werken by hen die adverteeren in DU YOLKS WIL, Koopt en laat SÜBSIDIEHONGER EN OPLICHTERIJ. Gewestelijk Nieuws. Van alles wat. o— In de te "Watergraafsmeer ver schijnende rKleine Meerbode" deelt een inzender, G. N. Bronke Jr., het volgende mede omtrent de Katho lieke school aldaar. „Eén der leerlingen, nl. Dina Koremans aldaar, die in 1910 de school had verlaten, na dien tijd als kindermeisje bij iemand was geweest, en daarna op het naaien was, moest met dit laatste, begin van dit jaar, plotseling één week ophouden, omdat zij voor één week op school als leerlinge moest worden ingeschreven. Terecht onderstelt de schrijver, dat deze plaatsing gedurende éen week nergens toediende, dan om een hooger rijkssubsidie voor deze school te bekomen Immers, het subsidie wordt berekend naar het aantal leer lingen op 15 Januari, Of de leer lingen ook al vlak vóór 15 Januari komen en vlak na 15 Januari weer weg gaan, het Rijk heeft toch voor hen subsidie. Het gedrag der chris telijke schoolbesturen echter, die al dus subsidiejacht maken, is met het grofste bedrog gelijk te stellen en Diets anders dan diefstal op de Staatskas. Het is bekend, zegt „Het Volk", dat tal van christelijke schoolbestu ren zonder eenigen schroom deze soort diefstal met hun geweten over een meenen te kunnen brengen. Het is ook op het departement van Bin- nenlandsche Zaken zonder twijfel bekend, dat elk jaar tegen 15 Janu ari op deze wijze het Rijk op groote schaal wordt opgelicht. Toch hoort men nimmer van maatregelen daar tegen. Het „Hbl.heeft naar aanleiding van bovenstaande mededeeling een onderzoek ter plaatse ingesteld „Wij moeten erkennen, dat het ons niet moeilijk viel, want het hoofd der bedoelde Katholieke school in Wa tergraafsmeer, de heer J. Overtoom, deed aan onzen verslaggever met „gepaste vrijmoedigheid" het geheele verhaal, van de wijze waarop het Rijk opgelicht wordt. „O, mijnheer, zeide de heer Over toom, nadat hij bovenstaand bericht uit de „Kleine Meerbode" gelezen had, „bedoelt u dat. O dat gebeurt zoo vaak Hoe is het mogelijk, dat ze zoo'n publikatie nu juist van onze school doen." „Tot een maximum van 89 leer lingen krijgen we volgens de wet voor twee leerkrachten voor een leer kracht meer, dus van 90 tot 145 leerlingen subsidie voor 3 leerkrach ten, van 145 tot 200 leerlingen voor 4 leerkrachten en 200 tot 225 voor 5 leerkrachten. Ons aantal leerlingen nu was tot ongeveer 184 gedaald en om ons subsidie voor 5 onderwijzers te kun nen behouden, hebben wij het voor 15 Januari den dag waarop het aantal leerlingen voor de subsidie aanvraag geldt tot ruim 200 op gevoerd. De schoolopziener, de heer Ketelaar, weet dit ook ,,Wat zegt u ,,Ja, mijnheer Wel niet officieel, maar op 15 Januari kreeg hij een opgave van 202 leerlingen en 21 Februari zijn den schoolopziener 184 leerlingen opgegeven. Waaruit dus het ontslag van velen blyken kon. nl. het ontslag van 18 oud leerlin gen, waarmee wij het aantal voor half Januari tot ruim 200 gecom pleteerd hadden ter wille van het subsidie voor de 5e leerkracht De heer Overtoom vond zijn op treden zeer juist en in het belang der school. „Immers", zeide hij, „nu moeten wij ook zelf wel die vijfde leerkracht betalen en brengen ook wij dus offer in plaats dat we voordeel hebben (sic maar we be hoeven niet te reorganiseeren en kun nen de school en het onderwijs in de bestaande organisatie handhaveu. De wet noemt maar éen dag, 15 Januari, voor bepaling, van het sub sidie-bedrag en dan volgens het klasse-stelsel in plaats van per leer ling. Daarom hebben wij tot 200 leerlingen gecompleteerd, want als wij er straks b.v. 250 hebben, krij gen wij het geheele jaar niets meer." „En dan", riep de heer Overtoom ten slotte trioinpliantelijk uit, „en dan ik heb het niet op eigen houtje gedaan, maar eerst bij colle ga's geïnformeerd En ze zeiden alle maal „Doe zóo De Volkswil vraagtZou het werkelijk waar zijn En zoo ja Zouden die praktijken ook in Zeeland bestaan Het Vrije Woord voor Abonnés. o Mijnheer de Redacteur! Nogmaals verschil ik van meening met U, maar ik moet bekennen, dat ik tegen U gaarne strijd, omdat uw toelichtingen zoo leerzaam zijn. Ik behoor ook nog tot die menschen die niet goed kunnen lezen. Uit mijn schrijven [zult U wel ge merkt hebben, dat ik een ernstig ge loofsonderzoeker ben. Welnu, wat is er aangenamer dan u als gids daarbij te hebben Mogelijk dat onze vriend schappelijke strijd veler oogen opent en hen tot Jezus brengt, dat zou voor ons toch een zegen zijn. „De bijbel die in de roomsche kerk gezag heeft, is de zoogenaamde Vul- gater, oorspronkelijk een vertaling van den in 420 gestorven kerkvader Hie- ronymus. Op bevel van den bisschop Damascus van Roms, herzag deze na melijk een oude Latijnsche vertaling van het N. Testament, de z.g. Stala, en voegde er een eigene vertaling van het O. Testament bij, welke latijnsche vertaling in haar geheel door het Con cilie van Trente voor de Kerk als de officieele werd aangenomen, en zelfs boven den oorspronkelijken hebreeuw- schen en griekschen tekst gezag ver kreeg. Omdat men echter geen enkel betrouwbaar exemplaar van Hierony- mus' vertaling bezat gaf Paus Sixtus V een tekst van de Vulgaat in het licht, die voortaan als de eenig be trouwbare gelden zou. Deze uitgave bleek weldra echter zóó slecht te zijn, dat zij na zijn dood werd teruggeno men, en dat, in 1592 eene nieuwe werd gegeven, die ongeveer 2000 ver beteringen bevatte en weder op den naam van Sixtus verscheen. Deze verbeterde tekst is de bijbel geworden van de roomsche kerk. Ook de Apocrijfe boeken behooren tot den bijbei, ofschoon de oorsprong dezer boeken, die na het O. Testament ont stonden in het duister ligt, hetgeen ook de naam Apocrijf beteekent, en de Heer en Zijn Apostelen zich in ge heel het N. Testament nergens op deze boeken beroepen, heeft de Kerk ze toch tegen het gevoelen van den zoo even genoemden Kerk „vader Hiero- nymus, in haren bijbel opgenomen. Deze regels zijn niet van mij even min die welke nu volgen en uit een voorbericht der boeken der Machabeërs zijn overgenomen. „De schrijver zelf bericht ons, dat hij geen oorspronkelijk werk levert, maar alleen een uittreksel en verkor ting van een veel uitvoejiger geschrift van zekeren Jason van Cyrene. Wie deze geweest is, waar of in welken tijd hij geleefd heeft, is geheel onbe kend gelijk men zich ook vruchteloos vermoeid heeft aangaande den per soon of leeftijd des schrijvers, die ons deze vei korting van het oorspronkelijk werk heeft geleverd, Zoov.eel iszekpr dat dit boek geene vertaling is uit het Hebreeuwsch, maar onmiddellijk in het Giicksch geschreven, waarvoorde taal en de veelal gezochte, gedwongen en gezwollen Alexandrijnsche stijl ten waarborg verstrekt. Het is blijkbaar het werk van een Egyptischen Jood. Uit welke bronnen Jason zijne ge schiedenis geput beeft, deeff hij ons niet mede, maar het is te vermoeden en te vreezen dat dezelfde niet zeer zuiver zijn geweest, en dat overleve ring en volksvertelling veel meer den grondslag zijner verhalen hebben uit gemaakt dan e^hte historische stukken en bescheiden. En wat nu niet van den Heerjesus of Zijn Profeten of Apostelen afkomt geloof ik niet Daarom zal bij de Statenvertaling dat boek ook uitgelaten zijn. Luther heeft er in zijn bijbelverta ling wel opgenomen doch met de uit drukkelijke waarschuwingDe Apo crijfe Boeken niet gelijk gesteld met de H. Schrift, maar toch goed en nut tig om te lezen." Met groeten, B. DE GRAEF. Magelang, 30 Mei. Het bovenstaande is gevolg van deze zaak De heer de Graef vroeg in no 68, hoe men in de katholieke kerk aan de leer van het Vagevuur was ge komen, en we beantwoordden die vraag in datzelfde no. In no. 83 komt de heer de Graef op ons antwoord terug en hij beweert, dat het Boek der Machabeëen niet behoort tot de wettig erkende Boeken van de Heilige Schrift, welke bewering wij in een onderschrift weerleggen. Het bovenstaande is nu weder een antwoord op ons onderschrift in no. 83. Daaruit blijkt, wat ook reeds wel is gedacht, dat de heer de Graef de zaken, welke betrekking hebben op godsdienstkwestie, behandelt samen of in overleg met anderen. We wenschen dit te zeggen. De geschiedkundige waarde van het eer- s t e boek dei Machabeëen, e e r t ij d s door de Protestanten hardnekkig be twist, is heden in 't algemeen erkend door alle ware geleerden, alleen voor het tweede boek zijn de Rationa listen eenparig van oordeel om het geschiedkundig gezag daarvan te loo chenen. Dit loochenen houdt verband met het weigeren om aan te nemen als een woord Gods, „dat het eene heilige en heilzame gedachte is voor de Over ledenen te bidden." Maar door dit loochenen komen zij in strijd met de aloude en gemeene christelijke over levering. En dit loochenen houdt ver band met de gedachte van Luther, dat het geloof alleen zonder de wer ken voldoende is ter zaligheid, die daarvoor dan, om zijn gedachte goed te praten, ook loochent als Gods Woord de brieven van den H. Apostel Jaco bus, waarin uitdrukkelijk staat, dat het geloof zonder de werken een dood geloof is. Met dit verwerpen van de geschied kundige waarde van iets, dat niet in een of ander systeem past, komt men er niet. We hebben nog een tweede stuk ontvangen van den heer de Graef naar aanleiding van Volkswil no. 83, waarin staat, dat deken Brouwers aan moeder en zuster van ons de Sacramenten heeft geweigerd alleen omdat ze onze moeder en zuster zijn, en waarin hij dan wii aantoonen, dat de mensch ook zonder den priester kan zalig worden, om daarmede te troosten. We zullen dit stuk echter niet plaatsen, omdat V. V. die daad reeds heeft behandeld, en omdat we dan zouden komen op een ander verschilpunt tusschen katho liek en protestant, het algemeen en bizonder priesterschap, welk verschil punt steunt op eene onjuiste uit legging door Luther van I Petr. II5, 9 en Openb. 16, in verband met een misduiden van 4 Moz XVI: 1—3, en als onjuist bewezen door het verder verloop van deze geschiedenis in dit zelfde XVIe hoofdstuk. In dit 16e hoofdstuk worden door God zichtbaar gestraft Core, Dathan en Abiron, omdat zij geen bizon der priesterschap willen erkennen. Red. Volkswil. o— Mijnheer de Redacteur Gelieve de goedheid te hebben, on derstaande in uw veel gelezen blad op te nemen, bij voorbaat mijn dank. Weet U ook, hoe groot de snelheid is, volgens de wet, op de „doodrij ders" of zoogenaamd a u t o m c- biels? Het is schrikbarend wanneer men in onze dagen zulke stoomrijtui- gen onjte dorpen ziet passeeren, het is juist eender of de inzittende heeren er hun pleizier in vinden „hoe har der het gaat, hoe aangenamer rijden!" Toen ik verleden week Woensdag te voet naar Hulst ging, kwam mij zóó een ding opgereden, en vloog ons (er waren nog meer voetgangers) voorhij, gelijk een vogel door de lucht; hoprde een paar man zeggen „die mogen ook zqö hard niet rijden, vol gens reglement", en d#ar die firma van W. uit H. hun liefhebberij daar ;"n yjnden, naar ik hoorde, om de wolken stof hoog op te voeren, kwam ik tot het idéé, U eens bovenstaande te vragen. Nogmaals, met opname dezes te verzoeken, het woord„Zaai kleine diensten en er zullen lieflijke herin neringen uit groeien", voor oogen gehouden, teekent zich UEd. dw. dn. Een abonné. We hebben de Motor- en Rijwiel- wet niet bij de hand, wel het motor reglement, te vinden in Staatsblad no. 345 van 1908 en de wijziging in St. 283 van 1910. Volgens de aangevulde art. 5 en 12 moet een motorrijtuig er op ingericht zijn, dat de overige ge bruikers van den weg niet ernstig door rook of damp worden gehinderd en moet de bestuurder daarvoor zor gen. Van eene bepaling omtrent snel heid kunnen we in dat Reglement niets vinden. Indien een ander dit kan bekend maken, kan hij het doen. Red. Volkswil. O Uitslag stemmingen. HULST. Herkozen F. Hombach met 214, en C. J. Burm met 191, en ge kozen P. J. Borm mef 238, en J. F. v. d. Walle J.Fzn. met 178 stemmen. Herstemming tusschen I. B. de Boij met 131, Th. Fassaert (aftr.) met 159, J. Fricot met 161, J. Ph. de Paepe met 132, D. v. d. Heijden met 125 en A. A. v. d. Walle met 116 stemmen voor drie plaatsen. De heer A. Hangelbroek had eerst 120 stemmen en later 115 stemmen. AXEL. Herkozen F. Dekker Fzn. met 359, P. Dregmans met 424, L. Lamaitre met 342 stemmen. Herstemming tusschen J. de Feijter Lzn. met 315, en J. J. de Feijter Kzn. (aftr.) met 325 stemmen. BOSCHKAPELLE. Herkozen P. B. Mel en P. A. Stallaert en gekozen A. J. van Vooren. GRAAUW. Aigeheele herstemming. HENGSTDIJK. Herkozen J. de Bak ker, C. E. van Putte en J. Staes. HOEK. Herkozen J. van Drongelen, J. D. de Feijter en J. L. Platteeuw. ST. JANSTEEN. Herkozen B. van de Goore met 145 stemmen. Herstemming tusschen E. van Acker 79, A. de Beule 79, E. V. Bleijenberg 115, A. van den Brande 48, J. F. de Cock (aftr.) 128, J. C. Cornelissen (aftr.) 107, P. J. Ferket 59, P. C. van Gassen 67, H. Vergauwen 130, A. P. M. Ver- mandel 122, D. Verstraeten 50 en Th. Voet met 96 stemmen. TER NEUZEN. Herkozen A. Visser met 682, en M. Eijke met 665, en D. J. Dees met 506 setmmen, en ge kozen E. H. T. van Borssum Waalkes met 552 stemmen. SAS VAN GENT. Herkozen de heer J. V. Oole met 102 stemmen. HONTENISSE. Uitgebrachte stem men, volledige opgaaf 6 van onwaarde. 424 geldige stemmen. Dumoleyn E. B. Kloosterzande 164, Lamswaarde 108, totaal 272. Kuipers Ed. Kloosterzande 125, Lamswaarde 103, totaal 228. Van Mol L. Kloosterzande 132, Lams waarde 135, totaal 267. Vereecken P. Kloosterzande 134, Lamswaarde 103, totaal 237. Vermerken P. F. Kloos terzande 141, Lamswaarde 90, totaal 231. (Als men rekent dat slechts onge veer een 50 pCt. der kiezers is op gekomen, het op den stemtningsd ig een heete dag was, de werkman in het veld was aan het vlastrekken, dan is de beteekenis van deze verkiezing dat zij openbaart, hoezeer o o k in den boerenstand en de welhebbende bur gerij een stil'e oppositie is ten voor- deele van de richting van Da'sum, want Vermorken is raadslid geworden in de plaats van een aftredend zittend lid, omdat hij den moed heeft openlijk voor ons uit te komen.) —O MAAKUA M. Fen rampzalige nacht. Een onzet- tende brand heeft in den nacht van Zondag op Maandag in onze gemeente gewoed. Niet minder dan vijf per- I ceelen werden op het beste gedeelte onzer gemeente in asch gelegd, vier andere wsrden zoo goed als vernield, terwijl het verlies van zes menschen- levens, allen uit een gezin, zeker wel de grootste ramp genoemd mag wor den. Even voor 2 uur werd angstig roe pen gehoord en bijna op het zelfde oogenblik sloegen de vlammen met groote woede uit het koffiehuis van den heer P. Hey aan den Dam. De twee oudste jongens, Jan en Dirk, vlogen in nachtgewaad over de Damkadc en deelden in vreeselijke angst mede dat hun vader en moeder, benevens drie zusjes en een broertje, nog jn het brandende huis waren. Niets kon gedaan worden om de ongelukkigen te redden. Het vuur greep met ontzaggelijke snelheid om zich heen cn de rook deed alles ver stikker. De twee jongens, slapende op de tweede verdieping, waren nog door hun vader gewekt, die de twee kinde ren op den arm droeg. De jongen, Dirk, had beproefd het vuur te be dwingen, heeft ook nog getracht zijn vader door liet venster te helpen, Doch hij heeft niet mogen slagen. De beide jongens ontkwamen. Vader en moeder, de kinderen van 13, 10, 5 en 4 jaar ondergingen allen hetzelfde treurige lot. Boven het hoffiehuis van den heer Hey woonde het echtpaar Van Kralin gen. Zij sliepen toevallig dezen nacht ten huize van hun schoonzoon. Alleen de, zoon sliep in de woning, doch deze kon zich nog bijtijds redden. Inmiddels deelde het vuur zich aan het perceel van den heer Joh. A. Dil, banketbakker, waarboven de heer K, van Druten zijne kamers had. terwijl aan de achterzijde de vlammen over sloegen naar hef koffiehuis van den heer J. Hessels. De bewoners van deze perceelen konden zich allen bijtijds in veiligheid stellen doch van de inboedels werd niets gered. Eenigen tijd daarna zag men ook de vlammen uit het perceel van Gebr. Perk, in ijzerwaren enz., slaan en kor! daarop stond ook dit perceel geheel in lichtelaaie. Een kwartier later werd het koffiehuis „Het Wapen van Am sterdam" geheel in asch gelegd. Naar den westelijken kant zich uit breidende, werden de bovenverdiepin gen geheel vernield van het sigaren magazijn van den heer C. Abbesté, het ledigstaande huis, waarin vroeger de Singer-Maatschappij zetelde, het depot der fa Verkade en het Maas tricht's Bierhuis, waarboven de woning van den heer Van Dillewijn was. Het was een ontzettende vuurzee, en hoewel de geheele Zaandamsche Brandweer alle uiterste krachten in spanden en kranig werk verrichtte, liet de toestand zich zoodanig aan zien, dat de burgemeester in overleg met de brandweer, het noodig oor deelde de Amsterdamsche brandweer te hulp te roepen. Tegen half vijf kwam de „Jan van der Heijden", die met vier slangen, onder leiding van den commandant, de heer Brunet de Rrochebrune, het vuur op de krach tigste plekken aantastte en bedwong. Intusschen wist de „Vrijwillige Brand weer" het groote winkelhuis van den heer Simon de Wit te behouden. Dit perceel kreeg echter belangrijke water schade. Op den Hoogendijk en om geving was de hitte zoo kolossaal en de vonkenregen zoo enorm, dat ver schillende perceelen geregeld bespoten moesten worden om erger te voorko men. Er ontstond zelfs een begin van brand aan de daken der panden van de heeren J. T. Groot, J. B. Punt en J de Jager, kleine vlammen, die spoe dig werden gebluscht. Alles was verzekerd. Op een kwart millioen wordt de totale schade wel geschat. Het perceel, waarin het koffiehuis van den Hey, behoorde aan den heer J. Hille De lijken van het echtpaar Hey en hunne vier kinderen zijn van onder het puin Maandagmorgen te voorschijn gebracht. Allen lagen bij elkander. Betreffende de oorzaak wordt over een gasontploffing gesproken, waaruit verklaard wordt, dat het gebouw zoo snel, in lichtelaaie stond, (Zaanl. Ct. 12 Juli.) o Hun eeuig doel. 't Bewaardersschip, dat reeds aan schipbreuk leed, nog nog redden en wrakken goed aaneen- passen voor zooveel liet mogelijk is, is het eenige doel van de' katho lieken. Ja, de politiek wordt breeder om breeder, de sociale hervormingen drin gen zich op en te veel reeds heeft dat bewaardersregiem reeds toegegeven. Hoe dan dat rotte vaartuig nog red den dat lekt en versleten is. Het doel wettigt de middelen. De tijd vraagt yolkswetten en degelijke hervormingen;

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1911 | | pagina 2