Echter met deze wijziging, dat zij vrij heid, gelijkheid en broederschap liet opgroeien uit den mensch, terwijl het Evangelie ons den mensch als zondig leert kennen en al wat goed en heil aanbrengend is uit God afleidt. Hierin blijft liggen het diamentraal verschil tusschen de Revolutie en het Evangelie, dat de eerste wijst op den mensch en hem emancipeert van de souveréiniteit Gods, terwijl het tweede juist omgekeerd den mensch zelf als schuldig en verdoemelijk afschildert en tot redding en uitkomst hem wijst naar Boven. Zoodra de heer Van D. uit de ge schriften der Revolutiemannen kon aantoonen, dat zij heel het wereldle ven den teugel van het Goddelijk oppergezag aanleggen, zou hij zijn pleit gewonnen hebben. Zoolang hij daarmede in gebreke blijft, geeft hij slechts blijk, dat hij zich door fraaie woorden en valschen schijn om den tuin laat leiden. V/ij teekenen hierbij aan Door dit laatste woord heeft de Zeeuwsche Courant in haar oordeel zeer juist geteekend zich zelve. Zij heeft eenvoudig de brochure niet gelezen, en anders niet gelezen wat er staat. Maar het kan ook, dat zij wel heeft gelezen doch niet begrepen en dit is waarschijnlijk, vermits, om te begrij pen, men zich moet stellen op een onbevooroordeeld wetenschappelijk standpunt, en dit is niet mogelijk waar de partijgeest woont. De partijgeest toch mist niet alleen liefde, hij vreest de waarheid enwil de waarheid niet. En moet ik, om een werk te ken nen, dit leeren uit de geschriften van voor- of tegenstanders van dit werk Neen, eenig werk wordt gekend uit zijne vruchten. En zijn de vruchten van de Fransche Revolutie tegen den geest van hei Evangelie? Beslist neen, en hiermede is veroordeeld de tegenstelling van Revolutie tegen Evangelie die ons Staalkundig leven zoolang valschelijk beheerscht. Wat is nu baron Mackay? o— In het Kamerdistrict Ommen was hij candidaat gesteld door kiezers, die er genoeg van hadden een candidaat te aanvaarden, door de hoofdbestu ren der kiesvereenigingen aangewe zen, en met gevolg-, dat hij in her stemming komt met den „officieelen* Anti-Revolutionairen en coalitie can didaat mr, van der Vetge. Men zal zich herrinneren, dat wij in 1909 kamercandidaat waren zonder daartoe door de „officieele* best uren of verenigingen te zijn gecaodidareerd, en wegens dit mis dadige feit werden wij met name in enkele Anti Revolutionaire orga nen en met name in de Rotterdam mer, genoemd vrij-katholiek, vrïj- z i n n i g - k a t hol iefcvrijbuitend-katho liek en zoo meer. Wat va nu baron Mackay Is bij nu ook geworden een vrijbuiter En vooral ab waar is het bericht, dat hij eene .eventueels benoeming gaarne zal aanvaarden De zaak is, dat de partijbesturen zich/het recht aanmatigen om ook invloed uit te oefenen op het stel len van caudidaten, en dit nu is een treden in de rechten van de kiezers dat niet mag worden ge doogd, Wil men partijbesturen hebben, goed, laten ze dan eeu par tijprogram samenstellen, hun pers voor dit program warm maken, maar dat ze afblijven van de can- didaatstellingen, want hierdoor ver klaren zij de kiezers voor onmon dig, wat wel te brutaal is, al heet het ook politieke organisatie. Want eene organisatie, die geen of slechts in schijn rekening houdt met de wenschen of het initiatief der eigen leden of der kiezers, doodt de per soonlijkheid der leden en is hiermede uit den booze. Hontenisse en Oostburg. Men schrijft uit Zceuwsch-Vlaande ren aan de Tijd Het verkiezingsvuur begint hier zoo zachtjes aan ai aardig op te ti kkeren. Er komt leven in de politieke brou werij. De liberale pers betoonde deze week reeds hare „belangstelling" voor het district Hontenisse.- Die iieeren weten wel wat ze doen Ze hebben niet voor niet den heer Van Dals-um in 1910 op hun wagentje geplaatsten hem de Staten van Zeeland binnen gevoerd. Een vrijzinnig candidaat, de heer Van Dixhoorn, heeft dat voor eenige jaren zeldzaam mooi verklapt! het steunen der ontevreden Katholie ken was de eenige weg tot victorie voor de liberalen in Oost-Zeeuwsch- Vlaanderen. Die steun hebben ze verleend, en nu loeren ze in 1913 op den buit. Of ze er plezier van be leven zullen Als wij, Katholieken, ons voile rekenschap geven van den stand van zaken, nooit! maar 't is een absolute eisch, dat we het ge wicht voelen, dat we onze troepen in slagorde scharen. Het verkiezingsle ven moet dezen winter flink zijn. Ver gaderingen, ook eens sprekers van buiten het district, moeten in groote getale gehouden worden. Mis schien verdiende het wel aanbeveling dat de centrale Kiesvereeniging het Centraal Bureau der K.S.A. daartoe eens in den arm nam. En dan een stevige verkiezingkas. Wij zijn nu eenmaal zoo gelukkig niet als de vrijzinnigen, die van de Chineezen geld krijgen, en daarom moeten we hier zelf zorgen, dat in 1913 flinke propaganda kan gevoerd worden. Ook inoet eens ijverig voor onze locale Katholieke pers worden gewerkt. Zij niet het minst zal voor rechts 't vol gend jaar de overwinning bevechten, steunen we haar op de meest kracht dadige wijze en helpen we haar bij de pogingen om den lezerskring steeds uit te breiden. Zoo'n actieve arbeid zaamheid, zoo'n ontplooide werk kracht, men behoeft er niet aan te twijfelen, zal den liberalen in Juni wel aan 't verstand brengen, dat het visschen in troebel water hun weinig oplevert. Treedt in Hontenisse rechts meer verdedigend op, in Oostburg hebben we aan te vallen. Daar gaat het voor rechts een mooie kans, waar door het begrijpelijk is dat de linksche pers over 't district mondje dicht houdt, maar de „Middelburgsèhe Courant", die deze week ook al op Hontenisse lekkerbekte, werd door „De Zeeuwsche Koerier" op haar nummer gezet. Dit katholieke volksblad meende dat de liberale redactie beter deed zich be zorgd te maken om Oostburg dan zich te verheugen om Hontenisse De rechtsche partijen voelen zeer goed dat Oostburg in 1913 om kan. En wat ze nu reeds op touw zetten toont aan, dat ze zich zelf tot doel gestcid hebben, dat Oostburg om moe t. De Anti-revolutionairen zijn, naar we hoorden, in volle actie. Hun orgaan, „Luctor et Emcrgo", druk in de weer. Terwijl de Katholieken in enkele maanden tijds reeds meerdere afdee lingen der R.K. Kiesvereeniging stich ten. Dit zijn ongetwijfeld goede tee kenen, teekenen die hoop geven. Ge gronde hoop, want in 1909 bleef, op een kiezersaantal van circa 9000, rechts maar 300 stemmen bij de liberalen achter, terwijl deze met eer» stem men tal van 24 boven de volstrekte meer derheid gekozen werd. Wat we uit dit alles besluiten wil den lo. bij een ernstig aanpakken van den strijd en zijn voorbereiding blijft Hontenisse vast rechts en 2o. kan van Oostburg gezegd worden, dat rustelooze activiteit der rechlerfracties een zeer groote kans iot overwinnen geven zai. Moge in aile katholieke Zeeuwsch- Vlamingen de overtuiging varen dat tot bereiking van dit schoone resul taat vele handen licht werk maken, en iaat hun stevig aanpakken bewij zen, dat ze kennen het bekende „Greif niemals in ein Wespennest Doch wenn du greiist, so greife fest." De Gorkumsclie onafhankelijkheid. o Evenais op vele plaatsen in den lande zoo schrijft men uit Gorkum aan de „N.R.Ct." is men ook hier ter stede reeds bezig om maatregelen te nemen, ter viering van het onaf- hankelijksfeest. Aanvankelijk was men van plan in 1913 feest te vieren, doch men is daarvan teruggekomen, omdat Gorinchem pas 20 Februari 1814 is ontzet. Om de geschiedenis zooveel mogelijk getrouw te blijven heeft men nu besloten de feesten te houden in Februari 1914. Het voorloopig pro gramma vermeldt een dankstond in alle kerken, een fakkeloptocht en tap toe, koraalmuziek, carrillonsbespeling, versiering van de stad, volksspelen, een kindercantate/oioscope-voorstelling en muziekuitvoeringen en eeri gróoten historischen optocht voorstellende den uittocht der Franschen uit Gorinchem en binnenkomst van het leger der verbondenen, later komen de Fran schen dan weer ale krijgsgevangenen binnen de stad. Na afloop daarvan kermesse d'été en 's avonds vuurwerk met concert. Voor de feestvierders wegens de „Onafhankelijkheid" in Huist voegen we hierbij ter overweging de volgende datums voor Hulst 14 Febr. 1814. De afkondiging van het herstel der Vereenigde Neder landen, onder den Prins van Oranje. 8 Maart 1814: Hernieuwde bezet ting door de Franschen. 2 Mei 1815: Het binnentrekken van Nederlandsche troepen. Hoe men dus aan een Onafhanke- lijkheidsfeest in Augustus 1913 komt is ons een raadsel. Post- en Telegraaf- bcambtcn. Evenals in verschillende andere plaatsen van ons land had Zondag dok te Vüssingen eene propaganda- vergadering plaats uitgeschreven door de Zeeuwsche afdeelingen van den Nederiandscheri Bond van Post- en Telegraafbeambeambten „de Post", welke vergadering goed bezocht was. Als spreker trad op de heer P. Koole van 's Gravenhage met het on derwerp „De wenschen van het la gere personeel en de begrooting van 1913." Spreker toonde aan de hand van verschillende statistieken aan dat de levensstandaard na 1905 belangrijk is gestegen, en dat de loonsverhooging daarom noodzakelijk is voor het ge- heele lagere personeel bij Posterijen en Telegrafie. De heer Kooie sprak dan de wensch uit dat de minister de urgentie hier van zal inzien, en alsnog aan de wen schen van het personeel zal voldoen. Vervolgens besprak de heer Koole de voorgestelde - salarisregeling voor de brievengaarders, die onder deze categorie geen bevrediging heeft ge bracht. Verder passeerden de ver schillende grieven en wenschen de revue als rechtstoestand, pensioen, vrije rustdag per week enz. De vergadering gaf door applaus blijken van instemming met het ge sprokene. Ten slotte werd de volgende motie aangenomen. „De leden der Afdeelingen Neuzen, Hulst, Zeeland 4de district, Walcheren en Noord- en Zuid-Beveland van den Nederlandschen Bond van Post- en Telegraafbeambten „de Post" in open bare vergadering bijeen te Vlissingen d.d. 27 October 1912, met belangstel lenden gehoord de rede van den spreker over den toestand, waarin het lagere personeel verkeert wat betreft de lage salariëering in verband met de aan houdende stijging der prijzen van de eerste levensbehoeften en andere voor het gezin onontbeerlijke zaken ofschoon met v/aardeering erken nende de goede bedoeling, welke bij de Regeering heeft voorgezeten om voor het personeel verbetering aan te brengen overwegende dat door de getroffen maatregelen ais de kindertoeslag en plaatselijke verhooging voor Rotter dam, Amsterdam en 's Gravenhage slechts een deel van het personeel is gebaat en daardoor de verhouding, voor hen die na 1905 niets ontvingen, uitermate ongunstig is geworden, ter wij! de druk der tijden allen met steeds klimmenden drang naar meerdere in komsten doet uitzien dringt er bij de regeering op aan over te gaan tot „algeheele salaris- verho.oging, waardoor alle lagere be ambten van Posterijen en Telegraphic zullen zijn gebaat en liet loon meer in overeenstemming zal worden ge bracht met de nooden en behoeften der tegenwoordige levensvoorwaarden besluit deze motie ter kennis te brengen van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal, Zijne Ex cellentie den Minister van Waterstaat en den heer Directeur-Generaal der Posterijen en Telegraphie." Op verzoek, overgenomen uit de Tern. Courant. Een veronderstelling. Men weet dat de Christelijk-Histo- rische candidaat voor Ommen in „De Nederlander" voor deze week „niet tehuis" gafhij was voor niemand te spreken. Naar aanleiding van dit feit zijn verschillende veronderstellingen geopperd de onderstaande is van „de Rotterdammer" Wij meenen het niet-antwóorden van den heer Mackay te moeten toeschrijven aan de bijzondere drukte, welke hij zich zal moeten laten wel gevallen ter bevordering van de candidatuur van Mr. van de Vegte. Verwonderen zou het ons niet indien hij avond aan avond in het district optrad om de kiezers te be zweren het onedele spel te laten en hem niet te gebruiken als speel pop van anii-Kuyperiaansche hate lijkheid. Een verontwaardigd protest te gen het misbruiken van zijn naam zal zeker van de zijde des heeren Mackay niet achterwege blijven. De Volkswil teekent hierbij aan Op eene andere plaats in ons nummer hebben we gevraagd wat is nu baron Mackay En den volgenden dag reeds nadat we deze vraag hadden gesteld vonden we haar reeds beant woord in bovenstaand stukje, geknipt uit de Standaard, en in dezelfde Rot terdammer, die ons had betiteld met vrijbuitend katholiek. En dan bedenke men, dat die mr. JE. baron Mackay is een oud-Minis ter, oud-Kamerlid, enz., en wie dit doet ziet eens goed, hoe onbeschaamd durven te zijn sommige partijbladen. Die verkiezing in Ommen laat ons op zich zelve volmaakt koud, wij ma ken die opmerkingen alleen om de on beschaamdheid te laten uitkomen van de politieke partij pers. Later vonden we in de Standaard nog het volgende bericht Do houding van baron Mackay. Door een aantal leden der Anti-re volutionaire Kiesvereeniging te 's-Gra- venhage is aan het Bondsbestuur een schrijven gezonden, waarin verzocht wordt een Bondsvergadering te beleg gen ten einde te bespreken de hou ding van den heer Mackay, lid van den Gemeenteraad, lid van de Pro vinciale Staten, thans candidaat voor de Tweede Kamer in het district Ommen. En in een redactioneel artikel van de Standaard van 28 October staat dit Uit hetgeen in Ommen gegriefd heeft, moet met gebiedende noodza kelijkheid meer dan ééne conclusie worden getrokken. De meesten hiervan dulden uitstel. Alleen niet de eerste dezer conclusies, die publiek dient gemaakt, alvorens de uitslag der herstemming bekend wordt, wijl het zelfs den schijn niet mag hebben, als werd ze door dien uitslag beheerscht. Deze conclusie nu luidt, dat door géén Antirevolutionair, nu of later, op den heer Mr. Ai. Baron Mackay T. Pzn. ooit meer, hetzij voor den Ge meenteraad, hetzij voor de Provinciale Staten, httzij voor de Tweede, heizij voor de Eerste Kamer, een stem kan of zal worden uitgebracht. Men ziet het dusbaron Mackay wordt formeel weggejaagd uit het Cöaiiiieverbond, omdat hij niet heeft geprotesteerd tegen zijn candidaat- stelien door kiezers, die zich niet ge bonden achtten door een besluit van hoofdbesturen en aldus meenden, dat dergelijk besiuit hun grondwette lijk recht van kiezen niet te kort kon doen. Er is iels niet in den haak in de Rechteche Coalitie, maar evenmin deugt het in de Linksche Coalitie, re den, waarom wij behooren noch tot de eene noch tot de andere. Het vorenstaando was reeds geschre ven, toen bekend werd de uitslag van Ommen Kamerverkiezing Ommen. Bij de op 28 October gehouden her stemming in de vac. dr. A. Kuyper zijn uitgebracht 7856 geldige stemmen. Het aantal kiezers is 8687. Gekozen Mr. JE. baron Mackay TPz. (Chr.-Bist.) met 4305 stemmen. De heer Mr. H. van der Vegte (A.- R.) had 3551 stemmen. (Bij de eerste stemming werden uitgebrahht 7040 stemmen. Daarvan verkregen de heeren Mr. D. Fock (U.-L.) 1406, A. B. Kleerekooper (S. D. A. P.) 306, Mr. JE. baron Mackay (C. H.) 1888 en Mr. H. van de Vegte 3440 stemmen.) Dit kiezen van baron Mackay, man en lid van een partij der Coalitie, te gen den Coalitiecandidaat, is een zeer ernstige zaak, waarvan de gevolgen niet zijn te overzien. En is ook eene groote misrekening voor dr. Kuyper, omdat hij juist binnentijds ontslag had genomen, als eene voorzorg voor winst in 1913. In no. 154 hebben wij gewezen op eene daad van corruptie in onze Chris telijke Regeering, waaruit bieek, dat er bij deze geen recht te krijgen is. Maar als er geen recht te krijgen is bij het hoogste gezag der menschen zooals wij daarin hebben aange toond als zijnde het geval in Neder land dan is het Gods-plicht vol gens zijn eigen woord om recht te spreken direct of indirect door den wil des volks. Wij denken, dat die zaak in Ommen een straf is voor den overmoed van den Minister van Bin- nenlandsche Zaken wegens de door hem in bescherming genomen corrup tie in de bekende zaak van Gedepu teerde Staten van Zeeland. Post Walsoorden. Er was een klacht ingekomen, dat de Volkswil van Zaterdag bij velen in Walsoorden niet was aangekomen. De administrateur begreep er niets van, totdat bij het zoeken op de drukkerij bleek, dat het geheele pak van de post Walsoorden van den sta pel was afgegleden en terecht was gekomen achter een der machines, alwaar het Dinsdagnamiddag werd gevonden. Het is toen dadelijk naar de post gebracht. De drukkerij biedt haar verontschul diging aan de abonnés van de Post Walsoorden. Dit nummer een dag vroeger. Eensdeels wegens Allerheiligen en anderdeels omdat de redacteur Zater dag uit de stad moest, is hei no. van heden een dag vroeger verschenen. Het Vrije Woord voor Abonnés. o— Mijnheer de Redacteur 1 Mag ik s.v.p. eenige plaatsruimte in uw veelgelezen blad de „Vokswil" bij voorbaat mijn oprechten dank. Onlangs was ik op een Zondag in een kerk tot het bijwonen van de H. Mis, waarin door den Eerw. heer pastoor een preek werd gehouden over de on rechtvaardigheid n.l. over stelen, m. a.w. het benadeelen van den even naasten. Zijn eerw. zette in den breede uiteen wanneer zulks doodzonde, of maar dagelijksche zonde is. Het ligt niet in mijne bedoeling hier alle zon den weer te geven, welke zijn Eerw. geschetst heeft, alleen trof het mijne aandacht, toen ik uit zijnen mond hoorde, dat het ook doodzonde is, wanneer men, alleen daartoe niet in staat zijnde een complot vormt, en alzoo een samenzwering houdt met doel den evenaaste grootelijks te be nadeelen. Bij het hoorei* van deze woorden, dacht ik onwillekeurig aan hem zelf, en zoovele collega's en vooral aan onze fijne katholieke heeren uit Hulst. Reeds jaren lang houden zij sa menzweringen om dhr. van Dalsum te benadeelen. hem geheel broodeloos te maken, zijne eer en goeden naam te ontnemen, hem hoonen en bespotten, ja zelfs, door allerlei verdachtmakin gen zijn naam trachten te schand vlekken door geheel ons Nederland. O, gij huichelaars! dat alles is bij u geen zonde. Neen, neen wanneer men daaraan medewerkt is men in hun oog fijn katholiek. En helaas! daar zijn er nog, die maar niet wil len inzien, dat zij van hen niets te wachten hebben dan dwang en wil lekeur. En zij, die huichelaars, den ken zij zoo de harten der bevolking te winnen dan zullen zij bitter te leurgesteld zijn. Dat zuilen wij hun het volgend jaar eens laten zien, wij zullen dan eens toonen dat, dat „uitvaagsel" schouder aan schouder staat en zoodoende onzen braven Pe trus uit zijn zeteltje zullen wippen en den heer van Dixhoorn er glorievol op zullen zetten. En dat nog niet alleen, maar wij verwachten ook dat de heer Kramer uit Terneuzen zich wederom bereid zal verkiaren een candidatuur aan te nemen voor lid van prov. Staten. Wij kunnen er daar nog meer mis sen als onzen goeden Petrus. De heer Kramer kan gerust zijn dat hij de volle sympathie geniet van al de volkswilmannen, want de April-verkie zing zijn wij nog niet vergeten. En scheldt en spot dan maar groote heer tjes, dit alles zal gebeuren, en de grootste ramp voor u zal dan nog zijn: dat de heer Van Dalsum onze afgevaarde zal worden naar den Haag. En zou het dan onze beurt worden om te spotten EEN VOORSPELLER. Land van Hulst, 28 Oct." '12. o Mijnheer de Redacteur 1 Ik gun niemand wat kwaad, maar ala er van de" fijne kliek voor de zooveelste maal uitkomt wat dit voor lui zijn ben ik toch content. Ik moest mij herinneren, dat nog

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1912 | | pagina 2