Japan twistpunt voor het westen Amerika wenst herbewapening Engeland is er tegen Levenslang geëist wegens moord. Koks en schrijvers op Korea in de stellingen Dc geallieerde troepen in West-Duitsland Karninaal Mindszentys „bekentenissen" ONEERLIJKE JONGENS Zoontje aan gezag van moeder onttrokken Vergelijking met Duitsland gaat niet op De ongeregeldheden te Singapore Een schaduw van onze beschaving? HOE DE AANVAL OP HET NEDERL. BATALJON GESCHIEDDE DE ZWARTE VLEK TWEEDE BLAD Zaterdag 3 Maart 1951 7e Jaargang No. 1669 Mr. Foster Dulles, die voor president Truman diplomatieke missies van bijzondere importantie onderneemt, is in Tokio geweest en heeft daar met Japanse politici onder leiding van de altijd glim lachende premier Josjida onderhandeld. De resul taten van deze besprekingen, neergelegd in een com muniqué, komen neer op een accoord over een te sluiten vredesverdrag, dat aan Japan alle souvereine rechten met inbegrip van de herbewapening zal her geven en over een militair bondgenootschap, dat Amerika in staat zal stellen militaire bases in Japan te onderhouden, zolang het zulks nodig oordeelt. De Japanse regering heeft daarmee „gretig inge stemd". Toespraak van pres. Soekarno te Sodkaboemi Aflevering veevoeder voorlopig gehalveerd TjamI van zennwen? DE VRIJE ZEEUW Na zijn onderhandelingen in Tokio succesvol te hebben afge sloten, is Mr Foster Dulles door gereisd naar de Philippijnen en vandaar zal hij zich nog naar Australië en Nieuw-Zeeland be geven. Naar hetgeen de Ameri kaan daar te horen zal krijgen, kan men slechts raden, maar wel kan men als .zeker aannemen, dat hij er geen „gretige instem ming" zal vinden. De Philippino's zijn de verschrikking van de Ja panse bezetting nog lang niet ver geten en de Australiërs realiseren zich nog iedere dag, dat zij slechts op een haar na aan deze gruwel ontsnapten. Het is met de Amerikaanse plannen voor Japan vreemd ge lopen. Oorspronkelijk was gene raal MacArthur, die er niet slecht de militaire maar in hoogste instantie ook de civiele macht uitoefent, er vast van over tuigd, dat Japan voor minstens twee generaties ontwapend zou moeten blijven, wilde men zijn bevolking van het extreme natio nalisme en militarisme, waartoe het door zijn leiders was opge voed, genezen. Daarom werd ook de permanente ontwapening in de nieuwe Japanse grondwet ver ankerd. De koude oorlog heeft de Amerikanen echter tot andere inzichten gebracht. Toen duide lijk werd, dat men met de Russen niet tot overeenstemming zou kunnen komen over een vredes verdrag voor Japan (de Russen wilden van een vredesconferen tie een onderonsje van Amerika, Engeland, de Sowjet-Unie en Chi na maken, met een vetorecht voor heel wat meer dan de Russen tot het bijzonder de Australiërs, die elk der deelnemers, waartegen in Japans nederlaag hadden bijge dragen, protesteerden), besloot Washington de zaak in eigen hand te nemen, terwijl tegelijk aan die zijde de wens tot een her bewapening van Japan groeide. De Amerikanen zijn van oordeel, dat slechts de Japanners ter plaatse een tegenwicht kunnen vormen tegen de agressieve com munistische krachten op het vas teland van Azië. De toestand in het Verre Oosten vraagt om sta biliteit; stabiliteit vraagt om evenwicht der krachten en even wicht der krachten vraagt om Japans herbewapening. Bijna nog harder dan op de herbewapen.ng van Duitsland dringt Amerika daarom op de re- militarisatie van Japan aan Evenals in het Duitse geval wijst Washington daarbij op het ge vaar van een militair luchtledig. Toch zijn beide problemen niet gelijk. In West-Europa zullen de Duitse troepen worden opgeno men in een Atlantisch leger en de Duitse contingenten zullen In verband met de sterk geste- mi besprak president Soekarno de nationale strijd, waarbij hi o.a. zeide: „Wat wij tot nu toe bereikt hebben, moet worden ge bruikt als kapitaal ter voortzet ting van de strijd". „Ik heb u al tijd voorgehouden, dat Indonesië een strijdende natie moet zijn. Noch onze politieke idealen zijn bereikt (Irian), noch onze sociale rechtvaardigheid." Deze laatste, aldus Soekarno verder, kan al leen worden bereikt door geza menlijke inspanning. Thans komt de arbeidsproductiviteit 40 van de voor-oorlogse niet te boven. Hij eindigde met het aanhalen van een Japans gezeg de: „kinro hoshi" (gezamenlijke arbeid) zeggend: „waarom zou den wij dit voorbeeld niet volgen, zelfs al is het Japans?" daarin nog vele jaren een min derheid blijven. Dit schakelt de gevaren, verbonden aan een Duitse herbewapening, wel niet geheel uit, maar het vermindert deze toch aanzienlijk. In het Verre Oosten echter be schikt het Westen niet over krachten, om een herbewapend Japan in toom te houden. Men kan Japan wrel zijn strijdmacht hergeven om een evenwicht tegen het opdringende Aziatische communisme te scheppen, maar men kan nimmer garanderen, dat deze ook inderdaad tegen het communisme zal worden ge bruikt. Integendeel, men mag niet aannemen, dat dit chauvinis tische volk van 80 millioen, dat rich ieder jaar met nog een mil lioen uitbreidt, door vijf jaren Amerikaanse bezetting zozeei van het militairisme is genezen dat het zijn wapens slechts vooi jen zaak des vredes zou inzetten. Veeleer moet men vrezen, dat dr Japanners een nieuwe strijd macht zullen gebruiken voor zui ver Japanse belangen en mer kan zich voorstellen, dat zij daar toe op een gegeven ogenblik ook gemene zaak met de Sowjeti zouden willen maken. Dit maakt een remilitairïsatie van Japan heel wat riskanter dar die van West-Duitsland en men kan er zeker van zijn, dat landen als Australië en Nieuw-Zeeland er zich met hand en tand tegen zullen verzetten. En achter ziel: zullen zij ook Engeland vinden Er dreigt daarom opnieuw een ernstig meningsverschil tussen Washington en Londen over een van de belangrijkste zaken der internationale politiek. De heer W. L. Blythe, de „co lonial secretary", zette voor de commissie van onderzoek naar de ongeiegeldheden te Singapore uiteen, dat groepen Mohammeda nen in taxis door Singapore had den gereden op de eerste avond van de onlusten, die waren ont staan naar aanleiding van het pro ces Bertha Hertogh en dat zij de menigte aanspoorden tot geweld, dadigheden tegen Europeanen en Indo-Europeanen. Deze lieden, verklaarde hij, had. den een zodanige invloed, dat de menigte aan hun aansporingen ge hoor gaf. Zij werden overal gegroet er sommigen hunner deelden voedse" uit. Volgens de heer Blythe war het doel van het „actie-comité Na dra" niet alleen 't meisje Hertogh uit het katholieke klooster te krij gen, doch tevens de Moslimse ge meenschap te stijven in haar voor nemen zich niet neer te leggen bi' een uitspraak van het opperste geiechtlshof, als deze uitspraak in een bepaalde richting zou uit\al len. De le luitenant W. Dussel schrijft d.d. 14 Februari '51 uit Korea: Voor de derde keer ben ik de weg van Wonju naar Chung ju langs gekomen. Voor de derde keer in iets meer dan een maand tijd. Er was weinig verschil tus sen toen en nu. De vernielingen waren nog wat groter, er waren nog minder burgers en nog meer puinhopen. Ik was alleen dit keer, want ik heb de troep niet kunnen berei ken, toen ik van een opdracht in Tokio op het vliegveld bij Wonju landde. De nacht heb ik op het vliegveld gezeten. Het artillerie- gedreun was niet van de lucht en k kon slechts hopen, dat het mocht oaten voor de troepen voor. Maar ge weet het: het heeft maar weinig gebaat. De aanval lers zijn gekomen ondanks tanks, ondanks artillerie, ondanks de moordende bombardementen, die de gehele dag hebben geduurd. Het is onbegrijpelijk, waar de vij and vandaan is gekomen, maar zij s gekomen. Met de handen om hoog kwamen de mannen in het wit en in het groen in het avond lijk duister op onze stellingen af. r>~i." „ipnpr, ze „rok troops, all ok" (Republic of Korea, Schr.). En ze kwamen de eersten, omdat ïog geen vijand verwacht werd, tot op enkele meters afstand al vorens hun aanval te beginnen. Zjj smeten met handgranaten, de ach ter hen komende begonnen te vuren met handwapens, mortieren kwamen in actie. En zo begon het gevecht. Er was 's morgens al een aanval geweest van een kleine groep vij andelijke troepen, maar blijkbaar is dit een voorpost geweest van de De correspondent van de „New York Times" te Bonn, Drew Mid dleton, schrijft dat de Noord-At lantische mogendheden naar ver wachting tegen het einde van de zomer, „wanneer de omstandig heden het gunstigst zijn voor een Russische aanval op West-Euro pa", dertien volledige divisies en zes brigades in Duitsland zullen hebben, „namelijk zes Ameri kaanse, vier Britse en drie Fran se divisies en twee Belgische, een Noorse, een Deense, een Ca nadese en een Nederlandse bri gade." (De brigades van België, Noorwegen en Denemarken be vinden zich reeds in Duitsland, hoewel niet op volle sterkte). Middleton zegt dat deze strijd macht geen West-Duitse troepen zou bevatten. Onder aanhaling van een „gezaghebbende Duitse bron" verklaart hij, dat het twij felachtig is, „dat vóór de zomer van 1952 geoefende en uitgeruste Duitse eenheden in het veld kun nen worden gebracht, ook al zou den de Bondsdag en de geallieer de mogendheden dit voorjaar de herbewapening ten volle steu nen". „Omdat men in Westelijke kringen gelooft dat de Russen de oogmerken van de Westelijke militaire politiek zeer goed in zien, houdt men zozeer rekening met de mogelijkheid van een Rus sische aanval in 1951. Men ge looft dat, als de Russische poli tieke strategie geen vertraging der militaire voorbereidingen van het Westen kan bewerken door middel van een viermogend- hedenconferentie of door enkele aanzienlijke concessies in West- Europa, de militaire extremisten in de Sowjet-Unie Rusland tot een aanval zullen dwingen onder aanvoering dat dit het laatste jaar is dat de Sowjet-Russische legers een goedkope overwinning in West-Europa kunnen verwach ten", aldus de correspondent. Als oogmerk van de westelijke militaire politiek geeft Middle ton aan het scheppen van om standigheden, die een aanval op West-Europa op zijn minst „on voordelig" voor de Sowjet-Unie maken. In verband metde sterk geste gen prijzen van geïmporteerde veevoeders heeft de regering be sloten op de voedertoewijzingen voor de veehouderij voor de maand Maart 1951 voorlopig slechts 50 pet. van de hoeveel heid voeder beschikbaar te stel len. Het ligt in de bedoeling d>. veevoedernormen voor dit jaar tp verlagen. Verwacht -mag wor den, dat binnenkort een defini tieve regeling tot stand komt, zo deelt het Ministerie van Land bouw, Visserij en Voedselvoorzie ning mede. hoofdmacht, die des avonds om ongeveer half negen de giOle aan val begon, waaroy wecleiom ge bruik werd gemaakt van de reed. bekende hoornsignalen, die een ieder met een soort panische angs. moeten vervullen. VVat er van dn sinistere geschal uitgaat, niemanc. kan het zeggen, maar zeker is, dai het geluid van deze hoorntjes een spanning teweeg brengt, die niei te beschrijven is. Tot ongeveer elf uur in de avond van Maandag de 12de Februar hebben de gevechten geduurd, waarbij de enunente commandant, overste Den Ouden met enkelt leden van het detachement sneu velden. Onze mannen hebben gevochten als leeuwen, zij hielden wat zi„ konden, maar zij moesten tenslot- ten wijken voor de overweldigende meerderheid van Chinezen en N.- Koreanen, die van alle kanten binnen de stellingen slopen. Nimmer hebben wij zoiets mee gemaakt; nimmer hebben wij de veelal fantastische verhalen willen geloven, die anderen ons wel eens ophingen. Nimmer ook waagde een vijandelijke eenheid het om ons detachement aan te vallen, omdat zjj de naam had een der beste te zijn. Ook deze avond had zij weer dc eervolle, maar moeilijke opdracht: de dekking van de terugtocht van twee Amerikaanse bataljons. Een bataljon was reeds gepasseerd, het wachten was op het tweede. Maar het tweede kwam niet. De Neder landers wachtten en wachtten. De wagens waren gepakt en gezakt. Men zou zó kunnen vertrekken, maar de opdracht diende uitge voerd te worden. En zo kon de overval plaats hebben, de overval, voornamelijk op het hart van het detachement, de stafcompagnie, gericht. Schier onmogelijk lijkt de taak van onze nieuwe commandant, majoor W. D. B. Eekhout, om dit bataljon, dat reeds beneden de sterkte uit Nederland vertrok en dat nu zulke gevoelige klappen heeft gekregen, te leiden. Reeds weken lang zijn onze man nen in de weer, waarvan vooral de laatste dagen bijna het onmoge lijke van hen werd geëist. Geslagen is het bataljon, maar niet verslagen, want een der groot ste deugden van ons volk komt hier weer tot zijn recht: de vaste wil, het hechte geloof, de saam horigheid en het vertrouwen in en op elkaar om te blijven doorzetten, ook al lijkt het onmogelijk. Dit doet denken aan de donkerste dagen van onze vaderlandse ge schiedenis, waarin wij nimmer ver saagden. Nederland, de allerbesten van uw zonen vechten hier tegen wat ook bij u vandaag of morgen vooi de deur kan staan. Zij vallen hier ver van huis en in een vreemd land, dat lijdt als wellicht geen ander land, in een oorlog heeft ge leden. Hier geven de besten onzer bes sten hun leven, opdat de wereld wakker worde. Geve God, dat het niet tevergeefs zij. In de nacht van 20 op 21 Febr. van het vorige jaar heeft de 28- jarige tuindersknecht J. W. van der Ark in de slaapkamer van zijn woning te Loosduinen zijn vrouw door bijlslagen en dolk steken van het leven beroofd. De Haagse rechtbank veroordeelde hem wegens deze moord tot 18 jaar gevangenisstraf. De officier van Justitie, die levenslange ge vangenisstraf had geëist, vond de ipgelegde straf echter te licht en :ekende appèl aan. Dit beroep diende Vrijdagmorgen voor het Haagse Gerechtshof. Het echtpaar Van der A. be woonde enkele kamers in de wo- ning van de ouders van de vrouw. Van der A. kon niet overweg met zijn schoonouders. Wanneer er conflicten waren, koos zijn vrouw steeds de zijde van haar ouders. Bij een van deze ruzies werd Van der A. met een gat in zijn hoofd het huis uitgegooid. Dit gebeurde nog een tweede keer. Voor het Hof verklaarde Van der A„ dat hij op de avond van de twintigste Februari naar het huis van zijn vrouw was gegaan om alles weer goed te maken. Om zijn schoonouders te vermij den drong hij gewapend met een bijl via de achterdeur de woning binnen. De bijl had hij bij zich, zo zei hij, om zich bij een even tuele ontmoeting met zijn schoon ouders te kunnen verdedigen. Zijn vrouw liet hem de slaap kamer binnenkomen. Van elf uur tot de volgende morgen kwart voor vijf bespraken man en vrouw de moeilijkheden rond hun huwelijk. Toen om kwart voor vijf ergens in het huis een wekker begon te ratelen zei de vrouw dat hij maar moest ver dwijnen. Een verzoening was toen niet bereikt. „Wat moet er dan met onze kleine meid gebeu ren?" vroeg Van der A. -Die zal eerder dan je denkt een andere vader hebben", ant woordde zijn vrouw. Woedend greep Van der A. daarop de bijl, die hij voor het bed had neerge legd en sloeg op zijn vrouw in. Ook bracht hij haar steken toe met een dolkmes, dat hij bij zich droeg. „Ik kan me indenken, dat u driftig werd door het antwoord van uw vrouw", zo zei de presi dent, „maar ik kan me niet ver plaatsen in de afschuwelijke wij ze waarop u haar hebt afge slacht". De advocaat-fiscaal was van oordeel, dat het slechte huwe lijksleven geen excuus vormt voor de moord. De advocaat-fis caal meende dat voor deze moord slechts de zwaarste straf de juis te vergelding kan zijn en hij eiste levenslange gevangenisstraf. De uitspraak zal op 16 Maart geschieden. Mijobardl'i Zen u wtabletier helpen U er overheen. Uiteindelijk moest men terug trekken, met achterlating van vrij wel alles. En weer ging men de weg terug, de weg, die men een maand geleden óók is gegaan: van Hoengsong naar Wonju. Dodelijk vermoeid kwamen de eerste man nen des nachts om ongeveer drie uur aan bij net vliegveld Wonju. De gehele nacht door is het blijven stromen en tegen de morgen was een groot gedeelte van het deta chement weer bijeen. Maar er kon niet gerust worden. De orders luidden: „Wonju moet behouden olijven". En zo zijn onze vrijwilligers, waaivan velen niets meer bezitten dan min wapen en wat ze aan heb- oen, weer in de stellingen gegaan, ter veidediging van Wonju en omgeving, ren sleutelstelling op de weg naar iet Zuiden een kans om via deze weg de troepen bij Seoul af te sluiten. Ook koks en schrijvers zitten thans in de s elhngen. Het keu kenmateriaal afgevi erd, men leeft weer van ations, o j uit de lucht worden ai 'evoerd. Dat Kardinaal Mindszenty tij-1 voorts dat, toen de documenten dens zijn verhoor in 1949 „toe- voor de gerechtelijke vervolging kend" heeft als gevolg van het aan het krntoor van de Procu- inspuiten van een speciaal verdo- reur-Generaal voor commentaar vingsmiddel werd bevestigd door twee Hongaarse ambtenaren van de justitie, die kortgeleden naar West-Oostenrijk ontvluchtten, tij dens een interview met een cor respondent van de Daily Tele graph te Salzburg. De ambtena ren bezochten de Kardinaal op een officiële inspectieronde kort vóór hun vlucht uit Hongarije, en de bijzonderheden over hetgeen zij achter de schermen zagen ge beuren werden Donderdag in Londen door de Daily Telegraph gepubliceerd. De ambtenaren konden geen nadere inlichtingen geven over de samenstelling van t verdovingsmiddel, maar wiste- te vertellen, dat het bekend stond onder de letters „C. K." De Kar dinaal kreeg de eerste inspuiting op de achtste dag van zijn ver hoor, nadat hij ondanks pijnigin gen steeds had geweigerd te be kennen. Na de eerste injecties begon de Kardinaal „bekentenis sen" af te leggen en gedurende de 24 dagen van de ondervraging kreeg hij met tussenpozen nog meer injecties. Gedurende de laatste 20 dagen van het verhoor was het enige voedsel, dat de Kardinaal kreeg, één kop melk en één broodje met boter per dag. De ambtenaren verklaarden waren doorgegeven, door deze in stantie geweigerd werd advies te geven en gewezen werd op het feit, dat de wijze waarop de Kar dinaal werd behandeld onwettig was. Daarna en gedurende het gehele verhoor bleef de zaak uit sluitend in handen van de poli tieke politie. De kinderpolitie te Amsterdam heeft op het ogenblik een lv.ja- rige fietsjongen in bewaring, die een paar dagen geleden voor zijn patroon een bedrag van 21& moest innen en met dit bedrag en een transportfiets was verdwenen. De jongeman had de fiets in 'n stalling gezet en was met het geld oip stap gegaan. Aan het slot van zijn uitstapje had hy nog 4,75 over. Heti vorig jaar heeft hij zich aan precies het_ zelfde feit schuldig gemaakt, waar voor (hij toen een voorwaaidelijke veroordeling heeft gekregen. Hij zal hans voor de officier van Justitie worden geleid. Bovendien heeft de kinderpo_ litie een jongen van 't opleidings schip Pollux in bewaring, die en kele dagen geleden van het schip is weggelopen en het kantoor van een vroegere patroon is binnenge- diongen. Hij was van de situatie aldaar zeer goed op de hoogte en heeft met name kans gezien het alarmsysteem uit te schakelen. Daarna drong hij het kantoor binnen en maakte daar een bedrag van 130 buit. Hiervan heeft hij goede sier gemaakt voor hij werd gearresteerd. Hij weigerde perti nent naar zijn ouders terug tie gaan en wilde ook niet meer aan boord van de Pollux, hoewel de commandant te kennen had gege ven het nog eens met hem te wil len proberen. Later bleek," dat'hij bij de politie wilde blijven om nog een tweede misdrijf te kunnen bekennen. Hij bleek in de tijd, dat hij op stap was geweest een étalageruit toe hebben ingegooid en een lucht drukpistool te hebben gestolen. Voor beide feiten is hij voor de officier van Justitie geleid. Amerikaanse vliegtuigen zullen worden uitgerust met ean radiografisch te besturen reddings boot die geleid kan worden naar een plek waar zich overlevenden van een ramp ophouden, nadat zij per parachute is neergelaten, en dan ook verder van het vliegtuig uit bestuurd kan worden. Voor het Amsterdamse ge rechtshof heeft gisterenmiddag n hoger beroep terecht gestaan de 37-jarige koopman R. A. Tol uit Velsen, die in eerste instantie door de rechtbank in Haarlem veroordeeld was tot 14 dagen hechtenis omdat hij zijn vijfjarig zoontje, dat door de justitie, han gende een echtscheidingsproce dure, aan de zorgen van de moe der was toevertrouwd, „aan het wettig gezag had onttrokken". Ter zitting vertelde de verdach te, dat hij thans in een woning verblijf houdt, die nauwelijks 100 Roman door NIEK VAN DER ZWAAN. 14) Nadruk verboden. „Och wat,' bromde De Rooij, vertederd door de liefkozingen van zijn jongste, zijn oogappel. ,Nu hebben jullie gezien, dat Wijnandse een heel eenvoudig mens is. Ik had dat boord niet eens behoeven om te doen. Als ik jullie zin gedaan had, zat ik nu ook nog in m'n zwarte pak." „En die arme paps gevoelt zich maar het lekkerst in zijn Man chester broek en z'n boezeroen, nietwaar?" „Zo is het," antwoordde het slachtoffer. „Ja, maar nu weet ik nog niet, wat jullie er van denken .neende mevrouw. Gonnie, die klaar was met het lange golvende haar, verklaarde, dat zij het uitstekend vond. „Waar wou U hem stoppen, mams?" vroeg Jo. Haar moeder keek het meisje verbaasd aan. „Stoppen?" her haalde ze. „Wat bedoel je?" „Nu ja," verduidelijkte ze la chend, „ik bedoel: welke kamer u hem wilt geven.' „De kamer van Daan. Hij kan dan wel op de zolder in het klei ne achterkamertje gaan slapen, niet jongen?" „Al was het in de schuur bij de geit," antwoordde deze droog. Vader De Rooy geeuwde. „En nu naar bed,commandeerde hij. „Vooruit, naar boven. Ik vind het welletjes voor vandaag." Enige minuten later was het rustig in huis. Alleen de beide zusters, op hun kamer, spraken nog wat na over de gast. „Dat zou nu net een man voor mij zijn,verklaarde Jo, met haar handen or.a3r het 1 oofd gekruist naar de zclder stare.id. „Och blaag,'" spotte de oudste, „hoe weet jij nu, o* Wijnandse een man voor jou is? Je kent hem alleen nog maar van van avond." „Liefde op het eerste gezi.ht antwoordde de ander droog. Gonnie draaide zich even naar haar zusje toe en haalde toen verachtelijk haar neus op. „Daar aan geloof ik niet. Overigens, wat weet jij van liefde?" „Nou, word jij dan maar een oude vrijster,' antwoordde het meisje heftig. „Ik wil best weten, dat ik graag een aardige man wil trouwen, hoor!" Maar daar zij geen antwoord meer kreeg, knipte ze het lampje op haar nachtkastje uit. Ze dacht echter nog lange tijd aan de knappe Wijnandse en 's nachts droomde ze, dat ze zijn eerste boek van hem cadeau kreeg met een eigenhandig door hem ge schreven opdracht -er in. IV. Z-'erdagsmiddags, toen het pers, ieel uitbetaald was en Wij nandse nog een sigaret zat te ro ken, zei hij zo terloops tot zijn secretaresse: „Ik ga vanmiddag verhuizen, juffrouw Jacobs." Het meisje, dat bezig was met het opbergen van de boeken en papieren op haar bureau, keek hem een ogenblik verwonderd aan. „Verhuizen? Hoezo?" vroeg ze. „Gaat u weer uit Wiilemspoort vandaan?" t „Integendeel,' antwoordde hij lachend. „Ik word nu e' enlijk pas recht een plaatsgenoot v a*, u Ik ga namelijk in pension bij de familie De Rooy aan de Singel." „Aha," zei ze, „de bloemist. Aardige mensen en heel eenvou dig. Alleen de oudste dochter is een beetje over het paard getild Ze is namelijk onderwijzeres." „Dit laatste weet ik," betoogde hij, zich inwendig amuserend over de definitie. „Wat het eerste echter betreft, dat heb ik bij Gonnie nog niet gemerkt." „Kent u haar? vroeg de s cretaresse verrast. Hij knikte bevestigend. „Ik ben deze week een avondje bij de fa milie op visite geweest." „Nou, u burgert hier al gauw in," antwoordde ze. „Dat ben ik ook van plan," antwoordde hij eerlijk. „Ik ben tenminste niet van plan me te isoleren. Wat heb ik daaraan?" „Hoe vindt u Gonnie de Rooy?" vroeg het meisje, zijn laatste vraag negerend. Wijnandse dacht, dat hij een tikje jaloezie in haar stem hoor de. Eigenlijk moest je met secre taresse nergens anders over pra te- dan het werk. „Och,antwoordde hij ontwij kend, „ik heb haar in die paar uien ternauwernood gesproken, zodat ik lierover eignelijk niets kan zegg Maar ik vond het er •el pre'tig en ik zal het daar in :e cr 0 wal huiselijker hebben da in mijn stille hotelkamer." (Wordt vervolgd.) meter van het huls van zijn vrouw en kinderen verwijderd is. Hij erkende herhaalde malen zijn twee jonge kinderen, wanneer hij ze op straat aantrof, mee naar huis te hebben genomen. De vrouw had hierover een klacht bij de justitie ingediend. Zowel man als vrouw verklaar den voor het Hof, dat de man de kinderen steeds dezelfde dag naar huis terugstuurde. Het was voor gekomen, dat hij ze meenam naar een bloemencorso, een kermis of een St NicolaasfeesL „Wan- fteer ik mijn kinderen op straat zie", zo zeide verdachte, „en ze vliegen op mij af en springen bij me in de auto. moet ik ze dan weer de wagen uitzetten? Het zijn toch mijn kinderen? Dan zou ik geen goede vader zijn". Als getuige gehoord verklaar de zijn 35-jarige echtgenote, een gewezen mannequin, dat zij de gegeven de kinderen mee te nemen. Mr. J. Hoeffelman, procureur- generaal, betoogde, dat verdach te de wet in eigen hand wil nemen. Hij eiste zes weken met aftrek van achttien dagen pre ventieve hechtenis. De raadsman merkte op, dat de verdachte, die immers nog niet van zijn vrouw gescheiden is, tot dusverre nog niet uit de ouderlijke macht zou zijn ontzet of geschorst. De schuld in deze onverkwik kelijke affaire ligt deels ook bij de moeder, „misschien zelfs bij de wetgeving, die geen bezoek- reeht kent." Hij vroeg ontslag van rechtsvervolging, subs, cle mentie. Uitspraak 16 Maart a.s.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1951 | | pagina 5