No. 103. 2e Jaargang. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst. Richting: Voor waarheid en voor recht, door eigen daad en door daad van anderen, zonder aanzien van persoon of partij. VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG. Gentschestraat C 7 te Hulst. W? Stichter: H. A. van Dalsum. Gentschestraat C 6 te Hulst. Gentschestraat B 4 te Hulst. BE VOLKSWIL REDACTIE: Abonnement per drie maanden NEDERLANDf 0.50. BELGIEfr 1.20. ANDERE LANDEN f 0.80. - Abonnementen worden dagelijks aangenomen. - - Niet geplaatste stukken worden niet terug gegeven. Het blad neemt geene verantwoordelijkheid voor den inhoud van het Vrije Woord en voor dien van Advertentiën. ADMINISTRATIE: DRUKKER IJ: Advertentiën, in te zenden vóór Vrijdags om 12 uur. Prijs per regel 10 cent. Bij abonnement of geregelde plaatsing belangrijke vermindering. Dienstaanbiedingen contant f0.25. A. Volgens do leer. Uit Lipman's Voorrede blz. 169/170 van de Eerste en Tweede Epistel van den H. Apostel Paulus aan de Corin- thiërs, goedgekeurd door den Aarts bisschop Mgr. Zwijsen De irenische polemiek is het geheel bijzonder eigendom der Katholieke Kerk. Het is een der vele parelen aan de kroon der maagdelijke Moeder. Haar maagdelijke waarheid, haar moederlijk vruchtbare liefde, deze beide maken haar geschikt tot een strijd, die den vrede, den waaraentigen vrede, waarbij de versiagene nudeoverwin- naar zijn kan, tot einde en tot oekroo- riing heeft. Geen ander richting is tot dezen strijd in staat. De echte irenische polemiek bestaat niet in het zoogenaamd weg nemen der tegenstrijdigheden door op offering van beide zijden. Zij stompt de scherpe hoeken der waarheden niet af, zij neemt niets van hetgeen waar heid is terug om dwaling en waarheid tot één te maken niet door de ver wijdering der dwaling, maar door de opheff'.ng of inkrimping der waarheid. Neen, de waarheid is geen plooibare, noch^minder een lafhartige. Zij hand haaft ailes wat haar behoort, omdat zij één en ondeelbaar. Het kleed van Christus wordt niet door nieuwe on passende bijvoegsels en opzetsels ver wijd, vepl minder nog doorsneden, maar het groeit altijd, naarmate het meerden n omkleedt. Maar deze waarheid is leven en a'ies wat waarheid is neemt zij op Daarin bestaat de i r e n i s c h e po lemiek, de vrede brengende strijd der Kerk, dat zij in geen enkele dwa ling het ware uf goede ontkent en miskent. Juist in het ware en goede, wat iedere menschtlijke dwaling nog behield, vindt zij haar aanknoopings- punten. Aan dat goede en ware, hoe weinig en hoe schamel ook, knoopt zij vast met zoo roerende teederheid, maar tevens met zoo dringende kracht, dat zij cie vreemdsoortige elementen, waarmee de dwaling 't omgaf, verwij dert en doodt. Want dooding, vernie tiging van alle dwaling is haar recht. De liefde helpt dit recht. Door de overblijfselen der waarheid op te van gen tracht zij den logen te dooden. Want de waarheid blijft in eeuwigen strijd met de logen, ook waar beide, vereenigd, a-ls dwaling bestaan. Deze is dan de handelwijze der ireni sche polemiek. Zij tracht de overb'ijfselen der waarheid voor de overwoekering der logen te behoeden zij stelt ze in het licht en wekt ze öp tot het bewustzijn van den twee spalt, die thsschen hen en zijne om geving bestaat. Dat bewustzijn brengt d£ kennis der verwantschap met de hooge, ééne en ondeelbare waarheid I en, door dat dubbel bewustzijn van I tweespalt en verwantschap steeds te yerftoqgen, steeds ook doqr de pijn- Jiikste middelen aan te scherpen, voert zij tot verwijdering, al geheel e verwijd I derirg vari het vreemde en onpassende, 1 eenmaal tot vereenjging met de hoogste en vöjte waarheid, die iet leven geeft. B. Yolgens lluereiicas in <le Groene, ontleend aun de N. Hott. Ct. De Congregatie van den Index. (Index is de lijst der boeken, die door Rome veroordeeld worden). De formule van de Index-congrega tie, die hare veroordetlingen nooit motiveert, luidt: De H. Congregatie van de H. Eminenties de Hoogsteerwaarde Car- dinalen der Heilige Roomsche Kerk, aangesteld en aangewezen door Onzen Zeer Heiligen Vader Paus Pius X en den Heiligen Apostoli- schen Stoel, voor den Index der boeken met dwaalleeringen, voor hun verbod, vernietiging en toelating in de geheele christelijke republiek, gehouden in het Apostolisch Paleis van het Vaticaan, den 19 heeft veroordeeld en veroordeelt, heeft verboden en verbiedt, heeft bevolen e:. beveelt om up den Index der verboden boeken te plaatsen de volgende werken (volgen de titels) Derhalve wage het niemand, van welken rang of stand ook, de voor noemde veroordeelde en verboden werken, in welke plaats of in welke taal ook, voortaan uit te geven, of te lezen of te bezitten, onder de straffen aangegeven in den Index der verboden boeken. Nadat dit alles door mij, onderge- teekenden Secretaris aan onzen Zeer Heiligen Heer Paus Pius X is me degedeeld, heeft Zijne Heiligheid het decreet goedgekeurd, en heeft be volen, het uit te geven. Ter bevestiging waarvan etc. Heeft de auteur van een verboden boek zich onderworpen aan de ver oordeeling, dan wordt dit in het eerst volgende decreet nadrukkelijk vermeld: N. N. heeft zich lofwaardig ondei wor pen aan het decreet der H, Congr. v. d. Index van den „Laudabiliter se subjecit." „Is dit geschied, dan blijft hoogstens de auteur nog eenigen tijd suspect, maar de hoogere cariières, bijv. pro fessoraten aan seminaries, Katholieke universiteiten (Leuven!) zijn niet voor hem afgesloten. Onderwerpt hij zich niet, dan komt hij terecht in de breede schaar van door ieder katholiek plicht matig gemeden schrijvers, en herhaling, bijv. herdruk van het verworpen werk kan leiden tot zware kerkelijke straffen als excommunicatie, etc. „Een enkele schrijver onderwerpt zich voorwaardelijk, d. i. vorscht naar de motieven der veroordeeling, met de oprechte bedoeling om zich neer te leggen bij het vonnis, zoodra hij de juistheid der redenen heeft kunnen inzien. „Doet hij dit, dan is dit als zoodanig reeds een inbreuk op de gehoorzaam heidsplicht van den goeden katholiek. De Congregatie stelt zich op dit stand punt dat deze plicht onvereenigbaar is met een recht op bekendheid met de motieven. Welke verdienste zou er in gelegen zijn, te gehoorzamen, waar men de beslissing begrijpt enbjllijkt? Haereticus staaft dit piet eenige \qot-. heeldep boe het gegaan is met dc Lasspre's vertaling van de Evangeliën, verschenen met het imprimatur van den aartsbisschop van Parijs en na 26 drukken op den lnd.x geplaatst, en hoe met zijn protest er tegendan met Schell's en Loisy's Wtrk> n. Zegt men tot de Curie :v „De waarheid is niet aan uw kantDan 'antwoordt zij „Het gezag is aan onzen kar.t, en zeer mogelijk de waarheidindien gij al door ongehoorzaamheid niet zondigt tegen de waarheid, door vermetelheid zondigt gij tegen het gezag, en middel lijk dus tegen de waarheid meteen, daar gezag en opperste waarheid bij ons ineenvallen." „De slotsom waartoe we komen, is deze er heerscht eene feitelijke anar chie in de wetenschappelijke wereld van het Roomsch Katholicisme. De verwarring wordt nog verhoogd door de roekelooze wijze, waarop de con gregaties optreden. Er is bijna geen systeem in te vinden zoodat men gelijk Lassure gedaan heeft de reden van menige veroordeeling kan vinden in persoonlijke drijverijen en veeten, van de Jezuïten tegen de S. Sulpicia- nen, van Dominicanen tegen Jezuïten, van de seculieren tegen de klooster geestelijken, etc. Loisy's hoofdwerken zijn op den In dex geplaatst, doch Mgr. Duchesne, wiens theologische houding wat meer zalving doch evenveel scepticisme be vat, ontvangt voor zijn hoofdwerk het hoogste Inprimateur in de R. K. Kerk nl. dat van den Magister Sacri Palatii, een dominicaan. Toch is ditzelfde werk „Histoire ancienne de I'Eglise," ten slotte op den Index gebracht (monni ken twist). „Een eenvoudig priester, die ergens een lezing houdt, een brochure schrijft, een artikeltje plaatst, dat niet orthodox gevonden wordt, wordt van zijne be diening ontheven, rfaar een achteraf- gelegen plaatsje gezonden en gemal traiteerd. (Wil men gegevens?) Heet die priester echter Hermann Schell, dan gebiedt de voorzichtigheid, om minder hooghartig tegen hem op te treden men stelt zich tevreden met bloot formeeie retractaties, men laat toe dat hij blijft handelen in lijnrech ten strijd met de opzettelijk telkens herhaalde verbodsbepalingen der kerk. men slikt de openlijke feitelijke her roeping der retracratie. Een bisschop zendt een herderlijk schrijven aan zijne geestelijken. Wee hem, die de vermaningen of raadge vingen niet als bevelen, die alle on gehoorzaamheid uitsluit, opvatDe roomsche pers valt ais een meute van razende honden op den ongelukkige aan, en zijne moreele en maatschappe lijke persoonlijkheid wordt aan flarden gescheurd. „Doch de Inquisitie publiceert een decreet met al den pompeuzen ernst waartoe ze nog in staat is, met het formularium, dat dagteekent uit den tijd, dat zij het geweld van een we reldmacht hanteerde, en de rollende zinnen iets anders waren dan wat litterair sonoor geklank, en dit decreet wordt dooi de geheele Chris tenheid achteloos terzijde gegooid, in een hoekje ergens, waaruit de aan zienlijkste en machtigste congregatie het in de veertien jaren sinds de af vaardiging niet meer heeft durven op rapen. En elk priester kan er non chalant over praten als een dwaling van het heilig Officium, of minstens eene onvoorzichtigheid. Wil men be wijzen „Leest men de officieele advocaten van de Roomsche zaak, de jegens an dersdenkenden gerichte hoofdartikels van katholieke bladen, de apologetische boekjes van Petrus Canisiusvereenigin- gen e.d. of spreekt men welmeenencte geestelijken, dan hoort men ten over vloede en in overvloed herhalen, dat de paus onfeilbaar is slechts in ge loofszaken en dan nog alleen wanneer hij ex cathedra spreektdat de decre ten van Index en Inquisitie de per soonlijke meeningen van officieele godsgeleerden inhouden, meer niet, dat de offcieele goedkeuringen door den paus aan dwaling onderhevig zijn etc. etc. Doch wanneer een kapelaantje ergens in een vraag, waarover de pauselijke stoel weigert haar aposto lisch gezag in de weegschaal te wer pen en te riskeeren, een meeninkje durft te vermelden, dat een veel klei nere godheid dan een roomsche con gregatie bijv. zijn deken mag misha gen, dan wordt het gesommeerd bin nen 2 maal 24 uur terug te trekken ofwordt in den honger gejaagd. „Het protestantsch beginsel wij hebben 't niet over de in menig op zicht verroomschte gereformeerde kerk van het individueel geloof is nu eenmaal niet neergelegd in deze con cise formule „ik geloof in de volgende leerdie de waarheid is, immers ik heb haar van mijn pastoor, deze heeft haar van mijn bisschop, die van den paus en deze laatste heeft haar direct van den Heiligen Geest." C. Yolgens <le geestelijkheid van het bisdom Breda. Als iemand iets zegt of doet, dat ons niet aanstaat danhem en zijn werk doodzwijgen, hem onteeren van af den kansel en in de huizen der parochianen, hem broodrooven, hem en zijne familie er. zijne vrienden van de Sacramenten verwijderen. Volgens de bisschoppen van Nederland. Wat onze persoonlijke verlangens niet aanstaar, doodzwijgen en doen doodzwijgen, en beroepen om recht of onderzoek niet beantwoorden. E. Yolgens de Xedcrlandsche Katho lieke Pers Op de juiste leer beroep doen je gens andersdenkenden, en de omge keerde praktijk beoefenen jegens ge- loofsgenooten. Conclusie: En dan zijn er nog die zich ver wonderen, dat er in Nederland zoo weinig lust is om de katholieke waar heden te Ieeren kennen Men wordt door de praktijk van de leer afgeschrikt van de leer zelve. H. A. VAN DALSUM. I)e WHlioudcrsbonoe- tEiiiiiï te Hulst. 0 Men schrijft ons: De gemeenteraad van Hulst heeft Dinsdag j.l. gehandeld in strijd met de gemeentewet door niet te voorzien in de vacature van een wethouder, ont staan door de aftreding van den heer Hombach als raadslid. De heer Hom- bach is als zoodanig herkozen, doch moest Dinsdag als wethouder natuur lijk toch aftreden en art. 83 der ge meentewet schrijft voor, „dat de ge wone tijd, ter verkiezing der wethou ders, is de eerste Dinsdag in September. Alsdan wordt voorzien in de vervulling van de plaatsen van hen, die op dien dag aftreden." De burgemeester verklaarde echter de 1ste alinea van art. 84 van toepas sing hetwelk luidt als volgt „De verkiezing ter "vervulling der plaatsen, die door ontslag, overlijden, of om eene andere reden openvallen, geschiedt binnen veertien dagen na het openvallen." Uit art. 83 blijkt voldoende dat on der eene andere reden niet verstaan wordt periodieke aftreding en is er dus alle reden om te vermoeden, dat de wijze van uitleg der wet, die men in Hulst heeft, niet zal worden goedge keurd. (Tem. Ct.) We teekenen hierbij aan Op dit stukje in de Tern. Ct. antwoordt Zelandia Woensdag op hare eigenaardige wijze. Zij noemt het„dat het wemelt van onjuist heden." Zij noemt het stukje dwaas, dat het blijk geelt van groote onkunde met de Gemeentewet. Wat is de zaak Op Dinsdag 5 September trad de heer Hombach af als wethouder En het slot van art. 83 zegt, dat alsdan wordt voorzien in de vervulling van de plaatsen van hen, die op dien dag aftreden. Op dezen dag traden afde heer Wauters krachtens rooster, de heer Hombach omdat hij als raadslid was afgetreden Op de agenda der vergadering kwam alleen voor de voorziening in de vacature Wauters. Dat de vaca ture Hombach niet op de agenda voorkwam was zeer zeker in strijd met de praktijk, die overal wordt gevolgd. Eigenaardig is het gegaan in Sluis. Daar kon de aftredende wethouder de Bruijne door ziekte niet ter ver gadering komen, en kon hij dus niet als herkozen raadslid worden beëedigd. Toen ging de Raad naar zijne woning, op zijn bed legde hij den eed at, en alzoo was bij weder verkiesbaar geworden Nu meende de Voorzitter, dat voor de vacature Hombach geldt art. 84 der Gemeentewet, en dat zijn geval valt onder „of om eene andere reden." Voor een gewoon mensch, die de artikelen 83 en 84 leest, komt het voor, dat art. 84 geldt voor voorziening in wethoudersvaca tures, die op den eersten Dinsdag van September niet kunnen worden voorzien, zooals b.v.: indien in den loop van een jaar eene wet houdersvacature ontstaat buiten den gewonen t ij d. Maar nemen we aan, dat de voor zitter gelijk had met de vacature Hombach, dat deze viel onder art. 84 der Gemeentewet. Alsdan had ook op de vacature Wauters art 84 moeten zijn toegepast, omdat bei den op den eersten Dinsdag van September wareu afgetreden. Maar... dan is de herbenoeming van den heer Wauters onwettig geweest. Immers Bij verschillende besluiten, in d# uitgaaf Jordens der Gemeentewet aan- geteekend op art. 84 tweede lid der wet is beslistdat eerst nadat a 1 de nieuwe leden zijn toegelaten, be noeming van een wethouder kan plaats hebben. (Besluiten van 9 De"

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1911 | | pagina 1