van algemeen gebruik van ritueeien
moord, zich beroepen op zooge
naamde bekeerde rabbijnen. Maar
wat moet een nuchter man denken
van een rabbijn, die christen wordt, en
van de door hem verlaten godsdienst
allerlei kwaad spreekt Hetzelfde wat
men moet denken van een Katholiek
priester die zijn geloof verloochent,
b.v. Socialist wordt, en dan rondgaat
om zijn Katholiek geloof te belasteren.
Ons besluit is alzoode beschuldi
ging van ritueeien moord is valsch.
Een grootsche betooging.
o—
In een particuliere correspondentie
uit Philadelphia aan de „N. Venl. Ct."
lezen wij het volgende over een groot
sche Kaiholieke betooging van 50000
Katholieken
Amerika, de nieuwe wereld, zich
kenmerkend door haar reusachtige
ondernemingen op stoffelijk gebied,
waar verbazingwekkende gebouwen
tartend hun spitsen ten hemel richten,
steenmassa's tonnen in gewichthet
land, waar duizenden nieuwsgierigen
en weetgierigen hun blik en schreden
richten, om de wonderen der bouw
kunst, zoowel boven als ondergronds
te bewonderen en het genie der bouw
meesters lof toe te zwaaien, dit land
kenmerkt zich ook op geestelijk gebied
in zijn grootsche verrichtingen, wan
neer het betreft, den Heer en Meester
van alles, wat er bestaat, lof te bren
gen en te erkennen als den alleen
heiligmakenden God. Geen preutsche
schaamte of lafheid schuilt er in den
Amerikaanschen Katholiek, als het er
op aan komt, uit te komen voor de
katholieke zaak, geen opoffering of
moeite valt hem te zwaar. Hij is een
voorbeeld voor een ieder en dwingt
zelfs de hoogachting van andersden
kenden af.
Zoo heeft dan weer deze jaarlijks
terugkeerende gebeurtenis plaats ge
grepen, waarvan ik een en ander zal
meedeelen, daar ik er van verzekerd
ben, dat zulk een betooging, hier in
de nieuwe wereld gehouden, de volle
sympathie der Nederlandsche Katho
lieken wegdraagt.
Deze geloofsuiting draagt den naam
van „Holy Name Parade" en wordt
jaarlijks gehouden ter verheerlijking
van den naam van God, om eerher
stel te brengen wegens de tallooze
beieedigingen, dien H Naam aange
daan en tevens tegen het onwaardig
gebruik maken van Gods heiligen
Naam.
Ruim 50.000 mannen namen aan de
betooging deel en niet minder dan
500.000 personen waren getuigen van
deze indrukwekkende plechtigheid.
Maar het overtrof ook hier de ver
wachting. Nog nooit heeft Philadelphia
in zoo'n reuzenbetooging geschitterd,
en vooizeker heeft nooit eerr betooging
meer indruk gemaakt op het hart der
toeschouwers dan deze.
Eenvoudig doch indrukwekkend was
her geheel. Zegge vijftig duizend man
nen door een wereldstad te zien pa-
reeren, om uit te komen voor hun be
ginselen, voor hun katholieke begin
selen, dit doende in de grootste orde,
zich bewust van de grootsche daad,
die zij verrichten, moest bewondering
en eerbied afdwingen. Dit was dan
ook duidelijk te bemerken aan de
duizenden toeschouwers, die uren ge
duldig wachtten om de geheele betoo
ging te zien voorbij trekken.
Het machtige leger der 50.000, dat
zich buiten de stad had opgesteld,
marcheerde gedurende ruim 5 uur,
voordat de laatsten de kathedraal ge
passeerd waren, waar de Aartsbisschop
de betooging gade sloeg. Muziekkorp
sen begeleidden den stoet en ver
hoogden door kerkelijke en patrioti-
sche muziek den indruk van het geheel.
Om twee uur had de stoet zich in
beweging gesteld, met tallooze vaan
dels, schitterend in de heldere najaars
zon, en nog steeds stapten ze door die
mannen, tot lang nadat de duisternis
was ingetreden. Zulk een betooging
moest eerbied en bewondering afdwin
gen we zagen hoe de duizenden
toeschouwers in eerbiedige stilte, de
luidruchtige toejuichingen, waarin de
Amerikaan zijn hart zoo snel lucht
geeft als blijk van zijn sympathie,
achterwege lieten als voelde eenieder,
dat deze nu zeer ongepast waren en
wanneer de muziekkorpsen een wijle
de muziek onderbraken, kon men niets
hooren dan den regelmatigen stap der
betoogcrs. Muziek en toejuichingen
verhoogen steeds den indruk van be
toogingen, doch juist gedurende de
oogenblikken, waarop de muziek on
derbroken werd kwam nog duidelijker
het indrukwekkende op den voorgrond.
Duizenden knielden neer voor de
kathedraal, waar een tijdelijk altaar
was opgericht, vanwaar de benedictie
met het Allerheiligste gegeven werd.
De aartsbisschop was zichtbaar bewo
gen bij het zien van den reusachtigen
stoet mannen, die gekomen waren ter
verheerlijking van Gods heiligen naam.
Dit gaf hij in de volgende woorden
te kennen „Het doel dezer betooging
spreekt duidelijk door de belofte,
waaraan de leden der vereeniging zich
verbonden hebben. Het is een demon
stratie waarop niet alleen ieder Kat
holiek en Christen, maar ook ieder
goed burger, trotsch moet gaan. Want
de betooger zegtIk erken openlijk,
dat ik geloof openlijk, dat ik geloof,
dat onze Heer Jezus, de Zoon is van
God, mensch geworden ter verlossing
van het menschdom. Ik erken zijne
Goddelijke heerschappij en geloof, dat
alle macht op aarde, zoowel wereld
lijke als geestelijke, van Hem komt.
Alle wettelijk ingesteld gezag beloof
ik te eerbiedigen en te gehoorzamen.
Moge de God van rechtvaardigheid
het verstand dergenen verlichten, die
met de macht van dat gezag bekleed
zijn".
Daarop gaf de Aartsbisschop den
zegen, terwijl verschillende honderden
priesters aan den voet van het altaar
geknield lagen.
Hiermede was de schoone betooging
ten einde en keerden allen huiswaarts,
met trots in hart en oog, dat zij had
den mogen medewerken ter verheer
lijking van des Scheppers naam. Zoo
weet de Amerikaan ook op geestelijk
gebied te schitteren
(Amstelbode)
Ken eisch tot vrijspraak.
o
Vrijdag 17 October 1913kwamvoor
de Rechtbank van Middelburg voor de
strafzaak wegens beleediging, ingesteld
door notaris van Dalsum wegens het
bekende geillustreerde pamflet van de
zen Zomer.
De substituut-officier van Justitie,
mr. Lith de Jeude, zag in dat pamflet
geen beleediging. Hij zeide, dat hij de
klacht niet in stilte had willen doof
potten, maar in het openbaar, en vroeg
vrijspraak tegen M. Verhaak te Sas
van Gent, die na ingesteld onderzoek
door de politie had verklaard van het
pamflet te zijn geweest de drukkeren
verspreider.
Dat hij het pamflet niet had gedrukt en
verspreid voor eigen rekening begrijpt
een ieder, hij had niet willen verkla
ren op wiens opdracht en voor wiens
rekening.
Er waren drie getuigen, die hadden
te verklaren, dat het pamflet ook door
hen was ontvangen, dat is dat het al
gemeen was verspreid.
Wij nemen hier over afschrift van
de door ons aan de Justitie overge
legde stukken, en voegen er niets aan
toe dan alleen dit, dat de juistheid
van het schrijven der adressen door
de weezen Baert te Hulst na onder
zoek door de politie niet is bevestigd,
en dat het publiek zich reeds over
den eisch tot vrijspraak heeft uitge
sproken als schandelijk.
Door het vermelden van den eisch
tot vrijspraak, en het hieronder opne
men van de stukken, willen wij vast
leggen voor lateren tijd, hoe in het
jaar 1913 door Nederlandsche Jus
titie wordt geoordeeld over openbaar
fatsoen.
Er volgen hier drie stukken, onder
A B. en C. De plaat zelve, die voor
afgaat aan de woorden van A kunnen
wij natuurlijk niet weergeven.
A. De ware aard der Yan Dalsam-
oppositie.
Bovenstaande plaat geeft op xaller-
duidelijkste manier aan, waartegen de
strijd der Van Dalsum-oppositie eigen
lijk gaat. Op den voorgrond zien wij
hoe Van Dalsum zijn mannen aanvuurt
tot den stormloop tegen het Kruis.
Zijn volgelingen zijn geblinddoekt,
omdat de meesten zijner aanhangers,
helaas, niet beseffen tot welk spel zij
gebruikt worden. Verder ziet men de
liberale partij haar zware kanonnen
eveneens op het Kruis richten. Geza
menlijk beproeven deze twee den aan
val. Boven in den hoek van de stel
ling, welke ze trachten in te nemen het
Kruis. Daarvóórde forten der Katholieke
partij, op wier sterkte wij moeten ver
trouwen om den aanval af te slaan.
Beter dan honderden woorden stelt
deze plaat voor, wat eigenlijk de op
positie van den heer Van Dalsum be-
teekent. Het is hier geen strijd om
deze of gene meer ondergeschikte
zaak, neen, in het huidige tijdperk
beteekent de actie tegen de Katholieke
organisatie niets anders dan een actie
tegen wat ons dierbaar is, onzen gods
dienst. Overal ziet men den strijd te
gen de Katholieke Kerk aangebonden,
overal spant alles samen om haren
gezegenden invloed te verminderen.
De liberalen en socialisten men
ziet het in meerdere landen, men ziet
het ook uit de anti-papistische stroo
ming hier ten lande gunnen ons,
Katholieken, onze gewone godsdienst
vrijheid niet. Inderdaad, deze strijd
tegen Rome is ook in Oostelijk
Zeeuwsch-Vlaanderen de beteekenis
van de campagne.
Laten alle Katholieke Kiezers daarom,
door middel van het stembiilet, zorgen
dat de vesting der Katholieke partij
niet worde ingenomen. Gorden alle
nadenkende, bezadigde en overtuigde
mannen de wapens aan, helpen allen
flink en ridderlijk de gelederen der
Katholieke partij versterken, opdat op
13 en 17 Juni aanstaande door geheel
Zeeuwsch-Vlaanderen weerklinke
Aan Rechts de overwinning
Daarom allen als één man ter
stembus
13 Juni voor: P. Dieleman, P. F.
Fruijtier, F. C. O. M. Hombach, C.
IJsebaart
en op 17 Juni in Hontenissevoor
P. F. Fruijtier
en in Oostburgvoor P. Dieleman.
B. Klacht.
De ondergeteekende HENDRIK AL-
BERT VAN DALSUM, notaris, wo
nende te Hulst, 45 jaar, doet bij deze
klacht bij de Justitie tegen onbekende
wegens beleediging door aanranding
in zijn eer en karakter gedaan in een
op 12 Juni 1913 aan hem per post toe
gezonden en dien dag aan andere kie
zers in Hulst en omgeving toegezon
den ongeteekend plamflet, getiteld
De ware aard der van Dalsums op
positie, waarvan een exemplaar hierbij
wordt overgelegd.
Hij acht zich beleedigd door
den geheelen inhoud, die duidelijk
wijst op den opzet om hem te be-
leedigen, met name alsof hij strijd
voert tegen kruis en godsdienst, wat
voor een man van geloof en van
openlijk Godsvertrouwen is hoon, de
grofste beleediging die denkbaar is.
Aanvankelijk lag het niet in zijne
meening eene klacht in te dienen we
gens den velen daaraan verbonden
last, maar nu hij heeft vernomen dat
de heer van Niftrik te Vlissingen met
succes klacht indiende tegen onbe
kende, is hij op die meening terugge
komen, en vraagt hij dus wegens dat
pamflet de toepassing der Strafwet.
Uit een voorloopig door hem inge
steld onderzoek heeft hij verkregen
als vermoedendat het pamflet is ge
drukt op de drukkerij M. Verhaak te
Sas van Gent, dat het pamflet is ver
zonden in enveloppe afgestempeld te
Sas van Gent, en dat zich met het
schrijven der adressen hebben onledig
gehouden de weezen Baart te Hulst,
kleine Bagijnestraat. Op het bewuste
strooibillet wordt gedoeld op bijgaande
ongeteekende briefkaart, van welken
aard hij reeds vele ontving, alle op-
dezelfde wijze met geteekende letters
geschreven, en welke briefkaart hij
bijvoegt als een aanwijzing voor het
ontdekken der dader(s) van het pam
flet.
Hulst 26 Juli 1913.
getH. A. VAN DALSUM.
C. Inhoud der briefkaart, poststem
pel Hulst 30 VI 13 4-5 V.
Adreszijde.
Aan Hendrik van Dalsum
Hulst.
Inhoud.
Het is weer geschied 20oals ik heb
voorspeld
Er wordt dus weer een flater meer
geteld,
Een strooibiljet u vroeger eens be-
beloofd
't Heeft goed gewerkt, 't heeft menig
stem verdoofd.
Het volk van Hulst wordt wijs, begint
goed te begrijpen,
Het wil maar niet dansen naar uw
pijpen,
Men hoort reeds nu al praten, hij
moet ook uit den raad
En na drie jaar uit de Staten, al is
hij nu zoo kwaad.
Wanneer in Hulst zoo'n praatje wordt
verteld
Dan is zulks reeds een feit, die dagen
zijn geteld,
'k Heb deernis met u Hein, dat kunt
gij toch wel vatten
Maar beter waart gij toch, met een
drietal jonge katten.
En als gij Hulst verlaat, vertrek per
vliegmachien,
Ozorg er dan voor dat wij u nooit
meer zien.
Neem dan nog meê mijn raad, die ik
u meermaals gaf,
Blijf altijd van de Kerk en van de
Priesters af.
—o—
Voortplanting' ties
gelooft.
0—
Le landaard van 18 October
heeft in een hoofdarrikel, dat in de
eerste eeuwen van het christendom
het christelijk geloof zich spontaan
voortplantte over de heidensche vol-
kere*, dat Spanje het christelijk
geloof algemeen deed aannemen in
hare koloniën, terwijl het .maar
geen noemenswaardige vooruitgang
maakt in onze Oost-Indische bezit
tingen, welk laatste teleurstellend
werkt.
Willen wij eens onze gedachte
geven, waarom er niet meer
is eene algemeene bezieling tot be
keering naar het christelijk geloof,
en vroeger wel Omdat vroeger dit
geloof werd onderwezen door woord
en daad Ziet eens hoe zij elkander
liet hebben omdat het woord
was een wijzen op het ware vader
land hiernamaalsterwijl nu hij,
die het christelijk geloof beiijdt in
woord en daad wordt verketterd, en
het geloof wordt onderwezen als te
zijn een welberekend middel om op
deze wereld vooruit te komen.
Aan dergelijk onderwijs kan de
H. Geest Zijne medewerking niet
verkenen.
Wie daarom ernstig missievriend
wil zijn, die moet zich aansluiten
bij het levensdoel van Mus X in
zijn Alles herstellen in Christus* dit
is, dat in de kerk en door de gees
telijkheid niet meer is het openlijk
of geheime streven om kerkelijk
ambt en godsdienst te gebruiken om
daarmede wereldlijke doeleinden en
partijbelangen te dienen.
Vrijmetselaars.
In bet Maqonieke Tijdschriftdat
onder redactie van Mr. Carpentier
A hing staat, is er op gewezen, dat
de Concentratie van Yrymetselaar-
sche makelij is geweest. De Java-
Post bracht de volgende citaten in
herinnering.
Op een en denzelfden dag is in
afzonderlijke vergaderingen van de
drie liberale partijen het concentratie-
program met geestdrift aangenomen.
Een dag ook voor onze Orde van
beteekenis, want: wy mogen het
nooit vergeten, dat de stoot tot deze
concentratie van magonuieke zijde is
gegeven. Dat is den 16den Novem
ber te Amsterdam erkend, toen ter
vergadering van de Liberale Unie
door den oud-Minister Fock er aan
herinnerd is, dat onze broeder Yan
llaalte voor het eerst het denkbeeld
van concentratie in de N'euwe Vrij
zinnige Kiesvereeniging te 's-Gra-
venhage heeft ter sprake gebracht.
In alle party vergadering en is erkend,
dat het een voorstel was van het
hoofdbestuur der vrijzinnig-democra
tische partij, waarvan naar wij we
ten, onze broeder Herman Snijders
voorzitter is, dat de zaak definitief
aan het rollen heelt gebracht. Wij
allen weten hoezeer te voren in
magonuieke kringen voor het tot-
standbrengen van samenwerking is
geijverd
Even voor de Juni-verkiezingen
werd dit gezegd
Wij, vrijmetselaren, zijn maar een
kleine groep onder de burgers van
Nederland, maar deze groep kan in
die dagen de kern worden van groote
groepen van gelijksgezinden, d i e
eendrachtig optrekken
om den plicht te doen. Laten
wij één ding niet vergeten het gaat
om onze eigen zaak. Voor een groot
deel is. in opzet, de concentratie
werk van de vrijmetselaren geweest.
Laten wij, de broeders, die hier den
stoot gaven en de broeders die hier
medewerkten aan de uitvoering, niet
achterblijven, maar zorg dragen, dat
nu ook de concentratie
overwint.
Of, indien het bovenstaande juist
is, de loge heel veel pleizier heeft
en zal hebben van het dan door
haar gewrochte bouwwerk h minst
genomen aan twijfel :.udei hevig.
Doch ook zij kent op dit getned
teleurstellingen. Wie herinnert zich
uit de dagen van den fcchoolstrijd
de beruchte teekenplanku niet, en
wat is er meê uitgewerkt? Neen,
op politiek gebied heeft de loge nog
niet over veel succes te roemen.
(Standaard).
HSaEk en Splinter.
O
Zelandia beschuldigt de MiddeJburg-
sche Courant van ongeoorloofde han
delingen om haar abonnementengetal
uit te breiden. Wij blijven hier buiten,
alleen merken wij opdat Zelandia
niet het recht heeft om op dit gebied
eenige grief te uiten, omdat haar ge
heele bestaan gegrond is op dwang
en verdachtmaking van anderen ter-
wille van het abonnementengetal.
Ter wille van het abonnementen
getal werd, met kerkelijke hulp en
met rentmeestershuip, het Hulsteiblad
weggezet als neutraal en de Zeeuw-
sche Koerier als socialistisch,
en daarna, als die twee ook
„goed katholiek" waren geworden,
werd de Volkswil van af kansel ver
boden, alles ter wille van het abon
nementengetal van Zelandia.
l»e Anti-Christ.
O
Omdat ieder weet, dat wij geen
enkel vraagstuk vreezen onder de
oogen te zien, en wij, als we dit doen,
precies zeggen waar het op staat, is
de Volkswil voortdurend zeer interes
sant maar tegelijkertijd heeft dit voor
gevolg, dat wij uit jalousie of afgunst,
worden doodgezwegen en de afgunst
ons wel in den grond zou willen
stampen.
Maar omdat ieder dit weet, wordt ons
door abonnés dikwijls vragen gedaan
over, of wordt ons door hen opmerk
zaam gemaakt op dingen, die ons
zeiven verbazen.
Zoo worden wij opmerkzaam ge-
maaki op een Engelsch boekje, waarin
met beroep op Openbaring 13 vers
18 wordt betoogd, dat het daarin ge
noemde getal 666, dat aangeeft den
naimvan den A. ti-Christ, juist is het ge
tal van den titel van den Paus, aie
zich noemt „Vicarius Filü Dei", als
men deze woorden schrijft in Romein-
sche letters en dan zóó rekentV is
5, 1 is 1, C is 100, I is 1, V is 5, I
is 1, L is 50, 1 is 1, D is 500, 1 is 1,
en de andere letters, die niet vormen
Roraeinsehe getallen, niet medetelt.
Het is zeer vernuftig geworden,
maar er mankeert iets aan.
En onder meer wel ditUit die
zelfde Openbaring volgt, dat de Anti
christ zal zijn een persoon, die in
geheel zijn leven geen en
kele verdienstel ij ke daad
zal hebben verricht.
Dit te durven beweren van „den"
Paus in zijn persoon of van het Paus
dom als instelling zal toch wel in
niemands gezonde hersenen opkomen.
Alleen reeds deze korte opmerking
is voldoende om die belachelijke be
wering, alsof de Paus of het Pausdom
is de Anti-christ en dit volgens de
Openbaring, af le wijzen ais bespot
telijke lasler.
Opslaande een werkje uit onze bi
bliotheek getiteld „Histuire de l'Anté-
christ d'après la bible et les Saints-
Péres" vinden we, dat die bespottelijke
iaster van Paus-Antichrist zelfs is be
weerd door bekende proteslanten, en
dat vooral in Engeland en Ierland
talrijke pamfletter, zijn en worden
verspreid, om deze bijgeloovigheid
onder de Protestanten te onderhouden.
Dit vindende begrepen wij, waarom
wij juist op een Engelsch boekje
werden opmerkzaam gemaakt.
Itieine berichten.
O
Bij Montefiore in Rotterdam liep
het storm om geld of voorwerpen te
bezorgen ten bate van de arme schip
breukelingen van het verbrande stoom
schip „Volturno". Het weldadige Hol-
landsche hart is toch aangenamer dan
het koude Zeeuwsche hart.
Jhr. de Stuers, Kamerlid, die zoo
zakelijk en flink ijvert voor het behoud
van oude kunst vooral in oude gebou
wen, vierde deze week in groote
waardeering zijn 70e verjaardag.
De oude bondsvoorzitter van Patri-
noniuin vierde zijn 80e verjaardag.
Velen, waaronder oud-minister Talma,
kwamen hem ten zijnen huize geluk-
wenschen.