PUBLICATIES. ri VERGADERING INGEZONDEN STUKKEN. HET BELANGRIJKSTE NIEUWS GEMEENTE TERNEUZEN. INENTING TEGEN TYPHUS. van den tijdelijken Raad der Gemeente Hoek op Dinsdag 14 Augustus 1945. Aanwezig de heeren D. W. F. Kaijser, D. Haak, D. J. Jansen, P. Scheele, Jac; den Hamer, L. J. Dieleman en J. A. Meertens. De Burgemeester deelt mede de geloofs brieven te hebben onderzocht en die in orde te hebben bevonden, waarna de beëediging plaats vond. De VOORZITTER bood de leden zijn gelukwenschen aan met hun benoeming, die ditmaal op een afwijkende wijze had plaats gehad. De taak. die allen wacht, zal moeilijk zijn en vele zaken zullen, hoe noodig zij ook mogen zijn, wegens den financieelen toestand achterwege moeben blijven. Gedachtig aan de Zeeuwsche wapenspreuk „Luctor et Emergo", dienen wij te arbeiden en vertrouwen te stellen in de toekomst en alles in het werk te stellen om de gemeente er weer bovenop te helpen. Wanneer wij zien naar de verwoestingen aan de overzijde van den Braakman, heeft de gemeente Hoek alle reden tot dankbaar heid, daar zij nagenoeg geheel gespaard is gebleven. Moge God ons werk zegenen! Alvorens de werkzaamheden aan te vat ten, verzoekt de Voorzitter een minuut stilte in acht te nemen bij de herden king van hen, die tengevolge van den oor log voor goed van ons zijn heengegaan, n.l. Joost Zegers, Hendrik Pieter Rinders, Ber nard van Opdorp en Pieter Pladdet. Laten wij hopen gaat vervolgens spreker voort, dat zij die nog niet zijn terug teruggekeerd, spoedig in ons midden mogen zijn. Vervolgens dankt hij alle aanwezigen, die in den moeilijken tijd der bezetting, hun plicht hebben gedaan, ja meer dan hun plicht hetgeen de Ondergrondsche zal kun nen getuigen. Dank wilde ik zeggen aan den heer Scheele, die sedert de bevrijding tot aan mijne terugkomst met eere het Burge meesterschap heeft waargenomen. In de laatste plaats maar zeker niet in de min ste plaats wilde ik den dank der gemeente betuigen aan den heer Dees. Hij heeft de gemeente door den moeilijkst denkbaren tijd heen geholpen en dat met een handig heid en een durf, die aller waardeerihg verdient. Ik wil U nu wel verklappen, dat hij indertijd met veel tegenzin als wethou der is aangebleven en daarom steeds maar weer waarnemend Burgemeester was. Uit sluitend op mijn verzoek heeft hij niet be dankt. Avonden achtereen heb ik met hem en zijne vrouw zitten praten om toch maar niet onze goede gemeente in den steek te laten en de plaats te ruimen voor een N. S. B.-er met al de gevolgen daaraan verbonden totdat hij ten laatste zei: Ik blijf op mijn post. De heer SCHEELE betuigt zijn dank voor de tot hem gerichte woorden en tevens voor de hulp van den Secretaris en de overige ambtenaren tijdens de waarneming van het Burgemeesterschap van hen ver kregen. Benoeming wethouders. Tot wethouders werden met 4 van de 7 uitgebrachte stemmen benoemd de heeren D. W. F. Kaijser en Jac. den Hamer. De heer P. iScheele verkreeg telkens 3 stemmen. Op de desbetreffende vraag van den VOORZITTER verklaren de heeren Kaijser en Den Hamer onder dankzegging voor het in hen gestelde vertrouwen, de benoeming aan te nemen. Rondvraag. a. De heer DIELEMAN wijst op den slechten toestand van de bestrating in de Noordstraat, waarop de VOORZITTER antwoordt, dat hieraan in de eerstvolgende vergadering van Burgemeester en Wet houders de aandacht zal worden gèwijd. b. De heer JANiSEN vraagt betere straatverlichting in de kom. Besloten wordt de P. Z. E. M. te vragen hierin verbetering te brengen. c. De heer JANSEN wijst op het onge- wenschte van het feit, dat smid Verhage de Markt steeds als bergplaats van wagens gebruikt. Besloten wordt, dat namens den Raad den heer Verhage bericht zal worden, dat zulks verboden is. Ten slotte wordt besloten om het door de gemeente aangekochte gebouwtje van het Groene Kruis te doen ontruimen, waar na het zal worden afgebroken. Hierop sluit de' VOORZITTER de ver gadering. tiïuiten verantwoordelijkheid v/d Redactie) DE BESTUURDER VAN „K 7456". Mijnheer de Redacteur, Gaarne zag ik onderstaande in Uw blad geplaatst, waarvoor bij voorbaat mijn dank. Na het genot van verlof, als belooning voor 5 jaar dienst in het buitenland, stond ik te Nijmegen reikhalzend uit te zien naar een vervoermiddel. Na een half uur zag ik een luxe-auto naderen met het bordnum mer K 7456. Op het uitsteken van mijn hand stopte de bestuurder en vroeg ik of hij naar Zeeuwsch-Vlaanderen reed en, na bevestigend antwoord, vroeg ik te mogen mederijden. De wedervraag van den bestuurder was of ik sigaretten bij mij had. Helaas had ik deze niet en, na eenige aarzeling kwam in al te duidelijk Nederlandsch een weigerend antwoord op mijn verzoek, daar hij nog iemand op moest pikken! Inderdaad geschiedde dit een 30 meter verder, want daar stonden twee soldaten, die evenals ik een vervoergelegenneid trachtten te krijgen en tegen den prijs van sigaretten konden zij instappen. Afgezien van de persoonlijke beleediging, mag het toch zeker een laffe daad genoemd worden tegenover hen, die 5 lange en ge vaarvolle jaren hun plicht tegenover het Vaderland vervulden. Is daJt de laa,tste trap, die U, bestuurder van K 7456, meen de te moeten geven aan ons, militairen, en aan onze gesneuvelde kameraden? Wij, marinemannen, waaronder zeer vele Zeeuwen, behoeven ons in geen enkel op zicht te schamen. Wij, evenals onze com mandant, die ook een Zeeuw is, gingen door dik en dun. Wij vroegen U niet eerst om....... sigaretten! Wanneer U nog eenig eergevoel hebt, biedt dan Uw excuses aan den Maritiem Gommandant te Sluiskil aan, zulks niet voor mij persoonlijk, doch voor alle marine mannen want door Uw gedrag hebt ge de geheele Koninklijke Marine beleedigd. E. L. VAN DER VEEN. Sluiskil. Korporaal-seiner. Van Redactiewege bekort. MELKMISÈRE. - Mijnheer de Redacteur, In de allereerste plaats mijn dank voor opname van het volgende in Uw blad, daar het vorige ingezonden stuk niet van mijn hand was, maar door een misver stand of door een andere reden ten on rechte van mijn naam, al is hij eenigszins verdraaid, gebruik gemaakt is. Er schijnen trouwens meer fouten in te staan, b.v. in het begin staat April-Mei 1944, dit moet zijn 1945. Dit alles wil niet zeggen, dat ik het met den vorigen inzender niet eens ben, integendeel, ik vind het zeer jammer, dat verschillende andere zaken, die voor ons, melkslijters, van even groot belang zijn, niet zijn aangeroerd. Wat betreft de aan haling over melk en melkpoeder, en „krijg ik maar zoo weinig, ik heb toch recht op meer", is volkomen juist. Ik zou het echter zóó willen uitdrukken: Terwijl wij hier (in Zeeuwsch-Vlaanderen) al een week of 4 met een tamelijk melktekort werken, en er, in welken vorm ook, niets bij ontvan gen, blijkt er, volgens de Prov. Zeeuwsche Courant van Zaterdag 21 Juli, een strijd te zijn ontstaan tusschen het B. Z. Goes en het B. Z. Breda over de hoeveelheid blik- melk, welke op één bon verstrekt mag worden. Breda zegt 1 busje is gelijk aan 1 liter en Goes zegt 1 busje is één R. melk, terwijl uit hetzelfde blad blijkt, dat op Walcheren in die week reeds blikmelk ver strekt is. Ik zou willen vragen waarom op Walcheren blikmelk en in Zeeuwsch- Vlaanderen niet? Uw antwoord is misschien: Is Walcheren neg niet genoeg gedupeerd, of dat blikmelk daar het gemakkelijkst verhandelbaar is. Dit zal ik direct toestemmen en ik gun dit de getroffen Walchenaars van harte. Maar wat betreft de melkvoorziening in Zeeuwsch-Vlaanderen zijn wij al 4 jaar ge troffen. Wij hebben na 1941 elk jaar 8 maanden onze klanten niet op hun bonnen kunnen bedienen, terwijl zulks in de meeste gebieden van ons land, ook op Walcheren, wél zoo was. Ik kan U uit mijn klanten- boeken toonen, dat een klant met b.v. 18 k 20 1 melkbonnen per week, niet meer dan 12 1 kon koopen. Dat b.v. menschen met t.b.c., of andere ziekten, geen melk op hun extra rantsoenbonnen kunnen krijgen, en dat alleen reeds door het feit, dat andere klanten op hun gewone bonnen toch ook een zeker gedeelte melk moeten hebben. Een schipper met 4 kinderen, waarvan 2 onder de 4 jaar en 2 onder de 10 jaar, kunnen wij niet aan een liter melk hel pen, want wij hebben voor onze vaste klan ten niet genoeg. Zoo'n schipper moet met zijn gezin, als hij hier ligt om te lossen, of voor reparatie, b.v. 4 dagen zonder melk leven. Dikwijls zijn bij de kinderen baby's jonger dan 6 maanden. U zult vragen, wat de oorzaak van al die melktekortén is? In de eerste plaats kan genoemd worden de vermindering van den veestapel en de droge zomer-periode, maar in de tweede, en ergere plaats, zijn het dikwijls de „zwarte Pieten" die hun uitgebreide manieren van handelen hierin laten gelden. We weten toch allen wel wat er van melk en haar afscheidsel gemaakt wordt! We hopen, dat er door de betrokken instanties een eind aan deze praktijken gemaakt zal worden en juichen het toe, dat er nu gelukkig een V2 pond mai garine per week verstrekt kan worden. Dit geeft aan dezen handel al een heele slag, maar U kunt wel begrijpen, dat een schipper en ieder ander, die het werke lijk noodig heeft, op een andere manier dan bonnen en het betalen van den gewonen prijs, aan melk probeert te komen en dit gelukt meestal vlugger dan met bonnen en geld. Van niet minder belang, is de handel wijze, welke wij als melkslijters persoonlijk hebben ondervonden, en die begonnen is 25 Maart 1945, met ingang van welken datum de melkprijs vastgesteld op 15 cent per 1 voor den consument, welke prijs wij als melkslijters zeer middelmatig noemen, ge rekend naar andere dergelijke levensmid delen. Door de bepaling, welke voor ons als inkoopsprijs-verkoopsprijs en daaruit voortvloeiende brutowinst, speelde voor ons de verkoopsprijs alsook de inkoopsprijs geen rol. De bepalingen waren voor ons als volgt: inkoopsprijs 15 ct per 1, verkoopsprijs 15 ct. per 1. In den verkoopsprijs was een winst toeslag van 3y2 ct. per 1 melk voor de vee- houder^ inbegrepen. Deze 3V2 ct. moest de melkslijter voor het B. Z. voorschieten aan den veehouder. Het B. Z. te Goes zou dan aan alle melkslijters eeh voorschot, naar de grootte van hun omzet, over een zeker aantal weken voorschieten. Verder zou elke 4 weken een afrekening volgen. Deze schoonë beloften kregen wij op 25 Maart en op 21 Juli 1945 hadden we niets anders dan bedoeld voorschot ontvangen. Vóór 21 Juli hebben wij, melkslijters, hier enkele vergaderingen belegd. In een zoo'n vergadering is een drietal collega's naar den Prov. Voedselcommissaris afgevaar digd met de opdracht vóór 21 Juli geld te eischen, d.w.z. afrekening tot dien datum en ook van de enkele duizenden liters per melkslijter a y2 ct. per 1, die wij nog van vorig jaar tpt 25 Maart 1945 moesten ont vangen. Voor vele melkslijters bedroeg dit rond 200. Toen de Voedselcommissaris hierop zijn woord gaf, hebben wij afge wacht, maar op 21 Juli hadden wij nog niets ontvangen. Op dien datum hadden wij een vergade ring en bleek dat enkele collega's een advo caat hadden geraadpleegd. Met algemeene stemmen werd besloten den melkprijs te verhoogen tot 20 ct. per 1, welke prijs wij alleszins gerechtvaardigd vinden. In de week na 21 Juli ontvingen wij de eerste helft van de schuld van het vorig jaar, te weten van de y2 ct. toeslag en een afrekening van gelden na 25 Maart. Als men het narekent, zullen wij nu misschien de helft van het geld waarop wij recht hebben, ontvangen. En, mijnheer de Redacteur, op dien be- wusten Maandagmorgen, toen we de melk voor het eerst 20 ct. per 1 verkochten, heb ik het verschil van activiteit gezien der verschillende Overheidsorganen. Van het B. Z. heb ik het U verteld. De ambtenaar der P. B. was actiever. Den eersten morgen had ik al om 10 uur een bekeuring van de P. B., omdat ik de melk te duur verkocht. Nu is het Zater dag 28 Juli, terwijl ik 23 Juli bekeurd was. Toch zijn alle melkslijters, die voor 20 ct. verkochten en nog verkoopen, niet bekeurd. Ja, er zijn collega's, die reeds 4 i 5 weken hun melk voor 20 ct. per 1. verkochten. Ambtenaar van de P. B., dat is een ver keerde activiteit, hoor! Ten slotte, mijnheer de Redacteur, kunt U merken hoe met de melkslijters in Zeeuwsch-Vlaanderen de laatste paar jaar gesold is. Het is te hopen, dat de instan ties, die hier zeggenschap over hebben, ook hun zeggenschap zullen laten gelden. In afwachting van het volle rantsoen en pile R melk, busjes of poeder voor onze klanten, en op tijd het loon van den melk slijter. Namens de melkslijters van Zeeuwsch-Vlaandere n L. M. MECHIELSEN, Donze-Visserstraat 89. Temeuzen. Naar aanleiding van bovengenoemd stuk hebben wij ons gewend tot het Bedrijf schap voor Zuivel (B. Z.) afd. Zeeland, hetwelk ons het volgende mededeelde: Wat de melkvoorziening van Terneuzen betreft, hier heerscht werkelijk een tekort aan consumptiemelk. Dit wordt zoo goed mogelijk ondervangen door aanvoer van volle melk van Zaamslag, doch dit is niet altijd voldoende. Condens kunnen wij hier nog niet afgeven daar er nog geen voorraad is. Binnen veertien dagen hopen wij echter dat wij de condensopslag gereed hebben, zoodat het bestaande tekort, met condens kan worden opgelost Wat de kwestie betreft van de verschil lende hoeveelheid op een bon, merken wij op, dat wij, gezien de voorraad, niet anders konden handelen. Nu deze is verruimd en de rantsoeneering is gelijk gesteld, staat dus 1 blikje condens gelijk met 1 liter volle melk. Zoodra de condens in O. Zeeuwsch- Vlaanderen is aangevoerd, komt dus hier dezeifde regeling. De schoone belofte van het B. Z. zijn o.i. geheel nagekomen. I»>e eerste betalingen waren inderdaad te laat, door allerlei om standigheden zooals drukwerk, achterstand b'j de bank enz., doch deze zijn nu geheei ingeloopen. Bij de banken is nu gestort voor Terneuzen de afrekening tot 10 Juni 1945 met 8 weken voorschot, terwijl binnen enkele dagen de afrekening volgt tot 8 Juli met 8 weken voorschot, zoodat dan de slijters tot begin September geld hebben ontvangen. (A.N.P.-Aneta - Herr. Nederland - B.B.C.) Telegram van Koningin Wilhelmina aan President Truman. President Truman heeft medegedeeld, dat hij een telegram van Koningin Wilhel mina heeft ontvangen, waarin Zij Haar hartgrondige gelukwenschen zendt voor de grootsche en triomfale zege over een meedoogenloozen vijand, welke zege te dan ken is aan de reusachtige oorlogsinspan ning der Vereenigde Staten en aan de vaardigheid en moed der Amerikaansche strijdkrachten. „Gij kunt er van ver zekerd zijn" - aldus H. M. de Koningin „dat wij nimmer zullen vergeten, wat wij aan het Amerikaansche volk verschuldigd zijn". Berichtgeving over geïnterneerden. De wederzijdsche berichtgeving over het lot der geïnterneerden en krijgsgevangenen in Indië wordt nu met de grootste snelheid in Nederland zoowel als in Indië op touw gezet. Bij {Ie afdeelingsbesturen van het Ned. Roode Kruis zullen kaarten verkrijg baar worden gesteld, die de families van personen in Indië kunnen invullen met de hen bekende gegevens. Uitzending Roode Kruis-eenheden. De plannen tot uitzending van Roode Kruis-eenheden naar Indië zullen in be langrijk versneld tempo tot uitvoering wor den gebracht. 10 eenheden worden onver wijld gemobiliseerd en een 20-tal specialis ten van de z.g. basisgroep worden aan stonds uitgezonden. Voorts zal zoo spoe dig mogelijk een groep van den bloedtrans fusiedienst naar Indië vertrekken. Arbeid in de haven van Rotterdam. De havenarbeiders te Rotterdam zijn Maandagmorgen op de oude voorwaarden aan het werk gegaan. In een brief aan de Scheepvaartvereeniging Zuid heeft het be stuur der Eenheidsvakbeweging meege deeld, dat het bereid is zich aan de regelen van het spel en aan de uitspraak van den Rijksbemiddelaar te onderwerpen. Hier mede behoort pe tweede havenstaking tot het verleden. Kolenverscheping over Nederlandsche havens. Naar A. N. P.-ANETA verneemt, wor den op het oogenblik van de zijde der Geallieerden plannen uitgewerkt, teneinde in de komende jaren de Nederlandsche havens in te schakelen bij het kolenvervoer uit het Ruhrgebied naar Engeland, Frank rijk, Italië en overzeesche gebieden. Het zou hier zeer belangrijke hoeveelhedèn kolen betreffen. Ook aan de haven van Antwerpen zal een bepaald quantum voor verscheping worden toegewezen. Aanvan kelijk lag het in de bedoeling den uitvoer van kolen over Hamburg te doen plaats hebben. Na voorlichting van Nederland sche zijde werd dit plan evenwel opgegeven. De verwezenlijking van deze plannen is voor de toekomst der Nederlandsche havens van het allergrootste belang en tevens voor de nationale binnenscheepvaart. De Japanneezen op Java geven zich over. De Amerikaansche omroep heeft een bericht opgevangen, vermoedelijk van den zender te Batavia, die onder Japansche contröle staat, .waarin wordt gezegd, dat de Japansche troepen op Java het bevel „staakt het vuren" opvolgen en zich voor bereiden op de overgave. Voorts deelde de zender te Batavia mede, dat het Japansch militair bestuur besloten heeft, zich geheel los te maken van de Indonesische onafhan kelijke beweging. De Japansche strijd krachten op Java zullen de orde en rust bewaren, totdat deze taak door de Geal lieerden zal zijn overgenomen. Nederlandsche vertegenwoordiging bij de overgave van Japan. Het Nederlandsche Hoofdkwartier in Australië heeft meegedeeld, dat de com mandant der Nederlandsche strijdkrachten, luitenant-generaal Van Oyen, heden naar_ Manilla zou vertrekken, om aldaar aan wezig te zijn bij de onderteekening van de Jajpansche oyergave. Generaal Van Oyen zou met generaal Mc Arthur naar Tokio reizen om daar aan het officieel van de overgave deel te nemen. De Burgemeester van TERNEUZEN maakt bekend, dat de geneeskundig inspec teur van de Volksgezondheid heeft bepaald, dat de inwoners van de gemeente Terneu zen, alsmede de in deze gemeente geëva cueerde personen en tijdelijk verblijvenden met uitzondering van hen die gehuisvest zijn in het stemdistrict SLUISKIL, ver plicht zijn, zich te doen inenten tegen typhus vóór 19 September a.s. Van inenting zijn vrijgesteld kinderen be neden den leeftijd van 6 jaar. Deze inenting geschiedt door drie behan delingen, op drie achtereenvolgende weken. Hiertoe wordt gelegenheid gegeven in een der lokalen van de oude school aan het' Schoolplein, bij het politiebureau, voor de personen, gehuisvest in de straten met als beginletter: A en B Woensdag 22 en 29 Augustus en 5 September 1945, des voor- middags 9y2dl uur. C en D idem n.m. iy29 uur. E tym J Donderdag 23 en 30 Augustus en 6 Sept. v.m. 9y211 uur. K t/m L idem n.m. 7 V29 uur. M en N Vrijdag 24 en 31 Augustus en 7 September v.m. 9y211 uur.

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1945 | | pagina 2