No. 140. Zaterdag 1 Juni 1912. 3e Jaargang. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst. Richting: Voor waarheid en voor recht, door eigen daad en door daad van anderen, zonder aanzien van persoon of partij. VERSCHIJNT EL.KEN ZATERDAG. Gentschestraat C 7 te Hulst. w? Stichter: H. A. van Dalsum. Bierkaaistraat A 28 te Hulst. Gentschestraat B 4 te Hulst. Spoorwegaanleg. DE REDACTIE: Abonnemeut per drie maanden NEDERLANDf 0.50. BELG1Efr 1.20. ANDERE LANDEN f 0.80. - Abonnementen worden dagelijks aangenomen. - - Niet geplaatste stukken worden niet terug gegeven. Het blad_ neemt geene verantwoordelijkheid voorden inhoud van het Yrije Woord en voor dien van Advertentiën. ADMINISTRATIE: DRUKKER IJ: Advertentiën, in te zenden vóór Vrijdags om 12 uur. Prijs per regel 10 cent. Bij abonnement of geregelde plaatsing belangrijke vermindering. Dienstaanbiedingen contant f 0.25. O Een wetsontwerp is ingediend le. tot toekenning van een rente loos voorschot uit 's Rijks schatkist ten behoeve van den aanleg en het in exploitatie brengen van een spoor weg van Hontenisse naar de Belgi sche grens in de richting van Moer- beke. 2e. tot toekenning van een rente loos voorschot uit 's Rijks schatkist ten behoeve van den aanleg en het in exploitatie brengen van spoorweg- lijnen van IJzendijke over Sas van Gent naar Drie Schouwen, van Hoofd plaat naar Pyramide, van Philippine over Terneuzen naar Zaamslag en van Sas van Gent naar de Bel gische grens in de richting van Sel- zaete. Voor eerstbedoelden spoorwegaan leg wordt een vooi schut beschUbaar gesteld ad f231,667 en voor den sub 2 genoemden een voorschot van hoogstens f690,000 en van hoogstens f50,000 in de kosten voor de werken, welke in verband met den aanleg van dezen spoorweg noodig zijn voor den overgang te Sas van Gent over het kanaal van Terneuzen naar Gent. Na eene uiteenzetting van de plan nen der Zeeuwsch-Vlaamsche Tram wegmaatschappij omtrent een spoor wegnet, waarbij alle gemeenten in Zeeuwsch-Vlaanderen tusschen de lijn yjjn Breskens Maldeghem en die van fiulst naar Walsoorden njet alieen met éikander in verbinding worden ge bracht: inaar tevens rechtstreeks met de havens van Hoofdplaat, Philippine en Terneuzen en, in verband met liet voorgenomen medegebruik van be staande lijnen ook met de havens van Breskens tn van Walsoorden en bo vendien met de bestaande spoorwe gen, op Nederlandsch gebied te Ter neuzen, Sas van Gent en te Axel en op Belgisch gebied te Moerbeke, wijst de Minister in zijn Memorie van Toe lichting tot deze wetsvoórdracht op het belang van dit ontworpen net zoowel voor het onderling verkeer tusschen de verschillende plaatsen in Zeeuwsch-Vlaanderen, als voor het verkeer van die plaatsen met het be noorden de Schelde gelegen deel van Zeeland en het verdere deel van ons land. Tevens zal het verkeer in Zuide lijke richting met België, waarmede Zeeuwsch-Vlaanderen door vele han dels- en landbouwbelangen is ver bonden, verbetering ondervinden, in het bijzonder wat het goederenver voer betreft, hetwelk uit den aard der zaak vaa deze streek uit gemakkelijker naar België dan naar Nederland plaats vindt. Er is dan ook maar 's Ministers overtuiging alle aanleiding om door den voorgestelden Rijkssteun den aan leg der lijnen te bevorderen. Wordt deze steun verleend, dan mag z. i., in verband met de door de onderneming overigens verkregen toezeggingen, de tot standkoming van de nieuwe ver bindingen verzekerd worden geacht. De raming van de kosten va.) aan leg en het in exploitatie brengen van alle inü de onderwerpelijke wetsont werpen* bedoelde lijnen te zamen, be draagt f2,765,000, in welk bedrag niet begrepen zijn de kosten van de over bruggingen over het Terneuzensche Kanaal. |n het bedrag van f2,765,000 is begrepen eene som van f 43,500 voor verbetering aan de lijn Schoondijke IJzendijke—grens. Boven deze raming zal de Maatschappij intusschen nog moeten kunnen beschikken over f40,000 voor den bouw van het in België gelegen deel der lijn van Gent naar Selzaete, en over f 110,000, welke som zij betaald heeft voor de over neming der lijn Schoondijke grens. In het geheel zal zij mitsdien een kapi taal van rond f2,915,000 noodig heb ben, terwijl de rentelooze voorschot ten van den Staat en van de provin cie Zeeland, welke worden uitgekeerd tijdens den aanleg of bij voltooiing der lijnen te zamen, omstreeks f 1,488,140 zullen bedragen. Van het overigens benoodigde bedrag ad f 1,426,860 wordt f800,000 gedekt door het geplaatste aandeelenkapitaal, terwijl dan in het meerdere, geraamd op f 626,860 zal worden voorzien door eene leening. Mede omdat een groot gedeelte daarvan gedekt is door jaar- lijksche bijdragen van de streek, kan zegt de Minister van Waterstaat voorts in zijn toelichting de plaat sing van deze leening verzekerd wor den geacht. Op grond van eeri door den Rijks commissaris voor spoorwegen met be perkte snelheid ingesteld onderzoek, mag worden aangenomen, dat de ra ming der aanlegkosten ruim genoeg is om geene teleurstellingen te doen ontstaan en dat de te verwachten op- biengsten v*n hei ge'u.eelë net reeds van den aanvang af voldoende zullen zijn om zoowel de rente en ailossing van het gedeelte der door de Maat schappij te plaatsen lecning, dai niet gedekt i9 door de jaarlijksche bijdra gen, als de noodige stortingen in fondsen en afschrijvingen, te bestrij den. Ten slotte betoogt de Minister, dat er vóldoende termen aanwezig zijn om de kosten der werken, noodig voor den overgang van de kanaalwer- ken te Sas van Gent (ad f50,000), voor Rijksrekening te nemen. Deze werken zuilen onder toezicht van Rijkswege door de Maatschappij kunnen worden uitgevoerd. Luctor et Emergo krijgt hare inlichting, il. Hel doei heiligt niel de middelen. Wat is de zaak In de najaarszitting 1911 van de Staten van Zeeland stellen Gedepu teerde Staten aan de Provinciale Sta ten voor om te besluiten eenlge wij zigingen te brengen in de besluiten, waarbij de Provincie had verleend een subsidie en een renteloos voorschot voor een tramaanleg Hontenisse Moerbeke, en IJzendijkeSelzaete. En de wijziging bestond dan hierin, behalve de redactiewijzigingen die het gevolg zijn van het veranderen van de namen, dat het subsidie en het rente loos voorschot werden overgeschreven op naam van de Zeeuwsch-Vlaamsche Tramwegmaatschappij, gevestigd te Neuzen. De besluiten, zooals Ged. Staten ze voorstelden, bepalen, dat subsidie en voorschot worden gegeven aan eene Nederlandsche Maatschappij, en dat ten genoegen van Gedepu teerde Staten: Zekerheid worde gegeven, dat de verbinding met de haven te Walsoor den en het gedeelte van Belgische grens tot het spoorwegstation te Moer beke tot stand komen de aanleg plaats hebbe volgens door Ged. Staten goed te keuren plans enz. en onder hun toezicht; de werken en leveringen zooveel mogelijk, ter beoordeeling van Ged. Staten, in het openbaar zullen worden aanbesteed alle aanbestedingen, zoowel open bare als onderhandsche, en de contrac ten tot aankoop van de benoodigde eigendommen, de goedkeuring van Ged. Staten behoeven de geheele onderneming in exploi tatie kome en blijve na opneming en goedkeuring der lijn van wege Ged. Staten er minstens zooveel ritten zullen zijn tenzij vrijstelling hiervan door Ged. Staten het aandeelenkapitaal zij geplaatst en het subsidie van belanghebbenden zij toegezegd; zekerheid is gegeven, dat geene be zwaren tegen de uitvoering der werken bij en langs de kom van Neuzen aan de totstandkoming in den weg staan. Men ziet dus, dat de Tramweg, voor haar geheelen aanleg en voor een deel nog voortdurend na het in exploitatie brengen, staat onder toezicht van Ge deputeerde Staten. En nu is de zaak verder: Volgens bijlage van de Staatscou rant van 2 Augustus 1911 no. 179 werd bij akie, den 20 Juni 1911 ver leden voor den notaris P. Zijlstra te IJzendijke, opgericht de Naaml. Venn, Zeeuwsch-Vlaamsche Tram. wegmaat- schappij, te Neuzen. Oprichters zijn o. a. de heeren Mau rice- en Paul Lippens te Qent, mr. P. Dieleman, P. F. Fruijtier en J. A. van Rompu, de drie laatsten leden van Gedeputeerde Staten van Zeeland. Volgens artikel 10 worden deze drie heeren benoemd in den raad van com-' missarissen, Volgens artikel 12 wordt de vennoot schap beheerd door een raad van bestuur, bestaande uit 3 personen, en vertegenwoordigt deze raad de vennoot schap in en buiten rechten. Tot leden van dezen raad van be stuur worden volgens art. 13 benoemd gemelde heeren Fruijtier en Dieleman, met nog een derde, wonende te Leuven. De Tramwegmaatschappij, die voor den aanleg en de exploitatie van de lijn staat onder toezicht van Gedepu teerde Staten, wordt in en buiten rech ten vertegenwoordigd door twee leden van deze zelfde Gedeputeerde Staten de heeren Fruijtier en Dieleman moe ten dus, als Gedeputeerden, toezicht houden op dc heeren Fruijtier en Dieleman als vertegenwoor digers van de tram. Verder: de heeren Fruijtier en Die leman, als Gedeputeerden, stellen aan de Provinciale Staten voor aan de tram, die z ij z e 1 v e n rech tens vertegenwoordigen, een negen ton gouds Provinciaal belastinggeld te schenken of renteloos voor te schieten, welk laatste feitelijk is geschenk van kapitaal er bij. En de heeren Fruijtier en Dieleman, als raad van bestuur in en buiten rech ten de Tram vertegenwoordigende, ontvangen als bestuur uit handen van hen zeiven als Gedeputeer den, die negen ton gouds, welke dus komen aan de vennootschap, dat is aan hare aandeelhouders, zijnde zij zeiven voor een deel. En het college van Gedeputeerde Staten, bestaande uit zes man benevens den Commissaris der Koningin, waar van drie man zijn oprichters der Ven nootschap, benoemt uit haar midden het lid van den Raad van Bestuur der Tram, den heer mr. Dieleman, om de overschrijving van subsidie en rente loos voorschot van de Provincie op die Vennootschap voor de Provinciale Staten te verdedigen. En bij de stem ming in de Statenvergadering over dit voorstel stemmen de heeren Fruijtier en Dieleman mede, en stemmen dus voor hun eigen zaak en hun eigen belang. En dit alles geschiedt zonder blik ken of blozen als de meest gewone zaak der wereld. Maar hoe is het nu verder? Art. 73 der Provinciale Wet bepaalt, dat de leden der Staten zich onthou den van medestemmen over de zaken, die hen persoonlijk aangaan, of waarin zij als gelastigden zijn betrokken. Had niet alleen reeds het gewone fatsoen hen moeten doen onthouden van medestemmen over het voorstel Art. 54 der Provinciale Wet bepaalt, dat Gedeputeerden niet tégenwoordig mogen zijn bij het opnemen en goed keuren der rekening eener aan Gede puteerde Staten ondergeschikte inrich ting, tot welker bestuur zij behooren. Men kan oordeelen, dat de Tram niet is eene ondergeschikte inrichting en dat het bestuur van deze Tram dus wel mag tegenwoordig zijn bij het opnemen en goedkeuren van wat de Tram moet doen onder toezicht of ter nadere goedkeuring van Gedeputeerde Staten. Maar, in het licht van recht en fatsoen, wat moeten de heeren Fruijtier en Dieleman doen als de Tram rekening doet aan Gedeputeerden Artikel 57 der Provinciale Wet be paalt, dat het aan Gedeputeerden ver boden is middellijk of onmiddellijk aandeel te hebben in pachten, ieverin- gen of aannemingen ten behoeve der provincie, dat zij in zaken, die aan de uitspraak van Gedeputeerde Staten onderworpen zijn, niet als gemachtigde mogen werkzaam zijn. Nu is de bewering van mr. Diele man, dat art. 57 wel verbiedt „a!s ge machtigde" werkzaam te zijn, maar niet „als vertegenwoordiger", en beweert dit, omdat het bestuur der Trammaat schappij wel optreedt als vertegen woordiger van de Vennootschap, maar niet is de gemachtigde van de Ven nootschap. Wat wil echter zeggen in rechtskun digen zin „gemachtigde Ditdat men in rechten optreedt voor een ander en in naam van dien ander. In den koophandel heeft men make laars en commissionairs. Wat is het verschil tusschen beiden Dat de makelaar voor een ander handelt op naam van zijn lastgever, en de com missionair voor een ander handelt op naam van zich zeiven. Het bestuur van de Tram nu handelt op naam van een ander, van de ven nootschap, en haar rechtsverhouding is daarom die van gemachtigde. En nu bepaalt art. 58 der Provinciale Wet, dat de Gedeputeerde, die handelt in strijd met art. 57, in zijne betrek king door Gedeputeerde Staten wordt geschorst. Het college van Gedeputeerde Sta ten heeft de heeren Fruijtier en Diele man, ondanks de overtreding van art. 57, niet geschorst, doch het Staten lid van Dalsum heeft in de najaars zitting van 1911 aan dit college akte gevraagd van de feiten en van zijn verzoek art. 57 op die heeren toe te passen, welke toepassing tot heden nog niet heeft plaats gehad. In 1910 werden in het Statendis- trict Hulst met kiesgedraaf door pas toors en kapelaans hemel en aarde be wogen om, onder den naam van Coa litiebelang, den heer mr. Dieleman ge kozen te krijgen als Statenlid met be doeling hem dadelijk te kiezen als Ge deputeerde. En waarom dit laatste? Omdat de heer Dieleman met de heeren Rompu en Fruytier accoord ging in wat be treft de meergenoemde tram, hij mr. Dieleman optrad voor de heeren Lip pens, de eigenaren van de tram IJzen dijke en de suikerfabrieken van Moer beke, en mr. Dieleman ale Gedepu teerde zou brengen de steun van de antirevolutionaire leden van Gedepu teerde Staten en daarmede het mid del, om de 9 ton gouds van de pro vincie op de 2.-VI. Tramwegmaatschap pij te doen overschrijven. Nemen we eens aan, dat de ont worpen Tram is een algemeen be lang, dat is dan een algemeen Neder landsch belang in het belang van de streek, is dan goed het gebezigde middel, om de gelden der provincie voor de vennootschap te verkrijgen op de wijze als is gezegd En als we aannemen, dat de ont worpen Tram niet voor doel heeft om de belangen van de streek te dienen maar om te dienen de particuliere be langen van Belgische suikerfabrieken aan de grens, hoe moet dan worden betiteld de houding van Gedeputeer den. die voor die buitenlandsche par ticuliere belangen hun ambt en door hun ambt het belastinggeld der pro vincie beschikbaar stellen Een lid van Gedeputeerde Staten eener provincie buiten Zeeland niet wij noemde de houding der be wuste Gedeputeerden „een moreel schandaal." Luctor schijnt te meenen,. dat de. ontworpen tram is in het belang van den landbouw. Onze gedachte is, dat er, of deze tram loopt of niet loopt, geen suikerbeet meer of minder door zal worden verbouwd. Eerstens ligt reeds de tram Hulst—Walsoorden, en ver der liggen de lijnen MechelenNeuzen en Gent—Neuzen, en deze lijnen zijn voldoende voor het tram- en spoor wegvervoer van beeten en andere landbouwproducten in de richting België. Maar komt de ontworpen tram, dan zullen de waterbeeten, dat zijn die- welke per scheepsgelegenheid worden vervoerd, ook worden getrokken naar de Belgische grensfabrieken, dan zul len voor deze grensfabrieken de voer- Ioonen verminderen van de opslag plaatsen buiten tram- of spoorlijn naar de spoorweggelegenheid dan zal met Nederlandsch belastinggeld worden gesteund de buitenlandsche nijverheid op hetzelfde oogenblik, dal hemel en aarde in Nederland worden bewogen bij het plan van Minister Kolkman om door middel van ver hoogde invoerrechten ook te bescher men de binnenlandsche nijver heid. Deze zoo vreemde houding ligt echter in de tegenwoordige lijn van de politiek jegens Vlaanderen, waar van wij in een slotartikel eene ver klaring zullen geven.

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1912 | | pagina 1