DE VRIJE ZEEUW
L~:.rZ L »- - - t—
VERNIEUWING.
JU
Redactie-adres: Axelschestraat 24, Ter neuzen
MONNEMENTrpmlS^BtL 1"^- p<3, T£S
Bij vooruitbetaling 6,60 per jaar. ADVERTENTIE. maximum 8 regels. Dienstaanbiedingen en dienst-
kleine advertentiën 1-5 regels 60 cent; iedere regel meer Z« vermelding brieven of adres bureau van dit blad 0
Ick soeck het hier, ick soeck het daer,
lek vind niet niews aan tNiewe jaer,
Dan dat men 't niew heeft willen noemen.
Met deze woorden begon Constantijn
Huygens een gedicht op één der een-en'
negentig nieuwjaarsdagen die hij beleefde.
Het nieuwe jaar luid geen nieuw seizoen
in, natuur en mensch zijn op 1 Januari
dezelfde als op 31 December
'tlaer is een' Ketingh, die ick magh
Van alle schakelen beginnen.
'T en is geèn' slang, naar t oud versinnen,
Die met den steert light inden mond;
Het is een toe, oneindigh Rond,
Oud bij 'tbeginn, niew op het ende
Daer wederom dat oud belende,
Maer oud en niew, waer yeder will,
Gegrondt alleen op menschen grill.
Ja inderdaad! Zoo is het immers?
Er verandert niets van Oud op Nieuw.
Zouden we dan dat Nieuwjaar vieren,
dat „veel heil en zegen'-wenschen maar
niet afschaffen of althans verplaatsen naar
een andere meerzeggende datum Het
begin van de Lente bijvoorbeeld. Of een
dag met een historische beteekems. Laat
ons zeggen 10 Mei, of neen, dat liever
niet; maar dan de dag waarop onze
woonplaats bevrijd werd. Op dien dag
wenschen we elkaar terecht geluk, op
dien dag begon inderdaad een nieuw getij.
Met al het oude werd gebroken. We
begonnen tesamen aan een nieuwe wereld
te bouwen. Of is het zoo niet Zit daar
iemand zacht te grinneken, de spotter
Ik hoor het hem zeggen er is immers
niets veranderd! Wij zitten nog even
erg in de ellende als in al die bezetting s-
jaren, misschien nog wel wat erger! Het
is ook daarbij weer als bij het nieuwe jaar
waar ik ook zoek, „Ick vind niet nieuws
Maar, neen, zoo is het toch niet. IK
hoef alleen maar te kijken naar wat ik
vrijwel dagelijks over het onderwerp
Samenwerking te hooren en te lezen krijg
om te zien dat er toch werkelijk wel een
nieuwe geest is, die in vele menschen
leeft. Heusch, er is op die bevrijdingsdag
wel meer veranderd dan uitwendig merk
baar is. Zooveel is er tenminste veranderd,
dat wij nu allen weten wat wij niet meer
terugwenschen (al is dat nog niet alles
Zóó veel ook, dat wij nu allen inzien,
dat samenwerking en eendracht nood
zakelijk zijn om uit de misère te komen.
Uit slavernij verlost hebben wij de vrijheid
herkregen, betrekkelijke vrijheid van een
land in oorlog weliswaar, maar dan toch
de geestelijke vrijheid, die wij zoo bitter
ontbeerden. Zoo heeft die dag in September
of October toch werkelijk een nieuwe era
ingeluid. En is het dan ook niet zoo
mrt het nieuwe jaar? Wat komt het er
op aan of het morgen even hard vriest
of mist als vandaag? Wat geeft het of
er op 1 Januari geen nieuwe bloemen
opbloeien en de vogels al net zoo min
zingen als in December? Het gaat er
slechts om, dat in de menschen de drang
naar vernieuwing optreedt. Dat wij ons
weer eens realiseeren wat er veranderen
moet in ons zelf. Dat wij ons bedenken,
dat de tijd voortvliet om ons heen, maar
dat wij hetzelf zijn, die aan de jaren hun
aardsche beteekenis moeten geven.
Op deze Oudejaars-avond van 19*1 za
het oude lied van Rhijnvis Feith in heel
Nederland uit veler kelen klinken „Uren,
dagen, maanden, jaren. Vliegen als een
schaduw heên". Velen zullen het in hun
harten meevoelen: „Aan geen Ujdperk
hangt mijn lot. Gij, Gij blijft mij altijd
over, Gij blijft eindeloos mijn God Maar
laat ons ons zelf door deze vertroosting
niet in slaap sussen Vertrouwen op Uod
is niet genoeg, als men niet tevens actief
in Zijn dienst staat.
En zoo is het Ook in dat andere besef
dat eendracht en samenwerking noodig
zijn, is niet voldoende. Het is niet vol
doende, dat ieder wèèt hoe groot de nooden
zijn der bevolking in de nog bezette en
in de verwoeste deelen van het land, of
dat we ons realiseeren met welke moeilijk
heden de verantwoordelijke personen te
kampen hebben. Neen, wij moeten ons
daadwerkelijk naast hen scharen, wij
moeten zelf onze hulp en steun aanbieden.
Ieder moet op het terrein dat hem het
naaste ligt actief zijn dienst voor het volk
verrichten.
VernieuwingInwendige vernieuwing.
Laat ons op dezen Oudejaarsdag gevoelen,
dat wij die niet kunnen krijgen zonder
dat ieder die wil, ook doet. Pas daar
waar gewerkt wordt is werkelijke ver
nieuwing mogelijk. En niet eerder dan
wanneer er waarlijk vernieuwd wordt is
het onverschillig of dat gisteren of vandaag
begon, of het nu Oud- of Nieuwjaar is.
Zooals ook pas daar waar God daad
werkelijk gediend wordt met volle over
gave kan worden gezongen
Snelt dan jaren, snelt vrij henen
Met Uw blijdschap en verdriet.
Welk een ramp ik moog beweenen,
God, mijn God, verandert niet.
B.
GRONDSLAGEN VOOR DEN HERBOUW.
Naar aanleiding van ons artikel onder
dit opschrift in ons blad van 19 Decem
ber ontvingen wij van Ds. J. C. Sickesz,
Ned Herv. Predikant te Terneuzen een
schrijven dat wij hierbij zonder commen
taar opnemen. Aangezien wij zijn op
merkingen grootendeels kunnen onder
schrijven en alleen om overwegingen van
praktischen aard ons natuurlijk optimisme
lieten overheerschen bij een uit de prac-
tijk van het leven stammende meer som
bere blik, hebben wij den inzender ge
vraagd ons zijn visie op deze uiterst
belangrijke en fundamenteele kwestie nog
eens nader uitvoeriger uiteen te willen
zetten.
Met belangstelling las ik uw artikel
„Grondslagen voor den herbouw" in uw
blad van j.l. Dinsdag. U noemt als zoo
danig de beide begrippen „nationaal en
„christelijk", en licht ons over beiden
voor. Wij kunnen u daarvoor, als lezers,
niet dankbaar genoeg zijn, want het is in
deze dagen noodiger dan ooit, dat wij
weten waarom 't gaat.
Nu wilde ik echter ten opzichte van
uw uiteenzettingen aangaande het begrip
„christelijk" gaarne een enkele opmerking
maken. „Ons volk - zoo zegt u is
een Christelijk volk - en u maakt dat
los van het al of niet ter kerk gaan, tege
lijk toestemmende, dat het oyergroote deel
van ons volk aan de kerk voorbijgaat.
Tóch een Christelijk volk, want -y
zoo vervolgt u - de Christelijke gedach-
tenwereld, de Christelijke moraal heeft ons
volk in den loop der eeuwen als een
zuurdeesem doortrokken.
Ik zal dit niet ontkennen, maar wilde
er graag den nadruk op leggen, dat dit
THE NEWS IN HEADLINES.
The blackout of the Runstedt-offensive-
news has been lifted, but news is still
lagging some 48 hours behind. Even so
it can be seen that the threat has been
staved off. The Germans are held over
the whole length of their frontline and
heavy pressure is being put on the sides
of their saliant. Several places, amongst
them Bastogne have been set free again.
In Bastogne the Americans made a very
successful stand against the surrounding
Huns until contact was made from the
outside. In that sector a big tankbattle
is now going on.
Budapest is surrounded completely by
the Russians, who are entering the town
from several directions. A new Hunga
rian Government has been formed in
Debrecen, in the Russian-occupied part of
the country. Prime Minister in the cabi
net, in which all parties are sitting, is
MMr.S Churchill and Mr. Eden have been
to Athens to assist in the reconciliation
of the differring parties in Greece. Mr.
Churchill adressed the meeting of represen
tatives among whom were members o
the E.L.A.S. After adressing them he
left them to discuss their own troubles.
Although there seems to be uniformity of
thought about the need of a
being formed, the claims of the H.L.A.o.
as to their share in the Government are
as yet unacceptable, to the other parties.
Fighting on Leythe has ended, lhe
Japs lost 130.000 men, the Americans
H-000- t_ A 1»
On leaving the British Ambassy in
Athens Mr. Churchill had the unpleasant
experience of shots being fired in his
neighbourhood. Although a woman stan
ding neer him was killed, the Prime
Minister was unhurt. His only comment
was; „What cheek!"
doortrekkingsproces te danken is aan de
prediking der kerk in voorbije eeuwen.
Had die prediking gezwegen, dan was er
van een doortrekken van ons volk met
de Christelijke gedachtenwereld en met
de Christelijke moraal niets terecht ge
komen, immers alle ding behoeft een
bron. Het ligt dan echter ook voor de
hand, dat wanneer die bron wordt afge
sneden - in dit geval, omdat aan de
kerk (om welke reden dan ook) de rug
wordt toegekeerd - de stroom op den
duur zal verzandenin dit gevalde
gedachtenwereld en de moraal, die eens
Christelijk waren, gaandeweg zullen ver
wateren en vervlakken.
Dat is naar mijn vaste overtuiging juist
wat in en met ons volk is geschied. Ik
deel uw opvatting niet, dat het er in dit
opzicht met ons volk nog wel vrij aardig
voorstaat, zoodat wij zonder meer
daar een grondslag zouden vinden voor
den herbouw van ons volk in nationalen,
Christelijken geest.
Ik schrijf niet om propaganda te maken
voor de kerk. Ik ken haar tekort van
nabij, al dank ik ook voor haar zegen.
Maar de zaak, die u en mij ter harte
gaat, en waarin wij zoo gaarne samen
werkende herbouw van ons volk, --
eischt dat wij de dingen zullen zien, zooals
zij zijn Dan kan ik vanuit de praktijk
van mijn werk niet anders zeggen dan
dat (in het algemeen gesproken) de schare