Koopt en laat werken by hen die adverteeren in DB VOLKSWIL,
Gewestelijk Nieuws.
Rechtszaken.
Van alles wat.
10 Mei fiiet meer, wat zij schreef in
haar no. van 3 Mei, ja, noemt op 10
Mei onzin om in Leuven over Zeeuwsch-
Vlaanderen te spreken, terwijl zij op
3 Mei spreekt, wegens wat die pro
fessor te Leuven sprak, van de plaag
welke Zeeuwsch-Vlaanderen ook reeds
teistert.
Zelandia heeft zich alzoo aan eene
kleine vergissing schuldig gemaakt,
tenzij zij op 3 Mei uit haar zelve
den bewusten gruwel aan onze bevol
king verwijt en dus uit haar zelve
onze bevolking daarmede belastert.
Maar daarmede verbetert zij de hou
ding niet, die zij inneemt tegen ons
verlangen om te komen tot eene
daad, en bevestigd zij slechts wat
wij schreven in no. 84, dat zij eigent-
lijk aan de menschen zeiven de schuld
geeft, dat er gebrek aan verloskundige
hulp is door op onze bevolking een
onverdiende smet te werpen alleen om
maar „het gezag" de hand boven het
hoofd te houden.
Vondel schreef reeds Staatszucht
kent geen God en geen bloed. En
wij voegen er bijPartijzucht is een
domme zaak die de liefde mist. Beide
aan Zelandia ter overweging, en wij
doen dit, omdat zij zelfs in eene zaak
als deze die toch met de politiek niets
ie maken heeft, zoodanig is verblind,
dat zij niet kan nalaten haar te be
spreken in politieken hartstocht. Het
is maar gelukkig, dat zij werkelijk
politieke zaken tegen ons behandelt
door doelbewust doodzwijgen, want
anders zouden de hartstochten haar te
machtig kunnen worden zooals in dien
gelukkigen tijd voor haar, toen wij
ongewapend stonden tegenover ge
heimen laster, hoon en verdachtmaking.
Verval in de Sociaal-Democratie.
o
Eenigen tijd geleden bevatte Het
Volk het volgende bericht
Ontbonden...
De Rotterdamsche arbeiders-muziek-
vereeniging „Excelsior", welbekend
door haar opluistering van tal van de
monstraties en feesten derarbeidersbe
weging, is ontbonden. De oorzaak daar
van is gelegen in verschillende om
standigheden, die den nog overgeble
ven leden met 19 tegen 8 stemmen
deden besluiten de vereeniging op te
heffen.
De Maasbode teekent hierbij aan
De „inzinking" schuilt niet alleen
onder Poiak's Amsterdamsche Dia
mantbewerkers, waar van de 9000
bondsleden zich er vier aanmeld
den om te werken voor het volkspe
titionnement, de „inzinking" is er te
Rotterdam even sterk.
Vriend Heykoop is ons aan het einde
van het vorig jaar komen verklappen,
dat de Rotterdamsche Arbeidersbewe
ging al een paar jaar in groei stil
staat."
Hij erkent 't met smarte, dat „dit
is een niet te weerspreken feit".
De Partij, „onze S. D. A. P." is de
laatste twee jaren niet vooruitgegaan
in ledental.
Met onze vakbeweging ging 't even
zoo.
De Rotterdamsche bestuurdersbond,
de plaatselijke vakbewegingsfederatie,
groeide de laatste drie jaar evenmin
en verloor zelfs nog iets aan ledental.
De belangrijkste vakorganisaties
stonden eveneens stil, groeiden maar
heel weinig of Hepen zelfs nog terug.
Dc afdeeling van den Gemeente-
werkliedenbond, zeker eer. der grootste
organisaties onzer stad, ging achteruit.
De in Rotterdam zoo belangrijke
transportbedrijven toonden stilstand
van organisaticgroei.
„Zoo geeft dus de vakbeweging",
vertelde Heijkoop, „hetzelfde beeld als
de partijin het algemeen stilstand,
nu reeds gedurende bijna drie jaar."
De sociaal-democratische arbeiders
coöperatie „Voorwaarts" ontsnapt
evenmin aan den algemeenen stilstand.
De laatste boekjaren waren slecht
en als het laatst verschenen verslag
wat verbetering toont, dan houdt vol
gens Heijkoop deze verbetering niet
onwaarschijnlijk verband met het feit,
„dat de coöperatie juist het laatste
jaar zich wat losser heeft gemaakt van
Bestuurdersbond en Partij."
De verwachting op een gunstiger
balans voor de „Voorwaarts" schijnt
niet in vervulling te zijn gegaan.
Altans Spiekman liet eind Januari
opnieuw een jammerklacht hooren.
Het eigen gebouw op de Gedempte
Slaak, waarvoor niemand minder dan
Berlage de lijnen heeft getrokken,
„lijnen van stoere kracht en breede
klare opvatting", moest het uiterlijke
symbool zijn der innerlijke kracht van
de Rotterdamsche afdeeling der S. D.
A. P.
In het poitiek van dat gebouw is
een steen ingemetseld, met een rede
van mevr Holst ingewijd, waarin een
j spreuk is ingegrift, verkondigende
„de gewaagde stelling", dat zij (d.w.
z. de Coöperatie) in den strijd zal
steunen met nimmer leege handen.
Spiekman noemt dit nu een „ge
waagde stelling", want hij moet 't met
smart constateeren, de handen zijn in
derdaad leeg geworden.
En de Volkswil teekent hierbij aan
Dit verval zal ook het einde zijn van
de sociale beweging onder de katho
lieken in Nederland, indien wordt
voortgegaan in de richting, ge
bracht door de advocaten en de
politieke geestelijkenin deze sociale
beweging te zien een hulpmiddel voor
het weislagen van Kiesvereeniging-
spelletjes ter vervanging van de richting
Leo XIIIweldoende volksactie, en
van de richting Pius Xde priester
uit de wereldsche dingen.
Sm Tirol
heerscht reeds sedert langen tijd on
der de katholieken een verschrikkelijke
strijd. De linker- en de rechtervleugel,
of wil men de vooruitstrevenden en
de conservatieven vormen twee zoo
scherp tegenover elkander staande
partijen, dat de eenheid in het geloof
er totaal verduisterd en vergeten wordt.
De bisschoppen hebben vergeefs
getracht die eenheid te herstellen
men luitsterde niet naar hun tot vrede
manende stem. Thans heeft het epis
copaat een gemeenschappelijk schrijven
aan de geestelijkheid gericht, opdat
zij althans zooveel mogelijk kwaads
trachte te voorkomen.
In geen geval mogen de politieke
geschillen mef religieuse beginselen
worden verward, zoodat het bijv. niet
geoorloofd is, de christelijk-socialen
voor modernisten uit te maken.
JDe priester moet vooral ook maat
houden en liever eigen meening offe
ren dan de eenheid in gevaar brengen.
Hij mag niet den indruk wekken,
dat hij zich meer om menschelijke dan
eeuwige aangelegenheden bekommert.
Ook de tegenstanders moeten met
billijkheid worden bejegend en nooit
mag hij heftig handelen zoodat de
priesterlijke waardigheid zou worden
geschaad.
In vergaderingen mogen zij niet met
elkander debatteeren en nooit de vraag
behandelen, of andere katholieken goed
kerkelijk gezind zijndaarover beslist
alleen de bisschop.
Dit bovenstaand namen we uit het
Centrum over.
Het typische is ditdat het Cen
trum wel aandacht schenkt aan wat
in andere landen op dit gebied ge
schiedt, maar niets bemerkt (of liever
doelbewust doodzwijgt) van wat ge
schiedt binnen de eigen landsgrenzen.
Het is de politiek, die reeds Hilde-
brand in zijn tijd zoo juist schetste
als gevolg van een preek: dat kan
hij (zijn buurman) in zijn zak steken.
Wij teekenen er nog dit bij aan
Er staat„men luisterde niet naar hun
tot vrede manende stem." En we
krijgen, dat stukje in zijn geheel over
lezende voor indruk dat de bisschop
pen in hunne vermaning de conserva
tieven hadden beschermd tegen de
volksgezinden, dat „onder vrede" niet
was verstaan vrede door recht maar
vrede door het doofpotten van recht
matige verlangens.
We krijgen dezen indruk, opdat in
dezen geest, die van vrede door doof
potten, ook eens in ons gewest is ge
sproken in „Een bezadigd woord", dat
echter, toen een tegenvoorstel kwam,
bleek te zijn geweest geen bezadigd
maar een oneerlijk woord.
Het Vrije Woord voor
Abonnés.
o
Essen, den 4 Mei 1911.
Mijnheer de Redacteur.
U mocht s. v. p. eens zoo goed
zijn van dit eenvoudig doch zeer
toepasselijk stukje in ons veel ge-
ezen blad op te nemen. Bij voorbaat
mijn dank.
Ik wilde namelijk eens een paar
woorden bij elkander zamelen, en
wel ten eerste over een blaadje met
name Zelandia, niet dat ik bedoel
dat dat blaadje zoo slecht is. ver
van daar, zoo wijd ken ik het niet,
maar een ding dat mij niet aange
naam is, is dat zoo een blaadje ook
nog moet vooruit betaald worden.
Dat er in den dag van vandaag
vele slechte menschen zijn ondervin
den wij hier ook, maar zoo slecht
om zoo een kwartaaltje te poffen of
te vergeten dat geloof ik toch niet.
Ook heb ik al zoo dikwijls hooren
prediken over een herder met zijne
schaapjes die zijne lieve diertjes zoo
graag ziet dat hij ze zou dekken
met zijnen mantel om hen toch
maar onder het droge te brengen, en
dat die herder die ik bedoel zijue
schaapjes maar laat dolen hetzij op
eene droge weide of ook misschien
wel in de Yolkswilweide, waarin in
vele menschenoogen zooveel slecht
gras en onkruid groeit. "Waarom
zoo'n herder daar geen hond op toe
gestuurd En als de zon te hard
schijnt voor den hond, dan ben ik
van meening dat zoo een herder zelf
zijn mantel uit trekt voor zijne ver
doolde en onwetende schaapjes voor
ze toch onder ééne leiding van een
trouw en goed hei der onder dak te
leveren.
Ziedaar mijnheer de Redacteur
mijne meening heb ik uitgedrukt op
dit eenvoudig plaatsje, hopende dat
u de goedheid zult hebben van het
eens op een veilig plaatsje te bezor
gen laat ik mij ook in de Rubriek
eens dalen voor 25 cent het is wel
niet veel maar die geeft dat hij heeft
is waard dat hij leeft.
Mijnheer de Redacteur u nogmaals
dankende voor uwe plaatsruimte noem
ik my een
Katholiek Essener, Volkswil abonné.
o
Essen, den 7 Mei 1911.
Mijnheer de Redacteur
Gelieve u de goedheid te hebben
dit stukje te plaatsen, bij voorbaat mijn
dank.
Ik heb in een vorig nummer gelezen
over een heidenschen toestand in
Zeeuwsch-Vlaanderen Daarom moet ik
alle vaders van een gezin er opmerk
zaam maken om dezen heidenschen
toestand te vermeiden door mede te
werken in de toekomst.
Want wanneer men het eens goed
beschouwt, als een vrouw in haren
doodsangst geen hulp heeft en daar
door een offer van het kerkhof wordt.
De man verliest zijne vrouw en de
kinderen hunne moeder, hoewel zij
haar man lief heeft en haar kinderen
haar dierbaar zijn, toch tevergeefs,
wijl er geen voldoende hulp is wordt
zij ten slotte een prooi van het graf.
Als men het eens goed beschouwt is
zoo een toestand hartverscheurend.
Daarom, mannen, als gij uw vrouw
lief hebt en uwe kinderen u dierbaar
zijn, sluit u dan bij onzen weldoener
aan, bij de Volkswil, want het is nu
weder de naam van Dalsum die zoo
barmhartig is om onze vrouwen van
zoo een vreeselijken toestand af te
helpen. Als men er eens goed over
nadenkt, hoeveel vrouwen zullen er
niet wezen, die al ten offer gevallen
zijn Als zij eens allen hun hand eens
boven het graf konden reiken hoeveel
handen zouden wij dan niet zien
Het hart moet u breken als vader van
een gezin, die zoo een toestand heeft
onderstaan en tevens ook een ander,
die het nog moet ondergaan. Zoo
een heidensche toestand is niet alleen
ten nadeele van een gezin maar ook
ten nadeele van de gemeente en ook
ten nadeele van het rijk.
Daarom laat ons allen trachten om
zoo spoedig mogelijk een verbetering
in ons Zeeuwsch-Vlaanderen te bren
gen.
Hoogachtend,
FRANS BIESEBROEK
Taubenstrasse no. 5, Essen.
o
Sas van Gent 8—5—11.
Mijnheer de Redacteur
Opmeikelijk is het hier in Sas, als
er de een of andere vermakelijkheid is,
dat het leeuwendeel, wat hulp betreft,
altijd van denzelfden kant moet komen.
Niet alleen bij vermakelijkheden, ook
bij ziekte gevalled en dergelijke is dit
het geval, en al raakt het niet onmid-
delijk zijn eigen personeel, toch zal
hij trachten, om die menschen, die dit
noodig hebben, tegemoet te komen.
Die sympathie voor het mindere volk,
om deze eenigzins van het leven te
doen genieten, wordt dan ook door
het gros der ingezetenen, op hoogen
prijs gesteld en gewaardeerd, (als Sas-
senaar zal iedereen weten wie hier
bedoeld wordt.) Vele anderen daaren
tegen houden hunne handen zoo kramp
achtig op hun geldbeurs geklemd, dat,
met behulp van een dommekracht, nog
moeilijk zou wezen, deze te verwijderen,
niet willende beseffen, dat, ook zij,
hun weelde aan het mindere volk heb
ben te danken.
Laat U, gegoede burgers, indien er
nog eens eene feestelijke gelegenheid
op til is, niet afschrikken, door er
een kleine opoffering aan te besteden,
om het vermaak zoo gezellig, mogelijk
te doen zijn.
Dankend voor de plaatsruimte.
Een vriend des Volks.
o
Sas van Gent 8511.
Geachte Lezers van de Volkswil, U
zal 't zeker wel met schrijver dezes eens
zijn, dat het blad wel klein is, maar
zeer leerzaam, men leert een klein
beetje op de hoogte komen, met het
geen in onze omgeving gebeurt. Vele
personen zouden immers liever heb
ben dat de Volkswil het voetspoor
volgde van die andere bladen uit de
buurt, om alles dood te zwijgen wat
het daglicht niet mag zien enz. Ge
lukkig voor ons, dat er nog één man
is, die trots de aanvallen van de tegen
partij, nog niet genegen is het bijltje
er bij neer te leggen. Daarom nering
doenden, adverteert en gij herbergiers
abonneert u in en op de Volkswil.
Gij in de eerste plaats herbergiers,
want aan wien verkoopt gij uwe dran
ken Immers aan het volk. En welke
couranten denkt gij dat het volk
wenscht Enkel die voor hunne be
langen opkomen, dus de Volkswil.
In de hoop dat we wat zieltjes zullen
winnen, teeken ik mij
Een vriend des volks.
O
KOEWACHT. Tot onderwijzer te
Clinge is met ingang van 15 Mei be
noemd de heer G. A. Boddaert van
Koewacht.
BOSCHKAPELLE. Geknipt. Woens
dagmorgen kuierde de landbouwer J.
Heijens met zijn hondje over zijn lan
derijen en kwam zoo ook bij een kavel
bloeiend raapzaad. Plotseling hield de
hond stand onder voortdurend geblaf.
De baas kon hem niet tot bedaren
brengen of hem bewegen de plek te
verlaten. Dit deed Heijens vermoeden
dat er iets ongewoons in het hooge
gewas verborgen moest wezen. En
ja, bij nader onderzoek zag hij een
man het hazenpad kiezen. Op zijn
hulpgeroep kwamen de arbeiders toe-
loopen. Door eenige werd de vluchte
ling achtervolgd, doch vruchteloos
door andere werd het zaad afgezet
en nagespeurd of er zich nog iemand
in bevond. En werkelijk men vond
een tweede kerel, die, zich overmand
ziende, zich gevangen gaf. Bij verder
zoeken ontdekte men 16 gedoode
kippen, waarvan er reeds 3 gepluimd
waren, benevens 4 gordijnen, een mand
en een katrol. Onmiddelijk werd de
politie gewaarschuwd, die den ge
vangene geboeid in arrest stelde en
telefonisch aanhouding van den vluchte
ling verzocht. Beide dieven waren
per fiets en afkomstig van St. Jansteen.
Vr ij gesproken.
Het Gerechtshof te Amsterdam heeft
11 Mei vernietigd het vonnis der Recht
bank te Alkmaar, waarbij A. G. A.
Verstegen, redacteur van het Heldersche
matrozenblad „Het Anker" werd vrijge
sproken van het hem ten laste ge
legde smaadschrift tegen den officier
van gezondheid le klasse W. A. Stark.
De advocaat-generaal eischte 14 dagen
gevangenisstraf. Opnieuw rechtdoende,
sprak het Hof beklaagde vrij. Als ver
dediger was in beide instanties opge
treden mr. M. Mendels.
De Volkswil teekent hierbij aan
Hoe deze zaak precies in elkaar zit
weten we niet meer hoewel we het
indertijd hebben gelezen, maar wat we
er van herinneren is dat ze vrij wat
„erger" is dan onze zaak burgemeester
van Waesberghe, waarin wij gestraft
werden omdat dit heer zoo goed een
ambtsrapport kan opmaken.
Maar achter het Anker staat de so
cialistische partij, en achter van Dal
sum staan alleen maar de belangen
van het wingewest Zeeuwsch-Vlaande
ren en het rechtsgevoel der eerlijke
menschen, en beide laatsten behoeft
men immers niet te vreezen
Geen eerewijn. Bij de plechtige
opening van het nieuwe politiebureau
te Enschedé, zeide de burgemeester,
de heer Edo Bergsma, aan het slot
zijner toespraak
„Bij de plechtigheid als deze, gaat
meestal de eerewijn rond.
Deze traditie wordt niet gevolgd
al ware het alleen, omdat het voor
beeld van de uiterste matigheid op
deze plaats plicht is, want dit kan
niemand te veel in gedachten hou
den, dat het voorbeeld een ontzag
lijke macht is in de wereld ten goede
of ten kwade".
o—
Ontslagen. De Commissaris der
Koningin in Zuid-Holland heeft M.
d. L. ontslagen als veldwachter
van Stellendam en als buitengewoon
veldwachter van Goedereede en Melis
sant, wegens het aannemen van een
gift bij gelegenheid der stranding van
het stoomschip Dusseldorf.
(N. R.Ct.)
De Volkswil teekent hierbij aan
Indien dit ontslag wegens het aan
nemen van een gift, dus fooitje, waar
er recht is, dan vragen we waarom
wordt een Commissaris der Koningin
dan niet ontslagen als hij een lintje aan
neemt, want wat is een lintje anders
dan een fooitje
—o
ZAANDAM, 8 Mei. De raadsleden,
de heeren J. A. Buys en G. van Heij-
ningen, beiden lib., die met de heeren
dr. E. van de Stadt Kz., vrij.-dem.,
J. van Delft anti-rev., C. Th. Kamphuijs,
R.-Kath. en K. Baas Gz., ant.-rev., dit
jaar periodiek moeten afrteden, hebben
op de vragen der ldesvereenigingen
geantwoord, dat zij een nieuwe candi-
datuur niet zullen aanvaarden.
De heer Van Heijningen is wet
houder. Tijd.
o—
Armoede. Een Noorsche journalist,
verbonden aan het dagblad Social De-
mokraten te Christiania, was voor
langen tijd buitenlands en heeft uit
den vreemde geregeld brieven naar
zijn blad geschreven.
Uit een dier brieven nemen wij het
volgende over.
Ik was eenige dagen in Schotland.
Het was tijdens den korenoogst en
nooit zag ik hei graan zóó rijk en vol
staan als daar.
De gouden halmen golfden over
heuvels en vlakten overal. Men
zag niets dan graan, van af de kust
tot de bergen in het Noorden. En
ik dachthier behoeft waarlijk niemand
honger te lijden, want de zee g
visch, het land koren, beiden in grooten
overvloed
Maar de arbeiders te Edinburg ver
telden mij, dat er armoede en honger
heerschte en dat de arbeiders groote
ellende leden Deze verdienden zestig
centen per dag zij zaaiden en oogst
ten het koren en voor de rijk gevulde
schuren legden zij zich hongerend ter
ruste
Maar wat wordt er dan met al dat
graan gedaan?" vroeg ik. „Hier is
toch voedsel genoeg!"
„Van dat graan maken wij whisky
was het antwoord
Den volgenden dag ging ik met den
zelfden man een herberg binnen. Daar
zat in een hoek een vrouw met haar1
kind. Hij wees op haar en zei
„Zie, daar heeft u nu een beeld
van het leven in Schotland. Die moeder
laat haar kind bier en brandewijn
drinken, terwijl elke trek in dat bleeke
gezichtje verraadt, dat het arme schaap
brood noodig heeft 1"
o
Een goede daad beloond. Dezer
dagen moest in den schouwburg van
Mains eene vertooning plaats hebben
van „Rijngoud." Op 't laatste oogen-
blik viel de kunstenaar, die Wotan
moest spelen ziek en het bestuur had
reeds besloten het geld terug te geven,
toen M. Carl Braun, een artist van den
Hofschouwburg van Wiesbaden, zich
aanbood, om zijn zieken collega te
vervangen. Hij was zelf naar Mainz
gekomen om de vertooning bij te wo
nen. M. Braun vervulde uitstekend
zijne taak en oogstte den grootsten
bijval. Het bestuur wilde hem een
cachet betalen, maar M. Braun weigerde
iets te ontvangen voor den dienst aan
een vriend bewezen. Dat werd natuur
lijk door de bladen gesignaleerd en
aldus vernam ook de intendance van
den schouwburg van Wiesbaden het
feit. Zij ook wilde op bijzondere
manier de tusschenkomst van M-
Braun erkennen en legde hem eene
boete op van tien mark, omdat hij
zonder toelating op een vreemd too-
neel had gezongen.