No. 161.
Zaterdag 26 October 1912.
4e Jaargang.
Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst.
Richting': Voor waarheid en voor recht, door eigen daad en door daad van anderen, zonder aanzien van
persoon of partij.
iriSBSCIHÏJNT EX.KEN SiLTSBBiLG.
Gentschestraat C 7 te Hulst.
w?
Stichter: H. A. van Dalsum.
Bierkaaistraat A 28 te Hulst.
Geutschestraat B 4 te Hulst.
Gij zult stelen
DE VOLKSWIL
REDACTIE:
Abonnement per drie maanden
NEDERLANDf 0.50.
BELGiEfr 1.20.
ANDERE LANDEN f 0.80.
- Abonnementen worden dagelijks aangenomen. - -
Niet geplaatste stukken worden niet terug gegeven.
Het blad neemt geene verantwoordelijkheid voor den inhoud
van het Yrije Woord en' voor dien van Advertentiën.
ADMINISTRATIE:
DRUKKERIJ:
Advertentiën, in te zenden vóór Vrijdags om 12 uur.
Prijs per regel 10 cent. Bij abonnement of geregelde plaatsing
belangrijke vermindering. Dienstaanbiedingen contant f0.25.
DE RECHTSKWESTIE DER VALSCHE
OBLIGATIES GEM-TERAEim
O
We hebben de vorige week met
een enkel woord vermeld, dat in Bel
gische bladen de meenirig wordt ge
uit, met beroep art. 1382 en 1384 van
het Belgische Burgerlijk Wetboek, is
art. 1401 en 1403 van het Ned. B. W.
dat de spoorwegmaatschappij Gent-
Neuzen aansprakelijk is voor de val-
sche obligaiiën, in haar naam door
den bestuurder uitgegeven. Naar het
geen wij vernamen, moet in de sta
tuten der Maatschappij staan, dat geen
obligatiën mogen worden uitgegeven
dan krachtens een besluit der alge-
meene vergadering van aandeelhou
ders. Een dergelijk besluit is er na
tuurlijk niet geweest, want anders zou
den de obligaties niet valsch doch
echt zijn.
Men moet met die maatschappijen
een groot onderschetd maken tusschen
inwendig en uitwendig beheer. Het
inwendig beheer wordt gewoonlijk
uitgeoefend door Commissarissen, en
het uitwendig beheer door een Direc
teur of Raad van Bestuur. Het in
wendig beheer vertegenwoordigt de
belangen der aandeelhouders onder
ling, benoemt bestuursleden en be
ambten, doch verbindt de maatschap
pij niet aan derden. Het uitwendig
beheer vertegenwoordigt de Maatschap
pij naar buiten, het verbindt derden
aan de Maatschappij en de Maatschap
pij aan derden.
Natuurlijk heeft dit uitwendig be
heer (directeur, bestuursleden) zich te
honden aan de instructiën, die het
krijgt van het inwendig beheer (com
missarissen), doch met deze instructiën
heeft een derde niet te maken.
De derde heeft zich alleen af te
vragen is degene, die zegt de Maat
schappij te vertegenwoordigen als di
recteur, Raad van Bcsiuur, beambte,
wel degene voor wicn hij zich uit
geeft
Het kan echter ook gebeuren, dat
het inwendig beheer voor sommige
handelingen jegens derden ook uit
oefent het uitwendig beheer, zoo dat
b.v. voor het uitgeven van obligatiën
de obligatie niet wordt geteekend
door den directeur of Raad van Be
stuur maar door president en secre
taris van het College van Commissa
rissen, of door Directeur met den pre
sident commissaris of met den gede
legeerde van commissarissen. In der
gelijk geval is natuurlijk de Maatschap
pij niet aansprakelijk als een direc
teur teekent.
Maar, als we althans goed hebben
gelezen, was die mijnheer Wilmart
gedelegeerd commissaris dus
vertegenwoordiger van het ir.wendig
beheer en teekenden met hem nog twee
anderen, die allen volgens de statu
ten bevoegd waren om te teekenen
voor obligatiën door de Maatschappij
uit te geven. En dan wordt de kwes
tie eigentlïjk dezedat die mijnheer
Wilmart, bevoegd om te teekenen,
misbrnik van vertrouwen heeft ge
maakt jegens de aandeelhou
ders door obligatiën uit te geven
zonder vooraf daartoe door de alge-
meene vergadering te zijn gemachtigd.
We zeggen misbruik van vertrou
wen jegens de aandeelhouders en
men begrijpt liet verschil.
Als ik kassier ben van eene bank
met bevoegdheid om te ontvangen en
uit te geven, en ik maak. misbruik
van het vertrouwen dat de bank in
mij stelt door de als kassier ontvan
gen gelden te stelendan is dit mis
bruik van vertrouwen jegens de Bank,
doch de Bank is aansprakelijk voor
het geld, dat de kassier uit naam van de
Bank van den deposant heeft ontvan
gen, en dit is ook heel natuurlijk, want
men brengt zijn geld niet bij deu mijn
heer die aan het loket zit maar bij de
Bank, en ieder beschonwt deze mijn
heer bij het loket op dat oogenblik
als de Bank. Zoo gaat het op het
postkantoor, zoo gaat het bij den ont
vanger van de belastingen, zoo gaat
het in den handel en in de batikzaken,
en zooals dit gaat, zoo regelt ook de
wet de zaak. De wet zegt, dat een
patroon is verantwoordelijk voor wat
zijn personeel doet in hun dienst bij
hem, uitgezonderd alleen, indien de
patroon de daad van zijn personeel
niet heeft kunnen beletten,
dus door overmacht. In het laatste
geval is het personeel of is niemand
of is een vreemde verantwoordelijk
voor de daad, en niet de patroon.
Zou de Maatschappij Gent—Ter-
neuzen zich kunnen beroepen op over
macht door te beweren, dat z ij niet
heeft kunnen weten wat haar
gedelegeerd-commissaris uitvoerde
O us dunkt van niet, want z ij wist
h e t door haar gedelegeerd-commis
saris, die vertegenwoordigde hare aan
deelhouders 1 Men zal antwoorden
Maar de aandeelhouders wisten het
toch niet en konden het niet wetea,
omdat de opbrengst der uitgegeven
obligatie niet in de kas der Maat
schappij is gevloeid en niet in hare
boeken is verantwoord. Maar wij
antwoorden hierop als de mijnheer
van het loket wat hij aan het loket
ontvangt niet in de kas stort van de
Bank en niet boekt in de boeken der
Bank (b.v. Rijkspostspaarbank), ben
ik dan de dupe door te betalen aan
het loket Ik ben de dupe niet, en
de Rijksposrspaarbank zal mij hei ge
storte geid uitbetalen zoo vat i..der-
een het op, en zoo spreekt ook de
rechtspraak.
Wij zijn niet in het bezit van de
Statuten der Maatschappij en ook niet
van een der valsche obligatiën en
kunnen dus niet met alle zekerheid
beslissen doch als we zien, dat die
vaische obligatiën in onderpand zijn
genomen door zoovele banken, zelfs
door de Nationale Bank van België,
dan moeten we aannemen dat ze de
handtekeningen hebben overeenkom
stig de statuten. En is dit zoo, dan
zouden wij, waren we rechter in de
za2k, beslissendat de Maatschappij
Gent—Terneuzen aansprakelijk is voor
de valsche obligatiën en deze, alsof
ze echt zijn, in haar passief moet
overnemen.
Dat de Maatschappij dit maar niet
zoo zonder meer eenvoudig zal doen
is te begrijpenwe denken, dat er
wel over zal worden geprocedeerd, en,
al wordt er veel schade geleden, een
slecht land waar het niemand goed
gaathet kan worden een goed zaakje
voor heeren advocatenEn als de
Belgische Staat eens de lijn Gent—
Terneuzen overneemt, waar dikwijls
sprake van is geweest Dan zal de
Belgische Staat deze lijn moeten over
nemen met baat en schuld, ook dus
met de schuld der valsche obligatiën.
Iti dit geval zouden deze obligatiën
terechtkomen, maar de aandeelhouders
zijn en blijven gefopt. Doch de Bel
gische Staat zal geen lijn overnemen
met meer schuld dan baat, en wij
hebben vernomen, dat de Maatschap
pij Gent—Terneuzen reeds van plan
is failliet aan te vragen, althans zij
moet zich reeds tot de Rechtbank heb
ben gewend tot een minnelijk accoord.
Deze zaak leert:
le. dat de wet moet gaan bepalen,
dat voor het drukken van obligatiën
dezelfde voorzorgmaatregelen moeten
worden genomen ais ze reeds bepaalt
voor het drukken van bankbiljetten.
(Er zijn reeds zeven drukkerijen in
Brussel bekend, alwaar die valsche
obligatiën gedrukt zijn.)
2e. dat wantrouwen verdienen zij,
die als zakenman buitengewone ver
teringen maken.
3e. dat een eerlijk man toch meer
achting verdient dan een dief (zie ons
artikel in ditzelfde nummer: Gij zult
stelen!) al wordt een eerlijk man dik
wijls beschouwd als een zot, en wij
verwijzen ook naar het andere artikel
in dit nummerNotarieeie woorden
en notarieeie daden.
O
We lazen in den Jaargang 1909/10
van de Katholieke Illustratie onder
een pl&at„Gij zult stelen", de levens
wet van een Hindostanschen volks
stam ten zuiden van den Khyberger-
pas. Moeders wijden haar kinderen
in hun prille jeugd aan den diefstal,
in het oog der inlanders een edel be
roep. Er wordt voor zoo'n plechtige
dedicatie een gat in den muur gesla
gen als van een inbrekerde moeder
houdt daarin haar telg eerst met het
hoofd dan met de beenen vooruit en
bezweert het wicht„Gij zult een
dief worden Gij zult een dief wor
den
Wie als lid onzer beschaafde maat
schappij deze plaat en het onderschrift
leest zal onwillekeurig moeten glim
lachen en denken welk een rare op
vatting van eerlijkheid heeft toch zulk
een onbeschaafde volksstam, alsof het
stelen een edel werk is.
Maar.... als men eens nadenkt, dan
behoeft men in onze maatschappij
niet zoo spoedig te glimlachen, want
ook in deze wordt het dief zijn be
schouwd ais een eerlijk vak, en wie
het niet is wordt door menigeen aan
gezien als een zot.
Bewijs
Zie om U heen.
Hoe /eel faillissementen teit Nederland
per jaar? E~n paar duizend. Vele
zijn wel gevolg van ongeluk in zaken,
van tcgenspoeJ en van andere rede
nen tegen den wil van deu gefail
leerd.Maar zou een groot deel, zoo
niet het grootste deel, gevolg zijn van
eene levenswijze boven den inhoud der
portemonnaië en dus van een levens
wijze ten koste van leveranciers en
schuldeischers? En wat is dit anders
dan stelen
Hoeveel zijn er niet, die koopeti en
geld kienen en den koopman, den win
kelier, den notaris op zijn geld laten
wachten of bedriegen Wat is dit
anders dan stelen
Hoeveel zwendelarij is er niet in
de groote geldzaken, zooals nu weder
in Brussel is uitgekomen door uit te
geven valsche effecten, waarin door
middel vantrusten, uitgaven van
effecten zonder voldoend onderpand,
en zoo meer, geld uit den zak wordt
geklopt van het publiek ten bate van
groote finantieraannen, die daarmede
of bekostigen hun grootscheepsche
levenswijze of vergrooten den reeds
grooten inhoud hunner brandkasten.
En wat is dit anders dan stelen
Hoeveel loonen worden niet uitbe
taald voor arbeid die naar geweten
beter moet worden betaald, die zijn
beneden den standaard dat de ar
beider daarvan naar zijn stand moet
kunnen bestaan. En wat is dit an
ders dan stelen
Hoeveel rooversgeest is er niet in de
hooge politiek van groote en kleine
mogendheden, om zich van een an
ders land te willen meester maken?
En wat is het moderne militarisme
anders dan de wil om eens anders
land te stelen of zich te kunnen ver
dedigen tegen den wil tot stelen van
een buurman
Hoeveel kleine of middelmatige der
gelijke winkelzaken worden niet in de
groote steden door kapitalistische
zaken als Tietz, Vroom en Dreesman
en meerdere vermoord ter wille van
het grootkapitaal belegd in midden
standszaken En wat is dit tot on
dergang of zorg of knecht maken van
den middenstand door dat grootkapi
taal anders dan stelen
Hoeveel boeren onderkruipen een
andere boer bij den landeigenaar om
het land van deze te verkrijgen door
meer bieden of laster En wat is
dit onderkruipen anders dan stelen?
Hoeveel geheime en openlijke las
ter wordt ei niet gebruikt om iemand
onschadelijk te maken omdat hij door
hoedanigheden van geest en van hart
de meerdere is En wat is deze las
ter anders dan stelen, want ook de
eer en goede naam van een eerlijk
man is een eigendom, dikwijls meer
waard dan geld en goed
Hoeveel minachting kent niet de
politieke pers tegen ieder, die niet
van dezefde richting is, en hoezeer
wordt zijn willen en doen verdacht
gemaakt, alleen om daarmede te die
nen stembus of partijdoeleinden. En
wat is deze houding der pers anders
dan stelen? Stelen n.l. het. vertrou
wen waarop zoo iemand recht heeft
Hoeveel zijn er niet, die door woord
en schrift en leer aan God willen ont
nemen de eer, waarop Hij recht heeft
als Schepper, belooner en straffer,
die hem willen verjagen uit geest en
hart der menschen En wat is dit
anders dan stelen
We eindigen, en een ander kan de
voorbeelden uiibreiden.
Men glimlacht bij het zien van d.
toewijding van het wicht door die
Hindostansche moeder tot het beroep
van dief. Maar, wie die voorbeelden
overweegt uit het leven onzer be
schaafde maatschappij, behoudt die
het recht om te glimlachen Wij
denken van niet, want die Hi.ndo-
standsche waagt nog zijn huid als hij
steelt en onze beschaafde dief biijft,
als hij in het groot steelt, achter de
schermen, zoodat de eerste om dief te
zijn nog daarenboven moéd moet heb
ben en de beschaafde dief bij zijn dief
zijn nog lafaard toe is. Ons geheele
maatschappelijke leven onzer beschaaf
de maatschappij is vol van diefstal,
wordt door diefstal geheel en al be-
heerscht, want wat is de zoogenaamde
sociale quaestie voor een zeer groot
deel anders dan dat de een niet ge
noeg heeft door de schuld van
een ander, doordat deze ander zich
meer rechten en voordeelen toe eigent
dan hun rechtens toekomen, en die
hij dus moet onthouden of onttrekken
aan een die er recht op heeft
Onze maatschappij staat waarlijk
zooveel hooger niet dan die van den
Hindostanschen volksstam. En dit
zal niet veranderen, zoolang niet onze
Christetijke Maatschappij den vasten
wil heeft om zich in te richten op
den grondslag van het recht, en
dus om afstand te doen van den
grondslag harer bouw, het recht van
den sterkste.
Deze grondslag onzer maatschappij
van bouw op het recht is die van
de richting van de Volkswil, en wie
dit wil bedenken, zal daardoor tevens
worden ingelichtwaarom wij in me
nig geval niet hebben willen ver
dienen, hoewel zelfs goede vrienden
toch meenden dat wij wel wat te eer
lijk wilden zijn.
Notarieeie woorden en
daden.
o—
Wij ontvingen het reglement van
den ring Middelburg der Broeder
schap van Notarissen in Nederland.
In artikel 1 wordt het doel om
schreven als volgt„Het doel van den
ring is door alle gepaste middelen de
eer van het notaris ambt te handha
ven, het belang der leden in hunne
ambtsbetrekking te bevorderen, de
onderlinge verstandhouding, mede-
deeling en samenwerking te onder
houden, de belangen van de Broeder
schap der Notarissen in Nederland voor
te staan en eenstemmigheid in de
keuze ven leden-Notarissen der Kamer
van Toezicht te bevorderen".
Dit zijn notarieeie woorden.
Nu de daden in verband met dat
doel.
1. Door alle gepaste middelen de
eer van het notaris ambt te handhaven.
Het behoort zeer zeker, en dit is al
gemeen het woord, dat de eer van
het notarris-ambt verbiedt het samen
deelen met zaakwaarnemers of rent
meesters of het geven van geld om
eene zaak te krijgen.
Welnuwat de eer van het ambt
verbiedt was hier het gebruik we
hebben er vroeger over geschreven
zonder dat wij werden tegengespro
ken en wij waren de eerste die,
reeds dadelijk na onze benoeming,
onze eer als notaris hooger achten
dan ons belang. Wat deden toen de
coliegas Sloten deze zich bij ons
aan Neen, zij werden met dankbaar
heid de noiaris in dezaken, die, zonder
ons ruiterlijk handelen, de onze
zouden zijn geweest, zij maakten zich
zonder wroeging tot heler van wat
wij achten niet te mogen doen.
Is dat door de daad handhaven de
«er van het notaris ambt
2. Hei belang Ier leden in hunne
ambtsbetrekking te bevorderen. Het
behoort zeer zeker tot het belang van
den notaris in zijn ambtsbetrekking,
dat hij niet gehinderd wordt door un-
fa re handelingen van een collega.
Maar is dit een collegiale houding,
als een notaris, geheel onwettig, een
bijkantoor heeft en houdt op de stand
plaats van zijn ambtgenoot, en die
notaris in dit onwettig doen gesteund
wordt door de notarieële overheid
En wat doet de Broederschap daar
tegen Zij blijft er liever buiten.
Is dit door de daad bevorderen van
het belang der leden in hunne ambts
betrekking
Wij nemen die tegenstelling tusschen
woord en daad aan de Broederschap