VOOR DEN ZONDAG. De „Papendrecht" na vee! omzwervingen weer in Nederlandsche haven. De vooruitzichten van! den Nederlandschen in- en uitvoer. Tweede Kamer verkiezing. Zeeuwsch-Vlaandaten in Oorlogsbrancl l STERKTE DOOR GELOOF. Boekenschouw. Dc Fokkerfabrieken SP Predikbeurten. Litteratuur over de Japansche bezetting Secretaris van de delegatie van het Internationale Roode Kruis'op Ball vermoord. Provinciaal Nieuws. DE AVONTUREN VAN EEN NED. SCHIP. en de regseringsbeslissfng inzake de Vliegtuigindustrie De Spaan sch-Duitsche Beei, wassenaar; f G. c. J. M. samenwerking tijdensden oorlog De vierdaagsche strijd om liet bruggehAjfd bij Kijkuit. OPROEP tot alle West Zeeuwsch-Vlamingen. 4~ T IN Psalm 16 8 zegt een mensch dat hij niet wankelen zal. Welk een mensch kan dat zeg gen? Is er wel een mensch te vin den op deze wereld die niet valt en niet wankelt? Is dit woord misschien een woord dat in dichterlijke verruk king is neergeschreven en dat we daarom in de wereld waarin we leven geen plaats kunnen geven, een woord van een droomer, een fantast Een droomer is de psalmist zeker niet. Hij kent de verschrik kelijke werkelijkheden van het leven, hij weet van de mogelijk heid zijn ziel te verliezen aan het verderf. Hij is werkelijkheids- me nsch en toch zegt hij: „Ik zal niet wankelen". ■pvE mensch die dit zegt moet zijn steunpunt hebben niet tn deze wereld, maar in de andere wereld: niet hier, maar elders; niet in 't vergankelijke maar in 't onvergankelijke; niet in den mensch, maar in God. Zoo is het ook. Zeker, de psal mist zegt „Ik zal niet wankelen", maar met deze uitspraak begint hij niet. I>an zou zijn woord klank zijn, zonder inhoud. Er gaat ech ter iets belangrijks aan vooraf. „Ik stel den Heere geduriglijk voor mij". En omdat Hij aan mijn rechterhand is', zal ik niet wanke len. Aan het niet wankelen is een voorwaarde verbonden. Dit is de voorwaarde: „Ik stel den Heere geduriglijk voor mij". LETT wel. de dichter zegt niet: ,,Ik stel m ij voor den Heere". Dit kan geen mensch. Niemand kan zich omhoog werken tot God Hij zegt wel: ,Ik stel den Heere voor mij". Hjj zegt dus: „Ik zie niet op wat ik ben voor God, maar op wat God is voor mij; ik zie niet op wat ik doe voor Hem, maar wat Hij doet voor mij; ik zie niet hoe ik bij Hem blijf maar hoe Hij blijft bij mij". Hij weet te spreken van sterkte en vastigheid. Hij weet ook dat deze sterkte niet gegrond is in zijn be leven van God, in zijn ervaring van God, Kortom, hij weet dat zijn kracht niet gefundeerd is in zijn verhouding tot God, maar in Gods verhouding tot Hem. WJ IJ moeten ons niet verdiepen in onze houding tegenover God. Dan zijn we gauw klaar. We zijn allen afgeweken. We moe ten ons verdiepen in Gods houding tegenover' ons. Dan gaat leven het woord ,wie wou mij wonder baar bereiden; die God die mij niet noodig heeft". Dan hooren we het woord van den profeet Jesaja; Tk ben gevonden door wie Mij niet zochten, Ik ben openbaar ge worden aan wie naar Mij niet vroegen den ganschen dag heb Ik mijne handen uitgestrekt naar een ongehoorzaam en tegenspre kend volk". Gedurig, d.w.z. in alle omstan digheden, moeten wij denken aan Zijn verbond. In den storm hooren we dan Jezus stem, die Zijn stilte in ons leven brengt. In strijd en nederlaag vinden we vastheid in Zijn woord: „Vrees niet, Ik heb de wereld overwon nen". Het eerste Nederlands che boek over de Japansche bezetting zal eind Mei Verschijnen. De titel luidt: „Binnen Japansch prikkel draad". Het is geschreven door Willem Brandt, het pseudoniem van W. ,S. B. Klooster, redacteur van de Delicourant. De uitgever is JVan Kampen te Amsterdam. Het boek bevat 100 gedichten, ge schreven tijdens de gevangen schap van den auteur op Sumatra. Van den zelfden schrijver zal later in dit jaar een uitgebreide repor tage over de veldtocht op N. Su matra en de bezetting verschijnen onder den titel „De Gele terreur". Er zullen ook twee dichtbundels over hem uitkomen. Eén hiervan behandelt den chaos in Neder- landsch-Indië na de Japansche capitulatie. AANKOMST EN DEBAR KEERING „SLOTERDIIK" wyl voor den agrarischen sector onder sterk voorbehoud een uit voer mogelijk lijkt van 260 mil- tioen gulden. Het is echter de vraag of deze exportbedragen in 1946 worden gehaald. Nog steeds vormt de lage energievoorziening een van de ernstigste beletselen voor het bereiken van een ver hoogde productie en derhalve van een bevredigender beeld van den export. In enkele gevallen liep zelfs de productie terug dan wel konden bepaalde industrietakken, voor den export van de grootste beteekenis, hun productie in af wijking van de bestaande plannen niet aanvangen. In het eerste kwartaal 1946 werd de volgende uitvoer bereikt: 87 millioen gul den, t.w. Januari 18.5 millioen gulden, Februari 25 millioen gul den, Maart 44 millioen gulden (April vermoedelijk ruim 40 mil lioen gulden). Hieruit blijkt, hoe zeer thans een achterstand be staat, wanneer men de cijfers verJ gelijkt met de ramingen. Niettemin kan een zekere voor uitgang worden verwacht, mits geen onvoorziene omstandigheden optreden. En deze stijging - is noodig. Met alle middelen zal de Het m.s. Sloterdijk" met repa- trieerenden uit Ned.-Indië aan export moeten worden bevorderd, boord wordt heden om ongeveer 6 uur te Hoek van Holland ver wacht. Vermoedelijke aankomst te Rotterdam 10 uur. Het ligt in de bedoeling om 12 uur met de debarkeering te beginnen. Zaterdag 18 Mei 1946. Ned. Herv. Kerk. Terneuzen: 7.30 u. Avondgebed. Zondag 19 Mei 1946. Ned. Herv. Kerk. Terneuzen: 10 u. Ds. J. C. Sickesz. 2.30 u. Dr. L. J. Cazemier. Sluiskil: 10 u. Dr. L. J. Cazemier; 2.30 u. Ds. J. C. Sickesz. Axel: 10 u. Ds. J. J. Saraber; 2.30 u. de heer J. Overdulve, van Moerbeke (B.). Zaamslag: 9.30 u. leesdienst; 2.30 u. Ds. A. J. Kromhout. Hoek: 10 u. Ds. A. J. Kromhout: 2.30 u. KloosterzandeGeen opgave. Sas van Gent: 10 u. Ds. J. van de Graaff. Philippine: 14.30 u. Ds. J. van de Graaff. Hulst: 10.30 u. Ds. W. L. Herma- nides. Hoofdplaat: 10 u. Ds. Pliester. Biervliet: 10 u. Ds. A. J. van den Ham. IJzendijke: 10 u. Ds. Van 't Hooft Groede: 9 u. Ds. G. J. Derksen Nieuwvliet: 10.45 u. Ds. G. J. Derksen. Doopsgezinde Gemeente. Aardenburg: 11 u. Ds. Nolthenius Gereformeerde Kerk. Terneuzen: 10 u. en 3 u. Ds. Van Puijvelde. em. pred. te Mortsel. Hoek (in de Chr. School): 10 u. en 2.30 u. Ds. H. Lanning, em. predikant te Fijnaart. Zaamslag: 9.30 u. en 2.30 u. Ds. Kok. Gereformeerde Kerk. (Vrijgemaakt Art. 31 D.K.O.) Terneuzen: 10 u. en 3 u. Stud. B. van Riet te Goes. Hoek: 10 u. en 2.30 u. Ds. Zemel, van Axel. Chr. Geref. Kerk. 'Zaamslag: (in de Ned. Herv. Kerk): 12 u. en 5 u. Ds. J. C van Ravenswaay. Gereformeerde Gemeente Terneuzen: 9.30 u., 2 u. en 6 u. Leesdienst. Hoek: 9.30 u„ 2 u. en 6 u. Lees dienst. Oud-Geref. Gemeente. Terneuzen: 9.30 u„ 2 u. en 6 u. Leesdienst. Roomsch - Katholieke Kerk. Terneuzen: 7 u.. 8.30 u. en 10 u. H.H. Missen; 2.30 u. Lof. Hulst: 6.30 u„ 7.45 u„ 9 u. en 10 u. H. Missen. St. Jansteen: 7.30 u„ 9 u. en 10.30 u. H. Missen. Clinge: 7 u„ 8.30 u. en 10 u. H. Missen. Leger des Heiis. Terneuzen: 10 u. Kdt. W. Krom- menhoek; 7.30 u. Lt. H. Wouda. Mr. P. A. Blaisse, hoofd van de Afdeeling Planning van het Minis terie van Handel en Nijverheid, heeft een rede uitgesproken over de vooruitzichten van den Neder landschen in- en uitvoer. Mr. Blaisse ving zijn rede aan met direct aan te sluiten aan het geen in de nota betreffende den toestand van 's Rijks financiën over dit onderwerp is gezegd. Welbewust, aldus spreker, wordt daar de keuze gesteld van zoo groot mogelijke a beidsinspanning, zoo hoog mogelijke opgevoerde be sparingen. zoo ver mogelijk door gevoerde zuinigheid en efficiëncy of anders inflatie terwijl dan onmiddellijk volgt dat 't monetair evenwicht alleen zal kunnen blij ven gehandhaafd door een combi natie van een 6-tal hierna te noe men middelen: a. opvoering van de arbeids productiviteit; b handhaving der consump tie op het bestaande niveau met een minimaal noodzakelijke aan vulling van den voorraad duur zame consumptiegoederen; c. zoo groot mogelijke bespa ring als uitvloeisel van beide voor gaande middelen; d concentratie van den invoer lop die goederen, die de arbeids productiviteit kunnen verhoogen; e. opvoering van den uitvoer van goederen en diensten met op offering van eer, verhooging der binnenlandscilg cqnsumptie om een zoo groot mogelijk deel van den invoer -te kunnen betalen; f. inteering van ons vermogen in het buitenland teneinde een tekort op de betalingsbalans aan te vullen, dat niet door buiten- landsche leeningen kan worden gedekt. Spreker achtte het allereerst van belang vast te stellen, in hoe verre de economische positie van ons land bepaald» specifieke rela ties tot de wereldhuishouding in het leven roept. Na de situatie van het Neder- landsche pioductievermogen be handeld te hebben, en de daaruit voortvloeiende verhouding tot het buitenland, komt Mr. Blaisse tot de belangrijkste conclusie, dat het economisch en financieel beleid zoodanig moet worden gevoerd, dat het monetair evenwicht niet wordt verstoord Waar zoo als uit het voorafgaande bleek de buitenlandsche handel aan Ne derland zijn eigen karakter gaf en ook in de toekomst voor onze volkshuishouding van beslissende beteekenis zal zijn, moet de in- en uitvoer in het centrum van de berstelpolitiek staan, en stelt spr. WIJ ter recensie Heden hebben ontvangen vioek zonder titel." Schrijver Eugène van Herpen. Uitgever: Ad. M. C. Stok. Zuid- Hollandsche Uitgevers Maatschap pij, Den Haag. „Witte bussen;" Schrijver Ake Svenson. Vertaling uit het Zweedsch van J. E. Gorter-Keyser Uitgever: Ad. M. C. Stok. Zuid- Hollandsche Uitgevers Maatschap pij, Den Haag. „Het einde." Schrijver Folke Bernadotte. Vertaald door Mr. M. Mees. Uitgever: Ad. M. C. Stok. Zuid- Hollandsche Uitgevers Maatschap pij, Den Haag. Deze boeken worden uitsluitend besproken in onz" Zaterdagedities. de vraag waar staan wij thans, halverwege het tweede kwartaal van 1946. met onzen in- en uit voer? Sinds de bevrijding zijn met de navolgende landen han delsverdragen afgesloten: Frank rijk, Zwitserland, Zweden, Noor wegen, Tsjecho-Slowakije, Dene marken en Portugal Deze houden in, wanneer men de verdragen herleidt tot het kalenderjaar 1946, een invoer voor een waarde van 600 millioen gulden, ten aanzien waarvan de belangrijkste landen zijn: Frankrijk, Zweden en Zwit serland met resp. 230, 95 en 80 millioen gulden. Het is duidelijk dat de waarde slechts globaal is, aangezien de prijzen met het voortschrijden van den tijd vrijwel overal een stijging vertoonen. Met verschillende lan. den, waarmede nog geen handels verdragen zijn afgesloten, zooals Engeland, Canada en de Vereenig- de Staten van Noord-Amerika, zijn voor 1946 aan de hand van de beschikbare deviezen invoerramin- gen gemaakt resp. bedragende 66 millioen pond sterling, 75 millioen Canadeesche dollars en 376 mil lioen U.S.A. dollars. In totaal mag de verwachte invoer uit alle bovengenoemde landen worden gesteld op rond 1800 millioen gul den. België is nog niet in deze lijst opgenomen, omdat thans ter zake onderhandelingen worden gevoerd. Vast staat wel, dat Bel- ?ië een belangrijke bijdrage zal leveren aan onzen invoer, welke op enkele honderden millioenen gul den mag worden geschat. Buiten beschouwing zijn nog gebleven Zuid-Amerika. Rusland, de Bal- kanstaten, Italië, Spanje en het V^rre Oosten. De vraag is gerechtigd of reeds in den loop van dit jaar met deze landen een handelsverdrag zal worden afgesloten. Het lijkt ver antwoord hier niettemin met een paar honderd millioen gulden rekening te houden. Voor zoover thans globaal kan worden bere kend. vertoont de samenstelling van den invoer in totaal ruim 2.3 milliard gulden het volgen de beeld. 1. voedings- en genotsmiddelen 100 millioen gulden; 2. grond- en hulpstoffen agrarische sector 250 millioen gulden; 3. grond- en hulp stoffen industrieele sector 400 millioen gulden; 4. halffabrikaten 100 millioen gulden; 5. eindpro ducten met industrieele bestem ming 450 millioen gulden; 6. eind producten en met consumptieve bestemming 150 millioen gulden; 7. brandstoffen en smeermiddelen 200 millioen gulden; 8. reserve 100 millioen gulden: een totale invoer duo van 2350 millioen gulden. Deze cijfers mogen in het alge meen niet onbevredigend worden genoemd.' De uitvoer naar de landen, waar mede een handelsverdrag is ge sloten, bedraagt voor 1946 nog geen 400 millioen gulden. De be langrijkste landen hiervan zijn Frankrijk, Zweden en Zwitserland voor resp. 140, 70 en 35 millioen gulden. Ook hier is de waarde zeer globaal. Direct valt in het oog het groote verschil, dat tus- schen in- en uitvoer bestaat. Nog treffender is dit ten aanzien van de landen, waarmede nog geen handelsverdrag is afgesloten waarbij ik speciaal denk aan de Vereenigde Staten, Engeland en Canada, waar, gelijk mag worden verwacht, onze uitvoer zeer ver zal achterblijven bij den invoer. In April van dit jaar bedroeg de raming van den uitvoer van industrieproducten voor het jaar 1946 ruim 540 millioen gulden ter Niet alleen in Nederland zelf waarbij ik b.v. denk aan het aan trekkelijk maken van de export productie door extra toewijzingen van grondstoffen en kolen maar ook door een diepergaanden on- derzoekingsarbeid naar de afzet mogelijkheden van het Nederland- sche product op de buitenlandsche markt. Hetgeen Engeland thans op dit gebied verricht strekt tot voorbeeld. Dit land denkt een totaal-export in 1946 te bereiken van 750 millioen pond sterling, hetgeen aanmerkelijk hooger is dan het vooroorlogsche cijfer. In het eerste kwartaal van 1946 is aan deze verwachtingen voldaan. Dit is een prestatie, die bewonde ring afdwingt wanneer wij zien, hoe ver wij daar nog vanaf staan. Dit jaar is voor Nederland van de grootste beteekenis. Slaagt het bedrijfsleven er in met zijn pro ducten een belangrijke plaats op de wereldmarkt te veroveren, dan zijn de grondslagen gelegd voor de toekomstige ontwikkeling van onzen export en daarmede van onzen welvaart. De Nederlandsche Regeering heeft de delegatie van het Inter nationale Roode Kruis er van ver wittigd, dat op Bali het lijk van den secretaris van de delegatie, den Zwitser Anderlegg uit Zuerich, is gevonden. Uit betrouwbare bron wordt meegedeeld, dat de heer Anderlegg op Goeden Vrijdag Batavia verliet met bestemming Bali. Het doel van zijn reis was medewèrking te verleenen bij de opsporing van een vermisten En- gelschen officier, welke tot op heden geen resultaat heeft afge worpen. OOSTBURG. Verloting Fröbelschool. Ten bate van een op te richten fröbelschool wordt in deze ge meente een verloting georgani seerd. De prijzen zijn zeer aan trekkelijk en bestaan hoofdzake lijk uit huishoudelijke artikelen. De prijs der loten, 0,25, kan voor niemand een bezwaar zijn. Zater dagavond wordt met den verkoop der loten in het café van den heer De Vuijst een aanvang gemaakt. SCHOONDIJKE. Diefstal. Dezer dagen werd ten nadeele van den garagehouder P. C. uit een zich in zijn werkplaats bevin dend kleedingstuk een bedrag van ruim 1000 ontvreemd. Reeds denzelfden avond wist de politie den 14-jarigen pleger van dezen diefstal te arresteeren, die een volledige bekentenis aflegde. Het geld was grootendeels nog aan wezig, slechts een klein gedeelte was gebruikt voor de aanschaffing van een portefeuille en het xoo- pen van enkele glaasjes bier. WATERLANDKERKJE. Oprichting van de Ver. ter behartiging van de belangen van West Z.-Vlaanderen. Woensdag 15 Mei 1946 werd in het café van den heer Versprille een vergadering gehouden om te komen tot de oprichting van een plaatselijke afdeeling van boven gemelde vereeniging. De avond werd geopend door den Burgemeester, die. na de hee- ren Hoolhorst en Bols welkom ge- heeten te hebben, in het kort het zeer groote belang schetste van de gemeenten die reeds een afdee ling hadden opgericht. Hij wees o.a. op verbetering der wegen, woningbouw, enz. Verder werd de vergadering geleid door den heer Hoolhorst, die een uitvoerige uiteenzetting gaf over het doel der vereeniging en wat de oorzaak Was geweest, om tot oprichting van de vereeni ging over te gaan. Daarna nam de heer Bols het woord, die het een en ander mede deelde over de door de Overheid gegeven besluiten, betreffende de schade-enquête. Na afloop der vergadering werd ook in deze gemeente een afdeeling opgericht en werd uit de 25 leden, een voorloopig be stuur samengesteld als volgt: J. Dieleman. voorzitter; M. Verbrug- ge. vice-voorzitterJ. Robijn, se cretaris; A. de Poorter, penning meester en W. Vermeulen, be stuurslid. opengebroken en daar vond men toen, keurig van aanwijzingen voorzien, een compleet stel sleu tels voor het geheele schip; nadat het schip een reis had gemaakt werd het opgenomen in de (Royal Fleet Auxilia). De blauwe mari- nevlag werd op het schip gezet. Op een goeden dag ontdekte een der leden van Ph. Van Ommeren's Scheepvaartbedrijf, de eigenaars van het schip, de Papendrecht" op de rede van Gouroek. Deze kon zijn oogen niet gelooven. On middellijk werd het schip van alle kanten onderzocht totdat geen twijfel meer mogelijk was. De Engelsche admiraliteit was be hulpzaam om het schip te bezich tigen, maar van het onder Neder landsche vlag brengen was geen sprake. Deze aanwinst van de R. A. F. als fleet oiler was te kostbaar om te laten gaan op een oogenblik, dat een dergelijk schip zoo hard noodig was. Het schip voer den geheelen verderen oorlog als hulpschip voor de Engelsche marine. Het was het eerste schip dat Bizerta na de bevrijding aan deed, het nam deel aan de ravitail leering van Malta, het zwierf over de geheele Pacific. De Duitschers hadden een extra dek op het schip gebouwd voor een watervliegtuig, er was een uitstekende bewapening, terwijl voor de bemanning alles prachtig was ingericht, inclusief een biblio theek, waar niet alleen Mein Kampf" aanwezig was maar ook een luxe uitgave van het in 1940 verschenen boek Der weg zum Kaukasus". Intusschen zat de Nederlandsche regeering niet stil om het schip voor de Nederlandsche koopvaar dijvloot terug te krijgen. Deze onderhandelingen slaagden echter eerst na den oorlog op 2 April j.l. toen het schip door de Engelsche marine te Bombay aan de Neder landsche regeering werd overge dragen. Na ongeveer vijf jaar in den vreemde te hebben rondgezworven is de „Papendrecht" dan eindelijk Donderdagavond de Nieuwe Wa terweg binnengeloopen. Dat de reeders die den opdracht tot den bouw van het schip gaven, blij waren het schip in vrijwel onge schonden staat terug te zien, is te begrijpen. Door de regeering zijn zij belast met het beheer van de „Papendrecht" tot dat de eige naarskwestie geregeld is. Als zooveel schepen heeft het tankschip „Papendrecht" geduren de den oorlog zeer veel meege maakt. Het behoort echter tot de helaas weinige schepen (Neder landsche), die de bewogen jaren ongeschonden doorkwam. Toen in 1940 de Duitschers ons land binnenvielen en Rotterdam, waar de „Papendrecht" gebouwd werd bezette, toonden zij al spoe dig veel belangstelling voor dit schip. Zij gaven opdracht het schip zoo spoedig mogelijk af te bouwen. De eigenaars zoowel als de bcuwers wisten, dat er hoog stens 3 weken mee gemoeid zouden zijn eer de „Papendrecht" gereed zou zijn. Men slaagde er echter in het werk zoodanig te'trainee- ren dat pas in December 1940 het 15.500 tons schip de werf kon ver laten. Nadat de Duitschers uit Ham- Lurg een speciale bemanning had den gerecruteerd verlieten zij vol trots over hun nieuw veroverde*, buit met het schip de haven van Rotterdam. De eerste reis ging naar Frankrijk waar het schip verder uitgerust werd. Spoedig hierna ging de Duitsche kriegsmarine er mee aan de haal. Wat het schip precies gedurende den tijd dat het onder vijandelijke vlag voer heeft gedaan, is niet in alle details bekend. Wel staat het vast. dat het o.a. gebruikt werd om eens een Engelsch con- vooi te schaduwen. Bovendien werden er levensmiddelen en reserve manschappen mee ver voerd voor op zee zijnde onderzee booten. Natuurlyk hadden de Duitschers ook den naam van het schip om gedoopt. Het droeg nu den naam van de nieuw verworven provincie „Lotharingen". Het schip beviel den bezetter schijnbaar buitengewoon goed want op zekeren dag werd het vereerd" met de opdracht de „Bismarck" tijdens een van zijn acties te vergezellen. Een ieder herinnert zich de on dergang van de „Bismarck", een van die momenten waarop men, vooral in het bezet gebied, weer moed vatte. Tijdens de geweldige zeeslag, waarin de Bismarck" naar den bodem van den Oceaan verdween werd de „Lotharingen" door de Geallieerden buit ge maakt. De „Lotharingen" werd ontdekt door een vliegboot, die een bom plaatste naast het voor schip Hierdoor ontstond eenige schade. Vliegtuigen, die boven het schip cirkelden waren van plan hun bommenlast op de „Lo tharingen" te laten vallen met de bedoeling ook dit schip in den grond te boren. Men merkte ech ter, dat de bemanning onderling ■laags was geraakt als gevolg van het feit dat een deel der beman ning zich liever wilde overgeven. De Engelsche torpedojager "Ja- quar" profiteerde van deze wan orde om langszij te komen. Eenige Engelsche manschappen wisten de opvarende Duitschers de baas te worden waarna zij het schip naar de Bermuda-eilanden voerden. Daar werd het omgedoopt in de „Empire Salvage". Een Engelsche marine reserve-bemanning kwam aan boord. Zij hadden aanvanke lijk moeite zich aan boord te oriën- teeren; omdat het type Stork- machine hun onbekend was en de opschriften in het Nederlandsch voor hen een raadsel waren. Alle deuren werden opengebroken om dat de sleutels niet gevonden kon den worden. Alleen één myste rieus paneeltje in de hut van den eersten stuurman, waarboven het woord s.l.e.u.t.e.l.s., stond, durfde men niet aan te raken, uit vrees, dat daarachter nog de een of andere gevaarlijke installatie was. Als allerlaatste werd dit paneeltje GEKOZEN ZIJN: Partij van den Arbeid. W. Schermerhorn, Delft; J. M. Willems, Tilburg; A. M. Joekes, 's-Gravenhage; C. J. A. M. ten Hagen, Nijmegen; M. v. d. Goes, Wassenaar; J. H. Scheps, Zeist; L. A. Donker, Rotterdam; H. van Sleen, Rotterdam; J. Schilthuis. Den Haag;G. E. van Walsum. Rot terdam; R. v. d. Brug, Gouda; W. Drees, Den Haag;J. H. A. Loge- mann, Den Haag; J. E. Stokvis Den Haag; J. A. W. Burger, Dor drecht; T. A. J. W. Shorer. Mid delburg; J. J. Vorrink, Amster dam; E. Kupers, Bloemendaal; N. S. C. Tendeloo, Amsterdam; S. 1». Mansholt, Wassenaar; E. A. Vermeer, Naarden; L. N. Palar. Amsterdam; P. Lieftinck, Rotter dam; H. J. v. d. Born, Amsterdam; H. Vos, Wassenaar; J. Tuin Hoo- gezand en G. v. d. Leeuw, Gro ningen. Daar Prof. Schermerhorn en J. J. Vorrink 2 X zijn gekozen moet nog geloot wooden of C. J. van Lienden, Eindhoven of F. J. Goed hart, Amsterdam en J- G. Suur- hoff .Amsterdam of A. Vondeling Leeuwarden gekozen zullen wor den verklaard. Christelijk Historische Unie. H. W. Tilanus, Den Haag; Dr. J. JR. Schmal VoorburgJ de Ruiter, Harlch bij Balk; Tj. Krol. Haren (Gr.); Mr. H. K. J. Beer- nink, Ryswijk; Jhvr. Mr, C. W. I. Wttewaal van Stoetwegen Den Haag; Mr. W. F. E. Baron van der Feltz, Middelburg en H. Kik kert, Bmmen. Partij van de Vrijheid. A. Fortanier geb. de Wit, Am sterdam (2 X); A H W. Hacke. Voorburg; H. A. Korthals, Voor schoten; S. E. B. Bierema Us- quert; G. Vonk, Haarlem en W. C. Wendelaar of F. den Hartog Hoogblokland. Communistische Partij Nederland. G. Wagenaar, Amsterdam (6 X); S. de Groot, Amsterdam (2 X) en C. Borst, Amsterdam (2 X). Vermoedelijk zullen gekozen worden verklaard: A. C. Koenen Amsterdam; B. J. Stokvis, Amster dam; J. Hoogcarspel, Rotterdam; W. v. d. Muijzenberg geb. Willem- se. Amsterdam; J. H. C. Spijkers, Tilburg; J. Haken, Groningen en bij loting A. D. Schoonenberg, Am sterdam of J. J. Hofstra, TBnje (Fr.). Staatkundig Gereformeerde Partij Ds. P. Zandt, Delft en Ir. C. N. van Dis, Ermelo. De N.V. Ned. Vliegtuigenfabriek Fokker deelt het A.N.P. mede: In een uiteenzetting, die Vrijdag door den heer Van Tijen, bestuur" der van de N.V. Nederlandsche Vliegtuigenfabriek Fokker aan 't gezamenlijk personeel is gegeven, deelde deze mede. dat de regee ring thans een beslissing heeft genomen op de voorstellen, vervat in het rapport van de Adviescom missie Tromp. De regeeringsbeslissing beoogt de oprichting van één enkele vliegtuigenfabriek in Nederland waarin de bestaande fabrieken dienen op te gaan. Voorts werd in uitzicht gesteld het verleenen van financieele steun voor ontwik kelingskosten van nieuwe vlieg tuigtypen en otfi zonder verdere kapitaalsintering voor de betrok ken fabrieken de voortzetting van het tot nu toe gevoerde beleid mogelijk te maken. Tevens heeft de regeering een bijdrage toege zegd, waardoor het mogelijk zal zijn ondanks de nog onvolledige fabrieksuitrusting de opdracht op 100 éénmotorige 4-persoons zaken- vliegtuigen, die de Frits Diepen Vliegtuigen N.V. te Tilburg be reid is te geven, te aanvaarden. Spreker deelde voorts mede dat de door de regeering als vertrou wensman met opdracht de regee- ringswenschen tot uitvoering te brengen, is aangewezen deneer Ir. Th. P. Tromp, voorzitter van de meestal naar hem genoemde commissie, die deze taak heeft aanvaard. Hoewel nog vele vragen onbe antwoord en problemen onopgelost blijven achtte spreker deze beide beslissingen toch een zeer verheu gende stap in de goede richting, waarvoor de Nederlandsche vlieg tuigbouwers de regeering alles zins erkentelijk mogen zijn. Spreker stelde voor uiting te geven aan de nieuwe hoop, die op grond van deze regeeringsbeelis- sing het personeel van de Fokker fabriek vervult, door gemeen schappelijk de vlag op de fabriek te hijschen. hetgeen vervolgens in aller tegenwoordigheid geschiedde door den voorzitter van de perso- neelskemen. Katholieke Volkspartij. F. van Vliet, Eindhoven; J. H. j van Maarseveen, Utrecht; L. J. M. Teulinsrs Vueht' M. J. M. van Poll Den Haag E. M. J. A. Sas- I Radio-Moskou heeft de volledige sen Vught; J. M. Zegers, Sehayk; tekst gegeven van een verklaring Chr Mol Etten; ;F. J. M. Smits van luit.-gen. Krappe, den voor van' Oiien, Eindhoven; W. L. P. maligen Duitschen militairen at- M de Kort, Goirle; J. G. Stok- tache te Madrid en kol. Remmers, man Utrecht' Chr. G. Matsei. voormalig Duitsch militair attache Arnhem; H. Ruyter, Arnhem: E. te Tanger, die dezen aan de Sow- G. M. Roolvink, Almelo; J. R. H. i )et-Russische regeering hebben van Schaik, Den Haag; L. G. K r- overhandigd. De verklaring heeft tenhorst, Den Haag° W. J. An- betrekking op de Spaansch^Duit- driessen, Maartensdijk Utrecht i A. M. Lucas, Rotterdam; Th. D, J. M. Koersen, Amsterdam; F. J. H. Bacbg, Den Haag; C. P. M. Komme, Overveen; M. P. v. d. Weijden. Zevenhoven; J. Groen Azn, Alkmaar; W. Steinmetz, Am sterdam; A. J. J. M. Mes, Hein sche samenwerking in den afgeloo- pen oorlog. O.m. wordt melding gemaakt van Spaansche plannen l er verovering van Gibraltar en Fransen Marokko. Doordat Hitler i indertijd echter een invasie.van i Engeland en een aanvalsoorlog tegen de Sowjet-unie voorbereidde kenszand; Th. S.'j. Hooi).' Haar- to er niets van de plannen ge lem; W. .1. Droesen Roermond G. A. M. J. Ruijs de Beeren'orouck, Holtum-Born;J. H. Maenen, Heerlen; J. M. Peters, Roosteren; en H. M. J. Dassen, Heerlen. Anti-Revolutionaire Partij. J. Schouten, Rotterdam (12 X); Mr. J. A. de Wilde, Voorburg. Vermoedelijk zullen geközen worden verklaard: Mr. A. B. Roosjen, Amsterdam; H. J. W. A. Meijerink, Arnhem; Mr. J. Terp stra, Den Haag; C. v. d. Heuvel, Leiden; A. Stapelkamp, Utrecht; C. Smeenk, Arnhem; Dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot, Aerdenhout; Mr. J. Algera Leeuwarden; Mr. Dr. E. P. Verkerk, Boskoop; Ds. C. v. d. Zaal, Ulrum en Ds. J. Fok- kema, Delft. komen. Uit de verklaring blijkt dat de Spaansche en Duitsche ge heime diensten ten nauwste sa menwerkten. De Spaansche spion nen hebben Duitschland inlichtin gen verstrekt over de Geallieerde landingen in Noord-Afrika, Sicilië, en Normandië en het talrijke an dere informaties doen toekomen. Dagboekbladen door W. den Hamer. (X. Slot.) Daarna verrichten wij de noodigste werkzaamheden. Een Poolsch soldaat is ons behulpzaam bij het bijeenhalen der koeien. De dieren zijn zeer schuw, want zij hebben allen scherven gehad. De vrouwen gaan melken, niet op stal, maar aan de heg gebonden. Mijn overgebleven hengst die met zijn vrouwtje, een paard van onze buren, in het wild rondloopt, wordt vervolgens gehaald. De andere is dood, getroffen door scherven. In denk onwillekeurig aan de bekende ballade „De boer ploegt voort", daar de mogelijkheid be staat, dat er na verloop van tijd een veulen wordt geboren als souvenir aan deze veel bewogen dagen. Er komt intusschen bewe ging in onze buurt. Tal van buren komen terug. 1 gelukallen h beleefd het ges) halen die zy ikzelf zit t<® vertellen, du® is alsof ik nil heb mede vergeten be,® len moge bh® gen tamelijk® ik kan er v® vertellen e r® ik dan ook^B een getrou^J te hebben i getelijke- 4T nachtmerrii duisterd. Ij bevrijding materieele en aanziet ons leven stof dus t' Wij zien voordurem wenschen elkaar Fben we zeer Veel L kt uit de ver- ■kaar doen. Doch ®r en kan weinig BLter ik maar. Het weet en ook niets ■aakt, of ik alles ■jar uit deze rege F dat mijn geheu- Bed in orde was en f heele weken over Lrhrijven. Hetgeen Kaan heb om later qpotorisch overzicht wat in deze onver als een bange ze levens had ver barensweeën van de .-aten smartelijk, de e was zeer groot 'jnaar God heeft bi den. Welk een baarheid, «hen de collennes rbijrijden. Een ri'oep krijgsgevangenen looi twee Polen weef h.an de Tweede Verkorting is in tusschen, in een tijd van één uur, een stalen brug gelegd. Een nieu we weg van vlieger-palen wordt inderhaast gelegd en met puin van een verbrande hoeve verder be rijdbaar gemaakt. Alles aanvoeren en ir, eenzelfde tempo walsen, het gebeurt in één adem. Duitsche krijgsgevangenen moeten behulp zaam zijn bij dit werk. Wij staan echter allen perplex en verstomd van het puike materiaal waarover het Geallieerde leger blijkt te be schikken. Daar was het Duitsche leger nog maar een blik-winkel bij- In den namiddag neem ik de fiets om mij naar Axel te begeven, teneinde opruiming te verzoeken van de overal verspreid liggende doode beesten en doode Duit schers. Te Axel gekomen doen de menschen nog erg verwonderd en stil. Eenige Poolsche wagens staan op de Markt en in een straat loopt men om een tank heen. Ik begreep er niets van en besloot weer maar teriig naar huis te peddelen, doch ik weet bijna niet thuis te komen vanwege de tallooze tanks en gevechts wagens. Later begrijp ik de kom- bewoners van onze goede stad. Zij waren pas (bevrijd en wij reeds, kenden en nazaten weggebracht. 1 meer dan een nalven da.g wordt zooals Nog een paar .vermeldenswaar dige gevallen wil ik aan de ver getelheid ontrukken, want zoo men begrijpt, is er veel, zeer veel gebeurd in onze omgeving. Daar zou wellicht een dik boekdeel mee gevuld kunnen worden. Maar ik wil mij tot eèn paar gevallen be perken. Een Poolsche voorpost-verken ner komt een schuur binnen ge vlucht. achtervolgd door Duit schers. Hij moet zich bliksemsnel zien te verschuilen. De boer be klimt kordaat zijn hooischelf en tast hem zoo vlug hij maar kan onder het hooi. Nauwelijks is hij hiermede klaar of een Duitscher komt binnen. De mof snauwt den boer toe: „Was musst du haben?" De boer antwoordt: „De paarden voeren!" Intusschen gooit hij be daard een paar schoven haver op de ruif en komt naar beneden. Meerdere Duitschers komen de schuur binnen. Zij willen wat rus ten en één hunner beklimt daar toe de hooischelf waar hij zich eenige uren te slapen legt boven op onzen Poolschen verkenner! Het is te begrijpen, dat zulke voorvallen onthouden worden en nog vele jaren voort zullen leven en verteld zullen worden aan be- Vooral ook, omdat het in dit geval zoo bij uitstek goed afliep en later de zege al de door gestane angsten bekroonde. Nog een andere collega krijgt bezoek van een Poolsch Kapitein met zijn strijdende manschappen. De operatie, waarin zij zich be vinden, verloopt niet direct naar wensch. De Kapitein vermoedt n.l. dat hij ernstig gevaar loopt om in gesloten te worden. De Kapitein verzoekt daarom den boer om in een bepaalde richting poolshoogte te gaan nemen of zijn manschap pen zich daar nog bevinden. De boer doet, zooals onze bondgenoot vroeg, zijn plicht en inderdaad, hij loopt op 'n Duitsche tank. Onmid dellijk beseft hij het gevaar, duikt in een sloot en neemt van daar de gelegenheid waar het terrein te verkennen. De Duitschers blijken een stel ling terug te hebben genomen. Op handen en voeten sluipt hij door de sloot terug naar zijn erf. Maar dat is in geen ommezien ge beurd. Eer hij terug op de hoeve is, heeft hij enkele uren lang moe ten liggen en kruipen door mod der en riet, vanwege het onophou delijk en onafgebroken vuren, dat was ontbrand. Maar hij kon onder weg toch de gewenschte inlichtin gen krijgen. De moedige Polen sloegen er zicli toen doorheen en vervoegden zich later bij hun af deeling Deze zelfde Kapitein is in het kanaal moeten springen en zonk als een baksteen. Doch één van zijn mannen dook en bracht hem behouden boven. Ik beb dit mede opgeteekend om de bewoners van Kijkuit en om streken te laten zien, waartoe de r.ood den mensch kan drijven en ook moet drijven. Want in de ure des gevaars wordt het ware gemeenschapsge voel geboren. Dan leert men de menschen kennen in bun ware ge daante en ook komt men dan te weten wie er over ware moed en ziele-adel beschikken. Deze gevallen teekenen die men schen als luidjes, die niet kletsen, maar, als het er op aan komt, hun hooge en heilige plicht doen. Ook voor de belangen van ons dierbaar Vaderland. En waar het in boven- staanden zin beschrevene aa.n den dag is getreden, mogen wij aan het eind van mijn verhaal de be vrijding met vreugde herdenkend, tevens uitspreken, dat deze be vrijding ook zal volgen voor de rest van ons zwaar getroffen Vaderland. Wij worstelen en komen boven! Axel, 1944. Wij kwamen in bet bezit van verschillende dagboek bladen, geschreven tijdens de oorlogsdagen, waarin veel be langrijke en spannende ge beurtenissen zijn vastgelegd, echter West Zeeuwsch- Vlaanderen bleef in gebreke. Wij weten dat er velcr Zeeuwsch-Vlamingen zijn die dergelijke manuscripten be zitten. Wij willen die gaarne ter publicatie hebben. Niet iedereen is 'n schrijver, maar laat dit niemand weerhouden ons hei werk toch toe te zen den. Wij zijn gaarne bereid dit persklaar te maken om twee redenen: le wij willen vojr'oopig deze interessante stof in de Zaterdag-edities afdrukken onder den titel „Zeeuwsch-Vlaanderen in oorlogsbrand". 2e het is be langrijk al die gegevens bij een te zamelen om ze aan stonds als boek bewerkt voor Zeeuwsch-Vlaanderen uit te geven, als een blijvende her innering zo mogelijk ver lucht met documentaire foto's en teekeningen. Wie wil ons medehelpen dit plan ten uit voer te brengen? Stuur uw werk in of schrijf ons of vertel uw ervaringen en bijzonderheden om een stuk van Zeeuwsch-Vlaanderens historie te bewaren. Er is een begin. Zet het mooie werlc voort. REDACTIE.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1946 | | pagina 2