Burgemeester Bouwense Sctaerpenisse van St. Maartensdijk en geïnstalleerd UIT DE PROVINCIE ïc BLOEDWRAAK DER LIEFDE Je. VolksvavlcgcnweerPaging 4 I LLZ_ 5 III TWKFJffl KAHMt. De vier moües-Haken ver worpen, De Tweede Kamer heeft Woens dagmiddag de motie-Haken (C.P. N.) betreffende maatregelen tot loonsverhoging verworpen mert 72 tegen 7 stemmen (die der C.P.N De motie-Haken betreffende een Kerstgratificatie voor D.U. W.-arfoeiders is verworpen met 71 tegen 7 «temmen (C.P.N.) De motie-Haken betreffende de uitkeringsnormen voor ouden van dagen is met 72 tegen 7 stem men (GJP.N.) verworpen. De vierde motie-Haken betref fende Kerstgratificatie aan per soneel van particuliere onderne mers is met gelijke stemmen ver houding verworpen. De Tweede KamerN heeft Woensdagmiddag de begroting van Sociale Zaken z. h. s. aan genomen. De C.P.N.-fractie ki^eg aan tekening dat zij geacht wil wor den te hebben tegengestemd. Hierna werd de beraadslaging over de begroting van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen voort gezet. Bij da afdeling „Kabinet" komt het radiovvezen ter sprake. De heer Van der Saai (A.R.) zegt, dat er steeds weer aan her innerd moet worden, dat wille keur dient te worden uitgeban nen en dat het radiobestel be heerst moet worden door de wet. Een jaar geleden is een Radiowet aangekondigd en thans zijn we nog geen stap verder. Misschien rijn we achteruit. De luisterbijdrage is duidelijk een bestemmingbelasting; daar om moesten ze ten goede komen aan de verenigingen. De verregaande regerlngsbe- moeiïng wordt vaak drukkend, betoogt hij. Het werkt remmend, als men de radio te Hilversum van Den Haag uit wil besturen. De heer Cornelissen (V.V.D.) zegt, dat de bezwaren door mevr. Fortanier—de Wit vorig jaar vaar voren gebracht nog steeds gelden. Hij dringt aan op spoe dige indiening van een ontwerp Radiowet, dat rekening houdt met de opvattingen der vrije or ganisaties van radioluisteraars. De heer Cornelissen bepleit her stel van het persoonlijk contact ■iet de jongens in Indonesië, zo als dat door mevrouw Spoor ge legd is. De heer Peters (K.V.P.)vraagt «poed te willen betrachten met indiening van de nieuwe wette- Iqke regeling. De omroepverenigingen zijn naar sprekers oordeel de paarden die de haver verdienen. Het zou onaanvaardbaar zijn als het ge rucht waar zou zijn dat de rege ring over '47 en '48 aan de om roepverenigingen slechts 600.000 wou hebben toegestaan voor losse medewerkers. De heer Gortzak (CP.N.,) meent, dat we nog verder achter op zijn geraakt; we zijn verder af van het standpunt, dat in het radiobestel opgenomen moeten de verschillende levensbeschouwin gen. De heer Krol (C.H.) begrijpt niet, dat er gelden worden aan gevraagd voor het wederinstellen van een radiocontrole. Hij wil worden ingelicht over de rechts grond daarvan. De regeringsuitzendingen moe ten z.i. niet worden uitgebreid. Allerlei détails kunnen beter door de omroepverenigingen worden gegeven. Het strgdkrachtenprogram is te duur en kan goedkoper door de omroepverenigingen worden ver zorgd. De heer Van Sleen (Arb.) be toogt, dat de radio-unie geen ver bijt treft voor het afbreken der uitzending op 6 September. Hij verklaart o.m de gedachte van een nationale omroep toe te juichen, maar het gaat. om de weg, welke tot het bereiken van bet doel dient te worden gevolgd. •4) door J. S- FLETCHEB Vertaling van: ANGELICA VAN HEST (Nadruk verboden.) Juist toen hij er over zat na te denken wat zou kunnen gebeuren, kwm Styler we-r binnen en nam met veel vertoon 'n kaart op, die hij had laten liggen. Toen ging IC -weer heen. n-'dit hii zijn pa troon een veelbetekenende wenk had gegeven. Smith stond op, strekte zin ar men, maakte een opmerking over de mooie avond tegen de herber gierster en ging naar buifen. StyPr wachtte op hem in de diepe stenen poort. Hij ging met Smith naar de weg en wees op een figuur, die op enige afstand langs de weg liep, scheep omland in de gloed van de Westelijke hemel. „Dat is de man in kwestie," In het definitief omroepbestel moet er z.i. plaats zijn voor nieuwe organisaties. Als radiocontrole nodig is, dan zou dat uitsluitend bij de wet moeten geregeld worden. Minister Rutten zegt niet te kunnen beloven, wanneer het ont- werp-radio-wet aan de Kamer kan worden overgelegd, doch hij hoopt dat het in de loop van het be grotingsjaar kan geschieden. Hij streeft er naar ae regeringsbe- moeimgen zo gering mogelijk te deen zijn. Als de Kamer meent, dat een i adio-controlecommissie overbo dig is, dan zal de Minister daar mede bij zijn ontwerp rekening houden. De uitzendingen voor Europa en Indonesië verdienen bijzondere aandacht. Wellicht is er te veel tijd ge reserveerd voor regeringsuitzen- ingen; er zijn pogingen gedaan ■u t aantal te beperken; maar tof nu toe is het niet gelukt. Wanneer het strijdkrachtenpro- gram door de omroepverenigin gen zou worden uitgevoerd, zou den de kosten hoger worden. Ds Minister zegt van mening- te zijn, dat alle politieke partijen dezelfde rechten moeten hebben voor verkiezingspropaganda,' als deze propaganda maar geen ge vaar oplevert voor de veiligheid van de Staat. Na de replieken verklaart de Minister de post voor de radio- cor.trole te zullen terugnemen. Bij de afdeling „pers" herinnert de heer Burger (Arb.) aan de moties die ter zake zijn aange nomen, De commissie voor de pers zuivering beëindigt weldra haar werk en haar is dank gebracht. Daarbij sluit hjj zich aan. Omtrent de distributie van persapparatuur wordt in de me morie gezegd, dat er een com missie zou komen, die alle par tijen bevredigen zou. Als daarbij dc voorrang van de illegale pers niet te njet wordt gedaan kan spr. zich daarmee verenigen. De Minister voelt voor tucht recht onder journalisten als de redactionele vrijheid niet wordt aangetast. Daarbij sluit spr. zich van harte aan. De persvrijheid mag geen aan leiding geven tot het in het ge drang komen van de veiligheid. De heer Roosjen (A.R.) bepleit de wenselijkheid een vertegen woordiger van de Prot. Chr. Journalistenvereniging in de persraad op te nemen. De Minister deelt mede, dat overtredingen vervolgd zullen worden; daarover is een circu laire aan de Procureur-Generaal's uitgegaan. Aan sprekers departe ment is een ambtenaar belast met het opsporen van overtredingen. De M nister deelt de heer Roos- jen nog mede, dat hij zal nagaan, of er reden is een vertegenwoor diger van de Prot. Christelijke Journalistenvereniging in de pers- raad op te nemen. Bij de afdeling „vorming buiten schoolverband" verklaart de heer Stufkens (Arb het te betreuren, dat men de bedragen voor subsi diëring der vrije jeugdhervor- ming niet meent te kunnen verho gen. Uitvoerig gaat hij in op de oetekenis van dit werk. De heer Mol (K.V.P.) merkt op, dat internaat-opleiding voor ge zinsverzorgsters nodig is. Hij vraagt financiële tegemoetkoming daarin. Ook voor de opleiding van kraamverzorgsters is het inter- naatswerk van grote betekenis; de Minister make het mogelijk althans enige internaten te doen bestaan. De heer Hoogcarspel (C.PN.) merkt op, dat aan de A.N.J.V. subsidie is geweigerd; hij wil gaarne vernemen waarom. De heer Stapelkamp (A.R.) ver heugt z:ch erover dat de Minister een subsidieregeling overweegt voor de particuliere verenigingen, j die zich bezig houden met het kampwerk voor de lab ele jeugd. Mevrouw Fortanierde Wit (V.V.D.) vraagt o.m. of er contro le bestaat op het werk der vereni gingen op het terrein der vrije jeugdvorming. De Minister erkent, dat de ver deling der subsidies niet bevredi gend is. Maar een aanvaardbaar advies heeft hij niet gehoord. Hij zegt o.m. toe, dat hij nauw gezet zal toezien of de juiste kin deren in de kampen ikomen. De gedachten door de heer Mol ontwikkeld zal de Mnister nader in overweging nemen. De Minister is het er mee eens, dat de vrije jeugdvorming vrij is en vrij moet blijven. De kampen voor de labiele jeugd besprekend, zegt de Min s ter toe, dat hij zal trachten de kosten zoveel mogelijk te drukken. Aan het einde der vergadering j hield de voorzitter, de heer Kor- tenhorst, 'n toespraak waarin hij een overzicht gaf van het vele werk dat door de Kamer in het ten einde spoedende jaar is ver richt. Hij deelde verder mede, dat, onvoorziene omstandigheden voorbehouden, de Kamer niet eer der bijeen zal worden geroepen dan tegen Dinsdag 18 Januari 1949 en besloot met de leden bij de komende feestdagen heil en zegen toe te wensen en de hoop uit te spreken, dat gedurende 1949 Gods genade aller deel zal mogen zgn. De beide Thoolse gemeenten St. Maartensdijk en 'Scherpenisse hebben hun burgemeester inge haald. Maandag vond de instal latie van de heer D. C. Bouwense, gekomen uit Oostburg, te SI. Maartensdijk plaats en Dinsdag in Scherpenisse. Met de benoeming van de heer Bouwense als burgemeester van beide gemeenten, heeft, schrijft het Z. Dgbld., Scherpenisse haar zin niet gekregen. Zij wilde een burgervader voor zich alleen heb ben en geen, die zich over twee gemeenten moet verdelen. Maar mogen wij de sprekers geloven, die Maandagmiddag in de raads zaal van St. Maartensdijk aan het woord kwamen, dan hebben de beide gemeenten een burger vader, die zich niet in tweeën kan delen, maar zich wel met inte resse op alle terreinen in de ge meenten zal bewegen en doortas tend en doeltreffend zal handelen. Met zijn vader, moeder en zoon tje arriveerde de heer Bouwense Maandagmiddag te St. Maartens dijk, waar hij bij „Bellevue" ver welkomd werd door de vice-voor- fluisterde Styler. „Hij is er abso luut van overtuigd, dat wij de per sonen zijn, die hij moest spreken. Maar ik begrijp er niets van, het gaat niet over Portland, u weet wat ik bedoel, mijnheer. Maar dat is de kwestie niet. En we moeteD doen of we alles weten en hem la ten praten, dan komen we er wel achter. Laat het maar aan mij over, mijnheer... Ik heb gezegd, dat u de mijnheer bent, die de geldkwestie regelt." Kapitein Polbeck wendde zich om en kwam op de eenzame weg weer bij hen. Hij schudde Smith hartelijk de hard. „Uw dienaar, mijnheer." fluis terde hij. „Ik meende al, dat u óp bewuste heer zoudt zijn. of één van hen, die ik moest ontmoeten. Ik keek u al aan, toen u binnen kwam en ik zag u naar nrj kij ken. Maar misschien wachtte u op een gelegenheid om het parool te geven „.Ti'ist, kapite:n. Daaroo wacht te ik." antwoordde Smith. ..Juist, in orde... Je kunt in die dingen niet te voorzichtig zijn," -m ri» kno!tpin ..Dez» heer echter gebruikte het parool heel slim in zitter van de Stichting Gemeen schap St. Maartensdjjk, de heer C. G. Hage en het muziekcorps het Wilhelmus speelde. Aan de oude mevrouw Bou wense overhandigde Jo Koopman een bouquet bloemen, vyaarna de stoet voorafgegaan door de Lan delijke ruiters naar het gemeente huis trok. Wethouder A. L. Hage vroeg in zijn installatierede de aandacht voor verschillende problemen, die ir. de gemeente leven. In de eer ste plaats wees hij op het besluit dat genomen was door enkele ge meenten om gezamenlijk een brandspuit aan te kopen. Deze werd echter nooit geleverd en het geld kreeg men eerst enkele weken geleden terug. Verder be staan nog steeds plannen om de openbare lagere school te herstel len en van een speelterrein te voorzien. Wanneer de restauratie van de toren, die niet jal te vlug gaat, achter de rug is, kan het gerevi seerde carillon er weer ingehan- gen worden. Voorts wees de heer Hage op de woningnood, die reeds z'n gesprek, dat is zeker. „Inspan ning," zei hij, precies. En „uitvoe ring," zei ik, opa zeker van mijn zaak te zijn! Goed! En nu kunnen we eens praten, heren." „Wij willen wel wat van uw plannen horen, kapitein," zei Sty ler. „Daarna kunnen we over het geld praten. Het is toch wel vei lig om hier te praten?" „Veilig genoeg, mijnheer... om deze tijd van de avond is hier nie mand,," zei Polbeck. „En mijn plannen? Die zijn eenvoudig en duidelijk genoeg. Luistert u rnaar: ik vertrek de 20ste uit Weymouth en ga scheep eerst naar de West- Indische havens en dan naar Geor getown. Daar blijf ik veertien da gen en neem een lading Demera- ra-sriker in. In die veertien dagen wordt de man bij mij gebracht over land van uit het Franse grondgebi'd ze hebben dan on geveer vier dagen over, nadat ik in Georgetown ben aangekomen, twee dagen ongeveer om hqpi weg te krijgen en vier dagen om hem te brengen. Dan wordt hij bij mij aan boo~d gebracht en ik ga met b<"m reg Ireeht naar Engeland Natuurlijk gebeurt het alleen, als sterk verlicht Is, op de noodzake lijkheid van industrievestiging om de werkloosheid tegen te kun nen gaan en op de belangrijke piaats welke de landbouw in neemt. Hij dankte het gemeenteperso- neel voor de hulp die hij als loco burgemeester van hen mocht ont vangen en hing vervolgens de heer Bouwense het teken zijner waardigheid, de ambtsketen, om, daarbij uitsprekend dat hij mocht zijn: „aller dienaar, niemands knecht". Hierna kwam de nieuwe burge meester aan het woord, die na allen gedankt te hebben die hun medewerking verleenden aan zijr. benoeming, meedeelde burgmees ter te willen zijn voor iedere in gezetene, zonder onderscheid van richting. Hij vroeg eendrachtig samen te werken om met Gods hulp te bereiken wat er te berei ken valt. Na de secretaris de heer Meloen gevraagd te hebben hem zijn medewerking te willen verlenen, zeide hij zeer veel be langstelling voor het werkloos heidsprobleem te hebben en het rret alle kracht te willen bestrij den. „Liever dan met woorden en beloften, wil ik met daden tonen burgemeester te zijn" zeide de heer Bouwense, die aan Z. Vlaanderen herinnerde en spe ciaal aan de grote figuur van Jan Ramondt in leven lid van Ged. Staten. Na de burgemeester werd het woord gevoerd door verschillende sprekers. Te Scherpenisse vond eewelf- de bijzondere raadsvergadering plaats, weike gepresideerd werd door wethouder Hartog en waar bij ook vele belangstellenden te genwoordig waren. In z(jn installatierede wees de heer Hartog er op, dat de ge meente teleurgesteld was geen „eigen" burgemeester te hebben gekregen, maar niettemin hoopt Scherpenisse, dat de heer Bou wense ook voor deze gemeente een goed burgervader zal zijn. Nadat de weth. Hartog de bur gemeester in zijn ambt bevestigd had door hem de ambtsketen om te hangen, sprak deze een rede uit, nagenoeg eensluidend aan die te St. Maartensdijk, en werd door verschillende personen het woord gevoerd. Evenals In St. Maartensdijk bestond er na de plechtigheid in het gemeentehuis gelegenheid om de burgemeester te feliciteren. Maandagavond werd in st Maartensdijk door het muziekge zelschap en twee zangkoren de burgemeester een serenade ge bracht. Hierbij werd de burgemeester nog toegesproken door de heer Hage, vice-voorz. van de Gemeen schap, die de belangstelling van de heer Bouwense vroeg voor haar werk. De burgemeester ant woordde zeer enthousiast te zijn en beloofde met alle kracht de werkloosheid te lijf te zullen gaan. HOEK. Uitvoering „E.N.Z.K." Maandag en Dinsdag j.l. gaf de muziekvereniging „E.N.Z.K." haar winteruitvoering op de Gem. Gehoorzaal. De avond werd ge opend met een concert, onder lei ding van directeur Jasp. Antho- nisse. De gespeelde nummers vie len bij het publiek zeer in de smaak. „E.N.Z.K.'s voorzitter, de heer P. A. Ocké, sprak hierna een wel komstwoord, dat 's Maandags avonds in het bijzonder was ge richt tot de Edelachtbare Heer Burgemeester Hanssems die ge ïnstalleerd werd als ere-voorzitter van de vereniging. De burgemeester sprak zijn dank uit voor het aangeboden ere voorzitterschap en zeide, dat hij hoopte tot grote steun voor de vereniging te zijn. Vooral aan gaande de plannen tot het bouwen van een vaste muziektent sprak de ere-voorzitter zijn beste wen sen uit en hij sloot zich aan, bij wat de voorzitter zei: „Als het elders kan, kan het zeer zeker te Hoek!" Hierna traden voor de eerste maal op deze avond „E.N.Z.K.'s"- toneelspelers op met een klucht in één bedrijf: „Hij kwam, zag en... ging!" Dit stuk viel b(j het pu bliek zeer in de smaak. De ma troos, die zo graag „voor anker" ging, gaf een uitstékende creatie van zijn rol. In de pauze gaf de voorzitter een beknopt financieel verslag over het afgelopen jaar. Hieruit bleek, dat vooral het instrumen tenfonds veel geld nodig heeft. Velen maakten dan ook van de gelegenheid gebruik, ten bate van dit fonds enkele loten te kopen. „E.N.Z.K." heeft een prima di recteur en prima muzikanten, wij zullen de vereniging aan prima in strumenten helpen, dachten velen! Na de pauze werd opgevoerd: Het dagelijks bestuur van de Australische federatife van haven arbeiders heeft aan zijn raad aan bevolen, te verbieden, dat men werkzaamheden verricht in ver band met het vervoer van goede- ien naar Nederlanders In Indone sië. Een besluit hieromtrent wordt heden verwacht. Nederlandse goe deren naar andere landen zouden niet onder een dergelijke maat regel vallen. ik hun het geld breng en ook mijn eigen deel krijg. U hebt het geld toch zeker klaar liggen, heren?" Styler gaf Smith een por en nam het antwoord op deze vraag op zich. „Het geld is in orde, kapitein," antwoordde hij. „Maar laat ons zakelijk zijn, hoe hoog is het be drag, dat is overeengekomen? Natuurlijk hebben wij wel onze aantekeningen daaromtrent, maar we wilden een officiële bevestiging van u hebben." „Juist... ju'st," stemde Polbeck toe. „Dat is zakt lijk. Het bedrag is zo hoog als ik denk, dat ze naar degenen geschreven hebben, die u vertegenwoordigt, heren Drieduizend pond voor hen en vijf honderd voor mij. De helft van mijn deel wordt me nu betaald, de andere helft als Ik hem in En geland aflever. De drieduizend pond moet ik meenemen." HOOFDSTUK XIX. Eén vogel in de hand- Weer gaf Styler zijn patroon een stomD; weer nam hij zelf het woord. „Levenssehaduwen", een toneel spel in drie bedrijven. De spelers hadden hun rol goed ingestudeerd e,n de aanwezigen volgden met volle aandacht het boeiend spel, waarbij ook hier de vertolking van de zeemansrol uitmuntte. Het was reeds ver na midder nacht, toen het laatste bedrijf van dit toneelspel beëindigd was en allen voldaan huiswaarts keerden. „E.N.Z.K. kan terugzien op een paar zeer geslaagde avonden! MIDDELBURG. Hoofd Streekbureau Wal cheren neemt afscheid. Nu de wederopbouw gedecen traliseerd wordt, heeft het hoofd van het Streekbureau Walcheren Ir. J. Gerber als zodanig ontslag genomen. Gistermiddag hebben velen op hartelijke wijze afscheid van hem genomen tijdens een bijeenkomst, die een bijzonder accent had door de aanwezigheid van de Minister van Wederopbouw en Volkshuis vesting, Mr. Dr. J. in 't Veld. Deze deelde tijdens zfln rede mede, dat het H. M. de Koningin behaagd heeft Ir. Gerber te be noemen tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Als voorzitter van het comité, dat dit afscheid had voorbereid, v oerde eerst de "burgemeester van Middelburg, Jhr. Mr. W. C. Sand- fcerg tot Esseniburg het woord. Na een hartelijke toespraak tot Ir. Gerber bood hij deze een leren album met foto's van de Weder opbouw op Walcheren aan. Ook de Commissaris van de Koningin sprak de vertrekkende woorden van lof toe. Ook de Minister hield een korte rede, waarin hij naar voren bracht, wat Ir. Gerber tot stand bracht en tevens de gevoelens van waardering, die de regering daar- v oor koestert. Walcheren werd het lichtend voorbeeld in de strijd van Nederland tegen de oorlogs gevolgen. De Minister verklaar de, dat Ir. Gerber een fundament heeft gelegd, dat onmisbaar is om een sterk gebouw op te zet ten. Tenslotte nam Ir. Gerber zelf het woord en dankte allereerst H. M. de Koningin voor de hem verleende onderscheiding en de Minister voor zijn persoonlijke aanwezigheid. In een boeiend en geestig betoog beantwoordde hij daarna de sprekers. „U zult ons morgen in Wey mouth zien, kapitein." „In orde, mijnheer," was Poi- beck's antwoord. „Waar en wan neer u maar wilt, heren. Wanneer ik thuis ben, woon ik ginds in het dorp, maar ik kom iedere dag in Weymouth. Morgen, zegt u? Hoe laat en waar?" Smith beantwoordde die vraag. „Om twaalf uur vóór 't post kantoor," zei hij. „Komt u dat gelegen, kapitein?" „Uitstekend, mijnheer," ant woordde Polbeck. „Ik ga er iedere morgen heen om te zien hoe ver ze met het laden van mijn schip zijn; ik neem een hele lading mee r.aar die West-Indische havens. Morgen dus om twaalf uur, vóór het postkantoor." Polbeck zei goede avond en liep de weg af, blijkbaar zeer voldaan en zonder enige achterdocht en Smith en Stylrr liepen naar dt klippen. De laatste zonnestralen gloorden in het Westen en dn nacht kwam zwaar over land en zee Niets kon eenzamer en ver- latener gelegen hebben. Toch wa ren de twee mannen angstig om luid te spreken. (Wordt vervolgd.) A IÏïITn

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1948 | | pagina 2