DE VRIJE ZEEUW
VRIJDAG 20 JULI 1945
No. 69
ZIEKTE VAN H.M. DE KONINGIN.
RUSLAND EN DE BUITENLANDSCHE
POLITIEK VAN STALIN.
DE
NEDERLANDSCHE VOLKSBEWEGING
COMMENTAAR OVERBODIG 11
Ie Jaargang
Redactie: S. W. Henry en P. L. D. J. van Oeveren Redactie-adres: Julianastraat 37, Terneazen
Dit Blad wordt op last van het Militair Gezag gedrukt bp de N.V. Firma P. J. van de Sande, Temeuzen
Administratie-adres: Noordstraat 57, Terneuzen.
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Temeuzen ƒ1,50 per 3 maanden, buiten Terneuzen ƒ1,74 per 3 maanden. Bij vooruitbetaling ƒ6,60 per Jaar.
ADVERTENTIËN: Per mm 10 cent, minimum per advertentie ƒ1,50. Rubriek kleine advertentiën 15 regels 60 cent; iedere regel meer 12 cent;
mayimnm 8 regels. Dientsaanbiedingen en dienstaanvragen 15 regels 52 cent; iedere regel meer 10 cent. Met vermelding brieven of adres bureau
van dit blad 10 cent meer. Handelsadvertentiën bij regelabonnement tegen verminderd tarief, dat op aan/raag verkrijgbaar is.
Inzending van advertentiën uiterlijk 9 uur v.m. op den dag der uitgave.
H. M. de Koningin is sedert enkele dager,
ziek. Zij lijdt, als gevolg van gevatte
koude, aan een acute longontsteking. Aan
vankelijk baarde de ziekte eenige zorg,
doch er is thans volgens den behandelen-
den geneesheer eene verbetering ingetre
den. Indien zich geen bijzondere compli-
ca ties voordoen, zullen geen verdere
bulletins omtrent den toestand van H. M.
worden uitgegeven.
's-Gravenhage (A.-A.). In „Diligentia"
sprak Prof. Mr. C. W. de Vries uit Rotter
dam over Rusland en de buitenlandsche
politiek van Stalin.
Spreker erkende, dat er veel gesehreven
werd over de internationale samenwerking
van de Westersche wereld met Rusland,
maar veel te veel werd altijd een groote
wereldoorlog in het verschiet gesteld met
de verklaring er bij, dat het conservatieve
Westen vredelievend is. De suggestie ligt
voor de hand, dat het oorlogsgevaar in de
toekomst slechts is te vreezen van het
radicale Rusland. Tegen deze stemming
makerij, waaraan dq Engelsche verkie
zingscampagne niet vreemd is, maar die
aan de conservatieven in Engeland de
meerderheid zal verschaffen, moet worden
geprotesteerd. Het Russische volk is aller
minst oorlogszuchtig en begeerig naar
krijgsroem. Natuurlijk is dit „volk" van
één zesde van de wereld geen eenheid. Er
zijn zeker stammen, die speciaal voor de
oorlogvoering geschikter zijn dan andere
stammen, maar de Rus, die ons uit de
Russische literatuur en kunst bekend is, is
niet een wereldheerschappijzoeker. De Rus
sische volken en stammen leven in federa
tief verband. Zij zijn gemeenschappelijk
heid meer gewend dan centralisatie. Het
despotisme van de tsaren gaf telkens aan
leiding tot revolutie, zoowel van de zijde
van de linksgeoriënteerde „Westerlingen"
als onder de „slavofielen". Van de vier
staatkundige hoofdfiguren der Russische
geschiedenis is Iwan de Verschrikkelijke
nog volkomen een Oosterling, maar Peter
de Groote Imitator opent de poorten naar
het Westen en voor het Westen. Nicolaas
I is de ijzeren, onbuigzame tsaar. Maar
na het ijzer komt het buigzame staal.
Stalin de buigzame doet in zijn staatkunde
denken aan Bismarck. Bismarck schoof
van rechts-conservatief naar het midden,
dus langzaam naar links (na den Fransch-
Duitschen oorlog) en daarna weer iets
terug naar rechts. Stalin is uiterst links
begonnen. Maar in de communistische par
tij is hij naar het midden geschoven.
Linkergroepen en rechtergroepen wist
hij te overwinnen. Er is in Rusland ook
nog een groote nationale traditie, die niet
de wereldheerschappij wil van het Russisch
geweld, maar die de missie-gedachte van
het Christendom betracht. Bordiejev, de
groote cultuur-filosoof, zeide eens tegen
spreker: „Aan beidé zijden van de Oeral
wonen Christenen. En Stalin houdt met
deze traditie weer rekening. De Komin
tern is opgeheven; de kerk is hersteld.
De zeer samengestelde geestelijke en
religieuze krachten hebben een gouverne
ment van het midden onder den buigzamen
tsaar iStalin naar voren geroepen. Dit
gouvernement van het midden, nu, 1945,
is federalistisch en organisch. De buiten
landsche politiek is niet in handen van een
extreme groep. Stalin, man van 64 jaar, is
de concolidator. Rusland heeft nog zijn
grensgeschillen. Het spreekt vanzelf, dat
Rusland die geschillen naar eigen belang
wil oplossen. De Roethenen, die slaven
zijn, zijn in de U.S.S.R. opgenomen. De
geschillen met Turkije, welke eeuwenoud
zijn, moeten worden opgelost. Engeland
steunde Turkije in de negentiende eeuw en
opnieuw na 1920. Het spreekt ook vanzelf,
dat Rusland die wenscht te onttrekken aan
een regeling door de wereldorganisatie en
wenscht te regelen voor de nieuwe wereld
organisatie kan ingrijpen. Maar een mid-
den-regeering als die van Stalin zal daar
om niet een wereldoorlog ontketenen.
De buitenlandsche politiek van Stalin is
een zelfstandigheidspolitiek, niet een iso-
lementspolitiek. De Russische buigzame
middenregeering van Stalin is geen gevaar
voor den wereldvrede.
'Zijn politiek werd genoemd een zelfstan
digheidspolitiek met medewerking aan de
internationale staatkunde, zooals deze ook
door Nederland wordt gevolgd.
In 1918 kon Rusland, na den voor Benin
zoo weinig voordeeligen vrede, slechts een
politiek van isolement voeren. Maar Lenin
wilde: vrede, alle macht aan de Sovjets,
meer gelijkheid bij de verdeeling van het
maatschappelijk inkomen en het land der
groote heeren toebedeelen aan de kleine
boeren. Om die politiek te voeren behoefde
Lenin boven alles: vrede.
Lenin werd internationaal in het isole
ment gedrukt. De buitenlandsche politiek
van Rusland had twee middelen van ver
weer. Het eerste was aansluiting zoeken
bij het, door de Geallieerde mogendheden
verschopte Turkije; het tweede was de
Komintern, de defensieve bedreiging van
alle kapitalistische staten.
Maar de communisten weten de binnen-
landsche éénheid door geweld te herstellen
en de vreemde machten, de indringers af te
weren. Toen trad na 1921 er langzaam
economisch herstel in, ondanks hongersnood
in vele gebieden, ondanks het verzet van
de groote en midden-groote boeren.
Toen het vijfjaren-plan in 1930 econo
misch goed werkte, schreef de groote
Nederlandsche koopman Dr. A. G. Kröller
in het tijdschrift de Zakenwereld zijn be-
faamden oproep aan Nederland, herstel
den handel met Rusland; wijs de econo
mische voordeelen niet af op grond van
ideologische motieven. Werk samen met
Stalin. Sedert 1930 werd Rusland „bundes
fahig". Rusland voert nu een coalistische
zelfstandigheidspolitiek. Naar buiten
wordt door de „collectivicatie" Van het
agrarisch bezit, met terreur en óverreding
tezamen, alweer eenheid verkregen.
Stalin weet zoowel de linkerzijde als den
rechter vleugel in de communistische par
tij, met terreur en overreding, te bedwin
gen. Stalin wordt een middenfiguur. In
1924 wordt Rusland lid van den Volken
bond; en 1935 treedt Duitschlapd uit. De
angst van Rusland voor het Westen en nu
in hoofdzaak angst vpor het Duitsehland
van Hitier.
Dan komen de spannende dagen van
Miinchen September 1938. Zal er oorlog
komen in het Westen? Kan men het kwa
lijk nemen, dat de realist Stalin niets deed,
om dezen oorlog in het Westen te voor
komen? Stalin trachtte den oorlog van
zjjn grenzen tg houden. Hij voert „natio
nale" zelfstandigheidspolitiek. De kerk
was reeds hersteld; de Komintern was op
geheven. De leiders dezer Komintern ver
dwijnen in terreurdaden.
Maar thans 1938-1939 moet Stalin
ervaren, dat de communisten buiten Rus
land hem bestrijden. Deze roepen op tot
oorlog tegen het fascisme. Stalin zwijgt.
Dan op 23 Augustus 1939 slaan Hitier
en Stalin, tijdelijk, de handen ineen. De
wereld is verbaasd. Het non-agressie-pact
van Rusland en Duitsehland is een agres
sie-pact tegen het groote Polen, gesticht
in Volkenbondskringen.
Hoe lang zal deze uiterlijke wapen
broederschap duren? Het antwoord is
duidelijk. Wanneer Rusland zijn tegen-
gewicht in den Balkanstrijd werpt (einde
1940)tegen Duitsehland en Italië, is oor
log tusschen hen onvermijdelijk. Duitseh
land bezit den Balkan (winter 19411942).
Hitier doet dat dan op 11 Mei 1941, zijn
„laatste Vredesaanbod" aan de Geallieer
den. Rudolph Hess brengt de voorwaarde
voor dezen vrede over per vliegtuig. De
voornaamste is: ,laat aan Duitsehland de
vrije hand in het Oosten tegen Rusland.
Engeland waarschuwt Rusland, dat zich
reeds lang Wapende. De oorlog breekt uit.
De veldtocht van 1941 wordt door Rusland,
met Amerikaansche hulp gewonnen.
Rusland is meer dan „bundes fahig". Met
Rusland moet in alle internationale kwes
ties gerekend worden.
Weer heeft Stalin de eenheid in de jnn-
nenlandsche politiek van zijn land weten >ie
herstellen. Het Nederlandsche volk heeft
de plicht den Russischen Staat dankbaar
te zijn. De Russische economische politiek
behoeven wij niet te prijzen. Rusland laat
ook ons daarin vrij.
„Je Maintiendrai" schrijft:
Waarom onze arbeiders daar thuis
hooren.
De Nederlandsche Volksbeweging streeft
er naar om op den grondslag van het
personalistisch socialisme alle vooruit
strevende krachten, welke dezen grond
slag kunnen aanvaarden, te vereenigen
om gezamenlijk te bouwen aan een
nieuw Nederland. Zij richt zich niet tot
één bepaalde godsdienstige groepeering
van ons volk. Zij richt zich niet tot één
bepaalde klasse van ons volk. Zij richt
zich tot alle Nederlanders. Ook tot
onze arbeiders. Ook die hooren in de
Nederlandsche Volksbeweging thuis.
In het verleden hebben onze arbeiders
bijna steeds een afzonderlijke plaats in ons
volk ingenomen. Zij hadden hun eigen or
ganisaties. Sociaal, cultureel en vaak ook
politiek. Vele daarvan waren ook strijd
organisaties. Het doel daarvan was om de
arbeiders vrijheid en recht, een'menseh-
waardig bestaan en een gelijkberechtigde
plaats in de samenleving te verzekeren.
Het kapitalisme onthield aan de arbeiders
deze dingen. En het blijft de roem van
deze organisaties inderdaad voor de arbei
ders een hoop te hebben" bereikt.
Nu komt daar de Nederlandsche Volks
beweging en zegt: werknemers en werk
gevers, arbeiders, boeren, middenstanders
en intellectueelen, stap over de vroegere
scheidingen heen en vereenigt u allen om
gezamenlijk een nieuw Nederland op te
bouwen. Dat is voor onze arbeiders een
heele stap. Is die stap wel gerechtvaar
digd
Wij zeggen: gerechtvaardigd en nood
zakelijk. Om verschillende redenen.
Tot nu toe heeft de klassenstrijd de ar
beiders steeds in een strijdpositie tegenover
de rest van de bevolking geplaatst. De
werkelijke feiten maakten dit zeer vaak
onvermijdelijk. De leer van den klassen
strijd echter heeft hiervan een princiep
gemaakt. Alsof het niet anders kon en
niet anders mocht. Het proletariaat, dat
was de voorhoede in den strijd voor een
nieuwe en betere maatschappij.
Nu heeft deze gedachte van den klassen
strijd de laatste jaren veel aan waarde in
geboet. In de praktijk immers maakte
reeds zeer vaak gemeenschappelijk overleg
plaats voor den vroegeren strijd. De col
lectieve arbeidsovereenkomsten zijn daar
een voorbeeld van. De christelijke arbei
ders in Nederland hadden den klassenstrijd
als princiep steeds verworpen en de niet-
christelijke arbeiders gingen beseffen, dat
er soms andere en betere middelen waren
om hun doeleinden te bereiken.
Na 1940 werd deze ontwikkeling ver
haast. Oorlog en bezetting werkten als een
groote zeef. De oorlog is een strijd ge
weest voor de rechten van den mensch,
van den arbeider niet het minst. Als wij
den oorlog verloren hadden, dan zou er
niet veel meer overgebleven zijn van al
hetgeen de arbeiders in jarenlangen strijd
hadden opgebouwd. Daarom hadden onze
arbeiders er alle belang bij om in dezen
strijd duidelijk partij' te kiezen. Veelal heb
ben zij dit gedaan. De besten hebben in
dezen strijd hun leven geofferd. Maar er
zijn ook vee4 zwakkelingen geweest. Die
liever om een paar gulden meer gingen
werken voor de Duitschers. Goeden en ver
keerden, die waren ook onder de arbeiders
te vinden, juist als onder alle andere vak
groepen. In den illegalen strijd hebben vele
van onze arbeiders, hartelijk samenge
werkt met niet-arbeiders. Daaruit is een
band gegroeid, die blijvende waarde heeft.
Er bleek in deze jaren nog iets anders.
Dat was dit: dat er ook in de arbeiders
beweging zelf, vooral onder de oude lei
ding, conservatieve elementen bleken te
schuilen. En dat er daarnaast buiten de
rijen der arbeiders zeer radicale elementen
te vinden waren. Ook in dit opzicht bleek
dus de oude tegenstelling niet meer te be
antwoorden aan de werkelijkheid en door
de feiten achterhaald te zijn.
Tenslotte is in dezen oorlog ondubbel-
zinnig komen vast te staan, dat de over-
groote meerderheid van onze arbeiders
volkomen Nederlandsch dacht, voelde en
handelde. Degenen, die eerst partij kozen
in dezen oorlog, toen Rusland daarin be
trokken werd, vormden slechts een zeer
kleine minderheid. Voor het overgroote
deel stond de houding vast vanaf 10 Mei
1940. Daarmee was de heele Nederland
sche arbeidersstand één geworden met het
geheele Nederlandsche volk.
De Nederlandsche Volksbeweging heeft
uit al deze feiten de consequentie getrok
ken. Zij verwerpt het princiep van den
klassenstrijd. Zij wil op een duidelijk om
schreven grondslag de vooruitstrevende
krachten uit alle groepen van ons volk
vestigen, om gezamenlijk het groote werk
van herstel en vernieuwing ter hand te
nemen. Bij die reusachtige taak kunnen
onze arbeiders niet worden gemist. En
daarom gaat haar oproepook uit tot de
Nederlandsche arbeiders.
De gerechtvaardigde verlangens der
arbeiders komen daarbij op geen enkele
wijze in de verdrukking. Wanneer wij
onze arbeiders vragen om samen met
anderen op te trekken, dan moeten wii
beginnen met hun rechten te waarborgen"
En dat doet de Volksbeweging dan ook.
Ten aanzien van de rechtspositie der arbei
ders, de loonpolitiek, ontslag, pensioen
regeling enz., heeft de Nederlandsche
Volksbeweging in haar program een klaar
en duidelijk standpunt gekozen. En min
stens even radicaal als welke vroegere
arbeidersorganisatie ook.
Nog een ander punt is belangrijk. Sinds
wij in Nederland het algemeen kiesrecht
hebben, is hier de politieke democratie
geen vraagstuk meer en hebben onze
arbeiders, politiek gesproken, juist dezelf
de rechten als iederen anderen Nederland-
schen staatsburger. In feite is echter ge
bleken, dat politieke democratie zonder
economische democratie vaak van nul en
geener waarde blijkt. Men kan zich poli
tiek niet 'n vrijheid doen gelden, zoolang
men economisch in een afhankelijke posi
tie blijft verkeeren. De economische
democratie, die de rechtspositie van den
arbeider regelt en hem in het economisch
leven de mate van medezeggenschap geeft,
welke hem toekomt, is daarom één der be
langrijkste actueele vraagstukken. Ook
daarin heeft de Nederlandsche Volksbe
weging duidelijk standpunt gekozen en
mogen onze arbeiders weten, dat wij aan
hun zijde staan.
De Nederlandsche Volksbeweging staat
dus pal voor al die dingen, waarvoor onze
arbeiders terecht steeds hebben gestreefd.
Zij ltttnnen dus ook in de Volksbeweging
deze doeleinden nastreven. Zij kunnen die
nu nastreven op een ruimer plan, samen
met vele anderen, die hetzelfde willen. Dat
vergroot de mogelijkheid om het te berei
ken. En tegelijk hebben zij in de Neder
landsche Volksbeweging de kans om op
-een volkomen gelijkberechtigde wijze mee
te bouwen aan het Nieuwe Nederland.
Het herstel en de vernieuwing van ons
geteisterde vaderland is een zaak, niet
van .een enkele groep, maar van ons ge-
heeté' volk. Van onze arbeiders even goed
als van alle anderen. Wanneer onze arbei
ders toetreden tot de Nederlandsche Volks
beweging, meehelpen om die Volksbewe
ging' groot en sterk te maken, dan dienen
zij daarmede het -best tegelijk èn hun eigen
zaak èn de gemeenschappelijk Nederland
sche zaak. Daarom twijfelen wij er niet
aan, of vele arbeiders zullen den weg vin
den naar de Nederlandsche Volksbeweging.
De vroegere strijdorganisaties waren
noodzakelijk om de emancipatie der arbei
ders te bewerkstelligen. Eigen organisa
ties zullen noodzakelijk blijven voor tal
rijk cultureel en sociaal werk. De vakbe
weging, sterker dan voorheen tot een
eenheid verweven, zal voor de arbeiders
een belangrijk orgaan blijven, vooral ook
ter verwezenlijking der economische demo
cratie. Maar daarnaast moet er iets zijn,
wa«#in de arbeiders samen met alle ande
ren gestalten moeten kunnen geven aan
het nieuwe Nederland. Dat is nu de
Nederlandsche Volksbeweging.
Arbeiders, de Nederlandsche Volksbe
weging rekent op u. Kent uw plicht, zoo
als gij u ook in de hitte van het verzet,
samen met vele andere Nederlanders, zoo
uitstekend van uw plicht gekweten hebt!
De „News Chronicle", van 2 Juli 1945,
schrijft in een artikel „De reorganisatie der
Spoorwegen" dat vroegere Duitsche direc
teuren der spoorwegen hun volle medewer
king aan de Geallieerden hebben aange
boden ten einde het spoorwegnet te reorga-
niseeren. De oorlogscorrespondent S. L.
Solon seint, dat deze taak minder moeilijk
zal zijn dan aanvankelijk werd vermoed
door de verbazingwekkende hoeveelheid
voorradig materiaal.
De Duitsche spoorwegen bezaten in 1945
voor de nederlaag meer intact rollend ma
teriaal dan in 1938, niettegenstaande de
zware bombardementen en de voortdurende
beschieting.
In Maart had de „Reichsbahn" 25.487
locomotieven, hierbij inbegrepen 4742 loco
motieven, welke bij den terugtocht naar de
Oder uit Rusland waren medegenomen.
Niettegenstaande alle verliezen betee-
kent dit vergeleken bij 1938 een toename
van meer dan 4000 locomotieven.
Dr. Kaissling verstrekte deze cijfers en
memoreerde tevens de toename der pro
ductie van wagons. In Januari 1945 waren
er bijna 80.000 wagons meer dan in Janu
ari 1938.
Wij geven U hieronder ter vergelijking
en als schrille tegenstelling de ons door de
Ned. Spoorwegen verstrekte cijfer® over de
toestand in ons eigen land.