De herdenking te Vught.
voon
Bijzondere Ministerraad met
Prof. Gerbrandy.
Ij van denj
ïonaire,
Wat wil de; i
1
Radiorede van
H. K. H. Prinses Juliana,
S.
MAANDAG 6 MEI 1946.
Rede van
H.M. de Koningin.
„Het Dagblad" en de
rede van Prof. Logemann
Uitstel van
vergunning Dienstplicht
voor Melkknechts en
Boerenzoons-melkers.
Regeeringsverklaring
f (betreffende het beleid
in Indonesië.1#
Gratie van geringe
straffen uit den
bezettingstijd.
Hoofdredacteur:
Herm. Steeeerda.
Redacteuren:
P. L. D. J. van Qeveren.
S. W. Henry.
Redactie-adres:
Noordstr. 55-57, Terneuzen.
Tel. 2510 - Na 6 uur 2073.
Hoofdagentschap voor
West Zeeuwsch-Vlaanderen
Willemsweg 83, Schoondiike
BE VRIJE ZEEU
2de Jaargang No. 191.
Advertentieprijs:
per mm 10 ct.; minimum
per advertentie f 150
Inzendingen advertenties
tot des namiddags 4 uur.
Rubriek kl. advertenties:
1—5 regels 60 ct.: iedere
regel meer 12 ct. Ver
melding brieven onder
nr. Bur. van dit Blad
10 ct. meer i
Uitgave: Stichting „De Vrije Zeeuw" Verschijnt dagelijks Drukkerij N.V. Firma P. J. van de Sande - Terneuzen. Abonnementsprijs 3,25 per kwartaal.
Op het executieveld in de Vugh-
terheide nabij het voormalige
Duitsche concentratiekamp is Vrij
dagmiddag een plechtige herden-
king gehouden van de gevallenen
in de oorlogsjaren 19401945,
welke herdenking door de aan
wezigheid van Hare Majesteit de
Koningin, tal van autoriteiten en
nabestaanden van slachtoffers uit
het geheele land een nationaal
karakter droeg. Duizenden had
den zich verzameld op deze histo
rische martelplaats en zij waren
getuigen van een sobere plechtig
heid, die echter juist door haar
eenvoud uitzonderlijk indrukwek
kend was.
Reeds lang voor de aankomst
van de Koningin hadden zich de
duizenden verzameld binnen en
op de wallen van lunet 2, waar
aan het einde tegen de kogelvan
gers het eenvoudige houten kruis
prijkt op de plaats waar zoo velen
vielen door de kogels van den ge-
nadeloozen Vijand.
Voor den aanvang der plechtig
heid legde Minister Beel namens
de regeering een krans bij het
houten kruis, hetgeen eveneens
geschiedde door burgemeester
Loeff namens Den Bosch, door de
oud-illegale werkers en de Ver-
eeniging Jong 's Hertogenbosch.
Vele nabestaanden van slacht
offers en honderden belangstel
lenden voegden daarbij eenvou
dige bloemenruikers, zoodat bij
hel einde der plechtigheid deze
gewijde en met bloed doordrenkten
grond met een schat van bloemen
was overdekt.
Te kwart voor zes kwam Konin
gin Wilhelmina op het executie
veld aan. Terwijl dè duizenden
eerbiédig zwegen en de gemengde
zangkoren van Vught en Den
Bosch „Wilt heden nu treden''
zongen, schreedt Zij, vergezeld
van Jhr. J. Smits van Oyen, waar
nemend Commissaris der Koningin
in Noord-Brabant, van den nieuw
benoemden burgemeester van
Vught Jhr. F. van Rijckevorsel en
haar adjudant door de honderden
meters lange haag van padvin
ders, die tusschen de menigte een
breeden gang vrijhielden. Aange
komen op de kleine vlakte voor
het kruis nam de Koningin den
enormen krans van Haar adju
dant over, ging daarmede, terwijl
het gevolg achterbleef, geheel
alleen verder en legde dezen neer
aan den voet van het kruis. In
gedachten verzonken bleef de
Vorstin daarna op deze plaats
staan en met Haar herdacht de
menigte de gevallenen gedurende
één minuut stilte. Daarna klonk
haar Koninklijk woord van troost
vpor de nabestaanden, van dank
baarheid voor de helden, die hun
leven gaven, en van droefheid om
het lot van de 13.600 vaderlanders,
die in het Vughtsche kamp om
het leven kwamen, en van aan
sporing voor het geheele volk.
De ïede, die door Hare Maje
steit op bewogen doch krachtigen
toon werd uitgesproken, werd
door allen in diepe aandacht aan
gehoord.
De Bossche en Vughtsche man
nenkoren zetten hierna het Ecce
Quomodo Moritur van Haendel in.
De Militaire Kapel van de Gezags-
troepen uit Den Bosch zette hier
na tot slot van de plechtigheid
het Wilhelmus in, dat door allen
werd meegezongen. De Koningin
verliet hierna het executieveld,
doch niet nadat Zij verschillende
autoriteiten met name de Bis
schoppen van 's-Hertogenbosch en
Breda had begroet en Zich aan
verschillende familieleden van
Nederlanders, die op deze plaats
hun leven gaven, had laten voor
stellen.
Het „Dagblad" in Batavia geeft
Vrijdag de speech van Prof. Loge
mann in het parlement zonder
commentaar doch onder een kop
over drie kolommen „naar af
braak van het Koninkrijk der
Nederlanden" en daaronder „een
voorstel tot het erkennen van de
„republiek", „het staatkundig
dilettantisme van Logemann".
WEERSVERWACHTING
medegedeeld door het K.N.M.I.
te De Bilt, geldig tot heden
avond:
Guur.
Aanvankelijk nog krachtige
Noordelijke wind. Later op den
dag geleidelijk iets afnemend.
Wisselende bewolking met hier
en daar nog een paar buien.
Guur weer.
Vrijdagnamiddag is in het de
partement van Justitie een bij
zondere Ministerraad gehouden,
waarbij tegenwoordig was de oud-
Minister-President, Prof. Mr. P.
S. Gerbrandy.
De voorzitter van den Minister
raad, Prof. Ir. W. Schermerhorn,
heeft Prof. Gerbrandy toegespro
ken en de zware taak. welke de
laatste in Londen gehad heeft, ge
schetst. Gij hebt aldus de Mi
nister-President het erfgoed
van het Koninkrijk der Nederlan
den helpen bewaren door bijna
vijf jaar van de ergste crisissen.
Te midden van allen storm hebt
gij nooit gewanhoopt aan de toe
komst van ons vaderland en hebt
gij er in niet geringe mate toe bij
gedragen, de kans op herrijzenis
open te houden.
Het geheele werk der huidige
regeering aldus zeide Prof.
Schermerhorn zou ondenkbaar
zijn geweest zonder de beleids-
daden van U en Uw medewerkers
in Engeland. Dank zij Uw kabinet
en in de eerste plaats dank zij
U persoonlijk heeft ons land een
plaats behouden (en welk een
roemrijke plaats) te midden van
de strijdende volken. De geest
van moedeloosheid en defaitisme
beperkte zich niet tot den heer
De Geef.
In de dagen van Duinkerken en
van Frankrijk's capitulatie was er
iets noodig van het geloof „quand
mème" om het hoofd boven water
Toen de Koningin voor het eerst
het Paleis op den Dam verscheen
na 5 jaren weer op het balcon van
in het hart des lands, Amsterdam
te houden niet al leep, maar vooral
om de maatregelen te nemen die
onmisbaar waren voor een effec
tieve oorlogvoering onzerzijds. Het
was zaak, te bewijzen, dat het ons
ernst was, en dat wij bereid waren
te offeren voor de gemeenschap
pelijke zaak. Gij waart het, col
lega Gerbrandy, die dit bewijs in
de allereerste plaats hebt helpen
leveren.
Gij hebt 't vertrouwen gewonnen
van onze Geallieerde vrienden en
in het bijzonder van den grooten
inspirator tot den .strijd, van
Winston Churchill, dién wij bin
nenkort hier in dit land zullen
begroeten. Gij hebt dat vertrou
wen gewonnen, zeg ik, en wij allen
weten, dat gij het inderdaad hebt
moeten heroveren, zooals men in
oorlogstijd een moeilijke stelling
verovert. Maar gij zyt er in ge
slaagd, dank zij uw taaiheid, uw
gansehen persoonlijken inzet, dank
zij datgene wat ik zou willen noe
men: uw natuurlijke aangeboren
vriendelijke onbuigzaamheid.
Gij hebt weten te handelen en
snel te handelen in de oogenblik-
ken dat het moest. Voor een niet
gering deel is het uw verdienste
geweest, dat wij aan het Japan-
sche keizerrijk den oorlog hebben
verklaard, op een moment dat het
nog geen strikte, formeele nood
zaak was. Ik ben ervan overtuigd,
dat onze tegenwoordige positie in
de Pacific zwakker zijn zou, wan
neer niet op den achtergrond de
herinnering leefde aan het kordate
optreden van onze Londensche
Regeering en van u zelf, tijdens
Nippon's eerste agressie op het
Amerika van Roosevelt.
Onder uw leiding heeft onze
collegea Van Kleffens ertoe kun
nen overgaan, de Nederlandsche
diplomatieke betrekkingen te her
stellen met het Vaticaan en met
de Sovjet-Unie.
Beide beslissingen zijn van zeer
ver strekkende beteekenis ge
weest. U hebt begrepen, dat Ne
derland aan het Pauselijk hof een
luisterpost noodig had. Maar meer
nog hebt hij gezien. Gij, de
geloovige Calvinist, hebt begrepen
dat een land als het onze, waar
van een derde deel der burgers
het Katholieke geloof belijdt, ge
accrediteerd moest zijn bij een
zeer groote mogendheid, wier
geestelijk gezag zich uitstrekt over
tientallen millioenen Christenen.
En dan verder onze relaties met
het nieuwe Rusland.
(Zie verder pag. 2, le kolom.)
Links: In hotel „De Wereld" te
Wageningen: Prins Bernhard
neemt als Opperbevelhebber der
Nederlandsche strijdkrachten de
overgave in ontvangst van de
Duitsche commandanten (op den
rug gezien).
Rechts: Zóó trokken de Canadee-
zen Amsterdam binnen.
Van de mogelijkheid om door
tusschenkomst van de plaatselijke
Bureauhouders verzoeken om uit
stel van vergunning van dienst
plicht voor melkknechts en boe
renzoons-melkers in te dienen, is
door zeer velen gebruik gemaakt.
Daar slechts een. beperkt aantal
vrijstellingen kan worden ver
leend, zijn uitsluitend de aanvra
gen, die op de meest urgente ge
vallen betrekking hebben, dooi
het bureau oogstvoorziening van
het Ministerie van Landbouw. Vis-
scherij en Voedselvoorziening aan
het Ministerie van Oorlog doorge
zonden. De aanvragers, die voor
uitstel in aanmerking komen, zul
len niet 'in werkelijken dienst
worden opgeroepen en ontvangen
bericht, dat hun uitstel is ver
leend. Indien wel een bevel tot
opkomst wordt ontvangen, dient
hieraan onverwijld gevolg te wor
den gegeven. Nieuwe aanvragen
om uitstel kunnen niet meer in
behandeling worden genomen.
Persoonlijk bezoek aan het bureau
oogstvoorziening heeft dan ook
geen zin.
De Minister van Overzeesche
Gebiedsdeelen heeft, ter vertrou
welijke kennisneming, aan de
leden der Tweede Kamer een nota
doen toekomen betreffende het
overleg met de Britsche regeering
nopens de Britsche troepen in
Nederlandsch-Indië.
De inhoud van deze nota is
reeds medegedeeld in de bijeen
komst van het Seniorenconvent en
de Indonesische commissie der
Kamer op 29 April j.l.
Nog geen reactie der
Indonesiërs op verklaring
Logemann.
In officieele Republikeinsche
kringen is tot op heden nog nie'
gereageerd op de verklaring van
Prof. Logemann. Sjahrir heeft
een lichte kou gevat. Soewandi,
het hoofd van de Indonesische
delegatie naar Nederland, heeft
geweigerd om thans een verkla
ring af te leggen, daar hij wil af
wachten met welke voorstellen Dr
Van Mook zal terugkeeren. Even
min heeft de Indonesische pers
gereageerd met uitzondering van
de „Merdeka", die met enorme
letters en een kop van drie kolom
men melding maakt van het feit,
dat Logemann een verklaring
heeft afgelegd.
Aan het slot van de Herden
kingsplechtigheden van de bevrij
ding heeft H. K. H. Prinses Juli
ana zich per radio over beide
zenders tot het Nederlandsche volk
en in het bijzonder tot de jonge
ren daaronder, gericht.
H. K. H. herinnerde aan het
werk. dat talrijke jongeren in de
illegaliteit verricht hebben. De
jeugd van omstreeks 20 jaar heeft
zich doen kennen als een jeugd
waarvan de geest niet bedorvei
kon worden door de Duitsche over
weldigers, iets wat van het hoog
ste belang is voor ons volk.
Als voorbeeld voor het ille
l^uré werk, door de jongerei
verricht, noemde de Prinses der,
arbeid van een 20-jarigen jonge
man, die behalve daden van sabo
tage te verrichten en hulp te ver-
leenen aan Joodsche en onderge
doken Nederlanders, ook een ille
gaal weekblad uitgaf, dat zelfs in
de kampen in Duitschland de
landgenooten bereikte. Thans zijn
velen van hen teleurgesteld door
den gang van zaken na de bevrij
ding. In den bezettingstijd heibben
zij geleerd snel te handelen en te
beslissen en thans gaat alles, vol
gens hun gevoel, zoo langzaam.
Daardoor is een drang naar het
buitenland ontstaan.
Het land, waarvoor zjj vijf jaar
lang illegaal gestreden hebben, is
hun thans te klein geworden.
Veel beter deden de jonge men-
schen echter, indien zij in Neder
land bleven, omdat Nederland hen
zoo dringend noodig heeft.
Ons land heeft zwaar geleden
tijdens den oorlog, zwaarder dan
velen wel denken. Er moet echter
opgebouwd worden en daarvoor
zijn menschen noodig.
Ook richtte H. K. H. zich tot
de meisjes, bij wie eveneens deze
drang naar het buitenland bestaat.
Zij spoorde deze aan, op haar ter
rein mede te werken aan den op
bouw van Nederland.
■armooApxBq ua paaaw uoo sbm
Bzau 'ojzjaj uba qetg 101 ïin
daia ua uooj} uap uba 'uas
-IBBidpaq aqosuBoj ap ui ;qoBaq
-ijaoz pfi; ufiz aip uaqosaaaq ua£
-qBuiuao} ap aaiojjjo-uaipiBzoir ap
lajl» 9Z6T ui pno ijaru Sou aaiqoa
bT ap uba aijsBuXp oq
do maq apSjoA n ezoy uooz ufiz
19Z9-SjB piaqpuizajg aqoe)in<T-ojci
ufiz suaSaM uapjaaqpeaS ap joop
bzojj aiz.iaj uba in?V
ueSjiBiuuao} ap p.ia.n Xf6I uj'
'jBSgin aizjaj uba
ua^uBuq a^sqoozS ap uba U99 Sip
-eods ie fiq ubbai fiuajppiup auaap
-"uc iiaa ua umarv:^.9Twirp. -nava
e»--'»U3iwppitut!uaAa! ap
squnpuo uapnoq uaaaoq azooiiBj,
'saoiuuoXsuap[aaq sib ubbS Jaaqai
ua;uauinuoui na uaqjazjBLS uaSai
ua uaqqajripuoj puBI X9lI 9lp ua
-Joq auinrq" pfiXIB Sou uüz j'a
'Suqjapuo uaXoooS aiap aap
3otjoo uapuauioq uap ut 'warrem
9} traqoouaSpuoq ;oX suaqasima
ap sr iqopah aoaa fiz ;Bp 'pSm
-aolin IpaoAi Siuapooz SufiqoAaq
«AouaSa; saaXXazaq aap SutS
-imjaqsd-BqoepuaijA aaapai i&Avaai
uapaoAV P-iaa;jod[ooaS auapui? ap
jbbu qaoq)BB.iÏS auaa ap uba „uftz
aai» suae jbbui uauBqiaaiuv ap
SisSTB Aioosap ---=
i^TOA» 4aq .revp SI .iBBiTaSnM
uaqaao -lapjaoAUBBisfq jbbh
•Mnoqdo ui U99 xsz
-J9A ui u?a :azna[ ap aapuo onou
-sSuizaiqaaA ap fiz laaoA uiojbbq
priJ)ssSun;azaq uap suapfii paap
)up fiz qfnaS 'puBi suo uba Ainoq
-do uap fiq uaSuap praqqfitapjooM
-IUBJ3A ap apaui iim fiz gup
-aaSaa aqosquq uauuoA a) uaa ui
do siBBid ufiz ;qosra fi;jBd azuo
PUB[ suo UBA taisaaq Sipaods
uaa aooA ufiz Sipoou aip uaaaoA
9? Joop uaiaSajXBBui apuadfuSui
^PJho uapizaq qqoBjq ap mz'Smi
-paoA UBB >I[ÓA 61
ap uba SuiSipaoAi
siBBid a;saaa ap u
uba SuiSooqaa^
-lOA ap aooAaaiq
-uioo OQ uaSjoA
-aaSaa azuo aip sj
-JOM isqsaq jbz u
-aiq aap uepirsq
isuioqao} ap ;pad
ua;oouaSpuBi uap
'uaiBapt ap uba Si
IP* }9H -aa^azaq
gelegenheid van de viering
van de bevrijdingsfeesten op 4 Mei
1946 heeft H. M. de Koningin bi
besluit van 29 April 1946
Staatsblad 103, gratie verleen#
van:
a. de tijdens de bezetting uit1
gesproken, nog niet ondergani
onvoorwaardelijke vrijheidsstraf
fen van drie maanden of mindei
en nog niet betaalde onvoorwaar
delijke geldboeten van vijfhonderd
gulden of minder, opgeiegd voor
feiten tijdens de bezetting ge
pleegd. alsmede de nog niet onder
gane of nog niet betaalde gedeel
ten van zoodanige straffen.
b. het nog niet ondergane ge
deelte van tijdens de bezetting
onderbroken vrijheidsstraffen,
waarvan op het tijdstip varf de
onderbreking het overblijvende ge
deelte niet meer dan drie maanden
bedroeg.
Joden, spoorwegmannen en ande
re onderduikers, die gastvrijheid
en onderdak vonden bij hen, die
men nu als ïsolationisten en sepa
ratisten meent te moeten kwalift-
eeeren?
Wq organiseeren ons op den
grondslag van beginselen, ont
leend aan het Woord van onzen
God. Als men dat een isolement
belieft te noemen, dan is dat een
isolement, waarmee wij geheel ons
Nederlandsche volk wenschen te
dienen. En wij ontzeggen een ieder
"ns ^at als iets minder-
e een standpunt vd
r bus gaat, mad
.- het een overzie*
n binnen het raa
ij streeft. .Sterol
s duidt iets aan
- verantwoordelijk,
i ieder beseffe ver,
r sende beteekenis]
zijn stem voor lJ
zijn. Daarom dij
t mer wat in feitl
ping wil zijn va]
het simpel gebai
roodkrassen, dat]
er zit een stuk to
van weinigen?
volg: prijsschoml
sementen onder I
cïenst anders, wel
de arbeiders. Dus|
Wat dan Een
vordering van
bij een behoord
voor allen. Ge*
winst, maar om
te bevrediging,
op economisch ge]
matige productie!
gewonnen. Doorl
ongebreidelde co|
kapitalistische
wordt de vrede ve
dening. Dat is
tie en dwang van|
bureaucratie zal
te en de distrij
hoe eerder hoe
dening is de orgj
de vrijheid. Ori
het scheppen va
het beroeps- t
waarvan de leidir
dernemers, arbeid|
woordigers van
lang gezamenlijk!]
ders dan dwang
staatsalmacht.
enz., waarover
kwaadwillig wordt
Het laatst I
ie vrede! SlechtT
lale rechtsorde kl
{inderen de vrJ
A'elke partij richj
:n duidelijk op
echtsorde. als dei
trbeid, met haa]
ionale verbind in
riendschapsbandeB
ïjn mannen van
Nu kunt U kiez]
roblemen vragen
elen. De Partij
'ijst U die midde
ratie en socialisn
noer zijn bij den
eter bewoonbare
en samenleving
ïchtigheid en vre
W. THij
Secret
den
t alle Duitsche
.e Duitsche met; I
i afgezworen z>
niet gaarne dut
Wij wenschen, d
id geregeerd
ei eenstemming
idsdien volksaaii j
.atsrrecht, met dll
l Ned. rechtsstif 1
mining met de
indv.-et en de N< *->.
dat niet, dan gj
ten onder het
zij in dictatuur -
program van *'i j
k toe: Terug t'
htsstaat en de w i
.alen wij ons;--
zullen in de
dan in het vMfetap
«n zjjn op b-ore'
ir laten wij on>i aF^t
iet noodeloos infri' i
:enland. Laten v
wij ons eigen)(jj['
verminken doo:
r uitheemsch m ia
eigen aard en Uil
opoffert, loopt
standigheid te vePa
speelbal te worden^"'
machtige naburen,
geen Duitsche, wijl
geen Angelsaksiscf
zijn.
Wq staan dan ooi
De Christeliik-H^: j
is een Protestants*