ilct Verraad van
Vrienden.
O
Dante leert in zijn gedicht, dat bij
het verraad van vrienden weldoe
ners, de ziel van den verrader dadelijk
na de daad ter helle vaart om te
verblijven in de plaats, waar de tot
versteening geworden boosheid wordt
gestraft, en dat een duivel de plaats
inneemt van de ziel zoolang de ver
rader naar het vleesch nog niet is
gestorven, en dus nog uiterlijk als
mensch op aarde rondwandelt.
Is deze leer juist en de Schrift
weerspreekt ze niet dan loopen
ook in Hulst en in het district Hulst
menschen rond, die uiterlijk mensch
zijn doch wier ziel reeds is gestorven.
Men zal ze dan kunnen herkennen
aan de valsche strakke gezichten.
Aangezien in meerdere of mindere
mate de geest van verraad van vrien
den weldoeners is in onze streek
in honderde karakters, en deze geest
niet tot bekeering kan komen zoolang
de daad van verraad niet is erkend
met al haar gewilde gevolgen, zoo
volgt hieruit, dat hier zal opgroeien
een boos volk met harde,
koude zielen. En geen kweze
larij zal dit opgroeien kunnen tegen
houden, daar kwezelarij is een nieuwe
vorm van boosheid, daar zij door haar
vroomheid zonder liefde God wd be
driegen. Dit opgroeiende booze volk
zal zijn de kroon, maar de schande-
kroon, van meerdere herders," die bij
hun dood beschaamd zullen staan als
aan hen verantwoording zal worden
gevraagd van de door hun valschheid
verloren gegane zielen.
Vaderland of
licrlitvaardiglicid
O
Deze gedachte is van Louis Veuil-
lot
God heeft mij doen geboren worden
in een land, waarvan ik spreek, de
taal, waarvan ik bewonder de schoon
heid, waarvan ik bemin de eer. Aan
dat Frankrijk, dat is schoon, dat was
roemrijk, waarvoor ik bid, zou ik niet
weigeren noch mijn arbeid noch mijn
bloed indien het mij dit vroeg. Maar ik
zal haar niet geven mijn geweten en mijn
zielik zal niet goedspreken hare
misdaden. Als ik haar zou zien onder
nemen een onrechtvaardige oorlog,
zou ik God niejbidden om de overwin
ning te geven aan de onrechtvaardig
heid. Ik bemin niet en zal nooit be
minnen die lage en groffe liefde die
minder zou zijn genegenheid voor
haar als wel haat jegens de andere
volkeren.
IffSIL'lItfCT.
o
Eens vond een apotheker in de
nabijheid van Brussel, een ongeluk
kig hondje voor zijn deur liggen
Bij onderzoek bleek, dat het arme
dier een dijbeen gebroken was De
apotheker nam het bij zich in huis.
verbond de wond en na eenigen tijd
was het dier genezen. Nu opende
de apotheker de huisdeur en likkende
en blaffende verliet de hond zijn
woning.
De man had den hond reeds ge
heel vergeten, toen hij eenige weken
later '6 avonds aan de deur hoorde
krabben. De apotheker opende de
deur en het welbekende hondje
sprong met de uitbundigste vreug
deblijken tegen hem op. Het dier
was echter niet alleen gekomen
hem volgde hinkende een ongeluk
kige patrijshond, wiens rechtervoor
poot gebroken was. Het eerste hondje
liep nu van den apotheker naar zijn
armen kameraad en van den laatste
naar den eerste. Hij scheen den
apotheker te vragen voor zijn met
gezel dezelfde zorgen te hebben als
die, welke hij in een dergelijk ge
val ontvangen had.
Het vernuftige dier had eenige
oogenblikken te voren den gewon
den patrijshond ontmoet en met zijn
toestand bewogen, was het den
apotheker, wiens weldaden hij niet
vergeten had, gaan opzoeken. Op
zijn voorspraak nam de nam den
patrijshond op, die ook weldra ge
nezen was.
Dit is een zeer aardig schetsje,
dat wjjst op de dankbaarheid van
een hond. Deze hondendankbaarheid
is niet algemeen onder de menschen.
Zoo is het ons bekend, dat er vele
menschen zijn die handelen aldus:
zijn zij goed behandeld door iemand,
dan zullen zij dit voor anderen
verzwijgen uit afgunst dat hun
naaste ook dezelfde goede behande
ling mocht ondervinden zijn zij
slecht behandeld door iemand, dan
verzwijgen zij dit in de hoop, dat
hun naaste er ook zal inloopen
Het is ook niet zonder reden, dat
de Schrift waarschuwt „wacht u
voor de menschen".
EEN INGEZONDEN STEK.
O
Uit het Nieuwe Dagblad (Maas
bode) nemen we over het volgende
ingezonden stuk, en we zullen er
een woordje bijvoegen.
Het stuk luidt
Onduldbare tyrannie.
Het gebeurde in Warmond, tij
dens de viering der onafhankelijk
heidsfeesten.
Bij de jongste gemeenteraadsver
kiezing had een Katholiek met kleine
meerderheid de overwinning behaald
op den vrijzinnigen candidaat.
Vandaar geweldige verbittering
van alle linksche groepen vandaar
tegen al wie als Katholiek zijn
plicht deed een vijandschap, welke
bijna ongelooflijk is en welke som
migen vrijzinnigen zelfs zoozeer de
plichten van burgerlijke wellevend
heid deed vergeten, dat zij niet
schroomden onze Katholieke voor
mannen op de grofste wijze te be-
leedigen,
Nu werden dezer dagen in dat
dorpje feesten gehouden, en van
alle kanten werd al het mogelijke
gedaan, om deze feestdagen eens
gezind te vieren,
Wat gebeurde nu
Een Katholiek neringdoende ont
ving van een vrijzinnig candidaat-
noiari8 op den dag dier feestviering
het volgende briefje.
Mijnheer.
Tot mijn leedwezen bericht ik u,
dat ik u als lid van de Kath.
Kiesvereeniging alhier niet langer
als mijn leverancier kan behouden.
Achtend, enz.
Eenzelfde bericht kregen dien dag
nog meer Rootnsche neringdoenden
En ook door andere vrijzinnige
dorpsbewoners werd aan Iloomecbe
leveranciers de klandizie opgezegd.
Wij aarzelen niet deze handel
wijze schandelijk te noemen.
Zóó komt van lieden, die altijd
den mond vol hebben van verdraag
zaamheid, de treurigste onverdraag
zaamheid, de scherpste haat aan het
licht.
Zóó wordt getracht de Katholie
ken te tyraniseeren, te dwingen
hun beginselen te verloochenen.
Om de klandizie moeten de ne
ringdoenden hen naar de oogen
zien om de klandizie moeten wij
hun lidmaatschap opzeggen van de
Katholieke kiesvereeniging om de
klanzie moeten zij links stemmen,
en als ze dat alles niet doen, dan...,
wordt hun de klandizie opgezegd op
den feestdag van Neerlands onaf
hankelijkheid, om hun daardoor te
toonen, hoe onafhankelijk zij
zijn
Een scherp protest tegen zulk een
intreurige handelwijze.
Nu onze aanteekening.
Is de inhoud van bovenstaande
overeenkomstig de waarheid, dan is
de houding dier vrijzinuigen niet
minder dan gemeen.
Maar toch niet zoo ge
meen als de houding der Katho
lieken van Hulst en de dorpen om
Hulst tegen van Dalsum
Daar in Warmond zijn het toch
niet anders dan warmbloedige vrij
zinnige personen, maar tegen
van Dalsum is tot eer- en broodroof
te samgn gerot niet door pe^sqcen
maar krachtens een weldoordacht
8 y 8 t e e m, dat heeft zijn oorsprong
en zijn aanmoediging tot in den
read van Katholieke Kerkelijke
overheidspersonen, en heeft weten te
vinden zijn uitvoerders tot in de
huizen van bischoppen en in de
ministeries van den Staat.
Is, wat tegen die katholieken in
Warm jud is gedaan door vrij
zinnigen gemeen, zij hebben geen
recht om daarover als Ka
tholiek te klagen, omdat de
Katholieke overheid nog erger doet
en meer. Die vrijzinnigen zondigen
uit men«chelijke zwakheid, maar
deze overheid zon ligt uit mensche-
lijke boosheid.
Minister Treub en
Staatspensioen.
o
Voor diegenen, die zich paaien met
de verwachting, dat de heer Treub
nog wel iets zal blijken te voelen voor
hun staatspensionneering, doen we
enkele zijner uitspraken volgen.
Hetgeen de vrijzinnige concentratie
wenscht noemde hij den 17den Octo
ber van het vorig jaar „Staatspensio-
neering, die niet anders bedoelt te zijn,
dan Staatsarmenzorg, aange
vuld door vrijwillige verzekering met
staatshulp".
Hij heeft bij dezelfde debatten van
de Staatspensionneering verklaard, dat
zij de neiging heeft om het volkska
rakter niet te versterken, maar daarop
een verslappenden invloed te hebben;
dat zij nooit kan leiden tot verhooging
van de volkskracht, dus ook niet tot
verhooging van de productieve kracht
van het volk.
Wenscht men nog andere, duidelijke
woorden
De volgende sprak hij in zijn groote
rede van den löden en I7den Octo
ber zich richtend tot de concentratie
„Welnu, wanneer dan het resultaat
van de lange jaren van sociale pro
paganda van de lange jaren van so
ciale opvoeding, van de lange jaren
van pogen om op dit gebied verrui
ming des geestes te brengen, zal moe
ten wezen, dat men in plaats van ou-
derdomsverzekering als hoofddoel zich
stelt Staatsarmenzorg, dan kan ik niet
anders zeggen, dan dat ik dat resul
taat zou achten bij uitstek bedroevend.
En wanneer ik kiezen moest tusschen
een Staatspensioen op den grondslag
van de sociaal-democraten en een
Staatsarmenzorg op dezen grond, dan
zou ik mij liever aansluiten bij de so
ciaal-democraten, omdat ik dan ten
minste kan zeggen dat is een grond
slag, dien ik niet deel en in theorie
onjuisf acht, maar toch niet een grond
slag, die volgens mij ingaat tegen al
datgene wat de vooruitgang van de
maatschappij eischt.
Hierbij wil ik mij aansluiten bij een
woord van dr. Kuyper, die in zijn
rede, die ik zooeven heb aangehaald,
zeide, dat een van de zaken, waarom
het hier gaat, deze is, dat men er
voor zorgen moet, dat de cultuurge
schiedenis niet een stap achteruit,
maar zooveel mogelijk vooruit gezet
wordt. Ik ben ten diepste overtuigd,
dat, als wij ten slotte zouden moeten
komen tot de conclusie: er is voor
ons geen andere uitweg dan dat wij
de hoofdzaak van de ouderdomsver
zorging verwijzen naar de Staatsar
menzorg, wij dan de culuurgeschie-
denis niet één maar vele stappen
achteruit zouden zetten".
Een voorbeeld.
o—
Kees Benne en zijne vrouw, imDen
Bosch, vieren hun 25-jarig huwelijks
feest.
Te dezer plaatse zulke mededeeling
onder de oogen te krijgen zal den lezer
misschien verwonderen.
Wacht even.
Wij hebben- het niet over alledaag-
sche menschen.
Kees Benne was typograaf met een
loontje van negen gulden in de week.
Hij was de vader van 12 of 13 kinde
ren waarvan hij den oudsten zoon liet
opleiden tot priester. Onmogelijk kon
hij met zijn loon rondkomen.
Hij zocht naar bijverdiensten en
leerde een tweede vak, dat van den
schoenmaker. Overdag bracht hij nu
de sociale?gedachten van vele schrij
vers in den drukvorm en 's avonds
zette hij een lager „standpunt" op de
leest.
Maar Kees was nog iets anders.
Behalve vader van ruim een dozijn
kinderen, typograaf en schoenmaker,
was hij ook een der ijverigste propa
gandisten voor hef katholieke vereeni-
gijngsleven en schreef hij degelijke
artikelen in onze arbeidersbladen.
Hoe hij den tijd hiertoe vond
Wel ais hij 's avonds op zijn pek-
stoel zat, bevestigde hij met de eist
een stuk p3pier op de werktafel en,
al werkende, verzamelde hij de gedach
ten, welke hij met tnsschenpoozen
neerschreef voor een artikel in „De
Volksbode", dat zoovele jongere en
onverschillige arbeiders moest opwek
ken tot organisatie 1
Tegenwerking en teleurstellingen
bleven hem natuurlijk niet gespaard
bij dien socialen arbeid, maar hij hield
vol.
Evenals zijn kranige vrouw, die al
leen alle huiswerk verrichtte en daarbij
elk uur van den dag hare vriendelijke
woning helder en zindelijk kon toonen,
was hij volhardend en door geen tegen
slag te ontmoedigen.
Alle kinderen van dit echtpaar heb
ben nu een goed bestaan en de oudste
is, meenen wij, reeds tot priester ge
wijd.
Kees is nu uit de grootê zorgen en
kan, tot zijne vreugde, meer dan vroe
ger werken aan ons katholiek vereni
gingsleven.
Eerbied voor dit echtpaar 1
Moge het vele katholieke huisgezin
nen en vele leden onzer verenigin
gen ten voorbeeld zijn.
(Het Katholieke Volk).
DUITSCHLAND.
Economische toestand iu het consulair
ressort Essen-Ruhr.
Tot dusverre oefenden de politieke
moeilijkheden in den Balkan en de
rentevoet wegens het gebrek aan geld
een nadeeligen invloed op het geheele
zakenleven uit. Nu de vrede van Boe
karest is tot stand .gekomen, is een
der oorzaken verdwenen, echter mag
hiervan nu niet dadelijk een omme
keer ten goede in het zakenleven ver
wacht worden. De vraag der landen
op den Balkan naar alle mogelijke ar
tikelen zal thans ongetwijfeld toenemen
en ook zullen bestellingen, die gedaan
waren, welker aflevering echter ver
zocht was, uit te stellen, thans wor
den uitgevoerd. Toch zal de koop
kracht van dit gedeelte van Europa
niet binnen korten tijd zoo groot wor
den, als deze onder norma'e omstan
digheden was. Groote bestellingen, die
tengevolge van het verbruiken en be
derven van materiaal noodig zijn, zul
len op bedachtzame wijze worden ge
daan, aangezien de oorlogen minstens
2ya millard gulden hebben gekost en
eene reorganisatie van het financiewe
zen in de eerste plaats noodig is.
De geldmarkt is echter van veel
grooteren invloed op het zakenleven
geweest en hierop is tot heden nog
niets veranderd en eene algeheele wij
ziging is in de naaste toekomst ook
niet te 'verwachten. In geheel Europa,
behalve blijkbaar in Rusland, is gebrek
aan geld. Volgens de berichten over
de geldmarkt schijnt Groot-Britannië
over veel goud te beschikken, terwijl
Frankrijk nog onlangs 20millioen Frs.
goud in Amerika kocht en 1 millioen
uit Zuid-Afrika naar dit land onderweg
is. In Duitschland schijnt bij de Rijks
bank goud genoeg aanwezig te zijn
ter dekking van het vele papiergeld,
dat in omloop is. Tengevolge van
den hoogen rentevoet hebben vooral
de bouwvakken te lijden, deze staan
nagenoeg geheel stil en leveren de
industrie dus geen werk meer. De
aanvragen om krediet blijven onver
minderd groot. De kassen der banken
zijn weder beter gevuld, echter bleef
de toeneming binnen de grenzen van
verleden jaar. Hierbij mag niet worden
vergeten, dat deposito's bij banken en
spaarbanken in de kritieke maanden
November en December 1912 gedeel
telijk werden opgeëischt en dus het
jaar 1913 met 1912 niet mag worden
vergeleken.
Zoodra de tegenwoordige politieke
verwikkelingen tot het verleden zullen
behooren, zullen weder uit het publiek
groote sommen bij spaarbanken en
andere financieele inrichtingen en ook
in handelspapieren belegd worden,
die thans voor alle zekerheid thuis wor
den bewaard. Deze bedragen mogen
niet worden onderschat.
Zoodra de oogst, die waarschijnlijk in
bijna alle landen gunstig zal uitvallen,
binnen is, zullen aanzienlijke verschui
vingen op de geldmarkt plaats hebben,
doch dit kan niet vóór den aanstaan
den herfst gebeuren.
Men neemt geregeld waar, dat eene
gunstige periode door een tijdperk
van malaise, gevolgd wordt en omge
keerd. Door genoemde oorzaken is
het einde van de laatste hoogconjuc-
tuur gekomen. Evenals de goiven der
zee bewegen zich de conjunctuur
schommelingen. Thans bevindt zich de
industrie van dit ressort en in geheel
Duitschland in een golfdal. De vraag
is nu, hoe lang zal de tegenwoordige
toestand aanhouden
De kolenmarkt heeft nog weinig van
de dalende conjunctuur te lijden ge
had, hoewel geconstateerd wordt, dat
de vraag minder groot is tengevolge
van de malaise in de ijzerindustrie.
Met het najaar als de vraag naar huis
brandstoffen grooter wordt, zal hierin
eene verbetering kunnen komen,
De ijzerindustrie heeft haar prijzen
verlaagd voor producten der gesyndi-
keerde branches en de prijzen der
andere producten zijn thans zoo laag,
dat het vrijwel onmogelijk is gewor
den, dat ze nog verder zullen dalen.
Dit is ingezien door de handelaren en
verbruikers. Men dekt dus thans de
behoefte of de hoeveelheden, die men
ongedekt verkocht had, terwijl bij de
lage prijzen de tijd is gekomen voor
raden op te doen, omdat een dalen
vrijwel buitengesloten is en niemand
weet, of men later wel weder zoo
gunstig kan koopen. Hierdoor is eene
herleving der staafijzermarkt ontstaan,
maar toch mag men deze niet als een
voorteeken van een algeheelen omme
keer aanzien.
In sommige verslagen wordt eene
crisis aangekondigd, doch deze op
vatting zou door schrijver dezes moe
ten worden tegengesproken de indus
trie berust op eene solide basis, want
er is behoefte genoeg, deze wordt
echter met opzet teruggehouden, om
den loop der dingen eerst eens af te
wachten. Bewezen wordt dit door het
feit, dat alle producten vooronmidde-
lijk gebruik besteld wordt, doch er is
geen ondernemingsgeest voor groote
en lai ge contracten wegens de duurte
van het geld. Men ziet, dat er in
spoorwegmateriaal en in tramrails
overvloed van werk is, de meeste lan
den hun vloot en leger uitbreiden en
hun spoorwegnetten eveneens, ook
zouden reeds lang nieuwe tramlijnen
in groote mate zijn aangelegd en vele
fabiieken en woonhuizen, enz. zijn
gebouwd, omdat dit noodzakelijk is
al deze plannen wachten op een gun-
stigeren rentevoet. Dit zijn teekenen,
die er voor spreken, dat bij eene ver
laging van het disconto eene groote
bedrijvigheid Jn de industrie zal inzet
ten, en dat dus gten crisis verwacht
kan worden. Integendeel de onderne
mingslust zal opnieuw terugkeeren en
om bij het hierboven gegeven beeld te
blijven, zou kunnen worden gezegd,
dat de conjunctuur zich reeds in het
midden van het dal tusschen twee
golven bevindt.
De lage prijzen brengen lager loonen
mede, terwijl door het gebrek aan werk
veel loon wordt gederfd en dus de
koopkracht der arbeiders verminderd
is, getuige de verschillen in saldi bij
de spaarbanken eenigen tijd geleden
en thans, dus afgezien van het opei-
schen van deposito's in de kritiek-
ste maanden tijdc.ns den oorlog op
den Balkan. Zoodra de conjunctuur
eene wijziging ondergaat, die tenge
volge van de ongetwijfeld bestaande
groote behoefte aan industrieproduc
ten op eene verlaging van den rente
voet onmiddellijk zal volgen, keert de
koopkracht van deze massa's weder
tot hetzelfde peil terug, waarop zij
korten tijd geleden nog stond.
Handelsberichten.
EHeine berichten.
Op de openbare straat te Parijs
werd gevonden een kooi met vijf leeu
wen, door een dierentemster achter
gelaten, omdat zij door ontslag uit
dienst van het gezelschap te arm was
om de dieren te voeden. De eerlijke
vinder bracht de dieren naar het asijl.
Men klaagt in Frankrijk over den
bureaucratiseren omslag tot bij de ge
ringste zaken.
Men wil nu al plaveisel maken van
glas.
In Amsterdam is afgebrand het oos
telijk deel, Afrika, van Blauwhoeden
veen, aan de Handelskade. Groote
schade. Oorzaak onbekend.
Amsterdam viert nu haar onafhan-
kelijkheidsfeest. Dit is zoo overal de
mode in 1913.
In een dorp in Pommeren heerscht
godsdienstwaanzin.
In de Gemeentestem maakt een in
zender de zeer juiste opmerking, dat
de ambtenaren der gemeentesecretarie
zedelijk verplicht zijn de menschen in
te lichten, daar zij in dienst zijn van
het publiek en door het publiek wor
den betaald.