i I I 1 -I laii*e ter PJh BINNENLANDS NIEUWS 4 i i 5 l Liefde op het land ftn N fen biMst rM r'fc Ërnjr fct j I— j i fcl j t i?s h. h H a j> V) jV - I* E 1 MEISJES IN UNIFORM h in ïi vei^ lanfel l. iLf^He jwl onei |h ipfstsia ci ft ia p It d] hrSJ-vn M P ilNeTE Ie '1']MaX rkïie e? "a >1 ■9 él ll i.< M i- >b j* "'e „a de leiders Van de Indonesische Republiek geen kracht genoeg be zitten (velen van hen zijn gewend te buigen en te kruipen voor de Japanners en de Nederlanders; hun geest is onzeker en het is duidelijk dat zij niet tot handelen en tot het dragen van verant woordelijkheid in staat zijn). Een tweede reden is, dat velen zich verplicht gevoelen tegenover de Japanners, die hen de voorberei dingen tot het stichten van een vrij Indonesië opdroegen. Tenslot te namen zij in ovoerweging dat zij, dank zij de samenwerking met Japan, im staat waren aan de macht te komen. Het was daar om mogelijk, dat toen de Japan se macht verminderde en later geheel wegviel en niet door een Geallieerde macht werd vervan- xgen, de Republiek haar eigen na tionaal gezag niet kon organise ren en een niet-geregeerde staat en een niet-geregeerd volk scheen te zijn. Het resteloze volk had nog geen training ontvangen en wist nog niet hoezeer het sociale probleem verbonden is met de Regering. Hierdoor nam de ver warring meer en meer toe. In deze staat heeft de agitatie van het volk vele ongewenste en niet te controleren resultaten veroor zaakt door personen, die voor deze agitatie verantwoordelijk zijn. Moord- en roofpartijen tegen over vreemdelingen in deze omstandigheden begrijpelijk toewijzen duidelijk de zwakheid van de Republikeinse Regering, die door het volk nog niet wordt beschouwd als een regering, waarmede rekening moet worden gehouden en welke geëerbiedigd moet worden." Heb ik overdreven, mijnheer de Voorzitter In dit opzipbt, zo als u gezien zult hebben, niet meer dan in enig ander opzicht. Gedurende onze politiële actie hebben wij nergens een bevolking aangetroffen, die brandde van verontwaardiging over hetgeen wij deden. Integendeel: er was overal opluchting, slechts getem perd door de vrees, dat de losban dige elementen opnieuw zouden terugkeren. En zij zullen terug keren, indien gij de vreselijke verantwoordelijkheid deze Repu blikeinse Regering te ondersteu nen op u neemt. Denkt, wat dit zou betekenen voor duizenden vredelievende in heemsen en Chinezen. II in b'oed zal over u komen, niet over ons. Ik ga zelfs zo ver te zeggen: gij kunt ons thans nog op humani taire gronden verzoeken onze po gingen tot redding van de bevol king van deze gezagsloze rege ring te hervatten en tot een ein de te brengen. Intussen zullen wij zo goed als wij kunnen op ons nemen om deze mensen te beschermen, daar wij ons zeer wel van onze bijzondere verantwoordelijkheid te dezer zake bewust zijn. Wie is er van mening, dat arbitragecommissies in deze omstandigheden iets an ders zijn dan een wrede grap, een waardeloos redmiddel? Ge kunt arbitreren in meningsverschillen tussen geordende regeringen, zo als die van Oost-Indonesië en West-Borneo, doch niet wanneer men te maken heeft met de ge- zagsloze regering van de Repu bliek, die niet in staat is om haar gegeven woord gestand te doen. Hierna kom ik tot het Austra lische voorstel. De Australische ontwerpresolutie impliceert dui delijk dat de Veiligheidsraad jurisdictie heeft in deze aangele- gerehid. Ik moge opmerken, dat de Raad na alle verklaringen welke zij gehoord heeft, voldoen de is ingelicht om tenminste deze voorafgaande (kwestie (question n ré al able) tot oplossing te bren gen De kwestie welke door haar aard zelve, zowel in dit als in *sder ander geval de (voorrang moet hebben is die van jurisdictie van de Raad in dit geval. Ik wijs erop dat wij niet dag aan dag. vergadering na vergadering kun nen doorgaan, alsof de Raad ju- rïsdictie heeft, wanneer er zul.tG ernstige twijfels bestaan of de raad wel enige jurisdictie heeft in deze aangelegenheid. Een liefdes-roman van BERTA RUCK 56. (Nadruk verboden.) „Nee, ik voor mij vind mannen meestal vreselijk," zei ze. „Om te beginnen zijn ze 7-ó lelijk! Bekijk ze maar eens, wllr je ze ook te genkomt. Vind jij, dat ze er aan trekkelijk of appetijtelijk uitzien? Ik niet. Ik vind hun knobbelige handen en hun enorme voeten af schuwelijk (niet dat ik erg veel recht van spreken heb met deze Dandleger-laarzen aan) en Ik griezel van hun huid, dAfir, waar ze zich scheren. Net 'nnootmus- kaatrasp. En sommigen hebben dan nog zo'n venijnig klein ste kel-snorretje! Ik kan me niet be grijpen, hoe 'n meisje ooit 'n kus van zulke wezens wil hebben. Brr! Deze allerbelangrijkste vraag over de jurisdictie wordt door de ■ruuat.al.s- .he iesdutie geïmpli ceerd. Het lijkt mij somtijds als of sommige leden van de Raad geneigd zijn de organisatie der Verenigde Naties te doen hande len, zelfs wanneer zij geen recht tot handelen bezit. Enkel en ai- leen omdat er lieden buiten de Verenigde Naties zijn die graag zouden zien dat de Raad handelt. De Verenigde Naties oogstten succes door haar uitnodiging tot het beëindigen van de vijandelijk heden. Wij namen deze uitnodi- g.ng op humanitaire gronden, met omdat wij de jurisdictie van de Raad in dezen erkennen. Wij verheugen ons wanneer de Veiligheidsraad effectief is. Maar laat de Raad en de Regeringen welke zij vertegenwoordigt tevre den zijn met dit succes. Baat zij de grenzen van haar jurisdictie niet overschrijden. Indien de wet aan het publieke gezag niet het recht tot handelen verleend moet dit gezag zich van handelen onthouden; zelfs indien het algemeen publiek een derge lijk handelen zou wensen. Elke andere houding zou betekenen een toestaan van willekeurig gebruik van feitelijke macht. Baat de raad zich wachten voor dergelijke precedenten welke na verloop van tijd uw landen even zeer "kunnen bezwaren als mo menteel mijn land beziwaren. Wat thans als ©en triomf van de V. N. wordt toegejuicht zou na verloop van tijd de eerste stap kunnen blijken te zijn op de weg naar haar ondergang, immelrs geen enkele publieke instelling kan het verdragen dat zij de om schreven grenzen van haar juris dictie te buiten gaat. Ik zou nogmaals in herinne ring willen brengen, mijnheer de Voorzitter, dat de Nederlandse Regering de wens van de Raad tot het staken van de vijandelijk heden heeft vervuld, niet omdat zij de jurisdictie van de Raad in deze aangelegenheid erkende zij deed dit uitdrukkelijk niet maar omdat zij de humanitaire motieven welke zonder twijfel de grond waren voor deze handel wijze van de Raad ten volle wilde laten gelden. Dit is het uiterste waartoe de Nederlandse Regering kan gaan. Wij zijn van mening, dat het een zeer gevaarlijk presedent is dat de Veiligheidsraad stap voor stap zich beweegt naar bevestiging van volledige jurisdictie welke zij zo overduidelijk mist. Eerst eiste de Raad stopzetting der vijande lijkheden thans wordt haar voor gesteld een commissie in te stel len om het staken der vijande lijkheden te controleren en rap port uit te brengen over de situa tie in Indonesië. Wat zal de volgende stap zijn? Zal de Raad gevraagd worden zich uit te spreken over de mé rites van de kwesties welke haar aanleiding gaven handelend op te treden? Een zeer gevaarlijke techniek deze stap voor stap techniek, waarbij de Nederlandse Regering geen partij zal zijn. Het Koninkrijk der Nederlan den is een van de oorspronkelijke leden van de V. N. In overeen stemming met art. 73 van het charter is de Nederlandse Rege ring verantwoordelijk vopr het bestuur -over het territorium, waarvan de Republiek deel uit maakt. De Nederlandse regering heeft in volledige overeenstem ming met de beginselen van hoofdstuk twee van het charter op zich genomen om de volken van Indonesië zo spoedig moge lijk tot zelfbestuur te brengen. In verband hiermede heeft de Ne derlandse regering de vorming van de Ver. Staten van Indonesië gewaarborgd krachtens de over eenkomst van Bdnggadjati, welke ook het lidmaatschap van de V. N. voor deze Ver. Staten in het vooruitzicht stelt. Ondanks alle verschillen, die zich hebben voor gedaan, handhaaft de Nederland se regering haar plan om dit con structief programma uit te voe ren in het volledig besef, van haar uiteindelijke verantwoorde- En ken je iets weerzinwekken- ders dan 'nman, die zo'n vuile, stinkende, zwarte pijp zit uit te kloppen en leeg Uj peuteren? Of die als 'nwolf Hheel bord vol halfnrauwe biefstuk naar binnen, schrokt? Of die zowat 'n liter bier uit 'ri stenen pot inzwelgt? Ik zou onmogelijk van iemand kunnen houden, nadat ik 'm zoiets had zien doen!" verklaarde Elisabeth. „En toch zijn er duizenden vrouwen, die dat wèl doen, jon gedame," herinnerde ik haar. ,,Ze zien 'n man juist graag 'n beetje ruig en stevig, zodat hij zo weinig mogelijk op haar zelf lijkt. Ze vinden 't niets erg, dat hij naar tabak ruikt en grof, stug tweed draagt en pakkisten van schoe nen. Ze vinden 't juist prettig, dat hij fors en sterk is. Ik ik spreek voor mezelf en voor het merendeel van alle meisjes, denk ik. Wij zien een man graag „man nelijk". „Hemel! Wat een smaak!" riep Elisabeth, met de klank van vol komen oprechtheid in haar stem. „Ik voor mij heb 'n afschuw van wat ze „een mannelijke man" lijkheid in deze belangrijke aan- gelegenheid. Indien wij het j Australische voorstel afwijzen omdat de Raad geen jurisdictie hiertoe bezit,, dan wil dat niet zeggen, dat onze houding in deze zaak louter negatief is. Ik ben gemachtigd te verklaren, dat de Nederlandse regering bereid is aan de regering van de Republiek voor te stellen: 1. Dat ieder een staat aanwij zen. Beide aldus aangewezen staten zullen een andere staat aanwijzen, die door beide partijen geacht wordt volledig onpartijdig tezijn. Deze onpartijdige staat, zal indien hij daartoe bereid is een aantal van haar burgers naar Indonesië zanden om de situatie te onderzoeken. Zij zullen toe zicht houden op de uitvoering van het bestand, en verder de situa tie bestuderen. Aan de rapporten, welke zij aan hun regering uit brengen, zal de grootst moge lijke publiciteit worden gegeven. In geval de Republiek in ge breke mocht blijven op ondubbel zinnige wijze het aanbod van goede diensten van de zijde der Amerikaanse regering te aan vaarden, zal deze waarlijk onpar tijdige derde mogendheid ge machtigd kunnen worden door de Nederlandse regering en de rege- ring van de Republiek haar goede diensten te verlenen met het tweevoudige doel om ten eerste de besprekingen tussen de beide partijen onmiddellijk te doen her vatten1 en ten tweede om een rap port over de situatie uit te bren gen. Dit is ons eerste'voorstel. Ofschoon het nog steeds onze-' ker is, of wij de goede diensten door de Amerikaanse Regering aangeboden, kunnen gebruiken. Het tweede voorstel van mijn Regering is, dat al de beroeps consuls in Batavia gevestigd, on middellijk een rapport opstellen over de situatie op de eilanden Java, Sumatra en Madoera. Wij hopen dat op deze wijze een be langrijke bijdrage zal worden ge leverd tot het toereiken van een onpartijdig inzicht in de actuele feiten en omstandigheden dat mijn regering zeer welkom zijn. Mijn Regering verzoekt daarom alle landen, welke beroepsconsuls of Oonsuls-Generaal te Batavia hebben, deze de nodige instructies te geven. Dit, mijnheer de Voorzitter, zij.i de voorstellen waartoe ik door mijn regering gemachtigd ben en welke, indien zij worden aanvaard, een practische oplossing van de huidige moeilijkheden, zullen ma ken. Ik voel mij echter verplicht in verband met deze voorstellen twee punten nader uiteen te zet ten. Ten eerste: wij achten het niet meer dan fair en billijk, dat indien bij een hervatting van de besprekingen tussen de beide par tijen, de Indonesische federatie, d w.z. de Verenigde Staten van Indonesië of enige aangelegen heid, welke hiermede verband houdt in de discussies ter sprake komt, ook de andere leden van de federatie worden uitgenodigd aan de besprekingen deel te nemen. Ten tweede: ik kan niet na drukkelijk genoeg verklaren, dat het niet voldoende is, dat de Re publikeinse regering zegt de or der |ot het staken van het vuren te hetoben gegeven, maar dat deze order ook inderdaad gehoor zaamd moet worden, hetgeen op dit ogenblik niet het geval is. Tegelijkertijd moeten aan alle ordeverstorende daden van de zij de der aanhangers van de- Repu blikeinse regering een einde to rnen en de regering van Djogja moet onmiddellijk een einde ma ken aan haar ophitsing tot orde- verstorende daden via radio of op andere wijze. De leden van deze Raad moe ten wel weten, dat zij het on mogelijke vragen, indien zij ver wachten, dat de Nederlandse re gering volhardt in haar zö stipt mogelijke opvolging van de order tot het staken van het vuren, wanneer terzelfde tijd de Repu blikeinse strijdkrachten doorgaan met hun openlijke oorlogvoering. Bovendien is er nog steeds het aanbod van goede diensten van de zijde der Amerikaanse rege ring. Wij hebben dit aanbod zon der enige reserve aanvaard. De Rfcpjeiiek heeft dit tot nu toe ondanks mooie woorden, nog niet gedaan op onvoorwaardelijke wij ze, zoals vanzelfsprekend nood zakelijk is. Indien dit aanbod niet wordt aanvaard, dan nog willen wij voortgaan met een on derzoek, doch niet met een onder zoek, gelast door de Veiligheids raad, welke immers geen juris dictie in deze zaak bezit. Wij zijn geheel voor een com missie en voor een onderzoek, maar zijn .van mening, dat de Veiligheidsraad niet het recht heeft een commissie in te stel len. Dit in het hogere belang van een correcte toepassing van het charter der Verenigde Naties. Tot die leden, die in het geval van Griekenland beweerden, dat het zenden van een commissie niet getolereerd kon worden, om dat het een inbreuk op de Griek se souvereiniteit betekende, zeg ik het volgende: Indien gij deze tegenwerping maakt in het geval van Griekenland, hoe kunt gij dan' het tegenovergestelde verde digen in het geval van Indonesië? Hoe de status van de Republiek dan ook moge zijn, iedereen, in clusief de Republiek zoals blijkt uit haar brief aan de Amerikaan se regering va*n 11 Juli erkent, dat Nederland hier de souverei niteit bezit. In het geval van Griekenland accepteert de souve- reine mogendheid een commissie, ofschoon sommige leden hier spreken van een inbreuk op de souvereiniteit. Ze zijn letterlijk „plus royalist que ie roi". Maar indien dit in him ogen een in breuk op de souvereiniteit is, hoeveel ernstiger is dan de in breuk in het Indonesische geval, waar de souvereine macht zich categorisch verzet, niet tegen een oommissie, maar tegen een com missie van de Veiligheidsraad. Ik verzoek de Raad zeer uit drukkelijk snel te handelen. VERDRONKEN. Vrijdag is de 23-jarige kantoor bediende F. W. C. Folsche, uit de Van Meursstraat te Rotterdam, in de Delfhavense Schie verdron ken. DOOR EEN TREIN AAN GEREDEN EN GEDOOD. Vrijdagmiddag is de 18-jarige wegwerker J. A. Eijkhout, uit Raamsdonkveer, toen hij onder deze gemeente aan de lijn werkte, door een electrische trein aange reden. Hij werd ernstig gewond aan rug en beide benen en over leed na aankomst in het Zuider ziekenhuis te Rotterdam, waar heen hij was vervoerd. DOOR AUTO AANGEREDEN EN GEDOOD. Toen Dinsdag een kind van de familie N. te Nijverdal plotseling de straat opliep, kwam het onder een juist passerende auto. Of schoon het ongeluk zich eerst niet zo ernstig liet aanzien, is het drie jarige ventje Vrijdag in het Zie kenhuis te Almelo aan de gevol gen overleden. POLITIE-AGENTEN MISHANDELD IN DE JORDAAN In het centrum van de Amster damse volksbuurt Jordaan, op de kruising van de Willemstraat en de 2e Goudsbloemdwarsstraat, waar de straathandel welig tiert, hielden Vrijdagmiddag om 5 uur twee Amsterdamse agenten van politie een zwarte handelaar aan. Toen zij aanstalten maakten hem naar het politiebureau over te brengen, begon hij zich te verzet ten en raakte in gevecht met de agenten. Het opdringende publiek toonde zich solidair met de ar restant en toen een der agenten met de zwarte handelaar, al vech tend, op straat viel begon het pu bliek hem tegen het hoofd en tegen zgn lichaam te trappen. De ander werd intussen door de overige omstanders, die hem tegen een muurhoek opwierpen, buiten gevecht gesteld. Tenslotte wisten de agenten zich met hun gummistokken en vooral ook door het lossen van twee waarschu wingsschoten uit hun benarde po sitie te bevrijden. De zwarte han delaar werd gearresteerd, maar de schuldigen onder het publiek wisten te ontsnappen. Intussen is het gevolg van dit kabaal geweest, dat beide agen ten op doktersadvies voorlopig rust moeten houden. Beiden heb ben verwondingen opgelopen, een van hen heeft o.m. een gekneusde rib en enkele inwendige kneu zingen. MELITALR ONTVLUCHTTE TIJDENS ZIJN ARRESTATIE. Op de Zeeburgerdijk te Amster dam hield Zaterdagnacht om kwart over twee een agent van noemenNiets dan spierballen en een stem als een orkaan en grove, onregelmatige trekken!" „Maar," zei ik geduldig, „je zou toch geen man willen heb ben, die er uitzag als 'r plaatje op een roos bonbons?" „Ik zou niet beter kunnen wen sen", verklaarde deze uitzonder lijke jongedochter met nadruk. „Toen ik klein was, heb ik eens een doos lekkers gekregen met een plaatje op het deksel, dat „De Valkenier" heette. Hij droeg een goudbruin jachtcostuum en had een valk op zijn schouder, en goudblond haar en zachte ogen, en. o! zo'n lief gezicht! Tk dacht toen al: „Als ik toch eens ooit iemand kon tegenkomen, die er precies uitziet als die valkenier!" Fn nu is dat gebeurd. Kolonel Fielding lijkt sprekend op dat., plaatje. O, Joan, ik heb nog nooit zoiets beeldigs gezien!" Alweer een bewijs voor de be wering dat, als werkelijk gereser veerde mensen eenmaal hun hart beginnen uit te storten, ze tien keer zoveel loslaten als anderen, die in het dagélijkse leven ge woon zijn, er alles uit te flappen. Ik voor mij zou het bijvoor beeld nooit in mijn hoofd gehaald hebben, enige jonkman ter wereld te beschrijven al^ „beeldig!" Zelfs Harry niet, die een gezicht had als een filmster. En evenmin ka pitein Holiday, Me toch ook knap genoeg was, en op een typisch- mannelijke manier. Heel wax an ders dan die meisjesachtige, wit- en-rose lieftalligheid van Elisa beth's jonge kolonel! Ik voor mij zou op staande voet genoeg hebben gehad van een man, die zich zó bedriegelijk als 'n meisje kon verkleden, dat iedereen er in vloog! Maar de jongensachtige resolute, nuchtere Elisabeth ge noot daarvan als van een uitgele zen triomf! Alweer de macht van 't contrast, veronderstelde ik. Nu, als de mannenhaatster, dan eenmaal haar zinnen op hem ge zet ha;j, kon ik haar niet anders toewensen, dan dat ze gelukkig met hem zou worden! Erg opge wekt zag ze er anders niet uit, zoals ze daar op die stenen zat, met haar handen om haar opge trokken knieën geslagen en haar politie een militair aan, die twee gonjezakken op zijn militaire dilenstfiets vervoerde. Daarin trof hij militaire goederen aan. die blijkbaar van diefstal afkomstig waren, daar de soldaat geen rede lijke verklaring kon geven van de herkomst. Terwijl de agent hem naar het politiebureau overbracht nam de arrestant de benen en wist ondanks enkele revolver schoten te ontkomen. De recher che belde daarop met de militaire kaderschool te Zeeburg en slaag de er later in de nacht in de dief, wiens adres dank zij het aan de Kaderschool verstrekte signale ment bekend werd, in zijn wo ning te arresteren. TWEE DODEN BIJ MOTOR- ONGEEUK. Zaterdagavond heeft in de Punt (gemeente Vries) een ernstig mo torongeluk plaats 'gehad, waartog zowel de 30-jarige Berg uit Beus den, als zijn duopassagier, de 27- jarige Hartlief uit Paterswolde, op slag werden gedood. De oor zaak van het ongeluk is waar schijnlijk de te grote snelheid, waarmede B. de bocht nam. De motor kwam met enige palen en bomen in aanraking, waarna de opzittenden tegen de grond wer den gesmakt. VEERHUIS TE BEESD AFGEBRAND. In de nacht van Vrijdag op Za terdag is door tot dusver onbe kende oorzaak het bekende veer huis te Beesd tot de grond toe afgebrand; 'Het vuur greep in het met riet gedekte gebouw zeer snel om zien heen. Met de grootste moei te slaagde de famine, die 'tveer- auis bewoonde er in, het gebouw te verlaten. Van de inboedel kon niets gered worden. De brand weer van Beesd was spoedig aan wezig, doch kon tegen deze vuur zee weinig uitrichten. Een von kenregen dreef door de straffe wind over de Ei rige en daglde tussen de boerderijen van het te genover gelegen dorp Rumpt. Hier stond een motorspuit uit Deil gereed om eventuele brand te bestrijden. PEELBRAND. In de Grote Peel nabij Neder- weert heeft een torand gewoed, welke tengevolge van de droogte en de wind langzaam maar zeker had doorgewerkt en aanzienlijke afmetingen dreigde aan te nemen. Een groep gemeente-arbeiders uit Nederweert is geruime tijd bezig geweest het vuur te localiseren. Vrijdag zijn zij hierin geslaagd- Grote hoeveelheden turf, die ge stoken was en klaar lag voor ver zending, heeft men nog in veilig heid kunnen brengen. Te voren was op verzoek van de betrokken verleners de motorbrandspuit uit Nederweert uitgerukt om te pro beren het vuur te blussen, dooh wegens het gebrek aan water had gezicht daartegen verborgen. ,,Als ik nu toch bedenk," jam merde ze, „dat ik nu eindelijk het soort van een man ontmoet heb, waar ik iets voor kan voelen en dat er nu niets van terecht zal komen!" „Waarom zou er niets van te recht komen, schat? Omdat we binnenkort hier weggaan? Maar hij blijft toch ook niet eeuwig in Careg! En natuurlijk zal hij je schrijven. Hij heeft je vroeger zó vaak geschreven over de flat, dat hij er nu heus wel mee zal door gaan," troostte ik iiaar. „Ik weet dat hij je aardig vindt." Op haar karakteristieke, hef tige manier schudde mijn vrien din haar hoofd, tot al haar haren voor haar ogen dansten. „Hg vindt je aardig," hield ik vol. „Dat had ik al in de gaten,' toen we hem voor 't eerst ont moetten. En op het concert gooide hij die rode anjer regel recht naar jou om op te vangen! Je hebt ze zeker bewaard?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1947 | | pagina 2