DE VRIJE ZEEUW HARK 1944. DINSDAG 6 FEBRUARI 1945 le Jaargang No. 22 RedactieJ. H. Bannier en P. L. D, J. van Oeveren Redactie-adres: Axelschestraat 24, Terneuzen Dit Blad wordt op last van het Militair Gezag gedrukt bij de N.V. Firma P. J. van de Sande, Terneuzen Administratie-adres Noordstraat 57, Terneuzen. ABONNEMENTSPRIJS- Binnen Terneuzen ƒ1,50 per 3 maanden: buiten Terneuzen ƒ1,74 per 3 maanden. Bii vooruitbetaling 6,60 per jaar. ADVERTENT1ËN Per mm 10 cent, minimum per advertentie 1,50, Rubriek kleine advertentiën 1-5 regels 60 cent; iedere regel meer 12 cent: maximum 8 regels Dienstaanbiedingen en dienst- aanvragen 1-5 regels 52 cent; iedere regel meer 10 cent. Met vermelding brieven of adres bureau van dit^blad 10 cent meer. Handelsadvertentiën bij regelabonnement tegen verminderd tarief, dat op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentiën uiterlijk 9 uur v.m. op den dag der uitgave. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond. Van de vele materieele nooden waarin een aanzienlijk deel van ons volk verzonken is, is die van het gebrek aan voldoende kleeren wel een der ergste. Na vier jaar van slijtage, zon der dat er ooit iets nieuws en stevigs gekocht kon worden, waren de kleerkasten zoo goed als leeg. Wat er aan winterkleeren nog restte, werd in de herfst nog met zorg in de motten- toallen bewaardin de herfst, toen het oorlogsgeweld over Zeeuwsch-Vlaanderen raas de. De oorlog kwam en ging; laten we er niet meer van zeggen; maar toen het lawaai ver stomd was en de kruitdamp opgetrokken, zaten duizenden bij de verbrande overblijfselen van wat eens hun huis en inboedel waren. De zomerkleeren, die zij uit zuinigheid nog droe gen, waren de eenige die zij bezaten! Na dit verhaal van ellende begint het sprookje. Een ander woord kunnen wij niet vinden voor wat wij zagen in -het kleeding- magazijn van het Roode Kruis te Terneuzen. Daar staan rekken met damesmantels, met jassen voor heeren en kinderen, gestoomd soms, maar ook veel nieuw. Daar liggenwand- vakken vol overhemden, vol ondergoed. Daar liggen jurken en regenjassen, truien en dekens, schoenen en kousen en wat niet al. Het lijkt een wonder in dit land, waaruit de Duitschers het laatste stukje textiel hebben weggestolen! De dames, die dit alles sörteeren en die het voer verdeeling onder de oorlogsslachtoffers gereed maken, toonden ons al deze dingen met een zichtbaar gevoel van trots, dat zooveel goeds aan hare zorgen was toevertrouwd. Zij noemden ons ook en hare stemmen kregen daarbij de warme klank der dankbaarheid de goede gevers. Uit Brazilië, uit Uruguay, uit Zuid-Afrika, ja haast uit alle deeien van de wereld is een wel heel duidelijk blijk van medeleven gegeven. Het Britsche Eerste Leger zorgde zeker niet voor het minste deel. Eu dan de zorg en de liefde, die uit alles spreekt! Het dames-comité Irene" uit Curacao vond het niet aardig, dat bij de meisjesjurken tel kens een aantal volkomen gelijke waren en heeft daarom toch nog eenig onderscheid aan gebracht door ze op te fleuren met geborduur de zakdoekjes, wollen mascotte-beestjes enz. Als straks twee meiskes elkaar ontmoeten, hoeven er geen scheele oogen te komen omdat ze gelijk gekleed zijn: de een is trotsch op haar wollen beertje met rood-wit-blauwe strut, de andere op haar zakdoekje met „Oranje Boven." Ook zijn er losse zakjes bijgedaan met aardige snuisterijen, stukjes zeep en vele andere dingen, kleinigheden voor wie ze heett. maar van onschatbare waarde voor wie, als wij, deze dingen in geen jaren heeft gezien. Op een dergelijke wijze zijn verscheidene Kerkelijke vereenigingen in de Vereemgde Staten te werk gegaan. Naast de kleerendie uit Indiana, uit Dlinois en uit andere Staten kwamen, liggen er in de opslagplaats busjes koffie, pakken kaarsen, klosjes garen, spel den, knoopen, enz., enz. Alles dingen, die voor iedere huisvrouw onontbeerlijk, maar in de winkels al sinds lang niet meer te koop zijn. De groote halen kleeren, die het Belgische Roode Kruis gestuurd heeft, zijn niet de mooi ste, maar voor wie weet, dat onze Zuiderburen onder bijna de zelfde omstandigheden hebben moeten leven als wij, is deze gave misschien nog de waardevolste. De Belgen gaven dit alles zonder er zelf een overvloed van te heb ben! Wij kunnen niet dankbaar genoeg zijn voor wat zij over hebben voor het volk van Nederland ie Pays martyr, zooals wij het lazen op een kraam in een groot Brusselsen warenhuis, waar giften, voor Nederlandsche kinderen werden ingezameld. Al deze goede gaven, veel, maar helaas nog lang niet genoeg om ieder te helpen, worden verdeeld door de Organisatie „HARK" (Hulp- Actie Roode Kruis 1944). In samenwerking met dames-comfté's en distributie-diensten worden zij uitgereikt aan de zwaarst getrof fen gezinnen in de vele geheel of gedeeltelijk verwoeste plaatsen van ons gewest. Er past ons hier een woord van diepgevoel- den dank aan allen, die op eenigelei wijze en waar ook ter wereld, medehelpen om den nood van ons volk te lenigen. En tevens moeten wij, als wij dit alles zien of er van hooren, nog weer eens diep in ons hart de plicht beseffen om ons deze sympathie van de geheele weield en de offers, die door anderen voor oiis worden gebracht, waardig te toonen. B. Naschrift. Dit artikel schreven wij reeds eenigen tijd geleden. Door bijzondere omstan digheden konden wij het niet eerder plaatsen. Intusschen is ook voor anderen dan oorlogs slachtoffers textielgoed aangekomen. Reden te meer tot dankbaarheid! MOEILIJKHEDEN MET )E KOLENAANVOER. België levert niet het beloofde kwan tum. Vorst was extra spelbreker. In aansluiting op ons bericht in het vorige nummer deelt men ons van bevoegde zijde nog het volgende mede: Direct na de bevrijding is nagegaan in hoe verre het mogelijk was de huisbrandverbrui kers te helpen. Gezien de kolenveorraad op dat oogenblik en de gedane toezeggingen aon voor Oost Zeeuwsch-Vlaanderen de aanwijzing van 4 bonnen van de kolenkaart en 5 bonnen van de zomerkaart gehandhaafd blijven. De meeste huisbrandverbruikers hebben hierop hun kolen ontvangen. Met uitzondering van de mijnstreek is dit nog nergens elders in Neder land het geval. Op het oogenblik zijn deze kolen echter nagenoeg opgestookt zoodat iedereen begrijpelijkerwijze reikhalzend uitziet naar de aanwijzing van een volgende oon. Was Nederland, en dus ook Zeeuwsch-Vlaan- deren, vanuit België bevoorraad, zooals dit was overeengekomen, dan zouden reeds thans een of meer bonnen geldig zijn verklaard. De aanvoer is echter verre beneden het beloofde gebleven, hetgeen uit de volgende cijfers blijkt In October zou in. Zeeuwsch-Vlaanderen vanuit België aangevoerd worden 3000 ton; aangekomen: niets. In November zou worden aangevoerd: 3000 ton, aangekomen: 1363 ton. In December zou worden aangevoerd: 14000 ton, aangekomen: 2323 ton. In Januari zou worden aangevoerd 9000 ton, aangekomen: 2800 ton. Van de 29.000 ton is er dus ruim 20.000 ton tot nu toe niet gearriveerd. Wel zijn er nog 20 binnenvaartschepen met kolen onderweg, maar deze lagen allen ingevroren in de kana len boven Gent. Bovendien moet een deel dezer schepen doorvaren naar Zuid-Beveland en Walcheren waar de kolenpositie hetzelfde is als in Zeeuwsch-Vlaanderen. in verhand met de ondervonden moeilijk heden is besloten de ruilovereenkomst met België, inhoudende dat de Limburgsche mjjnen kolen aan Oost-België, en de Belgische mijnen dezelfde hoeveelheid kolen o.a. aan Zeeland leverden, niet in stand te houden. In het ver volg zal Nederland dus in zijn geheel door zjjn eigen mijnen van kolen worden voorzien. De moeilijkheid voor Zeeland is daarbij, dat de ligging ten opzichte van de Limburgsche mijnen, uit een oogpunt van vervoer, ongun stig is. Er worden daarom pogingen in het werk gesteld om te bereiken, dat in Zeeland kolen uit Engeland worden aangevoerd in ruil voor kolen, die de Limburgsche mijnen dan aan de Britsche troepen in het Oosten des lands zullen geven. Intusschen is er reeds een begin gemaakt met het vervoer per spoor, als gevolg waarvan in de laatste dagen alhier 750 ton, met be stemming Zeeuwsch-Vlaanderen, is gearri veerd. Een belangrijk deel hiervan is naar de industrie móeten gaan (P.Z.E.M., gasbedrij ven, voedselvoorzieningsbedrrjven, tramweg- maatschappijen, ziekenhuizen, enz.). Indien de aanvoer echter door blijft loopen al9 de laatste dagen het geval is, mag verwacht worden, dat binnenkort een bon geldig zal kunnen worden verklaard. Hiervoor zijn echter 2500 ton noo- dig. In dit verband moge nog even worden in gegaan op de „question bruiante" van de kolentoewijzing aan de brouwerijen. Hoewel niet gezegd kan worden, dat de gemiddelde Zeeuwsch-Vlaming een afschuw heeft van bier. heeft hij toch klaarblijkelijk een ander oordeel over dit vocht dan de Limburger, die dit eten en drinken tegelijk vindt, want dan ware de kritiek vermoedelijk achterwege gebleven. Voor de brouwerijen is een toewijzing ver strekt van 80 ton. Op het moment, dat deze beslissing genomen werd, waren de vooruit zichten, wat de kolenaanvoer betrof, zeer hoop vol, zoodat het toen leek, dat deze beslissing zonder bezwaar kon worden genomen. HET WERK VAN H.M. DE KONINGIN IN DE AFGELOOPEN 4 JAREN. De Duitsche inval op 10 Mei 1940 verraste de Koninklijke Familie in het Huis Ten Bosch te 's-Gravenhage. Reeds vroeg in den och- ten daalden tallooze Duitsche parachutisten in de nabijheid van dit Paleis neer. Gelijk bleek uit een order, gevonden op den gesneu velden Generaal von Sponek, hadden zij tot opdracht, het Koninklijk Huis gevangen te nemen en naar Berlijn over te brengen. Met moeite gelukte het den Nederlandschen troe pen, den weg vrij te maken naar het Paleis Noordeinde, alwaar 'H.M. de Koningin, het Prinselijk Paar en de Prinsesjes de volgende dagen verbleven. TT Prinses Juliana vertrok 12 Mei met Hare Kinderen op den Engelschen torpedojager „Codrington" naar Engeland, op uitdrukkeljj- ken wensch van H.M., vergezeld door Z.K.H. Prins Bernhard. Het was de bedoeling, dat Z.K.H. weer naar Nederland zou terugkeeren, teneinde zijn werkzaamheden als H.M.'s Ad judant te hervatten. Den volgenden dag (13 Mei-Pinkster-Maan- dag) verscheen echter Generaal Winkelman tegen het middaguur in het Ministerie van Economiche^aken, alwaar de Ministers sedert 10 Mei onafgebroken verbleven. Hij deelde aldaar de Regeering mede, dat hij voor de veiligheid van Staatshoofd en Ministers niet langer de verantwoordelijkheid kon dragen. Hierop werd besloten, dat H.M. de Koningin zich met een schip der in Hoek van Holland voor anker liggende Engelsche destroyerflot- tielje naar Breskens zou begeven, om aldaar, dus op Nederlandschen bodem, haar werk zaamheden voort te zetten. Dienovereenkom stig scheepte H.M. zich te Hoek van Holland in, doch tijdens de vaart naar Breskens werd haar draadloos bericht, dat deze haven het doelwit was geworden van hevige Duitsche luchtaanvallen. Of het reisplan van H.M. den Duitschers was verraden, dan wel Breskens de eerste oorlogsdagen gespaard gebleven werd gebombardeerd als ontschepmgs- iplaats van Fransche troepen, is niet bekend Geworden. 'Hoe dit ook zij, dit bombardement deed H.M. besluiten tot een wijziging van haar reisplan en Zijj gaf den commandant van den destroyer opdracht, naar Engeland koers te zetten. Denzelfden avond arriveerde H.M. per trein in Londen. Op het perron werd Zij verwelkomd door het Engelsche Konings paar Prinses Juüana en Prins Bernhard en de Ministers van Kleffens en Weiter De eerste dagen verbleef H.M. in het Buckingham Palace als Gast van Z.M. Koning George en H.M. Koningin Elisabeth. Spoedig daarna betrok Zij evenwel een eigen verblijf, van waaruit Zij steeds de staatszaken geleid Tallooze malen sprak Zij het Nederlandsche volk moed in door radiotoespraken. Met tal rijke Staatshoofden en Staatlieden hield Zij contact. Onafgebroken hield Zij zich, door persoonlijk (bezoek aan de kampen en schepen, op de hoogte van de ontwikkeling der Neder landsche strijdmacht, die geleidelijk wederom werd opgebouwd. De Koopvaardij, die zich met zoo grooten moed inzette voor het Geal lieerde vervoer over de zeeën genoot steeds Haar zeer bijzondere belangstelling. Op 10 Mei 1941 woonde H.M. op de ruines der Nederlandsche Kerk in de Londensche City door de Duitsche luohtterreur vermeid, een plechtige herdenking bij van den bruten overval op ons land. Prof. Gerbrandy hield bii deze gelegenheid een toespraak en zeide daarin o a. dat H.M. „den last der vereen zaming en der tienvoudig verzwaarde verant woordelijkheid heeft aanvaard". De groote Amerikaansche reis van H.M. 18 Mei 1942 werd geheel onverwachts, be kend gemaakt, dat H.M. per vliegtuig vanuit Engeland in Canada was gearriveerd tot het •bezoeken van Prinses Juliana en Hare Kin deren en tevens tot het maken van een offi- cieele reis naar de V.S. Dit was de eerste keer, dat H.M. van een vliegtuig gebruik maakte. Het verblijf van H.M. in de Ver. Staten was gedeeltelijk een vacantie, doorgebracht in Lloyd House, het buitenhuis van Prinses Juliana te Stockbridge (Massj. Aldaar ont ving Zij bezoek van President Roosevelt, leid de Zij de staatszaken en sprak Zij haar radio redevoeringen uit. Als 1ste Adjudant tijdens dit bezoek aan de Nieuwe Wereld fungeerde Generaal-Majoor van Oyen, Chef van den Vliegdienst van het Nederlandsch-Indische Te Stockbridge werd op 3 Juli Dr. Piet Kasteel door H.M. als Gouverneur van Cura- gao beëedigd. Aldaar ontving Zij ook Prof. Dr. J. C. Kielstra, Gouverneur van Suriname. Óp 14 en 15 Juli bracht H.M. een officieel bezoek aan New-York, alwaar Zij op het Stadhuis verwelkomd werd door Burgemees ter La Guardia. Ter gelegenheid van dit be zoek hield H.M. een uiterpnate indrukwek kende receptie in het Astor-Hotel, die door ongeveer 5000 Nederlanders en Nederlandsch- Amerikanen. werd bijgewoond. In het Tehuis voor Nederlandsche Zeelie den te New-York sprak H.M. op 15 Juli on geveer 500 zeelieden ter Koopvaardij toe. Als teeken van eerbied voor den ontzaglijken moed, waarmede deze Nederlanders hun ge vaarlijk werk verrichten, bleef in tegen stelling met het gebruik 'H.M. bij het uit spreken dezer redevoering staan. Na afloop der toespraak drukte H.M. allen aanwezigen, waaronder veel Indonesische zeelieden, de hand en sprak tot ieder van hen een persoon lijk woord. Dit samenzijn, waarbij H.M. In leen intiem vertrek van het Tehuis naast een mooien Hollandschen tegelhaard was gezeten, ^maakte op alle aanwezigen een diepen indruk. (Wordt vervolgd,).

Krantenbank Zeeland

de Vrije Zeeuw | 1945 | | pagina 1