Buitenlandse Zaken TERNEUZEN IN 1950 VAL DA Twintig jaar geëist wegens roofmoord Vragen aan de Minister TWEEDE KAMER Nieuwjaarsoverzicht van de Burgemeester Hulp^aan nationalistisch China? Bezoldiging Haagse weihouders Neem een doos echte VERKOUDHEID AGENDA Het verlaten Eiland „Concentreer u op Europa" De kwestie-Ulster Avondvergadering van Dinsdag. Qm acht uur werd de verga dering heropend. De heer Ruygers (Arb.) betoogt dat het beeld, dat Europa thans te zien geeft, weinig reden tot optimisme biedt. Gevraagd mag worden of de ouderen en dege nen. die op de verantwoordelijke posten zitten, het lot der jonge generatie als een brandende on- nust in zich mededragen. Z.i. mag men in West-Europa geen tijd verliezen met het oog op de bedreiging van het com munisme. Alle Russische voor stellen moeten met de nodige re serve worden bezien. West-Duitsland moet op voet van gelijkheid in de Europese defensie worden opgenomen. Voor de economische integra tie van Europa moeten offers gebracht worden. De heer Bruins Slot (A.R.) meent dat veiligheid niet kan verwezenlijkt worden, als we op ons zelf blijven staan. Wij zijn aangewezen op samenwerking. Het meedoen aan de actie der Ver. Naties op Korea was juist. Spr. juicht de benoeming van Eisenhower van harte toe. Defensie kost geld en dit moet norden onttrokken aan andere sectoren. Voor de vrijheid mogen we. de offers aan geld en moeite niet weigeren, die later in bloed geëist zouden kunnen worden. Bij de Europese verdediging be koort West-Duitsland te worden ingeschakeld evenals Spanje, ook al heeft men geen sympathie voor het regime daar te lande. De heer Roolvink (K.V.P.) vraagt naar het resultaat van de laatste zitting van de Assemblée ie Straatsburg; er bestaan daar over verschillende opvattingen. Gelegenheid tot contact moet warden bevorderd om het isole ment van het Duitse volk, waar in het gebracht is door het natio- naal-socialisme, op te heffen. Daartoe zou kunnen medewer ken het gemakkelijker en goed koper maken van het verkrijgen van visa. De confiscatie van aan Duitsers toebehorende landbouw gronden aan de grens acht spr. riet juist; hij betreurt het dat er gronden zijn verkocht. Spr. acht het in het belang van het herstel van Europa, als ook rekening wordt gehouden met de belangen van Bremen en Ham burg. De heer De Groot (Com.) keert zich tegen de Amerikaanse agres sie dp Korea. Er is nooit enig onderzoek naar de oorzaak van aet conflict op Korea ingesteld. Het Amerikaanse oorlogsavón- tuur is z.i. tot mislukking ge doemd. Spr. betoogt, dat er geen spra ke is vain democratisering van West-Duitsland. De Nederlandse regering is accoord gegaan met de z.g. Brusselse besluiten tot vorming van een nieuwe Duitse weermacht. Dat idee is zo mon sterachtig, dat men er zich geen voorstelling van kan vormen. Het is een belediging van het Neder landse volk, aldus de heer De Groot, die voorts waarschuwt voor het verwekken van een Ko- reaans avontuur in Europa. Spr. formuleert enige wensen, n:l." geen herbewapening van Duitsland; bevordering van een verenigd Duitslandterugtrek king van de Nederlandse strijd krachten uit Korea; bevordering van het opnemen der Volksrepu bliek China in de Ver .Naties; het bewerken van een ontspan ning der verhouding met Sowjet- Basland. Teneinde zich op de hoogte te stellen van de houding van de Sowjet-Unie jegens Nederland zou een delegatie van het parle ment een bezoek kunnen brengen aan de Sowjet-Unie of omge keerd. Spr. protesteert tegen de nou ding der regering ten aanzien van Spanje. De heer Oud (V.V.D.) wijdt een beschouwing aan de Belgi sche kanalenkwestie. Deze kwestie moet geen voor waarde voor de Unie zijn, maar nagegaan moet worden hoe na de totstandkoming van de Unie de kanaalkwestie geregeld zal worden. Het bezwaar van 25 jaar ge leden was, dat het Moerdijkka- laal geen vermeerdering van het verkeer zou brengen, maar een verplaatsing van het verkeer van de ene haven naar de andere. Spr. betoogt, dat men het ver- schil van de drie grote havens in het oog moet houden: Amster dam is een redershaven, Rotter dam een stuwadoorshaven en Antwerpen een cargadoorshaven. Amsterdam en Antwerpen heb- oen een veel groter deel van hun vóóroorlogse vervoer terug dan Rotterdam. Bovendien is de po otte der Duitse zeehavens vol komen gewijzigd, waardoor de positie van de onze nog moeilij ker is geworden. Naar sprekers oordeel is er 3ians eer minder dan meer reden kan 25 jaar geleden om toe te klemmen in de verbinding van het Moerdijkkanaal. Be heer Burger (Arb.) bespreekt ée kwestie-Spanje en merkt op, dat de regering eigener beweging wijziging heeft gebracht in de houding, die Nederland in de V. N, ten aanzien van Spanje had ingenomen en die tweemaal door het parlement is goedgekeurd. De argumenten der regering acht .tftr. zeer zwak. Waarom is deze xwestie niet in het parlement ge bracht? De Kamer heeft er bij allerlei gelegenheden op aangedrongen, dat de regering contact zal zoe ken bij beslissingen op het ge bied der buitenlandse politiek. De heer Burger dient de vol gende motie in; „Be Kamer, kennis genomen hebbende van de ter UNO-assem- blée in November 1950 gebleken gewijzigde Nederlandse houding inzake de diplomatieke vertegen woordiging in Spanje; van oordeel dat het aldus prijs geven van een tot tweemaal toe door het parlement bekrachtigd standpunt niet dan na overleg met het parlement had behoren te geschieden; spreekt zjjn teleurstelling om trent deze gang van zaken uit en gaat over tot de orde van de dag." De heer Zandt (S.G.) ontwik kelt bezwaren tegen de V. N., waar z.i. met de rechten van kleine naties geen rekening wordt gehouden. Spr. is van oordeel, dat ten aanzien van Ambon het handvest der V. N. is geschon den. Vergadering van Woensdag. Be Tweede Kamer heeft giste- I ren in behandeling genomen het wetsontwerp tot vaststelling van zekere waarborgen jegens be paalde groepen militairen en ge wezen militairen van het K. N. I. L., alsmede hun nagelaten be trekkingen. De heer De Graaf (K.V.P.) ves tigt er de aandacht op, dat de strekking van het ontwerp de waarborging betreft van sociale voorzieningen, die ter Ronde Ta felconferentie zijn overeengeko men. Dat de sociale voorzienin gen redelijk zijn, kan niet uit het ontwerp worden opgemaakt. Spr. doelt op de wachtgelden voor militairen van de laagste rang. Men zal verschil moeten maken tussen sociale zorg en wachtgeld van de trouwgebleven militair. Spr. is er dankbaar voor, dat in belangrijke mate is tegemoetge komen aan de bezwaren van de Kamer. De heer Meyerink (A.R.) merkt op, dat slechts een deel der na righeid wordt ondervangen, om dat de regeling alleen de Neder landers geldt, terwijl er 25.000 Indonesiërs bij betrokken zijn. Spr. meent, dat de regering ook verantwoordelijkheid heeft jegens de dienstplichtigen. Hij is verheugd, dat het met de wedu wen- en wezenpensioenen in orde zal komen, gezien de toezeggin gen die gedaan zijn. De heer Stufkens (Arb.) vraagt de eis van vestiging hier te lan de te laten vallen. Hij sluit zich aan bij een amendement-De Graaf, beogende een andere omschrijving_ van de categorie „gewezen militairen" en verklaart dankbaar te zijn voor de aangebrachte verbete ringen, waardoor tegemoet is ge komen aan verlangens der Ka mer. De heer Van de Wetering (C.H.) ontwikkelt enige bezwaren. Hij vraagt de betrokkenen na vast stelling der garantiewet nog ge legenheid te geven af te vloeien, resp. over te gaan naar de K. L. Spr. acht het onjuist de wet te beperken tot de na-oorlogse ge- pensionneerden. Volgens art. 8 kunnen in bijzondere gevallen garanties worden vastgesteld je gens niet-Nederlanders. In dit verband vraagt hij wat gedaan wordt voor de Ambonnezen. Hij kondigt een amendement aan om uit art. 8 de woorden ,,in bijzon dere gevallen" te doen verval len. Voorts wil hij er ook „groe pen niet-Nederlanders" in be- trekken De heer Vonk (V.V.D.) uit zijn waardering voor het indienen van het ontwerp. Hij dringt aan op ruimere interpretatie van eni ge bepalingen. De garantie is voor de Ambonnezen hard nodig en daartoe moeten zij zich op de wet kunnen beroepen. De minister zonder portefeuil le. de heer Götzen. is erkentelijk voor de instemming, welke men te kennen heeft gegeven. Alle bijzondere gevallen zullen de aandacht krijgen, welke zij behoeven. Of de sociale voorziening voor de afgevloeide militairen rede lijk zal zijn, moet blijken bij de algemene maatregel van bestuur, De redelijkheid zal betracht wor den. Het uitbreiden van de ga rantie tot de onderdanen van de staat Indonesië acht de minister ongewenst, ook met het oog op de consequenties, welke daaruit kunnen voortvloeien. De minister verklaart aan het slot van een uitvoerige uiteen zetting dat gestreefd wordt naar een zo bevredigend mogelijke oplossing. Bij de replieken dient de heer De Graaf (K.V.P.) de volgende motie in: „De Kamer, gehoord de beraadslagingen, overwegende dat de in het oorspronkelijk wetsvoorstel op genomen eis van vestiging in het Koninkrijk terecht bij wijziging is vervallen, van oordeel dat de motieven, welke tot deze wijziging hebben geleid, in gelijke mate gelden ten aanzien van het burgerlijk over heidspersoneel, dringt er bij de regering op aan een voorstel aanhangig te maken tot wijziging van de Ga rantiewet Burgerlijk Overheids personeel Indonesië, opdat de daarin gestelde eis van vestiging in het Koninkrijk eveneens komt te vervallen". Minister Götzen verklaart dat de motie, als ze wordt aangeno men, voor de regering aanlei ding zal zijn om de hele materie n ernstige overweging te nemen. De motie wordt z.h.s. aange nomen. De heer De Graaf (K.V.P.) licht een amendement toe, beogend een andere omschrijving te geven van de in de wet genoemde cate gorie „gewezen militairen". Het amendement wil onder gewezen militairen" verstaan: „Personen die tussen 9 Mei 1940 en 1 September 1945 uit de mili taire dienst bij het voormalige K. N. I. L. zijn ontslagen wegens bekomen letsel, dan wel in Maart 1942 in militaire dienst zijn getreden bij het voormalige K. N. I. L. en na Augustus 1945 in overheidsdienst aan de weder opbouw van Indonesië daadwer kelijk hebben medegewerkt". De minister neemt het amen dement over. In artikel 8 wordt bepaald, dat in bijzondere gevallen garanties van het rijk: kunnen worden vastgesteld jegens niet-Neder landers. De heer Van de Wetering (C.H.) verdedigt een amendement om de woorden „in bijzondere ge vallen" te doen vervallen en achter de woorden „jegens niet- Nederlanders" toe te voegen „en groepen van niet-Nederlanders". De minister ontraadt het amen dement. Het wordt verworpen met 38 tegen 27 stemmen (tegen K.V.P. en Arb.) Het wetsontwerp wordt z.h.s. goedgekeurd. Te vier uur wordt de vergade ring verdaagd. (Slot.) Reinigingsdienst. In de reeds lang bestaande be hoefte aan een tweede huisvuil- ophaalauto kon in de loop van Juli 1950 worden voorzien door de aan schaffing van een „Commer Car rier". Hierdoor werd het mogelijk de ophaaldienst beter dan voor heen uit te voeren, terwijl even eens Driewegen en, met ingang van 1 Januari 1951, ook Sluiskil bij het ophaalgebied konden worden betrokken. De moeilijkheden voor een goede stortplaats voor vuil werden in de loop van het jaar opgelost door het beschikbaar krijgen van de z.g. „Kraagput" nabij de Kraagbrug. Onvoorziene omstandigheden voor behouden is hier stortplaats voor 5—6 jaar. De bestrijding van sneeuw en gladheid eiste ook dit jaar weer de volle aandacht. In verband met .ie gestadige uitbreiding van de ge meente wordt dan ook reeds aan schaffing van een tweede zand- strooier overwogen. Begraafplaatsen. De Democratische Senator Mc- Carran heeft bij cte Amerikaanse Senaat een wetsontwerp inge diend, dat voorziet in het beschik baar stellen van een milliard dol lar voor het verlenen van militai re hulp aan de Chinese Nationalis ten, „teneinde hen in staat te stellen een tweede front in com munistisch China te scheppen". McCarran lichtte zijn ontwerp als volgt toe: „Een onmiddellijke offensieve actie is noodzakelijk om de zware druk op de Amlerikaanse troepen in Korea te verlichten- De Ver. Staten voeren oorlog in het Verre Oosten en het zou dwaasheid zijn geen gebruik te maken van de ge oefende Chinese Nationalistische troepen op Formosa en de anti communistische guerillastrjjders op het Chinese vasteland, die tus sen de 1 en 2 milltoen man sterk zijn". Niet slecht betaald. Aan de Gemeenteraad van Den Haag is voorgesteld Ged. Staten van Zuid-Holland in overweging te geven de jaarwedde van de wethouders, gerekend met ingang van 1 Januari 1951, vast te stel len op 10.500. De bezoldiging bedraagit thainis 8.500 per jaar. RAS T ILLES TEGEN De gronden voor aanleg van een nieuwe begraafplaats zijn inmid dels aangekocht en met het egali seren van het terrein en de aan planting zal zo spoedig mogelijk worden begonnen. Timmer- en metselbedrijf. De nodige verbeteringen in en aan het Politiebureau zijn zover voltooid, waardoor een meer gerie felijke werk- en wachtruimte werd verkregen. Eveneens werd de ver bouwing van het perceel Heren gracht 10 ten behoeve van de Cen trale Dienst uitgevoerd. Schildersbedrijf. Uitgevoerd werden o.a. de wo ning Veldstraat 5 en de voormalige school D te Sluiskil, de wacht kamer met toegangshek op de Nieuwe Algemene Begraafplaats, verniswerk aan schoolbanken ten behoeve van school B te Sluiskil, binnenschilderwerk in Politie bureau en het schilderwerk aan de verplaatsbare muziektent. Even eens werd een groot gedeelte schil der- en behangwerk uitgevoerd aan het kantoor van de Centrale Dienst. Uit het jaarverslag van de Ge meentepolitie valt het volgende te memoreren. Personeel. De organieke sterkte is bij Be sluit van de Minister van Binnen landse Zaken van 2 Januari 1950 als volgt vastgesteld: 1 Inspecteur 1 Adjudant, 2 Brigadiers, 5 Hoofd agenten, 9 Agenten en Adspiran- ten en 1 Administrateur, Deze sterkte is 4 man minder dan de daarvóór geldende, die 21 man plus 2 man boven de sterkte be droeg. Aangezien de werkelijke sterkte nimmer hoger was dan 22 man en in het kader van de in krimping in het verslagjaar 2 man werden gepensionneerd, moet het korps thans nog met 1 man worden ingekrompen. Mutaties en bevordering. De adjudant J. C. 3ol en de bri gadier A. M. Verpoorte werden per 1 April 1950 eervol ontslagen we gens pensionnering. De hoofdagent G. W. Verbiezen werd ingaande 1 Januari 1950 bevorderd tot briga dier. De brigadier J. Geertsema en de agent P. J. van der Goes werden ingaande 1 Juli 1950 bevorderd, resp. tot adjudant en hoofdagent. Opleiding Op 1 Januari 1950 was 1 agent nog niet in het bezit van het poli tie-diploma. Hij behaalde het dit jaar. Een gedeelte van de overige agenten kreeg een voortgezette op leiding. Zjj ontvingen ook les in Nederlandse taal. Tien agenten volgden een verplichte E.H.BO.- cursus onder leiding van dokter Van Breda Vriesman. Zij slaagden allen. Thans volgen wederom 11 agenten deze cursus. Vijftien man ontvangen auto-rijlessen. Kleding en uitrusting. De kleding en uitrusting van het personeel verkeert in prima staat en is in het verslagjaar geheel op peil gebracht. Tengevolge hiervan heeft het jongere personeel een aanmerkelijke kledingschuld. Met uitzondering van de administrateur heeft het personeel een eigen rij wiel, waarvoor rijwieltoelage wordt genoten. Straatdienst. De baldadigheid verminderde. Vooral de vernieling in plantsoenen en beplantingen was opvallend min der. Vele jeugdige delinquenten werden echter nog ernstig onder houden. Van schoolhoofden werd veel medewerking ondervonden oij de bestrijding der baldadigheid. Klachten over woonwagens kwa men practisch niet binnen. Het aantal in de gemeente verblijvende woonwagens is na de ingebruikne- gens in de gemeente aan en ver trokken er 55. Vreemdelingendienst. Op 31 December 1950 waren in geschreven 411 gevestigde vreem delingen (31 December 1949: 39S). Op de tijdelijk in de gemeente ver blijvende vreemdelingen wordt ge regeld controle uitgeoefend. In de hotels van Terneuzen logeerden in het verslagjaar waaronder ie verstaan het minstens éénma; I nachtverblijf genieten 998 vreemdelingen (in 1949: 784 en n 1948: 623). Het vrij grote aanlal vreemdelingen en de ligging der gemeente eist een intensief toe zicht en geeft veel administrati :f werk. Met de controle is de afrk- ling recherche belast. De hotels n logementen werden regelmatig ge controleerd, waarbij werd nag. - gaan of zich onder de gasten gesig- naleerden bevonden. Uit de hote.- registers bleek, dat in het verslag jaar 7035 personen, waarvan som migen voor langere tijd, in die in richtingen logeerden. Van de ter kennis van het korps gekomen misdrijven werd 90 tot klaarheid gebracht, een hoog per centage in verhouding tot het landsgemiddelde 65 Kinder- en zedenpolitie. De werkzaamheden op dit terrein worden in hoofdzaak verricht door de brigadier-rechercheur. Er was een goede samenwerking met de Ambtenaar Kinderwetten, de Voog dijraad en de Sociale Werksters. Tegen 34 kinderen beneden 18 jaar werd proces-verbaal opge maakt wegens misdrijf. Vergeleken bij andere jaren een hoog aantal. Wegens zedenmisdrijven werden 14 processen-verbaal opgemaakt. In negen gevallen waren hierbij kinderen betrokken. In totaal wa ren 22 kinderen het slachtoffer van een zedendelict. Op verzoek van de Justitie wer den al deze bijzonderheden betref fende minderjarigen ter kennis v.an de Voogdijraad gebracht. Controles werden gehouden ui dancings en bioscopen teneinde be zoek van kinderen beneden de ver eiste leeftijd tegen te gaan. V erkeerspolitie. Eén agent is speciaal aang wezen voor het onderzoeken van motorrijtuigen. Aan verkeersopvoeding is veel aandacht besteed. De verkeers- discipline is vrij goed te noemen. De politie gaf weer aan alle la gere scholen practisch verkeers- onderwijs. Op 19 Juni 1950 werden de Jeugdverkeersexamens gehou den, uitgaande van het Verbond van Verenigingen voor Veilig Ver keer. Het aantal deelnemers be droeg 223. Aan 194 werd het ver- keersdiploma uitgereikt, waarvan met lof 20. Er vonden 91 verkeersongeval len plaats, die ter kennis van de politie kwamen (in 1949: 66, in 1948: 31). Hiervan waren: met dodelijke afloop 1; met alleen lichamelijk letsel 8; met alleen materiële schade 62; met letsel aan personen en materiële schade 20. Eén verkeersongeval werd ver oorzaakt door gebruik van alcohol (in 1949 4, in 1948: 1). In vier gevallen werd proces-verbaal op gemaakt tegen personen die in staat van dronkenschap een motor rijtuig of rijwiel bestuurden Opgemaakte processen-verbaal. Het totaal aantal bedroeg in 1950: 999; in 1949: 858; in 1943: 686. Het aantal processen-verbaal wegens openbare dronkenschap, dat na 1946 sterk steeg, daalde tot verschil dat de economische mis drijven verminderden en b.v. fri zedenmisdrijven en de jeugdcrimi naliteit een stijging te zien gaven. Gelet op het karakter der ge meente kan de stand der crimina liteit niet ongunstig worden ge noemd. 30 van de opgehelderde mis drijven werd gepleegd door niet in de gemeente wonende personen. Het aantal arrestanten dat aan het politiebureau werd ingesloten bedroeg 107 (in 1949: 118, in 1918: 115). Gebouw en en materieel. Door het toestaan van een nieuw crediet voor de voltooiing van de restauratie en verbouw van het politiebureau, die inmiddels ver is gevorderd, zal het politiekorps b< - gin 1951 over een weliswaar oud en minder gunstig gelegen, ma<w doelmatig gebouw beschikken. De meubilering is aangevuld en thans voldoende. Wanneer de oude naast het po litiebureau gelegen brandwe - kazerne kan worden bijgetrokken, zal ook een rijwielstalling, opslag plaats en garage zijn verkregen, waaraan veel behoefte bestaat. §ind December arriveerde een nieuwe politieauto, een lichte s'a- tioncar die uitstekend geschikt is o.a. voor transport van arrestan ten, snel verlenen van assistentie bij branden, ongevallen, e.d., assis tentie te Sluiskil, vervoer van dronken personen, deserteurs <-n verstekelingen van zeeschepen. In de toekomst kan snel op elke plaats in de gemeente worden op getreden of hulp verleend. Al het nodige matereel, zoals dreggen, zuurstofkoffer, schijnwerper, lan taarns, rode vlaggen en zelfs een brancard, kan worden meegen .- men. Bij ernstige ongevallen zul len de agenten-E.H.B.O.-ers ga- wonden met eigen materieel kun nen helpen en vervoeren. Aangeschaft werd een draagbare schijnwerper met accu's, waarmee tijdens de duisternis op elke plaats Y jor de nodige verlichting kan worden gezorgd. De burgemeester besluit zijn Nieuwjaarsrede dan aldus: „Wij hebben een vluchtige blik geworpen op onze goede stad. Licht en schaduw wisselden elkan der af. Het zal ook in de toekomst wel niet anders zijn. Elk jaar zal ik uw aandacht moeten bepalen op de donkere plekken in onze kleine samenleving, die immers een sa menleving van mensen is met al hun goede, maar ook met al hun kwade eigenschappen. Het goede te wekken en aan te kweken, het kwade tegen te gaan en als het niet anders kan te straffen, dat is de taak der overheid, dat is Uw en mijn taak. Samen hebben wij hier de middelen te beramen, waardoor onze samenleving zich zal kunnen ontwikkelen tot een welvarende en een gelukkige. Is er schonen taak denkbaar? Ik meen van niet en prijs mij gelukkig tot dit ambt ge roepen te zjjn. Is dit in tegenspraak met het be gin van mijn rede? Heeft het niet alleen nog zin in deze tijd, nu de wereld dreigt we derom in een baaierd van ellende ineen te storten, zich op deze kleine plek om de toekomst v.i*i zijn medemens te bekommeren, maar is dat nog mogelijk? Gaat dat onze zwakke krachten niet ver te boven? Stellig wel, wanneer wij dat en kel moesten doen in onze eig'm kleine menselijke hoogmoed. Stel lig niet, wanneer wij ons gedragen weten door Hem die het al regeert en die ook U in het aangevangen jaar met Zijn wijsheid moge voor lichten. Met deze heilwens voor :t nieuwe jaar zowel in Uw amht als voor U persoonlijk moge ik dan hesluiten." Bonloos voedergraan, gratie aan Duitsers en Russisch bezoek aan Nederland Het Tweede Kamerlid Borst (C.P.N.) heeft aan de Minister van Landbouw de volgende vra gen gesteld: 1. Is het de minister bekend, dat de prijzen van het bonipos voedergraan in die mate zijn ge stegen en nog steeds stijgende zijn. dat, a. het pluimveebedrijf mede door het teruglopen van de eierprijzen niet meer lonend is? b. de varkensmesterij hierdoor in zodanige omstandigheden is ko men te verkeren, dat voor de meeste boeren deze tak van- het bedrijf steeds moeilijker wordt? 2. Is het de minister bekend, dat naast de prijzen van het binnenlands voedergraan ook de stroprijzen abnormaal hoog zijn opgelopen? 3. Is de minister niet van me ning, dat door genoemde facto ren de verlaging van de melk prijs niet langer verdedigbaar is en er alle reden is de melkprijs op het oude peil terug te bren gen? 4. Is de minister bereid orer te gaan tot een prijsstop van het aanwezige verhandelbare vee voeder? De heer Haken (C.P.N.) heeft aan de minister van Justitie de volgende vragen gesteld: 1. Is het juist, dat aan een vijftal Duitsers, die door de orga nen der bijzondere rechtspleging tot zware straffen zijn veroor deeld, gratie is verleend? 2. Is de minister bereid mede te delen op welke gronden hier gratie is verleend? 3. Is het juist, dat in het voor nemen van de regering ligt om op ruime schaal tot het verlenen van gratie over te gaan? 4. Is het juist, dat van bui tenlandse zijde bij de regering is aangedrongen op ruime toe passing van het recht van gra tie? De heer Fens (K.V.P.) heeft tenslotte aan de Minister van Oorlog en van Economische Za ken deze vragen gesteld: 1. Is het juist, dat in verband met de levering van schepen aan Rusland Russische controleurs hier te lande worden toegelaten op verschillende belangrijke in richtingen, ten dele ook op in richtingen, waar met militaire geheimen wordt gewerkt en dat deze Russische controleurs ons z.g. op de vingers moeten kijken of wij onze verplichtingen wel nakomen? 2. Zijn de ministers bereid, indien het bovenstaande juist is, onverwijld maatregelen te tref fen om aan deze ongewenste tpe- stand een einde te maken? ongeveer 2/3 1948 en 1949. van het aantal over De daling is in het tweede halfjaar begonnen en zet steeds door, waardoor voor 1951 nog gunstiger cijfers worden ver wacht. Tegen caféhouders, die dronken personen in hun inrichting toelie ten, werd streng opgetreden. Criminaliteit ter plaatse. Het aantal misdrijven, waarvan proces-verbaal werd opgemaakt, steeg met 17 en bereikte daardoor ongeveer het peil van 1948, met dit HEDEN: TERNEUZEN: Ger. Kerk, 8 uur: Chr. Wirrberlezing. TERNEUZEN: Pro Rege, 6.30 uur: Ontwikkelingsavond Chr. Jonge Boeren en Plattelands- meisjes. Ü.XEL: 5 uur: Aanlsesteding bouwen Woonhuis met maga zijn. In vierde instantie behandelde het Amsterdamse Gerechtshof de zaak tegen de 32-jarige landbou- wersknecht S. A., geboren te Hol- lum (Ameland) ,die de laatste tijd zonder vaste wooplaats was. De verdachte was op 27 Mei door de Rechtbank te Zutpen ver oordeeld tot 20 jaar gevangenis straf. Hij werd er van beschul digd medio Dec. 1947 te Beekber- de Boer van gen dg heer T F - verslagjaar kwamen 60 woonwa- hem met een beitel de schedel te verbrijizelen en zich daarna schul dig te hebben gemaakt aan ddef stal- In hoger beroep werd A. door het Gerechtshof te Arnhem ver oordeeld tot 20 jaar met aftrek. De Hoge Raad verwees de zaak naar het Amsterdamse Gerechts hof. Gisterenmiddag eiste de Procu reur-Generaal te Amsterdam 20 jaar gevangenisstraf tegen A. met aftrek van de voorlopige hechte nis van 16 Maart 1950 af. door P. DE VRIES. o 46) Nadruk verboden. Whiteheaven zuchtte. „Ik wou dat de baas maar opdracht gege ven had om haar naar Townsville terug te brengen," zei hij. „Dat zou ons heel wat narigheid be sparen. Ik voorzie, dat we nog meer moeilijkheden krijgen". „Laat haar maar schuiven," antwoordde Kees luchtig. „Ze loopt in geen zeven sloten tege lijk." „We zullen het hopen." Tegen het vallen van de avond stoomde de „Snow-flake" op hal ve kracht naar het eiland. De lichten aan boord bleven uit en daarom stonden er twee matro zen op de voorplecht te turen naar eventueel aankomende sche pen. Een derde persoon peilde de diepte van de bodem, want kapitein Bream die maar alles behalve ingenomen was met het feit, dat zonder licht moest wor den gevaren, wilde verder geen enkel risico lopen en zeker niet stranden. Tegen tien uur liet hij dan ook stoppen en tegen White heaven zei hij, dat er gevaar voor vastlopen bestond, als men ver der ging. En de eerste stuurman was van mening, dat men hoog stens en half uur roeien van de kust was, waarop Whiteheaven dan ook besloot om in een der reddingboten naar het eiland te gaan. De grootste boot werd uitgezet en behalve Whiteheaven en Kees stapten er nog twee matrozen bij hen in, die zouden roeien. Whi teheaven had de matrozen elk een revolver gegeven, waarmee ze maar matig in hun schik wa ren. Voor zichzelf en Kees was er een geweer met enige munitie aan boord. De matrozen, die aanvankelijk geweigerd hadden de revolvers aan te nemen, stemden ten leste toe, toen Whiteheaven hen aan hun verstand bracht, dat er wel eens onraad op het eiland kon zijn. „Jullie hebt toch ook gele zen van het verdwijnen van die 5000 inwoners?" vroeg hij. Ja, een van hen had het in derdaad gelezen en daarom nam men de wapens ook aan. „Ik heb het anders niet erg op die schiet- dingetjes," mopperde één der matrozen. De lucht was enigszins bewolkt en Kees keek met enige zorg naar de „Snow-flake", toen ze weg- roeiden. Als ze de schuit maar weer zouden kunnen terugvin den. De tocht naar het eiland duur de veel langer dan een half uur en op een gegeven ogenblik op perde Kees de veronderstelling, dat men uit de koers was ge raakt, maar Whiteheaven zat met een kompas in zijn hand en antwoordde, dat de boot regel recht op het eiland aanging. Na ruim een uur roeien schuur de de boot eensklaps over het zand. Kees en de ingenieur, die beiden hoge waterlaarzen hadden aangetrokken, sprongen meteen over boord en eerstgenoemde vond het maar een rare gewaar wording om na bijna een maand varen weer eens vaste grond on der de voeten hebben. Whitehea ven besliste, dat een der matro zen in de boot zou blijven. „Kijk terdege uit je doppen", waar schuwde hij, want we weten niet, of het eiland op het ogenblik on bewoond is." Af en toe kwam de maan door het wolkendek heengluren en dat licht hadden de drie mannen wel nodig, want het was aardedon ker. Weliswaar had men sterke zaklampen bij zich, maar White- ïeaven besliste, dat er voorlopig geen gebruik van gemaakt mocht worden. Op Tweede Kerstdag 1947 werd de heer De Boer die, zoals de Pre- En zo begon de tocht langs de sj(jent zej; een „vreemde, eenzel- kust. Gedurende een kwartiertje was de weg vlak als het strand in Nederland. Maar op een gege ven ogenblik hield het strand op en moest men een beboste heu vel beklimmen. Dé lucht ruimde enigszins, zodat men nagenoeg steeds maanlicht had, hetgeen de oriëntatietocht bizonder verge makkelijkte. Na een vermoeiende tocht van ongeveer twee uren, ontdekte men eensklaps een brede, natuur vige figuur" was, vermoord aan getroffen. In de woning heerste grote wanorde en op een van de bovenkaimers werd een werkboekje aangetroffen ten name van A. Deze werd in Januari 1948 te Maastricht gearresteerd- Spoedig daarna werd 'n zekere H. gearres teerd, die .samen met A. de in braak zou hebben gepleegd. Bei den bekenden te hebben ingebro ken. H. verklaarde dat A., toen zij James F. Byrnes, de voormalige Amerikaanse Minister van Bui tenlandse Zaken, heeft er in zijn installatie-rede als Gouverneur van Zuid-Carolina op aangedron gen, dat de Verenigde Staten hun strijdkrachten in Europa zullen concentreren. Onze militaire macht moet niet worden verdeeld tussen het Oos ten en het Westen," zeide hij. Wanneer het tijdstip, waarop de Sowjet-Unie gereed zal zijn om een oorlog te beginnen, nadert, is het niet verstandig ons leger verdeeld te hebben tussen Korea en Europa." Naar mijn mening vormt West- Europa de eerste linie bij de ver dediging van de beschaving. Het is een eis van zelfbehoud, dat wij handelen, vóórdat de Sowjets toe slaan. Wij moeten onze vrienden 'n Europa wakker schudden en hen duidelijk maken, dat de tijd om te praten voorbij is en er nu ge handeld moet worden," aldus Byrnes. Gouverneur Byrnes drong er verder nog op aan, dat de West- Duitse republiek „op voet van ge lijkheid zal worden behandeld, daar de West-Duitsers, indien zij een rechtvaardige behandeling ontvangen, met ons mee zullen vechten." „Er moeten zo spoedig moge lijk militaire voorraden naar Spanje worden gezonden, want Spanje beschikt over meer divi sies van geoefende soldaten dan welk Westeuropees land ook." „Wij moeten ons van de vriend schap van maarschalk Tito ver zekeren en wij moeten militaire voorraden naar Joego-Slavië zenden. Tenslotte moeten wij Engeland, Frankrijk en alle andere Westeuropese landen duidelijk maken dat wij wensen dat de Amerikaanse soldaten in Europa de hulp zullen hebben van de soldaten van elke staat, die bereid is aan 'n aanval door de goddeloze Russische commu nisten weerstand te bieden", be sloot Byrnes. lijke inham. De mannen liepen Cp heterdaad werden betrapt door een eindje langs de oever land- Ide heer De B., die eerder thuis waarts, maar na een kilometer fcwaan dan de inbrekers hadden verklaarde Whiteheaven op op- |\erwacht, met een steekbeitel de gewekte toon, dat deze inham |-,eer De B. had neergeslagen. groot en breed genoeg was om er in te varen. „We gaan terug, mannen," zei hij. „In ieder geval kunnen we hier invaren." De matroos, die hen vergezeld had, vond, dat zulks in de nacht niet zo gemakkelijk zou gaan. „Als het nu dag was „Nee", antwoordde de inge nieur, „dat gaat beslist niet. Eventuële bewoners van het eiland mogen voorlopig nog niets weten van deze invasie. Dat is van zeer grote betekenis. Hoe het gebeurt, gebeurt het, maar we moeten er vannacht nog inva ren." (Wordt vervolgd.) Bij zijn arrestatie werd op A, angetroffen de regenjas van de beer De B., die vol zat met kleine loedspatjes. Zijn eigen regenjas ie door enige getuigen werd her kend, is in het huis van de ver lagene aangetroffen. De Procureur-Generaal zei in zijn requisitoir tot de overtuiging te zijn gekomen, dat deze verdachte d.e moord heeft gepleegd. Hij meende, dat dit feit zo ernstig is; dat hij niet de volledige voorlopige hechtenis in aftrek wilde brengen en kwaim tot bovenstaande eis. - De verdediger bepleitte clemen tie- Hoewel zich bfö de lossing r«n het Nederlandse vrachtschip „Hagno" geen moeilijkheden hebben voorgedaan, hebben een dertigt -J fruitcommissionairs-im- portcurs van de markt te Du blin besloten geen fruit meer in Nederland te bestellen, zolang de Nederlandse regering niet te rugkomt van het plan om Vrij dag een escadrille van de Mari ne-Luchtvaart in Ulster te sta tioneren. De secretaris van de bond „Voor de eenheid van Ierland" heeft de kapitein en bemanning van vijf Nederlandse schepen, die zich op het ogenblik in de haven van Dublin bevinden, bezocht en in het Engels, Nederlands en Frans gestelde vlugschriften overhan digd, waarin de kwestie Ulster in grote lijnen wordt uiteengezet.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1951 | | pagina 2