afspraak
over het vissen op Zondag was
bij de rederij niets bekend noch
van een verzoek der Urkers aan
president Peron om het ontslag
ongedaan te maken. Verdere in
lichtingen kan men te Oostende
in dit stadium niet verschaffen,
aangezien deze gehele aangele
genheid door de heer Van Ise
ghem zelf te Mer del Plata is
behandeld en men slechts spo
radisch een telegram of brief
ontvangt.
Naar aanleiding van het ontslag
der Urker vissers in Argentinië
wordt in rederskringen te Oost
ende (echter niet van de desbe
treffende rederij) nog vernomen
dat het reeds tijdens de lange
overtocht naa'r Zuid-Amerika
herhaaldelijk tot wrijvingen zou
zijn gekomen tussen Urkers en
Vlamingen. De Vlamingen zou
den de Urkers te puriteins hebben
gevonden. Het was niet in een
geest van. samenwerking, dat
met het vissen werd begonnen.
Tijdens de reis weigerden de
Urkers, althans volgens de Vla
mingen, om 's Zondags karwei
tjes op te knappen. Toch zou de
kwestie van het Zondagwerk,
hoewel de eerste aanleiding, niet
de werkelijke reden van het ont
slag zijn. Het feit dat het tussen
Urkers en Vlamingen tot sterke
rivaliteit is gekomen, voorname
lijk wegens het verschil in men
taliteit, zou, aldus de Oostendse
rederskringen, verscheidene Vla
mingen ertoe gebracht hebben,
het ontslag van de Urkers te ei
sen. De rederij zou tenslotte „om
erger te voorkomen" zich genood-
65 Arbeiders van de scheeps
werf en machinefabriek Hol
land-Nautic te Haarlem, recht
streeks deel uitmakend van de
afdeling auto-revisie of daarbij
nauw betrokken, is Dinsdag ont
slag aangezegd.
Overplaatsing van deze arbei
ders naar andere afdelingen Is
aldus de directie onmoge
lijk gebleken. De reden die de di
rectie tot deze maatregel heeft
genoopt is een bericht van het
ministerie van Oorlog, dat mili
taire opdrachten (reviseren van
jegertrucks), de 'komende maan
den niet meer zijn te verwach
ten.
raakt hebben gezien deze eis in
te willigen.
In het contract, dat vóór het
vertrek is getekend, werd over
het Zondagwerk niet gerept. Cn
Oostende wordt echter niet te
gengesproken dat hierover een
mondelinge overeenkomst is
aangegaan. Dit gebeurde in te
genwoordigheid van de burge
meester van Urk. Hij was de eni
ge aanwezige die geen betrokken
partij was en voor de regeling
van het geschil in het bijzon
der wat betreft de financiële toe
stand van de werkloze Urkers
zal zijn getuigenis worden inge
roepen.
Het ontslag, zo deelde men
verder nog mede, blijkt wel de
finitief te zijn, daar de rederij
zowel te Oostende als te Mar del
Plata reeds naar nieuw personeel
zou hebben uitgezien. Ook lopen
er in Oostendse visserskringen
geruchten, dat de Urkers eerst
daags door een Argentijnse rede
rij zouden worden aangeworven
en dat de besprekingen hierover
reeds aan de gang zijn.
De mogelijkheid van een ver
zoening tussen Urkers en Vla
mingen zou uitgesloten zijn, daar
de verhouding uiterst gespannen
is en bl«ft.
Hoewel de Urkers reeds op 4
Januari in Mar del Plata zijn
aangekomen, kon eerst vorige
week voor het eerst ter visvangst
worden uitgevaren. Reeds de
eerste dag bleek het aan de op
visserijgebied deskundige Urkers
dat de uitrusting der schepen
niet in alle opzichten berekend
was voor de visserij op makreel.
De schepen waren niet snel ge
noeg en bovendien te groot voor
de visserij onder de kust. Beslo
ten werd om op heekvisch te gaan
vissen, maar daarvoor zijn de
schepen niet groot genoeg want
daarvoor moet men ongeveer 200
mijl uit kust wezen. De eerste
proef leverde slechts een povere
vangst.
Het schijnt nu dat de reder de
Urkers verweet dat ze niet actief
genoeg waren. Bovendien wilde
hij dat men op Zondag zou door-
vissen, hoewel was overeengeko-
men dat de Zondag in geen ge
val gebruikt zou worden om te
vissen. Het gevolg was dat de
Urkers ontslag kregen terwijl, en
dat wekte de hoogste verwonde-
ring, er inmiddels Belgen waren
aangekomen °m hun plaatsen
in te nemen- Dit wekte het ver
moeden dat de Urkers slechts
gebruikt zijn om de schepen over
de Oceaan te brengen en nu niet
meer nodig waren. De Urkers
hebben zich allen verzameld op
een der schepen, waar ze blijven
tot hun officieel schriftelijk ont-
slag is verleend.
Ze ontvangen veel mfdew®r~
king van de zijde der in Mar del
Plata woonachtige Nederlanders
en ook van Argentijnen. De zaak
is in handen van een advocaat en
bovendien hebben de Urkers de
medewerking ingeroepen van
Nederlandse gerant en zichi in
verbinding gesteld met de presi
dent van Argentinië.
De Urker vissers denken Ci
niet aan om naar Nederland
rug te keren.