Rechtzaken.
I
De verdediger vraagt hoe 't geïn-
iminineerde in de courant gekomen
Willems antwoordt dat Leessens
et een ex. van Limburgs Belang bij t
un gekomen is, en hem alles beeft
)orgelezen, daarna gevraagd of alles
■ecies zoo gebeurd is als 't er in
aat. Daarop heeft Wiilems bevesti-
;nd geantwoord.
Getuige Lacroix komt verklaren, dat
niet gesproken is van schelmen-
Del, wel de burgemeester is een
:helm. De burgemeester had daarop
ïvraagd, kunt ge me dat goed ma-
in Daarop heeft Leessens iets ge-
:gd over modder, maar niet over
ezel. Op de vraag, of hij onder
ïde kan verklaren, dat er niet over
ezel gesproken is, antwoordt hij, dat
j 't niet heeft gehoord.
De secretaris wordt nogmaals ge
ragd of hij niets heeft hooren spre-
ïn over kiezel.
VoorzitterGij moet de waarheid
)reken.
Op een destreffende vraag van den
ïrdediger aan den secretaris blijft
atstgenoemde het antwoord schuldig.
We krijgen dus het zonderlinge ge
il, dat Leessens wordt beschuldigd
t de pers iets geschreven te hebben,
aardoor de burgemeester zich be
ëdigd gevoelt en ter terechtzitting
skent beklaagde volmondig dat hij
e beleedigende woorden heeft ge
broken, doch de aanklager zegt dat
i niet gesproken zijn.
De Ambtenaar van het Openbaar
linisterie zegt in zijn requisitoir, dat
etgeen in L. B. is gepubliceerd vol-
ens aanklager niet op de raadsver-
adering zou zijn gesproken, behalve
ver die modder. De Burgemeester,
eessens en Willems zijn pertinent in
un verklaringen. De secretaris maakt
en zonderlingen indruk. Hoewel hij
e scheldpartij afkeuringswaardig vindt,
al hij toch rekening houden met het
epaalde in de gemeentewet, waar
ïen recht van spreken heeft. Hij
raagt dus ontslag van rechtsvervol-
ing.
De verdediger zegt nog dat het de
licht is van den burgemeester om de
rde te handhaven en tevens dat zoo
ets niet voorkomt, hij zal verder het
aar behandelde niet aanroeren. Men
vrij om te zeggen wat men in het
elang der gemeente acht. Hij vraagt
.us Vrijspraak. De geïncrimineerde
/oorden zijn gesproken, doch die
logen gesproken worden.
De A. O- Ministerie kan zich daar-
lede vereenigen en zal vrijspraak
ragen.
Limburgs Belang 2 Maart* 1912.
Het Vrije Woord voor
Abonnés.
—o
Sas van Gent, 19-3-1912.
Mijnheer de Redacteur
Wees zoo goed deze weinige rege-
en te willen opnemen in uw blad De
/olkswil.
Ik wil onze broeders van Sas van
jent en omliggende gemeenten eens
:cn weinig op de hoogte brengen van
iet loon dat de fabrikant van de nieuwe
abriek Zelandia zoo al gaat betalen
vanneer zij eenmaal begint te werken.
.Velnu dat zal zijn 2 frank en 75 cen-
imen, en daarvoor zal men 13 uur
noeten werken, van 's morgens 6 tot
s avonds 7 uren. Wcinu lezers wat
leuk je daar van Dal zal zoo vrat
j 10 cents per uur bedragen, want je
j noet den ganschen dag door werken,
:ijd om te eten kent deze patroon
liet, dat moet juist gaan als het machien
ceif, een schop kolen op het vuur en
vooruit.
Maar nu een ai.dere .raag.
1 Zullen er hier in onze omgeving
1 nog menschen gevonden worden die
daarvoor willen werken Zouden wij
1 dien mijnheer niet eetis anders kunnen
doen fluiten Want nu in dezen tijd
dat alles toch zoo duur is, wie kan er
nu met zijn huishouden bestaan van
twee frank 75 centiemen en dan praat
'men nog van alle 14 dagen maar geld.
1 En ieder van ons weet toch wel dat de
1 loonstandaard naar omhoog gaat. Laat
ons nu hier niet van eerst af aan de
boel kapot maken. En nu voor het
oogenblik gaat er hier toch geen ge-
i brek aan werk zijn. Men zal in het
1 kort toch ook weer aan die nieuwe
fabriek beginnen, dus juist nog een
goede gelegenheid om niet voor niets
1 te werken. Was men langs hier maar
een beetje vereenigd wij werkmenschen
van hier in het rond, dat wij zoo alle
1 maanden of zoo eens bijeen kwamen om
onze belangen te bespreken, o wat een
ommekeer zou dat kunnen geven, niet
alleen hier in het nieuwe fabriek, maar
daar zijn er hier nog zoo. Daarom, er
1 wordt hier genoeg gepraat op de sluis
of aan de brug, maar het heeft geen
verf daar waar het moet zijn, maar
komt iii een lokaal bijeen, bespreekt
daar uwe belangen, kiest u een goed
I hoofd dat gij een vaste leiding krijgt
en dan zult gij komen waar gij zijn
moet. Maar om al dat gepraat het
geeft niets, want ik zeg het nog eens
er kari en er moet hier veel verbeterd
worden. Of durven wij ons niet ver
eenigen Daar zit volgens mij toch
niets in. Wij mogen toch wel voor
ons eigen lotsverbetering zoeken
Mijnheer vereenigt zich toch ook zal
men zeggen. Ja maar ik weet het wel,
hij heeft dit liefst niet, want dan wor
den wij te slim, want dom en arm is
een groot gemak voor die heeren.
Maar een ding moet ik jullie nog zeg
gen van die nieuwe fabrikantZoo
heb ik daar van de menschen over
hooren zeggen die er werken, dat die
mijnheer Zaterdag wijl het zoo koud
en slecht weer was, hij de menschen
buiten joeg dien des middags tusschen
vier muren waar totaal niets anders
stond dan een kruiwagen en een spe-
ciekuip. Zou dat niet een mooi begin
zijn? Aan u lezers nu om te oor-
deelen.
U allen vriendelijk groetend en U
mijnheer de Redacteur dankend voor
de opname, teeken ik mij
Een werkman.
o
Met zit Zevenen.
'k Ontmoette eens een schuldloos kind
Van maar pas zeven jaar.
Dat weet van dood en sterven nog
Zeer weinig. Ik vroeg haar
Met hoeveel broers en zusters zijt
Gij kindlief wel Vertel
Met hoeveel Zeven in 't geheel
Neen, wacht eens Ja, 't is wel.
Zeg mij dan ook eens, waar ze zijn.
Zij antwoordtVan die zeven
Zijn twee bij moedertje nog thuis,
Twee kozen 't zeemansleven.
Twee liggen er op 't kerkhof, Heer,
Mijn zusje en mijn broertje
En in een hutje, vlak er bij,
Woon ik nog met mijn moertje.
Je zegttwee zijn er bij je moe,
Twee kozen 't zeemansleven.
Vertel mij nu eens, lieve meid,
Hoe kom j'er dan aan zeven.
Toen sprak de lieve kleine meid:
Mijnheer, er zijn er zeven.
Twee liggen er op 't kerkhof neer,
Twee kozen 't zeemansleven
Heb je 't niet mis, mijn lieve kind
Bedenk je nog eens even.
Als twee van hen op 't kerkhof zijn
Dan wordt het vijf, geen zeven.
Hun groene grafje is zoo mooi
Het graf van Jan e.i Jetje.
En honderd pas van moeders deur
Daar liggen z'in één bedje.
'k Brei 's zomers 's avonds kousen daar
Dan zit ik op den grond.
Mijn naaiwerk maak ik daar ook klaar.
Dan klinkt mijn liedje in 't rond.
En dikwijls na den ondergang
Van 't zoniicht zit ik Heer
Is 't 's avonds warm maar en wat schoon
Daar met mijn eten neer.
Die 'l eerste stierf, was zusje Jet.
Zij jammerde in 't bedje
Tot God haar opriep uit haar smart,
Dat arme lieve Jetje.
Toen zonk zij in het grafje neer
En pas werd 't terpje groen
Of broerken Jan en ik we speelden
Rondom dat bergje toen.
En nu de grond wit werd van sneeuw
En ik kon loopen, glijden,
Toen moest mijn broerken Jan van hier.
Ginds liggen ze nu beiden.
Dus met hoevelen zijt gij nu,
Als twee in d'hemel leven
Vlug antwoordt mij de kleine meid
Och Heer, dan zijn er zeven
Maar twee zijn dood. Ze zijn niet meer,
Daar z'in den hemel leven
Het lieve meisje antwoordt weer
Welnu, dat blijft toch zeven.
Naar 't Engelsch.
J. TEN NAPEL.
o
Mijnheer de Redacteur
Wat beteekent nu eigenlijk „Idem"?
De vraag stellen is ze beantwoorden
heeft u eens gezegd, nu wil ik eens
probeeren die te beantwoorden. „Oc(c)
idem beteekent „ik zal dooden." Wie
nu, wil idem dooden Deze vraag
behoeven wij niet te beantwoorden,
I- elk lezer van de Volkswil weet het.
A propo^, zuu die Engel die de
Paus eiken dag een visite brengt,
nooit eens tegen den H. Vader zeg
gen Mijn Meester gebiedt: Richt uw
oogen naar Zeeland, daar zijn nog vele
priesters die geheel wereldsch zijn,
die iemand durven benadeelen, die
een valschen eed durven doen, enz.
Of zou soms die Engel zeggen
Mijn Meester verbiedt de rechtvaar
digheid en daarom mag geen enkel
katholiek de Volkswil lezen Het is
zonde bet hier neer te schrijven. Zou
zoo een goede God die zooveel voor
ons gedaan heeft en nog doet, zoo
een bevel kunnen geven Neen niet
waar.
O als dat waar was dat een Engel
bezoek brengt bij den Paus, dan zou
den ze wel kalmer zijn en zulke din
gen niet durven doen.
Jammer dat dat afschuwelijk bijge
loof nu niet waar is, het was te hopen
vooral voor idem de dooder. Maak
jij, Idem, de menschen maar levend
met het Evangelie! Maar juist de vol
maaktste wilt gij dooden. O wat zou
jij gelachen hebben als onze aller
beste vriend aan de ziekte bezweken
was. Maar wie het laatst lacht, lacht
het best.
Kun je nu al aan visch komen
Vischrijk is toch uw streek.
Neem anders maar een Turksch bad,
u weet wel hoe dat gaat, want u leest
natuurlijk zelf ook de Volkswil, anders
zou je zoo geen kwaad bloed hebben
en daar heeft het al eens ingestaan.
Het recept kunt u anders franco per
post toegezonden krijgen, of wenscht
u er geen gebruik van te maken, nu
dan kan u het een ander aanbevelen.
In Hulst zijn er nog genoeg die er
dagelijks een noodig hebben en op
Steen woont een collega van u, die
moesten ze het driemaal daags geven.
Het beste toegewenscht door
B. DE GRAEF,
emploié bij de firma v/h G. C. F. van
Dorp en Co., Boekhandel en Drukkerij
Soerabaija.
De heer de Graef moet Idem maar
voortaan met rust laten. Hij is einde
lijk door zijne overheid verplaatst, en
na de verplaatsing liet hij niets meer
van zich hooren. Hij is dus vrijwillig
of gedwongen nu bekeerd, en dus maar
zand er over.
Red. Volkswil.
o—
Lamswaarde 27—3—1912.
Den Weled. Heer. H. A. van Dalsum,
Redacteur-uitgever, Hulst.
Mijnheer de Redacteur
Naar aanleiding van Uw artikel
„de Tariefwet" in Uw blad van 16
Maart en de bestrijding daarvan in
het nummer van 23 Maart j.l. door de
Heeren de P. van Terneuzen en F.
W. H. van Rotterdam zij het mij ver
gund in de „Volkswil" ook eens mijn
meening over de Tariefwet te zeggen
en wel in mijn kwaliteit als voor
stander derzelve.
Mijnheer de Redacteur, voorop dient
even gezegd, dat ik Uw standpunt als
volkomen correct en krachtig princi
pieel accepteer. Het kan echter zijn
nut hebben, een weinig meer in bij
zonderheden te treden en de details
eens wat nader te beschouwen in na
volging van de heeren de P. en F.
W. H. Wanneer ik beide artikels
dier heeren even naast elkaar beschouw,
dan blijkt daaruit reeds dadelijk, hoe
vreeseiijk oppervlakkig en bekrompen
sommige menschen het publiek meenen
te moeten voorlichten. Het ware vol
doende, beide artikels tegen elkaar uit
te spelen om de verwachte gevolgen
ervan te reduceeren. Of is het niet
teekenend dat de heer de P. niets
ziet dan overal opslag ,en nog eens
opslag der eerste levensbehoeften, ter
wijl daartegenover de heer F. W. H.
niets minder verwacht dan een moor
dende concurrentie en dientengevolge
scherpe daling der prijzen, gevolgd
door eene algemeene debacle in In
dustrie en handel Wat mij betreft,
ik zie nog het éene, noch het andere
gebeuren, maar verwacht integendeel,
dat de Tariefwet een zegen zal zijn
voor volk en maatschappij. (Dat de
Tariefwet, althans het Ontwerp geheel
zonder fouten zoude zijn, zou ik niet
graag betoogen. Sommige artikelen
zullen misschien wel wat zwaar of
geheel zonder motief belast worden,
andere evenwel en ik heb die reeds
elders in den breede genoemd en het
recht ervan bewezen, zijn ten onrechte
niet belast. Dit te verbeteren heeft
nog tijd, zoolang het Ontwerp geen
Wet is en is de taak der Regeering
met de Tweede Kamer).
Eenigen zullen stellig benadeeld
worden. Hieraan is echter onmoge
lijk te ontkomen, want, door eene
Tariefpolitiek als tot heden ten on
zent gevolgd, zijn er zooveel agenten
van Buiteniandsche huizen zich hier
komen vestigen, dat het voor de hand
ligt,wanneer zich door invoerrecht de
productie van het Buitenland naar
Nederland verplaatst, diegenen de
dupe zullen zijn.
Die schade evenwel is te herstellen
en wel, door de verkoop der voort
brengselen van de bestaande en nieuw
te scheppen bedrijven op zich te ne
men. Ik wil thans even den heer de
P. volgen en daarna nog eenige woor
den aan het artikel van den heer F.
W. H. wijden, teneinde zoo mogelijk
bij de arbeiders van Zeeuwsch-Vlaan-
deren andere ideeën omtrent de mo
gelijke gevolgen van de Tariefwet te
doen postvatten. Om de uitgebreid
heid der stof zal ik me bepalen tot
de door beide heeren genoemde wa
ren.
1. Dieren en dierlijke producten"
Door invoer daarvan tegen te gaan,
zullen de Nederlandsche landbouwers
met hun veestapel in gunstiger conditie
komen, dewijl het het fokken van
slachtvee loonend zal maken.' Boven
dien zal dat de veehandelaars ten goede
komen door de meerdere vraag naar
fokkalveren. Tevens worden dan nog
bevoordeeldinrichtingen voor ver
voer, drijvers enz., terwijl de molenaars
een bron van inkomsten zal worden
geschapen door de grooter wordende
behoefte aan voeder. Het is boven
dien een publiek geheim, dat juist
en vooral in de groote steden, waar
de grootste loonen worden verdiend,
die heerlijke cadavers worden opge
peuzeld, en al is het nu waar, dat
ook daar velen met hun loon niet
kunnen rondkomen, even waar is en
ik zeg dit aan de hand van een 3[/2
jarig verblijf te Rotterdam en mijn
voortdurenden omgang met de wer
kende klasse daar, waartoe ik zelf be
hoorde, dat maar al te veel bootwer
kers en anderen, na een flink loon ge
beurd te hebben, eerstens daarvan
een zeer hoog percentage aan jenever
etc. vooral, en aan een massa publieke
vermakelijkheden uitgeven, terwijl het
rampzalig overschotje moet dienen
tot onderhbud voor vrouw en kinde
ren. Velen zijn er, die ook nu 's Za
terdags hun beleende goederen bij
Oome Jan gaan weghalen om ze 's
Maandags weder terug te brengen.
2. Appels, peren, enz. Deze wor
den niet zwaar belast, althans niet in
die mate, dat gezien het zeer matig
gebruik, daarvan gemaakt, daardoor
een noemenswaardige verzwaring van
den levensstandaard zoude ontstaan.
Gevolg zal echter alweer zijn, dat
onze fruitboeren profiteeren en zich
meer op het conserveeren zullen gaan
toeleggen.
3. Mineralen en metalen 1 Daarover
straks.
4. Meelsoorten. Een belasting van
40 centen per 100 kilo wordt volgens
meneer de P. als broodbelasting te
beschouwen. Maar ik zou willen vra
gen, waarom dan verscheidene, mij
met name bekende meelfabrikanten
zoozeer tegen die belasting zijn.
Het antwoord ligt voor het grijpen.
Zij vreezen het ontstaan van nieuwe
bedrijven, die zich van hun cliënteeie
zullen trachten meester te maken
Concurrentie dus Daling van prij
zen mijne heeren Geene dividenden
meer. die de 15% te boven gaan. In
„Zelandia" van 17 Februari j.l. is aan
gaande dit punt een meer uitgebreid
betoog tc vinden).
5. Drogerijen en verfwaren Belas
ting op geneesmiddelen. Ja. Nu,
nu wordt 't nog erger, hoor ik u mom
pelen. Och kom, meneer de P. Een
fleschje medicijn of een potje zalf kost
van 1 kwarije naar f 1, al naargelang
welke apotheker of dokter het ver
strekt.
En verfwaren Zijn onze eigen in-
dustriën op dit gebied niet compe
tent om te leveren wat goed en billijk
is? Wordt niet door verscheidene
leeraren op ambachtscholen b.v. de
Firma Tollens Co te Rotterdam,
om van andere niet te spreken steeds
als puik, puik aanbevolen.
6. Oliën, vettenKan voldoende
worden voortgebracht in het binnen
land, minstens zoo goed als elders.
7. HoutKlompen 5%Wat zal
men de Holiandsche klompenmakers
zien ploeteren om aan de vraag te
voldoenWat zullen cr Belgische
knechts bij Holiandsche bazen blok
ken komen maken of misschien erger
nog, wat zullen er vele bazen van
gene naar deze zijde der schreef ver
huizen.
8. Huiden, leerGenoeg zij het te
zeggen, dat ik ergens in Noord-Bra
bant een leerlooier ken met 300 looi-
kuipen, waarvan 150 productief.
VrageI Hoelang zal die looier
wachten om zijn andere 150 rente-
looze kuipen te vullen
9. Aardewerk Htbben wij niet een
Regout te Maastricht plus minus Delft.
I 10. Garens, weefsels Op naar Twen
te en Tilburg.
11. Glas Te bekomen te Dordt, Sas
van Gent enz.
12. Papier: Ja, daar zijn wel din
gen, die hier niet gemaakt worden,
bij. De groote vraag blijve het echter
of dat zoo blijven zal en is dat niet zoo,
weegt dan dat nadeel van heden wel
op tegen de vele te verwachten voor
deden.
13. Voedingsmiddelen specerijen
Maar brengen de beide Indiën niet
bijna al die dingen in massa voort
en van Indïë wordt toch niets belast
14. Rijtuigen enz.Koop U een
wereldvermaarde spijker-auto en ge
rijdt zacht en zeker. Rijwielen
Maar lieve Geert, wij rijden immers
allemaal op een Holiandsche fiets en
tegenover buurman België moeten we
toch waarlijk niet scrupuleus zijn, aan
gezien die de bewuste 12% reeds
lang heft, terwijl ik de Engelsche fiet
sen om den prijs tot de weeldearti
kelen reken.
15. Diversen: Hier kan ik meteen
den heer F. W. H. van repliek dienen
terwijl punt 2. meteen wordt aange
roerd. De Nederlandsche bedden en
matrassen zijn wijd vermaard. En wilt
u zeggen die zijn te duur, dan sla
ik u dit wapen uit de hand door u
te verwijzen naar de advertentierubrie
ken in alle Nieuwsbladen. Elk wat
wils is het motief. Krachtwerktuigen
en machïnenën Voortbrengselen van
scheepsbouw. Teveel firma's om op
te noemen hier te lande leveren ma-
chineriën, die een vergelijkende proef
met die van het Buitenland gerust
durven doorstaan. En toch zijn In-
landsche motoren b.v. gemiddeld goed-
kooper dan Engelsche. Dil zit hem
goeddeels in den naam... Engelsch. Maar
nog een sterker staaltje. Duitschland
verdringt gaandeweg Engeland meer
en meer van de Markt. En toch heft
Duitschland invoerrechten en geen
lage, hóór! Engeland daarentegen is
een vrijhandelstaatDe eenige, en
dan nog maar zoogenaamde, want de
hooge scheepstollen brengen daar
meer op dan men oppervlakkig wel
zou meenen. Duitschland bestelt ve
len zijner rijnaken, tjalken, schoeners,
brikken, enz. in Holland, ondanks de
rijkdom van zijn bodem aan kolen en
erts, want Holland is goedkooper, zegt
de heer H. dat weet ik nog niet, maar
wel weet ik dat men op dat terrein
de Holiandsche scheepsbouwmeester
niet naar de kroon kan steken. Was
het, dat het hem in den prijs zat, dan
bestelde men bij Engeland, want: in
1907 en '08 zagen de Holiandsche
scheepswervers geen kans eenige sche
pen voor de Rotterdamsche Loid etc.
te leveren voor de som, waarvoor En
geland dit kon doen. Ik kom nu aan
het eind van mijn betoog. Wij ver
wachten nu nog van onze regee
ring ten spoedigste practische en
krachtige maatregelen tegen de ver-
valschingen en oneerlijke concurrentie
en wanneer we dat hebben, welnu,
dan behoeft er geen vrees te bestaan
voor doodconcurreeren, want juist
diegenen, die van knoeien een vakje
apart maken, zijn het, die de eerlijke
handelslui het leven zuur maken.
Geen kunstmatige industriën zullen
geschapen worden maar de behoefte,
de vraag zal vanzelf de bestaande in
dustriën doen uitbreiden, terwijl, wat
natuurlijk is, nieuwe zaken de plaats
van de Buitenlandsche zullen gaan in
nemen. Re arbeidsmarkt zal dus ver
beteren Minder werklooshoid. Hooger
loon. Daarom arbeiders van Zeeuwsch-
Vlaanderen, als één man op vóór de
Tariefwet. Het wordt U op Uw ouden
dag met rente vergoed.
U, heer Redacteur, dankzeggende
voor de groote plaatruimte.
Hoogachtend,
ALPHONS. BAL, Lamswaarde.
Voor den Hoogen Raad werd Maan
dag behandeld het verzoek van cassa
tie van den 71 jarigen L. H., zonder
beroep, te Hulst door het kantonge
recht aldaar wegens openbare dron
kenschap tot f 1 boete of 1 dag hech
tenis veroordeeld.
De advocaat-generaal mr. Ledeboer,
overwoog dat in deze zaak recht ge
daan was op onwettig bewijs en con
cludeerde ambtshalve tot vernietiging
van het vonnis van den kantonrech
ter met verwijzing der zaak naar de
Rechtbank te Middelburg.
Uitspraak 22 April a.s.
o
De zaak Herman tegen Cortvriendt
voor het Gerechtshof tc 's Gravenhage.
Woensdag 28 Maart 1912 om 12 uur.
(Wij moesten Woensdag in Arnhem