DE VRIJE ZEEUW
Axel
:»s
TSSSJt..'?- a"-'
945
latie
DINSDAG 18 DEC. 1945
No. 112
PRUSBEHEERSCHING;EEN PUBLIEKEZAAK
>OL
MG,
:ei\
a.s.
,11
woon
KERK EN POLITIEK.
DE TOESTAND IN INDONESIË.
ONTVOERINGEN TE SOERABAJA.
KIESGERECHTIGDE LEEFTIJD LAGER?
ONZE VROUWEN.
ANNEXATIE NIET VAN DE BAAN.
ONS"
\RTE
11,25
DEIJ,
p den
armd.
ibond, isl
tijwielen.
2e Jaargang
Redactie-adres: Jijlianastraat 37, Terneuzen.
Administratie-adres: Noordstraat 57, Terneuzen.
Redactie: S. VV. Henrj- en P. L. D. J. van Oeveren.
IHt Blad wordt gedrukt by de N.Y. Firma P. J. van de Sande, Terneuzen.
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Terneuzen ƒ1,50 per 3 maanden, buiten Terneuzen ƒ1,74 per 3 maanden. Bij vooruitbetaling 0,60 per jaar.
ADVLMK'J'iuNTTËNPer mm 10 eent, minimum per advertentie ƒ1,50 Rubriek kleine advertentiën 15 regels 60 cent; iedere regel meer 12 cent-
maximum 8 regels. Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen 15 regels 52 cent; iedere regel meer 10 cent. Met vermelding brieven of adres bureaii
van dit blad 10 cent meer. Handelsadvertentiën- bij regelabonnement tegen verminderd tarief, dat op aanvraag verkrijgbaar is.
Inzending van advertentiën uiterlijk 9 uur v.m. op den dag der uitgave.
hiervoor
Prof. G. Brouwers, directeur-generaal
ezen, dat]van de prijzen, van het Ministerie van Han-
)f vorde-ldel en Nijverheid hield Dinsdag een radio-
bezit zijn
bij hun
bovenge-
schieden,
landeren
ir.
taris.
welke
:iding
raren.
uur.
causerie, waarin hij aanstipte, dat weinig
onderwerpen in ons land meer besproken
worden, dan de prijzen. Van de ontwikke
ling daarvan, hangt ook in belangrijke
mate het wel en wee van ons volk af.
Moet het economisch levende kans krij
gen zich eenigermate te herstellen, dan
moeten de prijzen een zekere stabiliteit
vertoonen. Voortdurende stijging kan tijde
lijk schijnbloei beteekenen, doch ontaardt
in inflatie, het vertrouwen in het geld ver
dwijnt en wij marcheeren weer snel naar
een econcmische crisis als na den vorigen
oorlog.
In enkële landen bestaat een zekere sta
biliteit, met name in Engeland en Neder
land. In den laatsten winter beheerschten
zwarte prijzen, ruw geschat tot (honderd
maal het normale bedrag, de situatie der
goederen. Aanvoer na de bevrijding gaf
eenige verbetering en ook de geldsaneering.
De Regeering heeft er naar gestreefd,
door het vaststellen van prijzen, de prijzien
in juiste banen te leiden. Bij een ontred
derd apparaat waren de technische moei
lijkheden groot, de basis voor de prijzen
iwaren nauwelijks bekend. Aanvankelijk
kende men van de overzee aangevoerde
goederen de kosten niet, evenmin hoe de
loonen ziclh in de verschillende bedrijfstak-
jjlken ontwikkelden, noch de gewijzigde om-
l'standigheden van productie en distributie.
$;!Er moest vaak schattender wijs te werk
Mworden gegaan. Ook thans kan dit nog
niet in exacte cijfers worden gezegd. De
Pgj buitenlandsche grondstoffenprijzen en de
hier en daar sterke loonsverhoogingen even-
eens. In doorsnee kan gezegd worden, dat
I wij thans een prijsniveau hebben bereikt,
dat met het Engelscihe min of meer te ver
gelijken valt. Er doen zich nog stijgingen
i voor en er zullen er, b.v. door sommige
belastingmaatregelen, nog wel komen, doch
I het algemeéne niveau is voorloopig bepaald.
Dit beteekent niet. dkt wij tevreden kun-
i nen zijn. Men moet niet kijken naar den
tijd van vóór den oorlog; dan is elke
prijs te hoog. De prijzen zijn nu na den
I oorlog eenmaal over de geheele wereld ge-
cruT stegen. Vergeleken met de loonen zijn ver-
scheidene prijzen nog onevenredig hoog,
vooral in verband met den berooiden toe
stand, waarin vele huisgezinnen zich be
vinden. Dit is een vraagstuk, dat zoowel
van den loon- als van den prijzenkant moet
worden aangepakt. Men moet zich wel be
wust zijn, dat aan de loonpolitiek grenzen
zijn gesteld, omdat ons voortbestaan van
export afhankelijk is. De productiekosten
moesten .binnien zekere grenzen blijven.
Steeds wordt gestreefd naar verlaging
van te hooge prijzen. Zoo zullen de visch-
prijzen opnieuw met 25 worden verlaagd,
de consumentenprijzen voor textiel zijn
door beperking der handelsmarges op een
niveau gekomen, dat zij 20 lager komen
J voor het publiek en belangrijke prijsver
laging van meubels, benzine en olie, zijn in
I voorbereiding.
t Er kan prijsverlaging bereikt worden
door goede calculaties en door rationalisa
tie en normalisatie.
De organisaties voor het bedrijfsleven heb
ben hier een taak. Zij moeten het initiatief
nemen voor onjuist werkende prijsvoor-
schriften, en zich bij het vaststellen van
prijzen matiging opleggen. De zorg daar
voor moet men niet alleen aan de overheid
overlaten. Is het eigenlijk geen dwaasheid
vroeg spreker dat de overheid de prij
zen voor speelgoed, wild en bloemen moest
vaststellen? Hopelijk, dat de concurrentie
die prijzen binnenkort zullen beheerschen.
Hij vraagt rich echter af, waarom de be-
drijfsorganisaties niet zelf een eind maken
I aan dit toestanden, die de ergernis van het
publiek opwekken.
I Die strijd voor lagere kosten van levens
onderhoud en dus tegen inflatie is een
nationale zaak. Zij geldt het publiek als
geheel.
Het puibliek moet zichzelf aan de vastge
stelde prijzen houden. De Regeering kan
die riiet op een presenteerblad thuis bren
gen. Men moet er zich hoe moeilijik het
dikwijls ook valt aan wennen om neen
te zeggen, als mien mee wil helpen aan den
strijd tegen de prijsopdrijving. Als men er
toe overgaat te veel te betalen, en dien
strijd dus verzwakt, moet men later ook
niet klagen.
Men kan zelf den vicieuzen cirkel
doorbreken. De opsporingsdienst kan dit
niet; zelfs al zou men haar vertienvoudigen,
als het publiek zelf ntiet helpt. Er zullen
prijslijsten worden hekend gemaakt, ter in
lichting van de ondernemers en van het
publiek. De opsporingsdiensten moeten ech
ter steeds op de hoogte worden gesteld,
van overtredingen. Dan kunnen tuchtrech
ters voor de prijzen in staat worden ge
steld, voorbeelden te stellen. De straffen
behoeven niet eens zoo verschrikkelijk te
zijn, poch groot in aantal. Wanneer slechts
van een aantal natoire prijsopdrijvers de
zaak voor eenigen tijd wordt gesloten, zal
men eens zien, wat voor uitwerking dit
heeft. Dit is in het belang van het bona
fide bedrijfsleven, hoe sneller de rotte plek
ken worden uitgesneden, hoe sneller wij op
het gebied- van dê prijzen gezonde toestan
den zullen krijgen.
/oordige.
n.
rGANG"
Hulst
maand
maand
maand
raat 31
2
1UZEN
/isse-
edjes
Geen Christelijke partij.
In de voortgezette zittingen van de Gene
rale Synode der Ned. Herv. Kerk kwam de
verhouding van de Ned. Herv. Kerk tot
allerlei arbeid aan de orde.
Allereerst tot de Zending. Met alge-
meene stemmen werd besloten de directo-
ren der samenwerkende Zendingscorpora
ties en van den Gereformeerden Zendings-
bond te benoemen tot predikanten in alge-
meenen dienst. Ook de predikant-secretaris
van „K^rk en Israël", Dr. W. ten Boom,
werd benoemd tot predikant in algemeenen
dienst.
Aan de Commissie, voor de Kerkorde
werd verzocht advies te geven om het werk
der diaconessen in het kerkelijk geheel op
te nemen. Een verzoek van den bond van
Nederlandsche diaconessenhuizen was hier
over ingekomen.
Ds. De Jong uit Rossum werd aangesteld
als predikant voor naar Zwitserland uitge
zonden t.b.c.-patiënten en kinderen.
Een Kerstboodschap, die van de Generale
Synode zal uitgaan, werd voorgelezen en
goedgekeurd.
Voor Noord-Brabant en Limburg werd
een regionale commissie ingesteld en een
predikant in algemeenen dienst benoemd,
om samen met deze commissie het geeste
lijk en kerkelijk leven in het Zuiden te sti-
muleeren. Bovendien werd een bedrag uit
getrokken voor herclassificatie van de ge
meenten in dat gebied.
Daarna was het verzoek van de Nederl.
regeering aan de orde om advies over de
positie van Indonesië in het rijksverhand.
Prof. Kraemer verdedigde de nota van de
commissie van rapport, die concludeerde
tot het algeheel liquideeren van de kolo
niale verhoudingen. Ds. A. A. van Ruler
verdedigde een minderheidsnota.
Deze bespreking werd onderbroken door
dat Donderdagavond Mr. G. E. van Wal-
sum, de voorzitter van de commissie ,,Kerk
en Samenleving" op verzoek van het mode-
ramen ter vergadering kwam om de Gene
rale Synode in te lichten over de princi-
pieele positie en den stand van zaken in de
huidige politieke situatie. Bij de positie
keuze ging hij uit van de vraag hoe het ge
tuigenis der kerk het best tot het volk
kan doordringen. Hij besprak de jongste
gebeurtenissen op het gebied van de vor
ming eener breede socialistische volks
partij. Op deze inleiding volgde een breede
discussie In zijn antwoord wees spr. o.a.
op artikel 8 van het beginselprogram van
de Christ.-Hist. Unie, dat de antithese af
wijst. Hij wees er op. dat de kerk in haar
georganiseerde commissie „Kerk en Samen
leving" het orgaan heeft om te doen, wat
vroeger een christelijke partij deed. Tevens
verdedigde hij het uitgebrachte rapport
„kerk en vakbeweging", waarin gesteld
wordt, dat de kefk open moet zijn in de
richting van alle vakbewegingen.
De avondwijding werd geleid dioor Ds. J.
J. C. Karree. („Het Parool").
gedeeld hoe deze ongelukkigen, onder wie
ook vele Menadoneezen en Ambonneezen
waren, meegenomen werden uit het kamp
Roebeeoklaan in Soerabaja in een tropische
regen. Op een der vorige dagen waren zij
naar een verzamelpunt gebracht en men
had hun medegedeeld, dat zij „geëvaóueerd"
zouden worden, omdat de streek te gevaar
lijk was en „de Gurkhas hen allen zouden
dooden." Maar na vier uur geloopen te
hebben, werden zij naar het kamp terug
gestuurd. Toen de uittocht, onder toezicht
der extremisten, eindelijk begonnen was,
wilde een aantal vrouwen niet vertrekken
en zij zeiden: „Waarom dooden jullie ons
hier niet?" De extremisten lieten hen toen
achter, waarop zij door de Gurkhas bevrijd
wërden.
De Britsche autoriteiten hebben ontdekt,
dat de gijzelaars naar Taman, ten Zuiden
van Soerabaja. gezonden «varen, maar dat
zij daar niet gebleven zijn. Zij hebben deze
plaats verlaten met onbekende bestemming,
waarschijnlijk Modjokerto, 30 k.m. landin
waarts. Een dergelijk massa-transport kan
niet onopgemerkt geschieden. Men gelooft
daarom, dat het transport in verscheidene
groepen verdeeld is. Een groep werd waar
genomen bij Goebeng, waar „zij in een trein
gejaagd werden, dje vertrok in de richting
van Malang." Men gelooft, dat anderen te
Tjewang en Kertosong, ten Zuid-Westen
van Modjokerto, zijn. Niemand weet hoe
zij behandeld worden.
Zeer vele Nederlanders op Java worden
gesloopt door deze nooit eindigende on
zekerheid. Het is een van de ernstigste
aspecten van den huidigen toestand, die
het officieele communiqué laconiek be
schrijft als „tamelijk rustig."
Volgens het officieele communiqué van
Zaterdag is een kampong in de omgeving
van de kazerne te Buitenzorg, vanwaar
voortdurend geschoten werd, vernield. En-
gelsche troepen, die voordien gebruikt wer
den om dit gebied te bewaken en te contro
leeren, zullen nu gebruikt worden om een
ander gedeelte van Buitenzorg, waar over
vallen gepleegd werden, te bewaken. De
Rapwi wordt overgebracht naar het kamp
Kedoeh Allah. De plaatselijke telefoon
dienst was door de Indonesiërs buiten wer
king gesteld, doch na een bespreking met
de gemeenteautoriteiten is de dienst weer
hersteld.
Bandoeng is rustig en tot samenwerking
bereid. Het Britsche garnizoen wordt
versterkt. 345 leden van het Rapwi-perso-
neel zijn naar Batavia gevlogen en zijn
scheep gegaan naar Bangkok.
Te Semarang is" geschoten op een Brit
sche patrouille. Met behulp van artillerie
is het gebied nu gezuiverd.
Een gewapende verkenningscolonne is
Grissee binnengetrokken. Zij vond de stad
verlaten.
Uit Oost-Java zijn geen incidenten ge
rapporteerd. De evacuatie van de Engel-
^fche troepen uit Amibarawa is nu voltooid.
Te Medan werd een patrouille door In
donesiërs aangevallen. Verdere bijzonder
heden zijn nog niet ontvangen.
De extremisten te Soerabaja hebben ge
durende de gevechten aldaar bijna duizend
mannen, vrouiwen en kinderen ontvoerd.
Zij worden als gijteelaars vastgehouden,
maar niemand, ook de Britsche militaire
autoriteiten weten niet, wat en precies
waar.
Wij kennen van deze tragedie slechts het
eerste gedeelte: een ooggetuige heeft mede-
kermen...Troosteloos beeld van ellende
zei ik. Neen, dat is fout: beeld van ellende
stellig, maar troosteloos niet. Wankelend
onder de zware lasten, die zij torsen moe
en warm, opgejaagd eh afgebeuld, maar
troosteloos, neen dat niet. dat zijn onze
vrouwen nooit. Kijk. daar nacht er een Het
vJa h.'n V,an den tonderwagen, waarop
haar bultzak -vervoerd moest worden is te
zwak; het zakt in elkaar en dat schijnt op
haar gevoel voor humor te werken. Dan
maar op den rug en daar gaat-ie weer
verder op den lijdensweg, want wie weet
of de goedangkamer. waar ze nu intrekt
morgen alweer niet leeg moet zijn voor
verwachte gasten. Toch lacht zij en dat
doet zij en kan zij, omdat zij weet, dat er
tenslotte een einde komt aan dien weg- en
naar zij vast vertrouwt een gelukki°
einde. s
ïk ken deze vrouw, zij zat een jaar bii
den P. I D. en in Bantjeu. (Een gevangenis
voor politieke misdadigers. Red.Ze is wat
grijzer geworden dan vroeger en er kwa
men rimpels bij haar oogen. Maar die oogen
zelf zijn net als vroeger, omdat in je oogen
je hart zich weerspiegelt en haar hart
sterk is en moedig".
Hoor, daar zingt er zelfs een: „Een kar
retje op een zandweg reed;" het karretje
is een houten wagen met platte autobanden
waarin nauwelijks beweging is te brengen;
als ie leeg is. De zandweg is asphalt met
diepe kuilen er in vanwege de Japansche
welvaartsfeer. Ik ken haar ook. Zij zat in
het Banjoe-biroe-kamp No. 7, en werd eens
door een Japanner zoo hardhandig tegen
den grond geslagen, dat zij in het hospitaal
terecht kwam; ze had nog net 35 van haar
bö kilo over. toen ze thuis kwam. Nu moest
ze met haar vier kinderen op stel en sprong
haar woning ontruimen omdat die in de ge
daye^°ywtia> omdat zij vertrouwen,
daarom kunnen zij nog lachen en zingen
onze vrouwen. En vertrouwen, vertrouwen
ondanks alles - ondanks desillusie on
danks terreur, ondanks doorloopendé on
veiligheid, bedreiging en angstaanjaging;
zóó vertrouwen kan alleen de mensch die
heel moedig en sterk is.
Jk zag U: kijk naar onze Vrouwen, aan-
riï^L, r m dezen rampzaligen tijd, al
z UW u en dle meisJes- die «ens moeder
zullen worden, en gij weet het: Indië is niet
verloren, Indie zal herrijzen, Indië zal weer
was Z°° het was: neen beter dan het
De Regèering is voornemens het parle-
aard ^^inpn van ingrijpenden
ln, de Kieswet voor te stellen. De
laagd tm leeftj>d 2:011 worden ver-
aaga tot 23 jaar en de verschijningsplicht
zou worden afgeschaft.
Het ontwerp heeft den Raad van State
reeds verlaten.
Onderstaand artikel lezen we in het te
Bandoeng uitgegeven blad „Propeller", van
5 Dec. 1945:
't Wordt warm in je hart als je dat neer
schrijft: Onze Vrouwen. Een gevoel van
trots komt bij je op, als je mag zeggen':
onze vrouwen. Deze vrouwen, deze vrouwen
op Java, zijn onze vrouwen. Eerst zaten zij
in kampen, in erbarmelijke omstandigheden,
of buiten, velen met valsche papieren, brief
jes en barang smokkelend door of over
pagigers, risico niet tellend, honger en ver
nedering verdragend zonder veel morren,
zonder veel klagen enaltijd vertrou
wend.
Toen kwam de bevrijding', bevrijding met
aanhalingsteekens, en het lijden onzer
vrouwen werd nog erger. Wij weten het van
ooggetuigen uit Soerabaja en Midden-Java;
Wij vernamen het uit het lofwoord van
Generaal Ghristison: de moed onzer vrou
wen was verbluffend.
En nu heb ik het zelf gezien, hier in
Bandoeirsr. Gedwongen evacuatie, trooste
loos beeld van ellende. Kogels fluiten om
haar hcoiden, handgranaten ontploffen vlak
om haar heen. Rookwolken stijgen op uit
haar hulzen. Kinderen huilen, gewonden
Het volk moet uitspraak doen.
„Het is bepaald niet .waar. dat het pro
bleem der annexatie van de baan is. De
oplossing is een internationale kwestie en
zexer zal Nederland daarin een rol spelen.
Iets anders is, of dit vraagstuk in het
kader van onze voorstellen tot vergoeding
der geleden schade aan de orde komt, doch
in de naaste toekomst zal zeker internatio
naal contact over dit onderwerp plaats heb
ben". aldus verklaarde minister-president
Schermerhom op een persconferentie, welke
Vrijdag te Nijmegen werd gehouden en
waar, behalve de Minister-President ook
de Ministers Bee], Van Schaik en Ringers
aanwezig waren.
Prof. Schermerhorn zeide verder over
hetzelfde onderwerp: „De Gaulle laat in
deze een zeer duidelijk geluid hooren. En
wat er met het Rulhr-gebied gebeurt, kan
ons niet onverschillig laten. Wij zullen
stelling hebben te nemen. Ik zie de kwestie
als een belangrijk onderdeel van onze ge
heele economische positie in West-Europa.
De wijze, waarop het vraagstuk in ge
ding zal worden gebracht, is echter op zich
zelf reeds een punt van internationale on
derhandeling, en ook daarin moet Neder
land een standpunt kiezen.
Ten slotte, of (Nederland pro of contra
annexatie is, daarover zal het volk een
uitspraak .moeten doen."