Misbruik'van gezag. Koopt en laat werken by hen die adverteeren in DE VOLKSWIL, Gewestelijk iVieuws. Van alles wat. om te verzoeken, dat deze zich wendt tot Staat en Provincie om subsidie, en, wenscht de Provincie geen subsi die te geven (de plicht hiertoe kunnen we in de wet niet vinden en het gebruik bij de provincie is geen subsidie maar renteloos voorschot (en dit des te meer, nu de eigendom is van den Staat), dat alsdan de gemeente aan den Staat verzoekt de haven in Staatsbeheer terug te nemen. En als de Gemeenteraad van Clinge geen stap wenscht te doen bij Staat of Provincie, dat alsdan de belang hebbenden zich direct vervoegen bij den Minister van Waterstaat. Van dezen onzen raad zullen wij een voldoend aantal exemplaren ter be schikking stellen van belanghebbenden en van het gemeentebestuur en de gemeenteraadsleden van Clinge. H. A. VAN DALSUM. O— De menschen die gezag uitoefe nen, hetzij dan burgerlijk of geeste lijk gezag, zijn gewoonlijk heel spoe dig op de teenen getrapt, als zij iets ontmoeten, wat hun niet aanstaat in hun gezagawaan, wat voor hen niets anders is dan een mengsel van zelf zucht en domheid en kwade trouw in een uiterlijk van overheidszorg. Zoo gebeurt het, dat een burgemeester er over wrokt, als een gemeentenaar die zijn pachter is, niet op hem stemt, en in zijn wrokken door middel van zijn ambt van burgemeester zijn gemeentenaar benadeelt in zijne rechten een rechter een beklaagde, die niet strafschuldig is, toch straft, om hem te doen voelen, dat hij eene onaangename waarheid heeft gezegd in welke die rechter zichzelven had gezien als iu eenen spiegel een geestelijke godsdienstige dwang uitoefent op een parochiaan, omdat deze zijn burgerlijk recht had uit geoefend volgens de wet en niet volgens het persoonlijk verlangenvan zijn geestelijken herder een minister iemand uit partij- vriendschap benoemt tot een zeker ambt, wa rvoor deze bij zijn per soonlijk weten niet geschikt is een bestuur van provincie of van gemeente het ambtsmisbruik van een ondergeschikt ambtenaar kent en niet wil zien een bisschop in zijne bediening handhaaft iemand, die hij volgens zijn ambt verplicht is te verplaatsen of te ontzetten. En op deze wijze voortgaande kunnen meer voorbeelden worden genoemd. Al deze voorbeelden zijn daden van misbruik van gezag. In onze dagen wordt van kansel en in kranten zoo dikwijls geklaagd, dat. achteruitgaat de eerbied jegens het gezag Maar de'personen die in overheid zijn en dit geklaag aanhef fen, vergeten gewoonlijk dit dat de liefde niet van eenen kant kan ko men. En zij vergeten ook gewoonlijk ditdat deze mindere eerbied bet gevolg is van hun ambtsmis bruik. Komt het wel veel voor, dat er staking of zoo is op een werk, als de werkgever zijn werknemers menschwaardig behandelt en een behoorlijk loon betaalt Zijn de gewelddadige opstanden tegen de burgerlijke overheden, in het heden en verleden, niet meest alle het gevolg geweest van on derdrukkingen of van ander ambts misbruik Ambtsmisbruik is een groot kwaad, en er is bijna geen kwaad in het leven van kerk en maatschappij, dat grooter kan zijn. omdat door ambts misbruik verloren gaat de liefde en de achting, die de dragers van het gezag noodig hebben, om hun ambt behoorlijk te vervullen, waardoor het rechts vertrouwen sterft en de wille keur zich doet gelden op elk gebied. Doelende op ambtsmisbruik, zegt dan ook de Apostel „Als iemand voor de zijnen, en bijzonder voor de huisgenooten geene zorg draagt, dan heelt hij het gelooi verloochend en is erger dan een ongeloovige." „Erger dan een ongeloovige.'1 Snij dend woord aan het adres van een misbruiker van zijn gezag En toch. Zijn, ook in onzen „Christelijken" tijd, en in onze „Christelijke" men schen, wel velen, die hun ambt met wijsheid en onomkoopbare rechtvaar digheid waarnemen De beantwoor ding van deze vraag laten wij aan de lezers over. V. V. Veritatis vincit JDe waarheid overwint. De Kamer van Arbeid voor den Landbouw te Hulst. o Bij de herstemming hebben van de 310 patroonkiezers 34 gestemd, en van de 781 werkmanskiezers hebben 116 gestemd. Gekozen zijn tot patroonsledenC. van Esbroecic te Hengstdijk met 19, J. de Waal te Hontenisse met 18, E. L. Plasschaert te Koewacht met 17, J. F. Buijsrogge te Clinge met 15 en J. F. de Maat—Staal te Stoppeldijk met 1-5 stemmen. En tot werkmansleden J. Sponselee te Boschkapelle met 65, P. van Itegem te Graauw met 51, j. F. de Waal te Hontenisse met 47, Th. Neve te Graauw met 45, en C. Maas te Stoppeldijk met 15 stemmen. Eigenaardig is, dat bij de herstem ming in Hengstdijk en Clinge geen enkele patroonkiezer heeft gestemd, zoodat de daar wonende gekozenen zeiven niet eens gestemd hebben. Bij de herstemming is in Clinge en St. Jansteen niemand opgekomen, in Hulst (de zetel van de Kamer) is één werkmankiezer opgekomen, die blanco stemde en in Hengstdijk is opgekomen één werkmanskiezer die stem uitbracht. En moet nu een dergelijke Kamer handelen als te zijn de vertegen woordiging van de patroons en van de werklieden Een gewoon mensch zegthet is apenkooi. Maar de Minister oordeelt misschien anders. Het Vrije Woord voor Abonnés. o St. Jansteen, 165—1910. Mijnheer de Redacteur. Gelieve mij voor onderstaande een plaatsje in uw veel gelezen blad af te staan, bij voorbaat mijn dank. Schreef ik in het nummer van 25 Februari 1.1. over de ontheiliging van den dag des Heeren door het houden van verkoopingen op Zondag aan de Kerk, begon ik mij reeds te verheugen, dat mijn schrijven vruchten zou afge worpen hebben, omdat er sedert dien niets meer aan de Kerk verkocht werd. Helaas, Zondag 1.1. werd ik in mijne verwachting teleur gesteld doordien er weder een viggen werd te koop ge steld ten overstaan van notaris de R. en ten verzoeke van de wed. Coppenolle. Kooper werd D. van Avermaet te Absdale voor de som van f 10,50 plus f 0,50 voor den brenger. Jammer is het, dat zulke verkoopingen niet voorop geannonceerd worden, misschien kwa men er wel meer kooplustigen en zou het viggentje wellicht nog duurder verkocht geworden zijn. Doch wijl dit niet het geval is, wil ik den geachten lezer op de hoogte blijven houden wie de gever of geef ster is van dit offer aan de Kerk en ook wie de kooper is, om zoodoende eenige schaamte onder de menschen te krijgen teneinde die ontheiligende verkoopingen af te schaffen die een echt Christen mensch tegen het hart stuiten. Uw dw. dienaar BERTUS. o Rotterdam, 175 1911. Mijnheer de Redacteur Vergun mij s. v. p. een klein plaatsje in ons geliefd blad de Volkswil, bij voorbaat mijn dank. Ik wilde hier de 10 geboden schil deren welke zoovele katholieke heeren in Zeeuwsch-Vlaanderen beminnen te genover hunne mindere broeders den werkman. {Om te toonen dat zij hemels breed van de ware afwijken zoo zal ik ze hier neerschrijven, niet in stee- nen tafels, zooals Mozes, maar in den vriend en helper van den werkman, de Volkswil. Aldus luiden zij 1. Wij achten ons zdven heer en meester zoowel kerkelijk als we reldlijk. En gij zult daarom doen en volbrengen wat wij gebieden. 2. Wij zijn mannen van talent en zul len onze beurs vullen van het zweet en bloed der arbeiders welke in onze oogen slaven zijn. 3. Wij zullen vertegenwoordigers stel len voor Kamer en Staten welke niet uwe belangen, maar geld en eer beminnen. 4. Wij zullen trachteu u met uwe voorouders gelijk te stellen welke gearbeid hebben voor een honger loon van 's morgens vroeg tot 's avonds laat. 5. Gij zult uw naasten lief hebben als u zeiven en mededeelen van het weinige dat u bezit, want onze beurs blijft voor hen gesloten. 6. Gij zult geen kwaad met kwaad vergelden als een van ons uw loon onthoudt, onrecht doet of beleedigt, denkt dan steeds dat wij meerderen zijn en het ons gemakkelijk is u te vernietigen.- 7. Gij zuit inzien dat dit de wil Gods is, want ook zijne dienaren, de priesters, staan aan onze zijde. Gij zult daarom ook hen beminnen en offeren en bijdragen om de zorgen des mans te verlichten. 8. Gij zult geen andere bladen lezen als de Christelijke Zelandia, welke onze beurs spekt, en onzen trou wen vriend en bondgenoot de Zeeuwsche Komeer. 9. Gij zuit met verkiezingen voor Kamer of Staten steeds stemmen op hen welke wij en onze geestelijken u gebieden. 10. Gij zult dit ten strengste volbrengen, want zoo u daar aan verzaakt is de ban der kerk uw deel, en zal zelfs de plaats, wa^r gens uw wieg op stond, voor u van geene waarde zijn, want honger en ellende zullen u noodzaken dit alles vaarwel te zeggen. Amen, F. D. DE WILDE. o Geestelijke adviseurs bij de Leenbanken. Het opdringen van geestelijke ad viseurs aan onze boerenleenbanken gaat zijn gang. Wat moeten die menschen daar doen, vraagt men zich al Wat heeft een zuiver finan- cieele instelling met een geestelijk adviseur te maken Absoluut niets Voor hem is daar geen werk en geen plaats. Daar hem elke verant woordelijkheid op het gebied der geldzaken door zijne meerderen is verboden, zal hij zich volstrekt moe ten houden buiten bet voornaamste punt der leenbanken, nl, het verlee- r.en van voorschotten. Praat hij daar over ook maar één woord mee, dan verzaakt hij zijn plicht, want zijn advies kan den doorslag geven en zal dit ook in veel gevallen doen. De zaak is dus zoo, dat daar iemand bij het bestuur zit, die vooruit zegt tot de heeren Je weet, ik mag mij de zaken niet aantrekken, of het goed of 6lecht gaat, ik blijf er buiten, maar je zult toch niets dóen, ook geen enkel voorschot verleenen, of het zal naar mijn zin gaan. Ik zit hier niet voor figurant. Wij vragen, waar ter wereld mag iemand zich met zaken bemoeien, waarvoor hij niet verantwoordelijk kan of mag gesteld worden En welk man van karakter wil zoo iets doen 't Is te dwaas om van te spre ken en er schuilt ook wel degelijk gevaar in Laten de besturen onzer leenban ken hierover eens ernstig nadenken en den opgedrongen adviseur in elk geval houden builen de verantwoor delijke zaken. X. o Essen, den 15 Mei 1911. Mijnheer de Redacteur Gelieve u de goedheid te hebben dit te plaatsen, bij voorbaat mijn dank. Ik moet den heer Stallaert en zijn collega's mijn café verbieden. Zij hebben misbruik' van mishandeling gemaakt. De baldadigers hebben mijne vrouw en mijne dochter mishandeld daar mijne vrouw reeds weken van te bed gelegen heeft. Dito Eduard Lau- wers die hebben ze met vier man zoo geslagen dat hij reeds zes weken zijn werk niet verrichten kon, dus Stallaert en collega's ik verbied u om mijn café te betreden, anders wacht u voor de gevolgen. Zou Stallaert er wat op tegen heb ben dat hij eens in de. Volkswil komt dan moet hij zich maar eens melden. Hoogachtend, F. LAUWERS een Volkswilvriend uit Stoppeldijk. Als wij de vorige week hadden kun nen denken dat die Congogeschiede- nis in onze streek was afgespeeld, dan hadden we die rubriekpost niet ge plaatst. Nu het eenmaal gebeurd is en de rubriekpost is beantwoord geven we niet meer de gelegenheid er op terug te komen. Red. Volkswil. Debietrecht op tabak en verkiesbaar heid voor de Eerste Kamer. Aan de Redactie. Art. 1. van het op 28 Februari 1.1. ingedediende ontwerp-Tabakswet be paalt „Onder den naam van „debiet recht op tabak" wordt eene directe belasting geheven van ieder, die tabak in het klein verkoopt." De Memorie van Toelichting vermeldt, dat deze belasting tot de (staatsrechterlijk) directe belastingen moet worden gerekend, daar zij periodiek geheven wordt, d.w.z. een aanslag opgelegd wordt voor de som der belastbare feiten gedurende zeker tijdvak. Tot zoover geen bezwaar. Maar volgens art. 100 der Kieswet zijn de Gedeputeerde Staten verplicht de hoogst aangeslagenen in de Rijks- directe belastingen op een lijst te plaatsen, welke plaatsing de betrokken personen verkiesbaar maakt, voor de Eerste Kamer. Deze lijst kan slechts één op iedere 1500 inwoners der pro vincie bevatten volgens de onlangs gepubliceerde lijst was een aanslag van ongeveer f 1050 in de provincie N.-Holland voldoende, om op de lijst geplaatst te worden. Daar het debiet recht 10 pCt- van den omzet bedraagi, zal na in werkingtreden der Tabaks wet een winkelier, die een omzet van slechts f8000 a f9000 per jaar heeft, een ander van die lijst verdringen immers met bedrijfs- en personeele belasting betaald hij zeker meer dan f 1050. In andere provincies kan de omzet nog kleiner zijn, om tot het zelfde gevolg te leiden. In de toekomst zal dus de lijst der hoogstaangeslagenen in hoofdzaak uit sigarenwinkeliers be staan. Ziedaar één gevolg der wet, hetwelk voor die winkeliers niet onaangenaam zal zijn. Of het echter in de bedoe ling der Regeering lag dit gevolg te weeg te brengen, kan zeker betwijfeld worden. Met dank voorde verleende plaats ruimte, Hoogachtend, Uw. Dw. Mr. M. I. PRINS. Het bovenstaande als ingezonden stuk geplaatst in het Handelsblad, na men we voor de curiositeit over omdat ons de opmerking voorkomt juist te zijn. BOSCHKAPELLE. Omtrent de dief- stallen den laatsten tijd in den omtrek gepleegd kunnen wij nog het volgende mededeelen. Naar aanleiding van de arrestatie door den heer Raes, brigadier der Rijksveldwacht, den onbezoldigden rijksveldwachter de Kever en den bri gadier Verstraete te Zaamslag van P. L. v. d. B., verdacht van diefstal van kip pen en waschgoed, is door den briga dier Raes en de Kever, na een ijverig onderzoek, ook de tweed? verdachte, die ontvlucht was, bekend geworden en zijn door genoemde beambten met medewerking van den brigadier der rijkswacht J.Vermeulen te St. Jansteen, ook de waschgoederen, welke bij den landbouwer de Nijs onder Boschkapelle in den nacht van 24 op 25 April ont vreemd werden, ten huize van de aan gehoudenen v. d. B. te St. Jansteen en A. L. d. W. (bijgenaamd de Boets) te Hulst in beslag genomen. Verder is dan ook door de ijverige nasporingen van den brigadier Raes en de Kever met medewerking van den brigadier Verstraete van Zaamslag de plaats ontdekt, waar de in beslag genomen kippen ontvreemd zijn. Deze dieren waren het eigendom van den heer J. van de ReejnJden Grooten Huissens- polder onder Zaamslag, wien ook de gevonden raamgordijnen toebehoorden. Een woord van hulde en waardee ring moet dan ook gebracht worden aan de voornoemde ijverige politiebe ambten, aan wier flink beleid en ener giek optreden het te danken is, dat een paar gevaarlijke sujetten, voor wie niets veilig scheen, voorgeruimen tijd naar wij hopen onschadelijk zijn ge maakt. Een erfenis van 75 uilllioen. Men schrijft het volgende aan het „Hbl. van Antwerpen" Ten jare 1628, vluchtte zekere Jean Thiri, Franschman van geboorte, uit zijn vaderland en trad in dienst bij een zekeren Athanase Tripaldy, Itali- aanschen handeldrijver in 't groot, op zee en te lande door zijn edel karak ter en goede diensten werd hij de gun steling zijns meestersen deze liet hem bij zijn afsterven zijn gansche fortuin na, hetwelk bestond uit ver schillende handelsschepen, en een som van 800,000 goudstukken, welke door Athanase Tripa'dy op de Staatsbank van Venetië, ten jare 1621 geplaatst waren. Dit bedrag van acht millioen werd, bij contract, als Staatsschuld, door den Doge van Venetië aangenomen, en zou 3 pCt. rente opbrengen. jean Thiry, welke ten jare 1676 stierf, liet bij testament het gansche bedrag, dat als staatsschuld op de staatsbank van Venetië berustte, met alle interesten aan zijn twee broeders of aan hun wettige nakomelingen. Napoleon Bonaparte legde ten jare 1796 op bevel van het Directoire, be slag op de Thirysche erfenis van dien tijd af is het kolossale fortuin 't welk thans door de opgeloopen rente reeds meer dan 75 millioen moet bedragen, in het bezit van den Franschen Staat gebleven, ofschoon reeds meerdere malen door de rechtmatige erfgenamen pogingen in 't werk gesteld zijn om in 't bezit van hunne millioenen te komen. Dertig jaren geleden ongeveer was de Fransche staat bereid het kapitaal, zonder intresten uit te betalen, doch de familie Thiry weigerde zulksen naar het schijnt' moet nu de Fransche Staat door het Seine-gerechtshof ver oordeeld zijn, om het gansche fortuin, benevens de opgeloopen renten uit te betalen. Van de twee broeders van den bo- vengenoemden erflater, Jean Thiry, moet er een naar Holland zijn over gestoken, de andere broeder moet zich in de omstreken van Lokeren, provin cie Oost-Vlaanderen gevestigd hebben; het is van dezen laatste, dat zich hier te Antwerpen, evenals in de omstreken van Lokeren, de erfgenamen moeten bevinden. Een erfgenaam te Antwerpen wendt nu met de medehulp zijner mede-erf genamen van Antwerpen, Lokeren en Goes, de noodige stappen aan, om in het bezit hunner rechtmatige erfenis te komen reeds zijn belangrijke papieren ontdekt, welke bewijzen, dat de bewuste familie wel degelijk de ware erfgena men zijn. Een oproep in de dagbladen zal eerlang de familie laten verwittigen, dat zij bij een notaris moeten komen, om hunne rechten te doen gelden. Of zij tevreden zullen zijn Dit bericht gaat door de Ncderl. pers. De Volkswil teekent hierbij aan*. In dien het waar is, dat dus de Fransche staat door het Seine-gerechtshof tot be taling is veroordeeld, dan kan het niet waar zijn, dat er erfgenamen zullen wor den opgeroepen, want de Staat kan niet in rechten veroordeeld zijn geworden dan op vordering van de rechthebben den. En worden er daarom erfgenamen opgeroepen, dan is het niet waar, dat de Fransche Staat tot betaling veroor deeld is." o— Het recht Tan d n sterkste. „Het Vaderland" schrijft Het middeleeuwsche „vuistrecht" is met de middeleeuwen niet ten grave gedaald. Het heerscht nog in onzen tijd, al wordt het niet uitgeoefend met vuist, knods, dolk of zwaard. Er is een strijd om het bestaan, die wij in den ruwsten vorm, dagelijks om ons heen op de straat zien uitstrijden. De fietser voert dien strijd tegen handkarren, motorfietsen, automobielen en vrachtwagens, en moet, als zwak kere, zich aan hun wenschen onder werpen, zijn bewegingen richten naar de hunne. Denk niet, dat het maar scherts is. Het gaat dikwijls om niet minder dan het leven De handkarren

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1911 | | pagina 2