z I 1 u van de Bevrijding van Zeeuwsch-Viaanderen. c v. H BIERVLIET. HET BELANGRIJKSTE NIEUWS VEEHOUDERIJ. INENTING TEGEN MOND- EN KLAUWZEER. INGEZONDEN STUKKEN. UccdcïiUiHfysdata h C ri L o1 bi VI Z( D M 1 N al II m w N te aJ w b< le D P< st E ri d< H w d( G OT Z£ d; k< ei K VRIJDAG 19 OCTOBER. Waterlandkerkjo door le Regiment de la Chaudière van het le Canadeesche leger. Aardenburg door „The Duke of York" Royal Canadian Hus sars. ZONDAG 2L OCTOBER. Breskens door de 9e Brigade van de 3e Canadeesche Infanterie Divisie. DINSDAG 23 OCTOBER. Schoondijke door (onbekend). Van Riet brengt nog even naar voren, het vele werk dat reeds voor den oorlog is ver richt voor het bouwen van een diaconessen huis, doch dit werk stuitte af op de beken de „rooilijn". Hij is het met den heer Filius eens, dat hierin thans nog geen beslissing moet worden genomen. Nadat nog even een discussie dreigt te ontstaan over ge meentelijk- of particulier ziekenhuis, acht de Voorzitter het beter hiermede te wach ten tot bjj Burgemeester en Wethouders be richt is binnengekomen van de instanties waarmede thans overleg wordt gepleegd. De heer Lindenbergh wijst nog even op de garage aan de Nieuwstraat als berg plaats voor het brandweermateriaal. De heer Lambrechtsen van Ritthem zegt toe hiervoor stappen te doen. Vervolgens komt aan de orde het sanee- rings- en uitbreidingsplan. Dit wordt uit voerig toegelicht door Ir. De Groot die daarvoor door den Voorzitter ter vergade ring geroepen is. Het geheele plan is gebaseerd op een toekomstige stad van 16.000 inwoners, waarvan gedeelte in de eigenlijke kern zal wonen. In de toekomst zullen hiervoor 1700 woningen moeten worden gebouwd, waarvoor 80 H.A. bouwterrein noodig zal zijn. In het plan zijn gronden gereserveerd voor woningbouw, bouw van industrieën, grond voor nog uit te voeren waterstaats werken, sportterrein en zwembad, alsmede voor een nieuwe begraafplaats. Het saneeringsplan van de oude binnen stad moet volgens den heer De Groot v.n.l. rekening houden met de volgende punten: 1. gemakkelijk verkeer; 2. voldoende mogelijkheid voor het bou wen en inrichten van bedrijven, kantoren enz.; 3. ruimte voor scholen en andere onder wijsinstellingen en waarvan het cultureele leven van een plaats afhankelijk is. Hierna wordt gelegenheid gelaten tot het stellen van vragen. De vraag van den heer Van Leeuwe omtrent de verkeersweg naar den aanlegsteiger van de boot werd reeds in ons vorig nummer gepubliceerd. De heer Lambrechtsen van Ritthem vraagt, waar de heer De Groot zich het nieuwe stadhuis heeft gedacht. Hiervoor komen volgens de heer De Groot slechts 2 plaatsen in aanmerking n.l. de plaats van het huidige stadhuis en aan de Nieuwstraat. De heer Filius wijst op de rechte hoek aan de De Jongestraat, welke steeds een verkeersobstakel is geweest en in het saneeringsplan is blijven bestaan. Door de heeren Lambrechtsen van Ritthem en De Waal worden nog enkele opmerkingen ge maakt resp. over de lintbebouwing te Sluis kil en de sloot welke door Sluiskil loopt. De heer De Vries vindt het plan ook zeer aantrekkelijk, doch ziet op tegen de hooge kosten en vindt het geen zaak die de tijde lijke raad moet beslissen. Al de vragen worden door den heer De Groot naar genoegen beantwoord en de heer De Groot wijst er op, dat dit plan moet gezien worden als een baken, waarnaar men langzaam toegaat. Voor zoover momenteel niet uitvoerbaar, blijft het plan passief. De heer Van Strien dringt er op aan bij het kiezen van een plaats voor het stadhuis dat er op gerekend moet worden, dat alle gemeentediensten hierin kunnen worden ondergebracht. Nadat de heer De Groot de vergadering heeft verlaten, wordt besloten hem opdracht te geven de plannen verder uit te werken. Met het voorstel van Burgemeester en Wethouders voor het samenstellen van een commissie uit den raad ter bestudeering van plannen voor het bouwen van een nieuw stadhuis, is de heer Henry het niet eens. Hij acht het beter dat Burgemeester en Wethouders enkele Ingenieursbureaux opdracht geeft deze plannen uit te werken en aan den raad voor te leggen. Een com missie uit den raad acht hij niet deskundig genoeg. De heer Van Leeuwe vindt den bouw van een nieuw stadhuis momenteel niet juist nu er zooveel woningnood en andere nooden zijn. Hij wil dit punt liever van de agenda afvoeren. De heer Filius vindt, dat nu er een zeker bedrag voor deze plannen be schikbaar zal worden gesteld, het zaak is door te zetten. Ook de heer Lambrechtsen van Ritthem is het eens met het voorstel van Burgemeester en Wethouders, doch hij zou wel graag de bevoegdheden van de te benoemen commissie nader gepreciseerd willen zien, vooral wat de financieele zijde betrof. De Voorzitter licht nader toe, dat de commissie een groote mate van zelf standigheid zal krijgen vanzelfsprekend in samenwerking met Burgemeester en Wet houders. Het ligt ook in de bedoeling, dat een lid van Burgemeester en Wethouders in de commissie zitting zal nemen. De raad machtigt daarna Burgemeester en Wethou ders uit hun midden een commissie te be noemen. De heer Henry wijst er in deze op, dat hij geacht wil worden te hebben tegengestemd. (iSlot volgt.)i Een indrukwekkende plechtigheid. Naast de blijde herinnering aan onze be vrijding beleeft Biervliet een reeks van schrijnende herinneringen aan de gebeurte nissen van een jaar geleden. Op 8 October begon de invasie ter bevrijding van West Zeeuwsch-Viaanderen met als doel de be vrijding van de Wester-Schelde. Op 11 October, in den namiddag, stonden de Cana- deezen in het hart van het dorp. Massa's troepen waren met amphibie-tanks den Braakman overgekomen, in hoofdzaak bij de Paulinahaven, om de Duitschers hier te verdrijven en Isabella-sluis vrij te maken. Burgemeester Kostense herdacht Vrij dagmiddag op de algemeene begraafplaats, dat deze gebeurtenissen in [Biervliet veel rouw hebben gebracht. Ter nagedachtenis aan onze dooden vroeg hij aan de vele op- gekomenen een oogenblik van eerbiedige stilte. Daarna herdacht hij in het bijzonder Isaac van der Linde, die zijn leven heeft gegeven voor de lijdende menschheid, voor hen, die met een vreeselijke besmettelijke ziekte in het noodziekenhuis lagen. Op 12 October werd hij lafhartig vermoord door een Duitscher, die het weinige voedsel eischte, dat voor de zieken was bestemd. Onder hoofdleiding van Pastoor Burm en Dokter Hage, heeft hij granaat- en bom scherven getrotseerd, om hulp te bieden, waar die noodig was. Toen het grootste gevaar voorbij was, viel hij door de hand van een laffen vijand. Dit was wel bijzon der tragisch. Aan zijn graf verklaarde de Burgemeester, dat Isaac van der Linde, zich gedragen heeft als een ware held der naastenliefde. Namens het gemeentebestuur, de ge meenschap der oud-illegale werkers en de voetibalvereeniging dankte de Burgemees ter de familie, dat deze had toegestaan op het graf een eenvoudigen gedenksteen te plaatsen. Gedekt met de Nederlandsche vlag, nam de Burgemeester deze weg, droeg daarmee den steen over aan de familie, die daarin een bescheiden poging moge zien van de gansche gemeente om de nagedachtenis te eeren van hun dierbaren en Biervliet's besten zoon. Daarop trad de Pastoor naar voren, die getuigde van de groote vereering voor Isaac in diens zelfopoffering en grootste mate van naastenliefde voor zijn lijdende mede- menschen. Welke bedoeling God met zijn dood had, vermogen wij niet té doorgron den. Wie zijn leven voor anderen gaf, heeft het meeste gegeven. Dat geldt voor God. Laten wij daar onze troost uit putten. Dokter Hage memoreerde, dat hij niet tevergeefs een beroep op Isaac van der Linde deed, toen hij hulp noodig had in het ziekenhuis om benoodigdheden en voedsel aan te brengen, terwijl de meisjes de zie ken hielpen. Dokter Brouwer sprak woorden van waardeerïng als ondergrondsch strijder. Een gevaarlijke opdracht aanvaardde Isaac als een| Vanzelf sprekende zaak. De heer Mulder sprak woorden van lof als voorzitter der vereeniging van oud- illegalen. De heer J. Anthornsse Sr. sprak namens de familie woorden van dank tot allèn, in het bijzonder tot den Burgemeester, Pas toor en Dokter Hage. Verscheidene bouquetten bloemen wer den bij den grafsteen gelegd, waarmee deze aangrijpende plechtigheid werd besloten. (A.N.P.-Aneta - Herr. Nederland - B.B.C.) Het proces Mussert. 's-Gravenhage (A.-A.). Het belangrijkste proces, da,t waarschijnlijk ooit in de ge schiedenis van den Nederlandschen staat is voorgekomen, het proces namelijk tegen Ir. A. A. Mussert, leider van de N.S.B., zal op 13 November a.s. te Den Haag beginnen. Vissciiersstaking te IJmuiden. In de visschershaven te Umuiden liggen op het oogenblik ongeveer 20 trailers. Dit is de geheele in Nederland aanwezige trai- lervloot, welker opvarenden niet bereid zijn naar zee te gaan, zoolang de rantsoenen niet worden verhoogd. In een vergadering, belegd op initiatief van de Eenheidsvak centrale zijn) de aanwezigen in kennis ge steld van het resultaat van een bezoek van afgevaardigden aan Den Haag. Dit resul taat was voorloopig negatief, want de Regeering heeft verklaard, dat zij eerst dan besprekinen wil voeren, wanneer de schepten Weer uitvaren. De Gouverneur-Generaal van Ned.- Indië vraagt ontslag. Naar wij vernemen is bij besprekingen gebleken, dat er over het in Nederlandsch- Indië te voeren beleid, verschil van inzicht bestaat tusschen de Regeering en den kor telings uit Japansche krijgsgevangenschap gere^atrieerden Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië, Jhr. Mr. A. W. L Tjarda van Starkenborg Stachouwer, met betrekking tot het standpunt, dat tegen over de nationale stroomingen in het kader van dit beleid, valt te nemen. De Gouver neur-Generaal meent, ten aanzien van dit gewichtige punt, niet den drager van de politiek der Regeering te kunnen zijn en heeft om eervol ontslag uit zijn ambt ver zocht. Nader vernemen wij, dat heden, Dinsdag, de Minister van Overzeesche gebiedsdeelen, Prof. Logeman, in de Tweede Kamer der Staten-Generaal een verklaring zal afleg gen over den toestand in Indië. Uiteraard zal daarbij ook de ontslagaanvrage van den Gouverneur-Generaal ter sprake komen. Opgemerkt wordt, dat de Gouverneur- Generaal bekend staat als een doortasten de figuur, doch men vraagt zich af, of het thans het meest geschikte moment moest worden geacht om een verschil van mee ning te demonstreeren. Het interview van Dr. Van Mook. Naar aanleiding van het binnengekomen Reuter-bericht, volgens hetwelk de luite nant-Gouverneur-Generaal van Nederl.- Indië, Dr. H. J. van Mook, in een inter view zou hebben verklaard, dat de Regee ring bereid zou zijn te onderhandelen met alle nationalisten, met inbegrip van Soe- karno, deelt de Regeering mede, dat dit bericht noodzakelijk op een misverstand moet berusten. De Regeering heeft den luitenantGouverneur-Generaal uitdrukke lijk in tegengestelden zijn geïnstrueerd en het is haar trouwens bekend, dat de heer Van Mook dit standpunt volledig deelt. De situatie in Ned.-Indië. Uit Regeeringskringen wordt vernomen, dat de jongste berichten, die binnengekomen zijn van den luitenant-Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië, Dr. Van Mook, over de situatie in Indië gunstiger luiden, in het bijzonder wat betreft de veiligheid van den in Bandoeng en Buitenzorg zich bevindende krijgsgevangenen en geïnter neerden. Het valt voorts op, dat in de offi- cieele berichtgeving geen melding wordt gemaakt van de z.g. oorlogsverklaring van 'het hoofdkwartier van het z.g. Indische volksleger. Uit Regeeringskringen wordt voorts ver nomen, dat Zaterdag j.l. Geallieerde strijd krachten zijn geland te Parang aan Sumatra's Westkust en te Medan bij Suma tra's Oostkust. Ook de bezetting van Bui tenzorg en Bandoeng op Java kan ieder oogenblik worden verwacht. Situatie op Java. Radio Djokjokarta heeft Maandagmor gen uitgezonden, dat de Oemak Islam (de Mohamedaansehe gemeenschap) den Ne derlanders den Heiligen Oorlog verklaard heeft. De trams in Batavia rijden nog, maar het aantal rijwielen, taxi's en andere ver keersmiddelen is sferk afgenomen. Het bataljon Gurkas, dat te Tandjong Priok arriveerde, reisde dadelijk door naar Buitenzorg, om de Jpanners te ontwapenen. Het passagiersschip de Esperant Bey, is op 13 October uit de haven van Sidney naai Nederlandsch-Indië vertrokken met 687 stakende Indonesische .zeelieden aan boord. Toen een Nederlandsc'n officier bij het transportschip kwam, riepen honderden Indonesiërs die aan boord stonden: „Weg met de Nederlanders!" en „Vrij Indonesië!" Het schip voerde de Rood-Witte vlag. In het Zuiden van Batavia is gisteren gevochten. Aanleiding daartoe was, dat nadat het vliegveld van Tsjilitad 2 dagen geleden door Nederlanders was bezet, uit een boom met een machinegeweer op zich op het terrein bevindende soldaten werd geschoten, terwijl ook werd geschoten op een transport vrouwelijke patiënten die per auto naar een hospitaal werden vervoerd. 1 der patiënten werd gedood en 1 zwaar gewond. Door de Britsche militaire autoriteiten is daarop een scherper toezicht op het dragen van wapens gelast. Alleen de tot de politie behoorende personen is het geoor loofd wapens te dragen. Van Britsche zijde wordt bericht, dat zoo spoedig mogelijk aanzienlijke versterkingen naar Batavia zullen worden gezonden, ge volgd door Nederlandsche. Men stelt zich op het standpunt, dat zoo spoedig mogelijk de orde zal behooren te worden hersteld, desnoods met geweld, om daarna met de 'goedwillende Indonesiërs, wier getal aan zienlijk is, verder te beraadslagen over de toekomst, binnen het kader van de Konink lijke boodschap. De kwestie Java mag geen schade doen aan de betrekkingen die tusschen Engeland en Nederland zijn ont staan in verband "met de historie en die versterkt zijn door het verblijf van H. M. de Koningin en Haar Regeering in Londen, tijdens de bezetting. Padit Nehroe heeft de Britsche autori teiten te kennen gegeven dat hij en zijn volgelingen er tegen gekant zijn, dat Britsch-Indiërs zouden worden gebruikt om op te treden tegen de Indonesische repu bliek en verzoekt hen ook te voorkomen, dat troepen en voorraden van uit Britsch- Indië zullen worden verscheept ten behoeve van de aan de Indische republiek vijandige strijdmachten. DE DUITSCHERS VROEGEN NIET WAAR DE INWONERS VAN SCHOU WEN, VAN LIMBURG, VAN DE BET UWE EN VAN DE WIERINGERMEER HEEN MOESTEN. LAAT HEN DAN OOK ZELF HET PROBLEEM DER DUITSCHERS UIT HET GEANNEXEERDE GEBIEI) OP- j_ajsSEi> Nader wordt omtrent de ontslagaanvraag van den Gouverneur-Generaal van Ned. Indië gemeld, dat deze meer afwijzend zou staan tegen onderhandelingen met de Indonesiërs alvorens het Gezag zal zijn hersteld. Bekende Belgische activist ter dood veroordeeld. De bekende Belgische activist Dr. August Borms, is door het Belgisch gerechtshof ter dood veroordeeld. Herinnerd wordt, dat ook na den vorigen oorlog over hem een doodvonnis werd uitgesproken, dat niet werd uitgevoerd, doch waarna hij geruimen tijd onder streng regime in de gevangenis vertoefde, tot hem gratie werd verleend. Blijkens mededeeling vanwege het iVee- artsenijkundig Staatstoezicht heerscht er in Frankrijk mond- en klauwzeer en wel in een zeer kwaadaardigen vorm. welke reeds vele slachtoffers maakte. Het is daarom van belang, zoo schrijft de Inspec teur, Dr. C. J. A. Kerstens, dat ons vee in de Zuidelijke provinciën zoo spoedig moge lijk geënt wordt om het tegen deze ziekte onvatbaar te maken. De in 1943/1944 uit gevoerde entingen hadden goede resultaten. Nu zijn er wel veehouders geweest, die reeds een verzoek om enting hebben ingediend. Hun aantal kan echter nog veel grooter worden. Ieder kent toch de groote nadeelen, welke aan een mond- en klauwzeer-epidemie ver bonden zijn. Wij wijizen nog even op de enorme daling der melkproductie, de groote kans op sterfte vooral onder het jongvee, de Vaak optredende uieraandoeningen en het dikwijls onvolkomen genezen der dieren, zoodat men slechts wrak vee overhoudt. Welke veehouder, die goed over deze kwes tie nadenkt, zou hier afzijdig willen blijven? 'Het inenten van enkele dieren heeft geen zin. De dierenartsen kunnen onmogelijk telkens afzonderlijk kleine hoeveelheden entstof laten komen, te meer omdat de bewaring hiervan nog speciale zorgen meebrengt en vaak de hulp van zuivel fabrieken niet kan worden gemist. Laten de veehouders dus gezamenlijk den strijd voeren tegen het dreigende gevaar, en al hun hoornvee ter behandeling opgeven. De kosten bedragen ƒ1'per dier. De samenwerkende landbouworganisaties in Oostelijk Zeeuwsch-Viaanderen hebben daarvoor de Volgende regeling getroffen. De veehouder geeft duidelijk, liefst schrif telijk, bij den plaatselijken secretaris van zijn landbouworganisatie op, hoeveel vol wassen runderen, hoeveel pinken, hoeveel kalveren en schapen of geiten hij wil laten inenten. Daarbij vermeldt hij, wie zijn dierenarts is. Na 27 October zullen de plaatselijke secretarissen geen opgaven meer aan nemen. De lijsten zullen dan via ons bureau aan de dierenartsen worden overhandigd. Voor de contact-commissie uit de landbouworganisaties in Oostelijk Zeeuwsch-Viaanderen, Ir. J. VAN ALPHEN, Secretaris. (Buiten verantwoordelijkheid v/d Redactie) MIJN ANTWOORD. Er zijn dingen in ons leven, die het wer ken zoo aangenaam kunnen maken. Wanneer we in het leven een leidende taak hebben te vervuilen, is het heerlijk te weten dat we menschen achter ons hebben, die ons met raad en daad bijstaan, ja die ons stuwkracht geven. In dezen tijd waarin ieder moet mee helpen aan den wederopbouw van ons land, en in 't bijzonder aan den geestelijken wederopbouw van ons volk, moet men helaas tot de conclusie komen dat er men schen zijn, die het werk van hun naaste probeeren te vernietigen, of zoo venijnig te becritiseeren, dat onze geestkracht er door geknakt wordt. U voelt heeren Col- sen en v. d. Sande waar het om gaat? Hoe had ik het gewaardeerd, wanneer U mij eens was komen opzoeken in 't kamp, dan hadden we de dingen die U zoo ergeren en de door U zoo genoemde hemeltergende fouten met elkander kunnen bespreken. Ik ben er van overtuigd, U zou het „Nazi- beest" herleefd of „Kampbazar" niet ge schreven hebben. Want het is dwaasheid, schrijven over iets, waarvan men niet vol komen op de hoogte is. Heer Colsen had U mij geholpen, om bjj de hoogere instan ties wat overalls te krijgen, U had zich dan niet moeten ergeren en heer v. d. Sande, wanneer we volgende week ruim 250 vrouwen in 't kamp hebben, omdat het landwerk dan klaar is, heeft U dan werk voor hun? Ik hoop het, dan heb ik ook geen zorgen voor een tentoonstelling. G. F. BRUUNZEEL.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1945 | | pagina 2