Nr. Bevin en het Britse buitenlands beleid BRUGGEHOOFD BRETAGNE" De bevrijding van Zeeland Morrison een waardig opvolger Eisenhower vertrouu>t op zijn luchtmacht Italiaanse kooplieden over de grens gezet Aanval op Zuid-Beveland en Walcheren Doodvonnissen in spionnageproces in Amerika Quadronal TERNEUZENAARS IN HET GEALLIEERDE LEGER TWEEDE BLAD Zaterdag 7 April 1951 7e Jaargang No. 1698 Prins Bernhard krijgt Argentijnse riddertrde De gezondste en eerlijkste manier om een recapitu latie van 't Britse buitenlandse beleid te geven vanat de zomer van 1945, toen Ernest Bevin minister van Buitenlandse Zaken werd, is terug te zien op de positie, waarin hij zichzelf als opvolger van Anthony Eden aan het Foreign Office zag geplaatst. De oor log in Europa was voorbij; in het Verre Oosten naderden de oorlogshandelingen ook hun einde, of schoon de atoombom nog niet op Hirosjima en Na gasaki was gevallen. Het zag er naar uit dat Sowjet- Rusland en de Westerse geallieerden eensgezind zou den samenwerken om de vrede te stichten, die voor iedereen van het hoogste belang was. De strijd tegen de tuberculose Eisenhowers verklaringen voor de Senaatscommis sie over zijn bevindingen in West-Europa hebben in onze oren sensationeel geklonken. Terwijl men in Washington nog naarstig zoekt naar de onverstan dige lieden, die de vertrouwelijke mededelingen van de generaal ruchtbaar hebben gemaakt, tekent zich voor ons scherp het beeld af, dat Eisenhower heeft getekend: in geval van 'n Russische agressie tot elke prijs een bruggehoofd op het vasteland behouden. Bretagne noemde de generaal als voorbeeld. Blijk baar werd hij daartoe geinspireerd door de Koreaan se ervaringen. Hij meent het Bretonse schiereiland met twaalf goede divisies tot in lengte van dagen te kunnen behouden. Stakers in Delfzijl weer het werk aan Drogisterij W. Dingemanse Vliegtuig maakte noodlanding Do Britse positie in de Europese betalingsunie Maandblad voer Koninklijke Landmacht Zoepost voor over zee f DE VRIJE ZEEUW E»e president van Argentinië, Juan Peron, heeft Donderdag een besluit ondertekend, waarbij aan prins Bernhard het groot-kruis van de orde van verdienste ver leend wordt. Anthony Eden, de scheidende conservatieve minister, kon zeer wel het gevoel hebben dat hij aan zijn collega uit de oorlogsjaren en aan zijn persoonlijke vriend, de stoere vakverenigingsman en leider van de Labour Partu Er- nest Bevin een gemakkelijk te hanteren taak overdroeg. Het feit, dat op internationaal politiek gebied de inzichten van deze twee mannen door hun maatschappelijke afkomst en op leiding zo verschillend van aard elkaar vrijwel dekten, wordt aardig tot uiting gebracht in een grappige opmerking van de thans overleden Oliver Stanley die toen een veelbelovend jong lid van de Conservatieve Partij was. Ter wijl Bevin in het Lagerhuis sprak, wreef Stanley, die deed alsof hii in slaap was gevallen en net wakker werd, zich de ogen uit en fluisterde zijn buurman duidelijk hoorbaar toe: „Wat is Anthony de laatste tijd dik ge worden!" Als de verpletterende nederlaag van de Conservatieven bij de al gemene verkiezingen van 1945 de Labour Partij niet aan de macht gebracht hadden, dan is het zeer wel mogelijk, dat Anthony Eden met zijn ervaring en zijn be kwaamheid verschillende aange legenheden sneller en misschien ook tactvoller zou hebben opge lost dan zijn opvolger dit deed. In een tijd, waarin Frankrijk zich met moeite tussen twee uitersten in evenwicht hield; waarin Italië, verpletterd en ver scheurd, toch besloten was om van de monarchie op een repu blikeinse regeringsvorm over te gaan; waarin een overwonnen Duitsland in vier bezettingszones was verdeeld en de Verenigde Staten de neiging toonden zich van Europa te aistanciëren en een eind aan de ,,leen-en-pacht"- hulp uit de oorlog te maken, lijkt het waarschijnlijk, dat Edens tact en prestige meer tot stand zouden hebben gebracht, dan de ietwat grovere methode van Bevin. En toch bewees Bevin Groot- Brittannië en de Westerse wereld een dienst van onschatbaar grote waarde, die Eden als conserva tief nooit in die mate en even beslissend als Bevin zou hebben kunnen bewijzen, namelijk de overgrote meerderheid van de Labour-Part ij en van de Britse vakverenigingen er van te over tuigen, dat de politiek van Sovv- jet-Rusland er niet op gericht was om het lot van de arbeiders langs democratische weg te ver beteren, doch integendeel een po litiek van imperialistische uit breiding was, die de vrije landen van het Westen slechts ellende en overheersing zou brengen. Mr. Bevin kwam niet tot deze overtuiging, die hij vervolgens onder de aanhangers van de Britse Labour Partij verspreidde, door een abstracte wijze van redeneren. Zijn ervaring van de Russische gedragingen op de verschillende vier-mogendheden- conferenties bracht he;m er toe. Hij had gehoopt met Rusland te kunnen samenwerken aan het herstel van Europa op een basis van een zekere vrede. Het ge ringste teken van de wil tot sa menwerking, komend van het Kremlin, zou onmiddellijk Bevins steun hebben gehad en zou door iedere Brit, onverschillig of hij de Labour of een andere partij aan hing, van harte welkom zijn ge heten. Dit mocht niet zo zijn. Voor Bevin zowel als voor vele anderen bleef de Russische poli tiek een raadsel, totdat het ware oogmerk ten opzichte van Duits land werd onthuld. Wat de Britse minister of zijn Westerse collega's ook deden, niets kon het Russische besluit beïnvloeden Duitsland zo veel mogelijk aan Rusland te binden door de zware ketenen van een onuitwisbare schuld, die de eco nomische ellende en de politieke slavernij van het Duitse volk voortdurend zouden doen toe nemen. Het gedrag van de communis tische partijen in Italië, Frankrijk en zelfs in Engeland toonde dui delijk aan, dat deze politiek niet slechts in Duitsland, doch overal elders werd volgehouden tenein de de levensstandaard te verla gen en sociale onlusten en moei lijkheden te kweken. Bevin, die zijn gehele leven in dienst had gesteld van de verbetering van de levensstandaard der arbeiders, kwam hiertegen in opstand en met hem de Britse vakverenigin gen en de Labour Partij. Het zag er in de wereld niet al al te best uit totdat Ernest Bevin op een ochtend in 1947 de Ame rikaanse minister van Buiten landse Zaken Marshall over de radio hoorde spreken, die Ameri kaanse hulp op grote schaal aan kondigde aan geheel Europa om het Europese economische her stel te bespoedigen. Onmiddellijk zag hij de betekenis van deze ver ziende edelmoedigheid en hij voelde, dat dit een groot verschil zou maken voor de Europese lan den bij hun hopeloze strijd om weer op de been te komen, ter wijl het aanbod van Marshall nu een redelijke kans op succes be loofde. Dank zij het vlugge en vastberaden ingrijpen van Bevin bereikte het Marshall-plan zijn doel. Dat is zijn buitengewone prestatie. Er waren heel wat mensen in en buiten de Labour party, die er aan twijfelden, of de Britse minister dé Russische bedoelin gen wel naar hun juiste waarde had geschat, doch zij twijfelden niet langer, toen zij zagen hoe 't Kremlin de Marshall-hulp boos van de hand wees en Polen en Tsjecho-Slowakije, die deze hulp gaarne hadden aanvaard, dwong hetzelfde te doen. Er was toen geen verder bewijs meer nodig, dat het Marshall-plan indruiste tegen de Russische plannen om Europa communistisch te maken langs de weg van economische moeilijkheden en verval. Ernest Bevin was gerechtvaardigd. Toen kwiam de Berlijnse „luchtbrug", die door Bevin werd aangemoedigd en gesteund. Daarop, vlug achter elkaar, het Brusselse Beneluxverdrag, de organisatie van het Atlantisch Pact en de huidige organisatie van de Europese verdediging onder generaal Eisenhower. Zon- der nu te willen beweren, dat Ernest Bevin bij dit alles een be slissende rol speelde, kan men toch met alle eerlijkheid zeggen dat, als hij tégen deze plannen was geweest, ze nauwelijks ver wezenlijkt hadden kunnen wor den. Achter de vaste steun, die hij gaf, lagen zijn begrip van de Russische politiek en zijn overtui ging, dat men zich ten koste van alles daar tegen te weer moest stellen. Het inzicht en de vastheid van karakter van Bevin, waar het de Russische bedoelingen betreft, geven hem recht op waardering. Er bestaat geen reden te vrezen, dat zijn opvolger Herbert Morri son, zicli minder goed van zijn taak zal kwijten. In het kabinet zal Morrison nog steeds van Bevins ervaringen kunnen profi teren en door zijn steun gesterkt worden. En ofschoon Oliver Stanley er niet meer ls om gees tige opmerkingen te maken over lichamelijke verschillen, zal An thony Eden Bevins opvolger met raad en daad ter zijde staan. waar men met een B.C.G.-campagne is 'de strijd tegen de DE B.C.G.-ACTIE IN DELFT Delft was de eerste gemeente in ons land, uitgebreide begonnen in t.b.c.. Sedert 1 October van het vo rige jaar werd 'bij; 1985 pasgebo renen B.C.G, met een theelepel tje toegediend1 en werden 2934 personen met B.C.G. onderhuicis ingespoten, De uicjpuiting geschiedt om de 6 jaren en geeft in 99,8 procent een sterk vermtodehJe vatbaar heid voor tuberculose. Alle hoogste kkcasen van de lagere scholen zijn thans reeds afgewerkt, terwijl men vóór de grote vacantie met die middelbare scholen gereed hoopt te komen. De B.C.G. is, zoals bekend, een betrekkelijk nieuw preparaat (in de Scandinavische landen wordt het sinds 3 jaar gebruikt). iDoor toediening van dit prepa raat ikan die vatbaarheid voor t.b.c. aanzienlijk worden vermin derd. De arbeideirs op de scheeps werf van de gebroedensi Sander te Delfzijl zijn weer aan het werk gegaan. Woensdagmiddag hadden zij de werkzaamheden gestaakt in ver band met een vermeende onbil lijkheid in de uitkering van de 5 procent loonsverhoging. Deze voorstelling behoeft stel lig enige toelichting. Wanneer Eisenhower meent een dergelijke „foothold" tegenover iedere Russische militaire combi natie te kunnen behouden, dan gelden daarvoor toch wel twee voorwaarden en wel: a. dat geen der belligerente partijen gebruik zal maken van atoomwapenen en b. dat de Westerse geallieer den over de volstrekte hegemo nie in de lucht zullen beschik ken. Hiertegenover staat immers dat bij een Russisch overwicht in de lucht zelfs het krachtigste bruggehoofd met atoombommen Een Amerikaans federaal ge rechtshof heeft Donderdag Ju lius Rosenberg en zijn vrouw Ethel, die schuldig waren bevon den aan het uitleveren van atoomgeheimen aan de Sowjet- unie, ter dood veroordeeld. De federale rechter Irving Kaufman gelastte, dat het vonnis in de week beginnende 21 Mei vol trokken zou worden. (Adv.) 's werelds beste pijnstiller. TERNEUZEN Het hof noemde niet de manier van terechtstelling, maar ver klaarde dat de terechtstellingen zouden worden voltrokken „vol gens de wet". David Greenglass, broer van mevr. Rosenberg, die bekende atoomgeheimen achterhaald te bobben, toen hij werkte op de atoombombasis te Los Alamos, en ze doorgegeven te hebben aan de Rosenbergs, was de voor naamste getuige van de openbare aanklager tegen zijn zwager en zuster. De Rosenbergs gaven bij het horen van het vonnis geen teken van ontroering. Een vierde aangeklaagde, Mor ton Sobell, werd tot 30 jaar ge vangenisstraf veroordeeld. De verdedigers hebben mede gedeeld, beroep te zullen aante kenen. Sinds het ogenblik, dat er geen visa meer nodig waren voor het touristenverkeer tussen Neder land en Italië, zijn ruim 350 Ita lianen, die in ons land wollen stoffen van zeer slechte kwali teit onder bedriegelijke voor wendsels aan de man proberen te brengen, overJde Nederlands- Belgische grens gezet. In Juni van het vorige jaar kwamen de eerste Italiaanse kooplieden via België en Frank rijk naar ons land. Zij reisden als touristen. Velen van hen kwa men uit de omgeving van Mir laan. In Nederland aangekomen gingen zij met meegebrachte coupons wollen stoffen langs de huizen. Deze stoffen, bedriege- lijk bedrukt met nagemaakte stempels als „Made in Eng land" en „All wool", zagen er op het eerste gezicht aantrekkelijk uit en de kooplui slaagden er dan ook in prijzen te maken, die zes a zeven maal boven de werkelij ke waarde lagen. Deze stoffen konden echter niet worden verwerkt. Er was geen vouw in te persen. Spoedig regende het klachten bij de poli tie. In Amsterdam alleen al meldden zich ruim 300 bedrogen kleermakers en particulieren. Vooral in het begin van dit jaar werden er slachtoffers gemaakt. In de grote steden had de poli tie de ongewenste bedrijvigheid van deze handelsreizigers binnen niet al te lange tijd bedwongen, doch op het platteland, waar sommige burgemeesters eerst niet goed wisten, hoe zij tegen de vreemdelingen moesten optre den, konden de Italianen langer hun slag slaan. Tenslotte van Justitie op gewezen. heeft de minister er in een circulaire dat het venten van vreemdelingen, die zich uitgeven voor touristen, o.m. een overtre ding oplevert van het deviezen- besluit en dat dergelijke vreem delingen over de grens dienen te worden gezet. Als gevolg van deze aanwijzing werden alle Ita lianen, die bij het venten van be doelde stoffen waren betrapt, in de kraag gegrepen en als onge wenste vreemdeling over de grens gezet. Het grootste deel van hen beschikte nog over vol doende geld om naar Italië terug te reizen. In politiekringen ver wacht men, dat de nog aanwe zige Italiaanse handelsreizigers in minderwaardige textiel door deze maatregel van uitwijzing binnen enige weken ons land zullen hebben verlaten. zal worden weggevaagd. Nu is Eisenhower volstrekt geen dwaas en wanneer het zijn overtuiging is, dat hij Bretagne dat formi dabele Duitse fort uit de tweede wereldoorlog! zal kunnen hou den, desnoods tegenover een tienvoudige overmacht te land, dan moet hij er evenzeer van doordrongen zijn, dat Rusland nimmer de eerste zijn zal om met atoomwapenen te gaan werken en bovendien moet zijn overtui ging inhouden, dat de Brits- Amerikaanse luchtvaart-combi natie in staat zal zijn de Rode luchtmacht te breken, wanneeil zij wil. Nu moeten wij toegeven, dat de Russische luchtmacht een de fensieve is. De rode vloot be staat naar recente schattingen uit 20.000 toestellen (belangrijk meer dan de Amerikanen en Engelsen samen hebben), waarvan het grootste deel werd gebouwd vóór de laatste wereldoorlog en waar van zeker 70 pet. jachttoestellen zijn: voor de beveiliging van het Russische grondgebied dus. Een aanvalsluchtmacht van zware bommenwerpers is Rusland thans aan het bouwen en ook in de categorie der lichte bomvlieg- tuigen heeft men niet veel. Wat dit aangaat, zal het Eisen hower dan ook de eerste jaren stellig wel gelukken om zich met zijn voortreffelijke moderne ja gers de Russische bommenwer pers van het lijf te houden. Ze ker op een beperkt gebied als een bruggehoofd in Frankrijk, waaroverheen de Amerikanen bij dag en bij nacht gewoon een pa raplu van beschermende jagers kunnen spannen. Maar wat te denken van de moderne raket wapens? Het zijn niet alleen de Amerikanen, die milüoenen en milliarden investeren in de ont wikkeling in deze materie. En het moet gezegd dat dit een ob ject is, dat de Russen „ligt". Zij zijn altijd uitstekende artilleris ten geweest, evenals de Fransen in het Westen. Bovendien toon den de Russen zich opmerkelijk fantasierijk in het combineren van soorten geschut. Zo wisten» zij door bundeling van groepen mortieren tot de raketvurende „Katusja" de Duitsers in 1944 een zeer onplezierige verrassing te bereiden. De inspanning der Russische militairen in het Oostzeegebied is wel tot de militaire waarnemers in de Scandinaafsche landen doorgedrongen. Men weet daar door, dat de Russen het zeer ver hebben gebracht met de oefening met moderrfë raketprojectielen. Zij zullen dit wapen ongetwijfeld voor de artillerie te velde ge schikt hebben gemaakt en wij vrezen, dat zij in een stelling oorlog, zoals Eisenhower zich voorstelt, een specialisatie in ar- tilleristische vernietiging ten toon zullen spreiden. Daarom lokt ons Eisenhowers voorstelling niet al te zeer. Zij klinkt wat optimistisch en naar onze mening is de visie van de generaal alleen dan gerechtvaar digd, indien de handhaving van een bruggenhoofd op het Euro pese vasteland van tijdelijke aard bedoeld is en alleen ter voorbereiding van een groot scheepse invasie. Het zijn voorwaar geen pretti ge beelden, die de militaire ex perts van deze tijd ons keer op keer voorhouden. Wij zullen er aan moeten wennen en daarmee een soort morele weerbaarheid aankweken. Een klem transport vliegtuig van die marinehichitvaartdienst, een tweemotorige Oxford-laag- diekker van ihet fabrikaat Air speed, heeft Vrijdagmorgen, kort nadat tiet was opgestegen, een noodlanding gemaakt in een- wei land, dat in ihet verlengde van een der startbanen van het vlieg veld Valkenburg ligt. De viieger, de luitenant ter zee tweede klasse S. R. Waiters, was angötoerd en kon kort na de noodlanding zijn belevenissen telefonisch aan het vliegveld mee delen. De schade is voorzover thans na. te gaan niet ernstig. Uit eten regieringsrapport over de betalingsbalans van Engeland, dat Donderdag werd geputodi- ceend, blijkt dat het Engelse voordelige saldo in het kader van de E.B.U. in Maart vermin derde tot til echts vijf xnillioen pond sterling, verreweg het laagste cijfer sedert het begin van Idle E.B.U. in Juli van het vo rig jaar. Voor deze plotselinge daling werd geen reden opgegeven. Zij kwam volkomen onverwacht op een moment, dat de landen van bet Europese vasteland zulke ho ge prijzen betalen voor sterling- goederen. Niet-otfficiële deskundigen' ge loven, dat die daling het -tegen wicht vormde van een sterke vermindering van het nadelige saldo van Wast-Duitsland in de E.B.U. Wanneer dit aanhoudt, zou het kleinere Britse voordelige saldo een grote verlichting vormen voor de E.B.U., waarin het evenwicht dóór de voorafgaande zeer grote batige saldi van Engeland ern stig was verstoord. In de plaats vian het onlangs opgeheven weekblad „Het Licht spoor" zullen de militairen van de K. L. een maandblad krijgen in navolging van het marine maandblad „Alle Hens". Dit blad zal worden uitgegeven onder lei ding van de directeur personeel der K. L., de heer J. H. Wieffe- ring. Kapitein M. Gort van de legervoorlichtingsdienst is belast met de voorbereiding vian de or ganisatie en redactie van het nieuwe maandblad. Met de volgende schepen kan zeepost worden verzonden. De data, waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn be zorgd, staan tussen haaltjes ach ter de naam van het schip ver meld: Indonesië: m.s. „Oranje" (10 April). Antillen en Suriname: m.s. „Willemstad" (10 April). Nieuw-Guinea: schip (19 April). Canada: m.s. „Prins Johan Wil lem Friso" (7 April). Australië: via Engeland (7 April). V. We maken ons gereed voo* de sprong. Nog éénmaal ga ik die avond met kap.-ad.j. Webster nauwkeu rig alle bijzonderheden na van de mij opgedragen taak. De eerste opdracht zal zijn het verkennen van Baarland en zo mogelijk ook van de dijken tus sen Kwadendamme en Ovezande. Wij mogen nu niet meer van de boerderij weg. Eerst krijgen de Schotten van hun verschillende commandanten te horen, waar ze precies zullen oversteken. Het ligt in de bedoeling van Terneuzen uit over te varen naar Zuid-Beveland en wel over een front van Bakendorp naar het Westen tot voorbij Baarland en sdvaarts zo dicht mogelijk bij ■Jflekenskerke. »e Schotse bataljons heibben tot aak de Duitse hoofdmacht op Zuid-Beveland te versnipperen om te voorkomen, dat de Duitsers uit het centrum van het eiland versterkingen zenden naar de be ruchte Kreekerak-dam, waar de Canadezen in een strijd opleven en dood zijn gewikkeld. Tevens zullen de Schotten hebben te be letten, dat de moffen reserves sturen naar het Westen, naar de strategisch zo buitengewoon be langrijke Sloedam. Het is voorwaar geen lichte en minder nog een benijdenswaardi ge opdracht, waarmee de leger leiding de Schotse jongens heeft belast. Er zitten naar schatting nog een goeie twintig duizend vijandelijke soldaten op Zuid-Be veland en Walcheren, maar dit vermag de drie bataljons Schotse Hooglanders, die aan de voor avond staan van 'n uiterst hache lijke onderneming, geen schrik aan te jagen. Het zijn allen er varen frontsoldaten, die letter lijk voor niets uit de weg gaan. 1 Zelfs de Amerikanen, die óók voor geen klein geruchtje ver vaard zijn, hebben de grootste waardering voor deze flinke Schotse kerels en rekenen hen tot de Ibeste soldaten van het ge allieerde leger. Toch is er van bravour of roekeloosheid geen sprake. Alles is tot in de klein ste bijzonderheden berekend en voorbereid. Van Ossenisse tot Terneuzen staan meer dan 150 stukken zwaar geschut opgesteld, die de hele frontbreedte aan de over kant met gemak bestrijken. Onder de'kking van deze artille rie gaan wij 's nachts ongeveer kwart over twee te water. De overtocht begint. Het is een stikdonkere nacht. Elk vaartuig heeft achterop twee rode lichtjes, die aanvarin gen moeten voorkomen. Hoe diep de Schotten van de ernst der expeditie doordrongen zijn, moge blijken uit het feit, dat 's avonds een bidstond is gehou den en 's nachts even vóór het vertrek nog een kort gebed wordt uitgesproken. Alles geschiedt verder met de regelmaat van een klok. Het gaat er nu op los en het zal waarachtig geen kinderspel wor den. Onze motor sputtert gewel- dig. Eer wij in het water zijn, zegt Willem: „Er komt niets van, Karei," maar hij heeft het bij het verkeerde eind, want eenmaal te water, blijkt ons vaartuig al gauw tot de snelste te behoren. Nu begint de geallieerde artil lerie van vier of vijf kanten af en toe een granaat naar de over kant te werpen, doch nauwelijks zijn we een kilometer de Schelde op, of de hel Ibreekt los. Ononder broken huilen de granaten boven onze hoofden en geven de Duit sers op Zuid-Beveland een voor proefje van wat hun te wachten Het angstaanjagend geloei van de granatenregen neemt toe, naarmate wij de overkant nade ren. Een hels bombardement is het, dat veeleer om de vijand af breuk te doen bedoeld is om zijn aandacht af te leiden, opdat wij zo spoedig mogelijk en met een minimum aan verliezen kunnen landen. Wij naderen onder de veilige dekking van dit genadeloze artil lerievuur de Bevelandse wal. Overal om ons heen zien wij even boven het water de rode achterlichtjes van de landings vaartuigen. In gewone omstan digheden zou dat een toverachtig gezicht geweest zijn, maar nu... Tot hiertoe is alles vlot en vol komen naar wens verlopen, maar plotseling wordt ons op ondub belzinnige en tegelijk treurige wijze duidelijk gemaakt, dat de gevaren ons ook van achter be dreigen. Verscheidene granaten zijn reeds in de nabijheid van de boten in het water terecht ge komen en één projectiel komt dan ongelukkig genoeg' midden in een landingsvaartuig tot ont ploffing. Het vliegt ogenblikke lijk in brand en slechts één der Inzittenden kan gered worden De radio heeft direct contact met de artillerie en zorgt ervoor dat het vuur wordt verlegd. Daar doemt de hoge zeedijk voor ons op. Het is een indrukwekkend schouwspel deze grote vaartui gen uit het water, te zien rijden, op hun „rupsen" tegen de steile dijk te zien kruipen om er aan de andere kant met hetzelfde ge mak weer af te glijden. Ook onze lboot houdt zich schit terend. Steil duikt zij aan de landzijde naar omlaag. Niemand zegt een woord. Ge spannen wacht ieder het ogen blik van uitstappen af. Het wordt menens, dat weten we allen, en een terug is er niet Achter'ons beginnen Duitse gra naten in te slaan. Te laat De landing is geschied, tot grote ontsteltenis vermoedelijk van de vijand, die deze actie altijd voor onmogelijk had gehouden. Wel waren de Duitsers door middel van enige lichtkogels reeds op de hoogte van wat er aan de hand was, maar het zware artillerievuur uit Zeeuws-Vlaan- deren had hen zozeer van de wijs gebracht, dat ze niet konden na gaan waar ze het hevigst zouden worden aangepakt. Als ze de si tuatie eenmaal door hebben, is het te laat om de landing te be letten Zware verliezen hebben we in deze eerste phase van de strijd reeds geleden. Dertig doden en verscheidene 'gewonden. Behalve de boot, die door een van onze eigen granaten is getroffen blijkt er ook nog een vaartuig door D"its granaatvuur vernietigd te zijn. Hoewel de vijandelijke projec tielen steeds dichterbij komen te vallen, halen we eerst de boten leeg, want die moeten meteen terug naar Terneuzen om muni tie, materiëel en versterkingen aan te voeren. Wij houden hier voorlopig een bruggenhoofd bezet De eerste Duitser die ik zie, is zwaar gewond. Hij is door een van onze jongens neergeschoten bii een poging om te ontkomen. Tijdens onze landingsoperatie is hij alleen op zijn post gebleven om zijn kameraden te waarschu wen. Hij heeft ook de lichtsig nalen gegeven. Ondanks mijn haat tegen de Duitse tyran kan ik voor deze jonden haast respect hebben. Hij moge dan een vijand zijn, moed kan ik in elk mens bewonderen. De opmars. Bij "de opmars lopen Willem en ik vlak achter elkaar. Als het maar even mogelijk is, zullen we de hele operatie in mekaars na bijheid trachten te blijven. Hoe graag hadden we Plazier en Th. de Ridder ook bij ons ge had, maar die zijn beiden inge deeld bij het vijfde bataljon. Zij rukken op in de richting Hoede- kenskerke, waar het er niet min der warm naar toegaat. De Duitse granaten fluiten om ons heen. Meer dan één slaat bedenkelijk dicht bij ons in de dijk en de klei vliegt ons bij wijlen om de oren. „Weinig fatsoen hebben die Duitsers", zeg ik tegen Willem, „om ons zo op vaderlandse bo dem te ontvangen". Willem kijkt mij verwonderd aan en scheldt mij vriendschap pelijk uit voor een onverbeterlijke fantast. „Misschien heb je wel gelijk," houd ik vol, „maar toch geloof ik, dat we die knapen hoognodig eens wat manieren moeten gaan leren". Onze eerste stelling betrekken wij in een boomgaard vlak onder de zeedijk. Elk graaft zijn eigen „éénmans-put" en ik krijg een plaats aangewezen achter een pereboom. Met spruitkool, andij vie, rode kool en prei camoufleer ik mijn positie zodanig, dat ik het gehele terrein vóór mij vol komen kan overzien (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1951 | | pagina 5