Van alles wat. Rechtszaken. Burgerlijke stand" zijn bewondering uit voor de buiten gewone feitenkennis ook omtrent de kleinste plaatsen in ons land, door den heer Ramaer getoond, vooral ook voor de onbevangenheid, waarmee hij zijn cijfers en gegevens heeft ver zameld. Tijd. O— Trekhonden wet Bij K. B. van 6 Fe- br. („St.bl." no. 44) is bepaald, dat de „Trekhondenwet" zal in werkingtreden op 1 Sept. Voorts is bij K. B. van dienzelfden datum („St.bl." no. 45) o.m. het volgen de bepaald: Het is verboden als trekhonden te gebruiken kreupel, schurftige, gewonde, zichtbaar drachtige of zoogende honden met eene geringere schouderhoogte dan zestig centimeter. Tot het tuig moeten behooren een borstriem van minstens vier c.M. breed te van zacht leder, reikende tot achter de voorpooten en met strengen ver bonden aan een spoorstok, onder de kar vastgemaakt tusschen de twee uit einden van de boomen, een draagriem van minstens zes c.M. breedte en een buikriem van minstens vierc.M. breedte. De kar moet voorzien zijn van steun- sels, die voorkomen, dat zij den hond drukt, wanneer hij in rust is en van een drinkbak. Op de kar moeten de naam van den houder en van de gemeente, waarin hij woonplaats heeft, alsmede het nummer van de kar goed leesbaar voorkomen. Tot geleider van de kar mag niet optreden een persoon die den leeftijd van 14 jaren nog niet heeft bereikt. Indien de kar met meer dan één hond is bespannen, moeten de honden naast elkander worden gespannen. Voor de kar mogen niet meer dan drie, onder de kar niet meer dan twee honden worden gespannen. Onder de kar mogen geen honden worden ge spannen, die, te rekenen naar de schou derhoogte, niet rechtop onder de kar kunnen staan. Het is verboden, dat meer dan 2 personen op de kar plaats nemen. De lading, met inbegrip van den per soon, of de personen, op de kar ge zeten, moet zich in evenwicht bevin den en haar gewicht mag niet zoo groot zijn, dat het trekken bovenma tige inspanning vereischt. De snelheid mag niet grooter zijn, dan die van een paard in draf. („St.-Ct.") o— Politieke tinnegietersDe plannen tot versterking van Vlissingen heb ben weliswaar de gemoederen van talloos velen, die met het geheele geval niet het minste te maken hebben, tot kookhitte verwarmd, maar die overmatige warmte vond tot dusver voldoenden uitweg in couranten en tijdschriften. Thans echter- heeft Vlissingen bloed doen vloeien en dat bloed vloeide te Sydney. Wel gewichtig ia onze verdfedigings-quaestie, dat ze aan het andere einde van de wereld aanlei- ten staat, hetwelk uw leermeester, den negentigjarigen Eleazar trof? Gij mannen van Modin, laat u door dezen verblinde niet misleidenIk wil uw antwoord weten 1" „Wij dienen Jehova, evenals onze vaderenriepen de zonen des prie sters, en het grootste gedeelte van het volk stemde in met dezen kreet. „Nu, verwacht dan het vonnis voor uw halsstarrigheid. Hier, ter rechter zijde van het altaar, staat de schrijver, leder, die vrijwillig offert, noeme hem zijnen naam, opdat hij verschoond blijve, wanneer ik Modin van den aardbodem verdelg." „Vreest niet voor de wassen tafel van een Syrischen schrijfslaaf," riep Mathathias, „maar denkt aan de stee- nen tafelen, waarin de Heer heeft ge grift: „Ik ben Jehova, uw God, die u gevoerd heeft uit het land van Egypte, uit het huis der dienstbaarheid. Gij zult geen andere goden naast mij heb ben Gij zult die niet aanbidden en hen niet dienen „Wie offert aan Jupiter Olympius en redt daardoor zijn leven en bezitting?" riep Apelles voor de laatste maal. „Niemand, zooals gij zietriep Mathathias zegevierend. „Dat liegt ge, jood antwoordde hoonend de Syriër. „Hier komt reeds de eerste. Vele andere anderen zul len hem volgen." Werkelijk naderde een Hebreër en noemde den schrijver zijn naam. „Eliud Wilt gij offeren en aan ding geeft tot een verwoed gevecbst, en een paar vredelievende kooplie den er toe brengt pogingen te doen elkaar om het leven te brengen. Het geval was zoo. Te Sydney ontmoetten een Engelsch en Duitsch koopman elkaar het gesprek kwam ongelukkegerwijze op de politiek en ten slotte op de quaestie van de versterking van Vlissingen. En de beide politieke tinnegieters maakten zich zoo warm, dat woorden weldra gevolgd werden door vuistslagen. De tegenstanders werden gescheiden, maar den volgenden dag had een duel op den sabel plaats, waarbij beide dueilanten ernstig werden ge wond, en toen volgde de verzoening. o— Radium in overvloed. Men deelt mede, dat professor Douglas Maw- son, dié deel uitmaakte van de Zuidpool-expeditie van Schackleton, in Australië (in Adelaïde) radio active mineraallagen heeft ontdekt. De scheikundige Gautier, onder voorzitter der Akademie van We tenschappen, zegt dienaangaande; „Het is de zaak weten, welke de rijkdom aan radium dier mine ralen is. Men viudt niet alleen in Australië en in Oostenrijk radio active pechblenden de bergen, die Portugal van Spanje scheiden, ver bergen onmetelijke lagen, zonder nog te spreken van wat de dag van morgen brengt. Het is eveneens meer dan waarschijnlijk, d;.t op meer of minder groote diepte radio actieve lichamen in aanzienlijke hoe veelheden voorradig zijn, zoowel als er uitgestrekte goud- en platinar aders bestaan" („Y. en A.u) o Dr. Cuypers over Rusland. In een te Amsterdam door de afdeeling Amster dam van den katholieken kunstkring „De Violier" gehouden vergadering sprak het eerelid, dr. Cuypers, over zijn reis naar Rusland. Hij maakte die reis op uitnoodiging van den president- organisateur van het architecten-con gres met tentoonstelling, die te Peters burg gehouden werd. Drie weken ver bleef dr. Cuypers in Rusland en de in druk, dien hij van dit land kreeg, was een buitengewoon gunstige. De samen leving in Petersburg prees hij om haar orde en regelde Russen schetste hij als een mooi volk, als menschen van buitengewone elegantie, smaak en ede le, -goed ontwikkelde gevoelens, als vriendelijke, aanhankelijke lieden. Ook gaf hij een beeld van de vele mooie groote gebouwen, waarvan er echter jammer genoeg vele gewit en gegeeld zijn van de vele kerken en kunst schatten, waarvan zeer merkwaardig de kroningsinsignes, die voor eiken Czaar gemaakt worden. Hij memoreer de hoe kunst en godsdienst in Rus-, land één zijn en hoe ook het archi tectencongres met godsdienstige plech tigeheden gepaard ging, enz. Jehova ontrouw worden vroeg Ma thathias hijgend van opgewondenheid. „Ik moet wel, om mij en mijne kin deren te redden „Eliud 1" kreet Mathathias buiten zich zeiven en tastte onder zijn gewaad naar het zwaard. „Kijk goed toe misschien doet uw God wel een wonderspotte Apelles. „Eliud, hier is de wierook." Aarzelend greep de geloofsverzaker naar de schaal, om het offer te bren gen. Toen wierp Mahtathias zich met een heeschen kreet tusschen hem en het altaar, rukte het zwaard uit de scheede en plofte het den afvallige midden in diens hart. „Voor Jehova en de wetschreeuw de jMathathias en kloofde Apelles, die op hem toespringen wiide, met een vreeselijken houw den schedel. „Voor Jehova en de wetriepen nu ook zijne zonen en aanhangers, brachten de verborgen gehouden zwaardeu te voorschijn en wierpen zich op de Syrische krijgsknechten, die na kort verweer op de vlucht gedreven werden. En Mathathias haalde het altaar omver en riep met luider stemme „Ieder, die ijvert voor de wet en vast houdt aan het verbond, volge mij „Voor Jehova en de wetl" juichten zegedronken de Hebreërs en stortten zich opnieuw op de Syriërs, die door toegesnelde wachten versterkt, nog eenmaal een wanhopige poging deden, om stand te houden. Zij werden op Vervolgens stond hij ook stil in Moskou. Dr. Cuypers vond bij het talrijke publiek een aandachtig en dankbaar gehoor. H. o Verdelging van mieren. Niet zel den worden winkels, vooral bakkerij en, geteisterd door een lastige plaag mieren. Zeer moeilijk is het, zich spoedig en zonder veel moeite en kosten van deze diertjes te ontdoen. Nu leest men in het Weekblad v. d. handeldr. en industr. „Middenstand" in het Fransche vakblad „La Boulange- rie Frangaise" een belangwekkende beschouwing over dit onderwerp en tevens een middel om deze plaag af doende te bestrijden. Daartoe heeft men, volgens genoemd blad, alleen maar in kasten en op allerlei andere plaatsen stukjes beschimmelde citroenen neer te leggen, niet versche, maar be paald beschimmelde. Deze verspreiden een geur, die aan zwavelether doet denken, na een paar dagen zijn alle mieren spoorloos verdwenen. De ci troen moet niet in verschen staat aan stukken gesneden en dan neergelegd worden. In dat geval zijn de stukken spoedig uitgedroogd. Het beste is, een paar citroenen te nemen en die eenige dagen op een vochtige plaats te leggen, in een kelder bijvoorbeeld, totdat zij bedekt zijn met een groen laagje schimmel. Dan eerst zijn zij goed om in stukken gesneden en hier en daar neergelegd te worden, want dan verspreiden zij den geur, die de mieren verjaagt. Het middel is zeer eenvoudig en wordt door den ontdekker, een Fransch geleerde, De Parville, het eenige ge noemd dat tot dusvef afdoende bleek te baten. Arr.Reclitbank te Middelburg Bovengenoemde rechtbank deed op 17 Februari de navolgende uitspraken Veroordeeld werden voor WederspannigheidW. D22 j., landbouwer te Axel, tot 14 d. gev. strafde eisch was 1 maand Huisvredebreuk: L. B. de P., 20 j., arbeider te Hoofdplaat, en I. C., 24 j., dienstknecht te Schoondijke, ieder tot f 10 b. s. 10 d. h., terwijl voor ieder gevorderd was f 20 b. s. 20 d. h. Mishandeling ambtenaar: J. M., 19 j., arbeider te Oudelande, tot 1 m. gev. straf, terwijl 6 m. de eisch was Mishandeling J. G., 22 j., winkel bediende te Middelburg, tot f3 b. s. 3 d. h., inplaats van f25 b. s. 25 d. h., zooals de eisch was; J. v. B., 19 j., Vlissingen en J. S., 39 j., arbeider Middelburg, beiden tot 1 w. gev. straf, (eisch voor beiden 3 m. gev. straf) Beleediging ambtenaarM. A. J., 51 j., werkvrouw Middelburg, conform den eisch tot f 10 b. s. 10 d. h. Poging tot diefstalC. M. G., 27 j., bakkersknecht te Middelburg, tot 14 d. gev. straf, terwql 4 maanden de eisch was, en Overtreding politieverordening te Vlissingen: W. G., 44 j., winkelier te Vlissingen, conform de vordering tot eenigerfna, die ontkwamen, tegeneen rotswand gedrongen, en tot op den laatsten man neergesabeld. De eerste, beslissende slag was ge vallen de vonk gloeide, die tot een feilen brand zou uitslaan. „Volgt mijriep Mathathias en wees op een pad tusschen de rotsen, dat hoogerop naar de bijna ontoegan kelijke bergkloven voerde. Voorloo- pig moeten wij vluchten, maar onze arm zal niet rusten en ons hart niet be vredigd zijn, totdat wij alle Syriërs uit het gebergte hebben verdreven." Moedig beklom de kleine schaar, die ternauwernood uit tweehonderd strijdbare mannen bestond, de steile bergglooiing. „Voor Jehova en de wet!" riepen zij jubelend naar bene den, en boven hun hoofd vloog in breede kringen een adelaar, als om hun de overwinning aan te kondigen. Tegen den avond zond Mathathias vijftig zijner manschappen naar het bovenste gedeelte van 't gebergte, om de vrouwen en kinderen der vluchte lingen te beschermendaarna zette hij wachten uit en maakte aanstalten, om met zijn getrouwen voor de eerste maal onder den blooten hemel te overnachten. „Nu zijn wij voortvluchtig in het gebergte, evenals Judas," zeide Johan nes en zuchtte, terwijl hij aan zijn broeder dacht. „Zou hij te weten komen, wat wij hebben gedaan, vader vroeg Simon. „Zou de voortvluchtige nu terug- f 1 b. s. 1 d. h. Nog zijn veroordeeld wegens dief stalJ. A., 14 j., P. A. 12 j., en P. J. R., 13 j., allen zonder beroep te Vlissingen, conform den eisch ieder tot 1 m. tuchtschool. Vrijgesproken wgrd W. A. F., 23 j., landbouwersknecht te Wissekerke, voor wien ter zake van mishandeling 4 m. gev. straf werd gevorderd. O Clinge. Huwelijks-voltrëkkingen. 8 Febr. Francois de Schrijver, oud 33 j., jm. en Marie Florine Vonk, oud 23 j'. jd- Geboorten. 1 Febr. Charles, z. van Francies van Overmeire en van Phi- lomena Pauwels. 5 Febr. Irma Fran- cisca Camilla, d. van Arthur Mesot en van Maria Ludovica Vergauwen. 7 Febr. Albert, z. van Petrus Franciscus van Broeck en van Maria Francisca Deckers. Overlijden. 4 Febr. René Ludovicus Meersschaert, oud 14 j., z. van Serafien en van Amelia Prudentia Pauwels. 6 Febr. Johanna Catharina van Goethem, oud 83 j., wed. van Gabinus van Eet- velde. Koewacht Huwelijks-aangiften. 1 Febr. Petrus de Block, oud 27 j., jm. en Josephina Leonia Hamerlinck, oud 25 j., jd. Wilhelmus Maria Donker, oud 32 j., jm. en Maria Josephina Her man, oud 33 j jd. 11 Febr. Judocus van Hecke, oud 73 j., jm. en Maria Clemencia Baert, oud 37 j., wed. Geboorten. 2 Febr. Noscarina Maria Catharina, d. van Petrus Franciscus Geilleit en van Ludovica Maria van de Velde. 7 Febr. Alphonse Emile Marie, z. van Emile Augustus Noens en van Eugenia Maria Picavet. 12 Febr. Henriette Cyrille Marie Joseph, d. van Ernestus Josephus Maria Dierick en van Antonia Dominica Maria Konings. 13 Febr. Honoreus, z. van Leontina Maria Herwegh. Philemon, z. van Theophilus Martens en van Anastasia Rietjens. Houtenisse. Huwelijks-aangiften. 3 Febr. Edmundus Petrus van Graef- schepe, ou.d 27 j., jm. en Maria Ver- durmen, ou'd 22 j., jd. Petrus Johannes van Heese, oud 23 j., jm. en Louisa Maria Ivens, oud 20 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 4 Febr. Petrus Francies de Roos, oud 30 j., jm. en Maria' Louisa Hiel, oud 24 j., jd. 11 Febr. Augustus de Bakker, oud 42 j., wedn. en Pieternella Maas, oud 35 j., jd. Geboorten. 2 Febr. Thcodorus Fran ciscus, z. van Jan Francies Kints en van Maria Louisa Neve. Cesarine Mathilde, d. van Theophilus Herrewegh en van Apolonia Louisa Heije. 6 Febr. Alphonsus Honoré, z. van Constantinus de Koning en van Anna Maria Heme- laar. 8 Febr. Josephus, z. van Judocus Laffeber en van Apolonia van Laar. 13 Febr. Alphonsus, z. van Jan Fran cies de Bruijn en van Leonie van Om- bergen. 14 Febr. Maria Apolonia Se- raphina, d. van Willem van Waterschoot en van Anna Maria Bun. Overlijden. 5 Febr. Pieter Francies de Bruijn, oud 72 j., wedn. van Elisa beth Heijdens. komen „De voortvluchtige?" riep Matha thias en hij sprong op. „Hij komt, hij moet komen, de voortvluchtige Gij roept daar in mijn geheugen een plaats uit Ezechiël wakker, en ik ge loof, dat het op mij toepasselijk is, hetgeen de profeet zegt„En op dien dag zal een vluchteling tot u komen, om uwen ooren de tijding mede te deelen. Op dien dag zal uw mond geopend worden door den voortvluch tige. En gij zult spreken en niet meer zwijgen. Gij zult hun een wonder- teeken zijn en zij zullen erkennen, dat ik Jehova ben De nacht brak aan en wederom straalde in het dal de vuurschijn van verbranden dorpen en gehuchten. Tegen den morgen werd Mathathias haastig gewekt door een wachter met den kreet„Wij zijn verloren „Waar zijn de vijanden vroegen de uit hun slaap opgeschrikte mannen en grepen naar het zwaard, bereid, om te strijden op leven en dood. „Het gevaar dreigt niet ons, maar de vrouwen riep hijgend de wachter buiten adem. Ik zag wel duizend man de hoogte opklimmen, waar de vrouwen en kinderen overnachten." „Voorwaarts!" riep Mathathias. „Kunneu wij de onzen ook al niet redden, dan zullen wij toch met hen sterven „Heer, duizend tegen twee honderd „Zwijg! Jehova is met ons. Elea zar, gij sluipt naar hen toe en bè- Axel. Huwelijks-voltrekkingen. 9 Febr. Krijn Hamelink, oud 27 j., jm. en Elisabeth Jozina Hamelink, oud 20 j.f jd. Geboorten. 1 Febr. Hermanus, z. van Maarten de Keizer en van Dina Maria Willemsen. 4 Febr. Cornelis Pieter, z. van Johannes Verlinde en van Maria Janna Gast. 6 Febr. Gilles, z. van Adriaan Zegers en van Elisabeth Neeltje van Bendegëm. Elisabeth, d. van Jacobus Koster en van Elisabeth Jansen van Rozendaal. 13 Febr. Rosalia Josephina Marie, d. van Johannes Pe trus van Male en van Fidelia de Ruijter. 15 FebrJ Geertruida, d. van Johannes van Bendegem en van Geer truida Wolfert. Overlijden. 2 Febr. Elisabeth Stof fels, oud 84 j., wed. van Matthijs Dijk- wel. 3 Febr. Johanna Rouw, oud 83 j., wed. van Adriaan de Feijter. 12 Febr. Jacoba Cornelis, oud 89 j., wed. van Pieter van Doorn. 15 Febr. Maria Jan na Gast, oud 34 j., echtg. van Pieter Johannes Verlinde. René Aloijsius Jo sephus Bracke, oud 5 m., z. van Al- phonsius en van Leonia Maria Onge- nae. Pieter Mangold, oud 72 j., echtg. van Frangoise Maria Wisse. St. Jausteen. Huwelijks-aangiften. 1 Febr. Carolus Ludovicus Wage- naer, oud 23 j., jm. en Stephanie Maria Slabbaert, oud 22 j., jd. Geboorten. 1 Febr. Joanna Francisca, d. van Alphonsius van Goethem en van Joanna Meerschaert. Leonie Marie, d. van Augustus Mortier en van Maria Eugenia d'Hooghe. 5 Febr. Petrus Franciscus, z. van Joh. Franciscus de Letter en van Mathilda Maria van Goethem. 7 Febr. Albertus Josephus Eduardus, z. van Janus Pieters en van Valentia Leonia Maria de Winter. Hono ré Alouisius, z. van Augustus Beaurain en van Isabella Crombeen. 8 Febr. Irma Maria, d. van Honoré van Regen mortel en van Romania Isabella de Jonghe. 9 Febr. Helena Carolina, d. van Augustinus Augustus Rombaut en van Emelm Gijsel. Bertha Seraphina, d. van Franciscus van Waes en van Maria Eugenia de Block. 11 Febr. MariaLouisa, d. van Franciscus Franke- vijle en van Johanna de Block. 14 Febr. Johanna Evelina en Johannes, d. en z. van Ludovicus Cammaert en van Emma Maria van Himste. 15 Febr. Eugenia Catharina, d. van Jozefus Eduardus Martens en van Maria Lu dovica Schelfhout. Overslag. Geboorten. 15 Febr. Ra- chelle Valentina, d. van Edmondus Willems en van Maria Catharina Wijtinck. Westdorpe. Geboorten. 11 Febr. Maurice Stephaan Johannes, z. van Petrus Augustinus Kindt en van Hono- rine Vervaet. Overlijden. 1 Febr. Stephanie van Keulenbroeck, oud 68 j., echtg. van Augustus Franciscus de Rijcke. Zuiddorpe. Geboorten. 3 Febr. Maria Magdalena Bernadetta, d. van Alphonsius Theodorus Boddaert en van Eulalia Maria van Haelst. 6 Febr. Leonia Coralia, d. van Petrus Francis cus Slock en van Rosalia de Smet. Overlijden. 13 Februari. Josepha Francisca Geers, oud 79 j., wed. van Augstinus de Meij. spiedt, wat zij doen. Vinden zij het hol en tastten zij de onzen aan, dan brengt gij mij tijding, daar bij die rots. Wij kruipen achter het kreupel hout oin en vallen hen dan van daar uit in den rug. De vijand zal ons niet te vroeg bespeurenwant de morgennevel beschut ons, als een wolk. Voorwaarts Zijn zoon Eleazar sloop ijlngs heen. Met het zwaard krampachtig in de vuist, kropen de moedige mannen met ware doodsverachting achter den prie ster door het dichte kreupelhout den vijand te gemoet. Nog hadden zij de rots niet beieikt of een windvlaag scheurde de nevelstrook, die over den bergpas hing, vaneen, en met kloppend hart fluisterde Jonathan, die ternauwer nood den knapenleeftijd was ontwas sen, zijn vader in 't oor: „Ik zie zwaarden flikkeren. Zij zijn ontelbaar. Wee onsZij hebben de spelonk ontdekt 1" „Uw oog ziet scherper dan het mijne. Wat doen de vijftig man, dien ik heb opgedragen de vrouwen te bewaken „Ik weet het niet. Vriend en vijand wemelen dooreen.... Vloek over hen 1 De onzen schijnen zich zonder slag of stoot over te geven „Hoort ge geen zwaardslagen Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1911 | | pagina 6