Flick's
Cacao
No. 289.
Zaterdag 20 Maart 1915.
6e Jaargang.
Weekblad te Hulst.
VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG.
Gentschestraat C 7 te Hulst.
Stichter: H. 4. van Dalsum.
Bierkaaistraat A 28 te Hulst.
Gentschestraat B 4 te Hulst.
DIT ALLES IS fflll.
de allerbeste.
HET NATUURRECHT
REDACTIE:
Abonnement per drie maanden
NEDERLANDf 0.50.
BELGIE fr 1.20.
ANDERE LANDEN f 0.80.
- - Abonnementen worden dagelijks aangenomen. - -
Niet geplaatste stukken worden niet terug gegeven.
Het blad neemt geene verantwoordelijkheid voor den inhoud
van het Vrije Woord en voor dien van Advertentiën.
ADMINISTRATIE:
D R IJ K K E R IJ
Advertentiën, in te zenden vóór Vrijdags om 12 uur.
Prijs per regel 10 cent. Bij abonnement of geregelde plaatsing
belangrijke vermindering. Dienstaanbiedingen contant f0.25.
Door ons werk „Pachtcontract" stel
den wij in het licht, dat het pacht
contract is eene wederkeerige overeen
komst, van de eene zijde tot het in
gebruik geven en van de andere zijde
tot het in gebruik nemen, van landen,
medebrengende verschillende vermo
gensrechtelijke rechten en plichten alle
voortvloeiende uit het contract als
contract.
Er was hierin niets, wat op eenige
wijze aan iemand aanstoot kon geven,
en toch gaf het grooten aanstoot.
En dit wel, omdat in onze streek
een pachtcontract niet werd beschouwd
als een contract alleen doch als een
contract als tevens medebren
gende de afhankelijkheid van den pach
ter in zijn politiek denken van den
grondeigenaar of van zijn tusschenper-
soon, den rentmeester.
Vóór den tijd der Fransche Revolu
tie werd Zeeland geregeerd door het
feodale recht der ambachtsheerlijkheid,
medebrengende, dat de eigendom van
landerijen in zich had het recht tot
uitoefenen van meerdere rechten, zoo
als rechtsspraak, volksvertegenwoor
diging, het bekleeden van of benoemen
tot ambten, enz.
Dit feodale recht was niet meer wet
gebleven, doch in waarheid was het
wet gebleven in het rechtsleven des
volks.
En dit niet alleen in het Zeeland
beneden de Schelde, ook in Vlaanderen
was dit feodale recht wet gebleven in
dat rechtsleven, en ook in Vlaanderen
wist men te spreken van het ontvangen
van opzeggingen van pacht tegen
pachters die werden vermoed niet te
hebben gedeeld de politieke gedachte
van hun eigenaar en omgekeerd van
nieuwe pachtcontracten ten bate van
hen, die werden geacht wel deze poli
tieke gedachte te hebben gehad.
Gelijk ieder begrijpt moest het ook
voorkomen dat de pachter, die zich
verdienstelijk trachtte te maken in de
oogen van zijn eigenaar of van diens
rentmeester, zijn invloed van werkge
ver gebruikte op den landarbeider,
opdat deze de poli'ieke gedachte zou
hebben van zijn eigenaar.
Ziet, in dit lag de oorzaak van den
grooten aanstootons pachtcontract
beperkte dit tot een vermogenscon
tract, en schakelde uit de persoonlijke
afhankelijkheid.
Die groote- aanstoot baarde veel be
weging en geschrijf, en wij verzamel
den dit alles in een Pachtcontract
Rondom I, dat wij gaven als motto
Dit alles is geschied opdat de gedach
ten der harten openbaar zouden
worden.
Hiermede werd feitelijk ingewijd wat
later zou worden het werk van het
doen openbaren der gedachten, een
werk waarvan de volgende week zal
worden gegeven de rekening en ver
antwoording.
Het woord van het dit alles is ge
schied was door ons genome- uit Na
volging 111, 46: 3, waar dit woord
wordt gevolgd door zijn tweede deel
„Ik zal den schuldige en den onschul
dige oordeelen maar beiden wilde ik
eerst door een heimelijk oordeel be
proeven."
Aan dit tweede deel hadden wij aan
vankelijk niet gedacht, maar door het
verloop van tijd en in de ontwikkeling
van zaken waren wij wel verplicht om
het woord van dit tweede deel in ge
dachten te houden, vermits alleen
hierdoor eene verklaring werd gege
ven van wat door den weg van het
dit alles is geschied werd geopen
baard.
En in waarheid, het woord van dit
alles is geschied is gebleken te zijn
geweest een geheim oordeel, dat voor
afging het oordeel, het oordeel 1914.
Het oordeel 1914 vindt alzoo zijn
verklaring in het Dit alles is geschied,
in ons werk van het doen openbaren
der gedachten. Maar deze verklaring
brengt ook mede dat, als wij de vol
gende week geven de rekening en ver
antwoording van dit werk, en hierin
tevens in het licht zullen stellen de
daden, welke nu noodig zijn,., opdat
uit de ineenstorting der onkruidbe
schaving ontsta de zaadbeschaving en
deze ga lenigen het leed en de schade
door het oordeel ontstaan, aan deze
onze rekening en verantwoording de
grootste aandacht worde gewijd, omdat
in het opvolgen of niet opvolgen van
het nóodige is besloten de meest
ernstige vraag voor volk, kerk en staat.
Het werk van bet doen openbaren
der gedachten, gelegd in de hand van
een man van geloof van het „Uw wil
geschiede", is geweest een ernstig
werk, maar vooral voor ons een eervol
werk, een eervol werk dat slechts kon
worden verricht door een bijzondere
roeping.
Het genoemde woord der Navolging
is gegrond op dat van de Schrift bij
Lucas 2 34, 35 „En Simeon zegende
hen en zeide tot Maria, zijne moeder
Zie, dezè is gesteld tot val en opstan
ding van velen in Israël, en tot een
teeken van tegenspraak, maar ook
uwe eigene ziel zal een zwaard door
boren opdat uit vele harten de ge
dachten zich openbaren."
Gelijk ons werk Pachtcontract, al
leen door zijn woord van eenvoudige
rechtswaarheid, werd een teeken van
tegenspraak, zoo werd op gelijke wijze
eveneens ons eenvoudig woord van
waarheid op het gebied van geloof en
van politiek een teeken van tegen
spraak, en deed uit vele harten de ge
dachten zich openbaren.
Ons werk van het doen openbaren
der gedachten kon alzoo niet anders
zijn dan een werk van roeping, kon
het ook niet anders zijn, vermits het
zonder roeping menschelijkerwijze on
mogelijk moest zijn geweest om dit
werk te voltooien en wel te voltooien
op de wijze, zooals zegt no. 127 der
Kleine Berichten in het nummer van
de Rekening en Verantwoording „Nie
mand is in staat geweest ons te weer
houden door en met De Vo'kswil on
zen wil te doen, en de machten die
poogden ons onzen wil te beletten
deden wij ons hierin dienendit was
de macht van den wil Gods door den
wil des volks, deze laatste wil te za-
mengetrokken in éénen man van het
„Uw wil geschiede."
De gevolgtrekkingen, die alzoo voort
vloeien uit ons werk van dit alles is
geschied zijn alzoo in waarheid van
hoogen ernst voor voik, kerk en staat.
Gelukkig mogen zich noemen de
abonnés ten einde tce, dat zij door
het ontvangen van de rekening en
verantwoording en van haar overdruk
in boekvorm zuilen hebben een ge
dachtenis van ons werk. Het zal waar
de geven aan hun geheele leven, omdat
zij hun geheele leven er in zullen vin
den gelegenheid tot nadenken over
wat zij zien en later zullen zien, en
zij zullen deze gedachtenis bewaren
als eer voor hen en hunne familie,
dat zij abonné waren- ten einde toe.
Christus zou zijn een teeken van
tegenspraak, niet alleen in het Jood-
sche Land maar in de geheele wereld
en in alle tijden der wereld. En toch
beperkte Hij Zijn werk tot het Jood-
sche Land, waar Hij werd geboren,
werkte en stierf. Maar in het Joodsche
Land in het bizonder werd waar het
woord, dat Hij zou zijn tot val en op
standing van velen in Israël.
Ook ons werk van het dit alles is
geschied heeft noodig gemaakt een val
en een opstanding van velen, en ook
dit zal in het bizonder worden be
waarheid in ons gewest, omdat in ons
gewest er niemand is, noch groot noch
klein, die niet was overtuigd van het
goed recht van ons optreden, waar
door èn zijn erkenning èn zijn ont
kenning zijn geweest daden van den
verantwoordelijken vrijen wil, de er
kenning als voortgekomen uit zijn goe
den wil en de ontkenning als voortge
komen uit zijn kwaden wil.
Gelukkig mag zich dus noemen de
abonné die, in het bezit van het boek
onzer rekening en verantwoording, op
zich zelf mag toepassen het daarin
voorkomende woord van onzen dank,
op zich mag toepassen het woord daar
in, dat hij zich niet over ons heeft
geschaamd.
Als toch eenmaal komt de dag van
beproeving, die ons heeft bevestigd.en
versterkt, dan zal ze ook hem beves
tigen en versterken, maar wie zich niet
zal kunnen beroepen op ons woord
van dank en zich over ons zal hebben
geschaamd, zal in deze beproeving
vallen en vergaan, en het zwaarste zal
het oordeel treffen hem, die wel bleef
abonné ten einde toe doch tegelijk deed
den wil onzer vijanden of zelf vijand
was.
Zoo zal ook door dezen val en op
standing worden bevestigd, dat ons
werk van het doen openbaren der ge
dachten is geweest een werk Gods,
een werk in waarheid onder bescher
ming genomen van Haar van wie
Simeon zeide „maar ook uwe eigene
ziel zal een zwaard doorboren."
In waarheid, dat dergelijk werk voor
afging den wereldoorlog en door den
wereldoorlog werd voltooid, maakt het,
nogmaals, tot een ernstig werk, tot een
werk welks lessen al of niet opgevolgd
den stempel zullen drukken op den
toekomenden tijd.
He Sacramentenroof.
O
Deze is nog niet hersteld.
En dit herstellen is moeielijk, omdat
er voor dien roof geen reden is op
gegeven, zij dus is geweest een daad
van willekeur.
Maar niet alleen een daad van wille
keur, zij was ook eene daad van aan
randen der Goddelijke Majesteit.
De roof toch had voor doel een god
delijk sacrament, ingesteld voor het
leven der ziel, te maken tot een mid
del tot kerkelijk-ambtelijke willekeur
in tijdelijke zaken.
Herstel is dus niet mogelijk zonder
openlijk eerherstel te geven aan God,
en zonder openlijk te herstellen de
ergernis gegeven aan de menschen.
En niet alleen nog dit, met dien
sacramentenroof heeft de kerkelijk-
ambtelijke willekeur verbonden den
eer- en den broodroof, en ook deze
te herstellen is dus plicht van de sa-
cramentenroovers.
In dezen moeielijken toestand heb
ben deze zich gebracht, en, als zij er
niet weten uit te komen, dan zullen
zij niet alleen hun ziel gaan verliezen
tot een rampzalige eeuwigheid, maar
bovendien op zich afroepen het
woord, dat het beter voor he:» ware
dat zij nooit geboren werden.
En zij, die zij van de H. Sacramenten
hebben beroofd, hebben zij niet ge
schaad, offiriat er staat geschreven:
„Zalig zijn zij die vervolging lijden
om wille der gerechtigheidhun is
het rijk des hemels."
Hoe groot ook is de ongerechtigheid
der sacramentenroovers, zoo is ook
groot ons medelijden met hen, omdat
zoo groot is de ellende hunner ziel.
Daarom willen wij vergeven en ver
geten bij het eerste teeken van berouw.
Paul liruiïei'.
O
De oude Kruger van Transvaal was
man van geloof.
Zijn woord was: alles zal recht ko
men.
Zijn Godsvertrouwen gaf hem in dit
woord.
En toch hielden de Hollandsche Re
publieken op te bestaan, en vielen onder
Engeland's gezag.
Maar Kruger zag verder.
Hij zag wat wij zien en wat zegt
no 13 der Kleine berichten in de Re
kening en Verantwoording „In Rein.tje
de Vos spiegelt zich af de wijsheid
der wereld. Tegéh deze moet soms
afleggen de wijsheid uit God, maar
deze blijft en die der wereld eindigt".
De wijsheid der wereld zegevierde
in Engeland, maar de wijsheid uit God
van Paul Kruger zou niet sterven.
De laatste wijsheid heeft geduld.
En zij wacht den tijd af, totdat de
tijden vol zijn.
De wijsheid uit God laat de wraak
aan God over, en als het onrecht zich
bedient van wraakroepend onrecht,
dan wordt verhoord het vertrouwen in
Gods recht.
De concentratiekampen ter uitmoor
ding van bijeengedreven vrouwen en
kinderen en grijsaards waren een zaak
van wraakroepend onrecht.
Die wijsheid der wereld had gezege
vierd, en omdat zij had gezegevierd,
meende zij haar spel te kunnen her
halen.
Maar in den ander misrekende zij
de kracht.
En omdat zij zich in deze kracht
misrekende viel zij in haar eigen kuil.
Deze kuil'kan worden haar graf.
En die ander werd de roede, waar
mede het recht Gods antwoord gaf op
het woord van vertrouwen van den
man van geloof, Paul Kruger van
Transvaal.
Bij deze herinnering aan Paul Kru
ger geven wij hierbij het rouwdicht,
dat, geplaatst onder de vlaggen van
Oranje-Vrijstaat en Transvaal, in rouw
rand werd uitgegeven bij Hallis en Co
te Port Elizabeth, en dat wij verleden
jaar ontvingen van een, die het voor
ons had medegenomen uit Transvaal.
Hei heeft zin dit nu te doen, om
dat onze stem eindigt en wordt en
reeds is vervangen door de stem,
waarop Paul Kruger vertrouwde.
Vaarwel aan de Vierkleur.
Niet langer mag de Vierkleur wapperen,
Met tranen gaven wij haar af,
Zij is met onze dode dapperen
Verdwenen in een eervol graf.
Gelukkiger zijn zij, die vielen
Toen nog die Vlag werd opgebeurd,
Dan wij, die met bedroefde zielen,
Haar zagen in het stof gesleurd.
Voor haar is daar geen blijde morgen,
Wij scheidden van haar voor altijd,
In 't hart der Natie opgeborgen,
En aan 't Verleden toegewijd.
Gewijd aan die haar dapper droegen
De trotse vijand te weerstaan,
Wier slappe armen haar omsloegen
Toen zij de dood zijn ingegaan.
Laat 't Nageslacht hen nooit vergeten
Zolang het menschdom duren zal,
Tot zelfs de Hemelen zijn versleten,
En d'Aarde wankelt tot haar val.
Met forceeren van de
Marüanellen.
O
Daarmede zijn nu reeds eenigen
tijd bezig de Engelsche en de Fran
sche v.ou a met landingstroepen.
01 het zal gelukken, weten
wy niet
Mocht het gelukken, dan zullen
die vloten kunnen varen tot aan
Constiantinopel, en deze hoofdstad van
het Turksche Rijk bombardeeren.
Maar dan is er nog niet de ver
binding met de Zwarte Zee, waar
voor nog zou noodig zyn het for-
ceeren van den Bosporus, en dit
laatste schi.:iL te zijn een technische
onmogelijkhc.d.
"Wij voor ons gelooven wel, dat
het voor den tegenwoordigen oorlog
in de bedoeling van Engeland ligt
om, mochten de Dardanelleo kunnen
worden geforceerd, daarvoor de ge
legenheid te scheppen naar Rusland
te zenden de kanonnen en de mu"itie,
die Rusland onvoldoende heeft, opdat
Ruslands positie kan worden ver
sterkt tegen den Duitscher in Polen.
Maar in oprechtheid aan Rusland te
geven de vrpe vaart met oorlog
schepen door Bosporus en Dardauel-
len gelooven wij niet, dat dit ligt
in de Engelsche politiek.
Deze laatste is er steeds op uit
om meester te worden van de we-
reldverkeerswegen in het belang van