De Volkswil BIJVOEGSEL van van 4 Februari 1911. Landverhuizing. VEREENIGDE STATEA VA\ AMERIKA. 55 FUILELETON. Van alles wat. Emigratie van Nederlanders naar de Vereenigde Staten. ln „Han delsberichten" No. 188, pag. 537, werd het een en ander medege deeld nopens de gelegenheden, die zich voor Nederlandsche kolonisten in den staat New-York voordoen, om boerderijen en land te koopen. In aansluiting daaraan wordt thans de hoofdinhoud weergegeven van eeni- ge verdere consulaire mededeelingen betreffende de vooruitzichten voor Ne derlandsche immigranten in verschil lende consulaire ressorten. Pennsylvania is, op land bouwgebied een der meest productieve staten der Unie, maar de prijzen van den bodem zijn zeer hoog, aangezien schier al het land reeds bezet is en uitgestrekte terreinen zelfs niet meer te koop worden aangeboden. Werkelijk bekwame handwerkslieden ontvangen in dien staat goede loonen. Timmerlieden, metselaars, schilders, enz. kunnen er vrij gemakkelijk werk vinden. V i r g i n i In sommige deelen van Virginië kan iemand, die van den landbouw goed op de hoogte is, en over een klein kapitaal beschikt, met goede kansen op succes arbeiden. Vooral de omstreken van Norfolk en van Richmond zijn daarvoor geschikt. Een klein terrein om groenten te telen voor de markt in genoemde steden kan winsten afwerpen. De vraag naar aardbeien, frambozen, aalbessen en kruisbessen is sterk, evenals die naar vijgen en perziken. Voor den groen- tenteelt is de bodem bijzonder ge schikt. Ten aanzien van den aard der geteelde gewassen en den tijd, waarop zij geoogst worden, kan het volgende worden opgemerkt. Eerst oogst men spinazie en kool in Februari en Maart daarop kropsla, aardappelen, meloenen en asperges; eindelijk maïs (die in de Vereenigde Staten als eene groen tesoort wordt beschouwd), boonen, pompoenen, cantaloupes (meloenen) en tomaten; in het najaar boonen, erwten, maïs, enz. Op verderen afstand van de groote steden wordt meer koren verbouwd. Op eene kleine „farm" kan de ko lonist eenige varkens en koeien hou den hij heeft dus in een klein bestek al het noodige voor het onderhoud van zijn gezin en kan tevens nog producten op de markt brengen. Het doet goed niet meer land te nemen dan hij kan betalen, want lee ningen op hypotheek kunnnen voor Geschiedkundige roman uil den tijd der Machabefn. TWEEDE BOEK. (o)—o—(o)— WRAAK EN STRIJD. VI. De tempel stond verlaten. Jerusalem was een „stad der vreemdelingen" gewordenwant hare zonen en doch- teren dwaalden doelloos door de na- burge landen om. Antiochus zag in, dat hij zijn bron van inkomsten verwoest en dat hij van de Hebreeërs aan schatten niets meer te verwachten had. Niet slechts de heilige stad, maar het land was schier geheel ontvolktwant vele rijke joden waren naar Egypte gevlucht, waar zij, onder bescherming der Romeinen, zich voor de hebzucht der Syriërs veilig wisten. In Alexandrie bezochten zij de be roemde synagoge en wachtten daar op de voltooning van den tempel, die de voortvluchtige zoon van den vermoor den hoogepriester Onias in het Egyp tische Nomos van Beliopols bouwde. Doch de aan de wet getrouwe joden in Judea erkenden de offerplaatsen in den kolonist in een vreemd land licht noodlottig worden is de betaling voor het land gestort, dan kan dit in alle gevallen in zijn levensonderhoud voor zien, al mogen de winsten in den beginne gering zijn. De eigendomsbewijzen op hypotheek rechten op het land zijn door de „County Courts" geregistreerd. De grond wordt getaxeerd per acre naar de marktwaarde, (de rechten ten bate van den staat Virginjë bedragen 35 cents per 100 p. st. en de rechten voor de „County" ongeveer hetzelfde). Het jachtrecht wordt daar slechts gedurende eenige wintermaanden uit geoefend, en wel overal waar het land niet „posted" is, d.w.z. door den eigenaar voor zich gereserveerd is. De visscherij in rivieren en baaien is vrij. Het is wenschelijk, dat de kolonist het terrein eerst alleen komt onder zoeken om zich op de hoogte te stel len van de locale toestanden. In de hoofdplaats Richmond heeft het Staats bestuur een landbouwbureau opgericht, dat inlichtingen verstrekt nopens den aankoop van land. Hoofd van het Bureau is thans Mr. C. W. Koiner, Commissioner of Agriculture. Voorts zijn daar verscheidene staats-proefsta- tions, waarvan de proefnemingen voor den kolonist van belang kunnen zijn. Virginië is volgens genoemden Direc teur in het bijzonder geschikt voor klein grondbezit. Talrijke Noordsche en Deensche kolonisten, die zich daar sedert kort vestigden, zijn uiterst wel varend. Zeer geschikten bodem voor den landbouw en voor de fruitteelt bieden de staten Louisiana en Florida. De cultuur van vruchten, groenten, maïs, suikerriet, katoen en rijst levert, wanneer zij wetenschappelijk wordt gedreven, aanzienlijke winsten op. Het land is goedkoop en de voortbreng selen vinden gereeden afzet. Een na deel is het warme klimaat; de immigrant moet rekenen op ongeveer 8 zeer warme maanden in het jaar. Noodig is eenige bekendheid met het Engelsch of desnoods met het Fransch. Texas. De gelegenheid tot ves tiging in Texas voor Nederlanders kan niet gunstig worden genoemd. Welis waar worden over den geheelen staat uitgestrekte woeste gronden aange troffen, die op kolonisatie wachten, doch zijn niet gemakkelijk te ontgin nen. De meeste landmaatschappijen en agenturen, welke zich met den verkoop van land bezig houden, ad- verteeren op ruime schaal, wijzen op alles, wat zij kunnen voortbrengen en Egypte niet, en hunne broederen, die het vaderland hadden verlaten, vonden in den vreemde niet terug, wat zij op hun geboortegrond hadder. verloren. Wel straalden de met gepolijst hard steen bekleede pyramiden van Gizeh, glinsterend naar de tempels van Menp- his van Heliopolis, wel keerde de welvaart van Egypte, dank zijne groote vruchtbaarheid, spoedig terug; maar de geleerden van Alexandrië waren niet in staat het verval te stuiten, dat dat met de Grieksche beschaving en gewoonten onder de Ptolomeërs zijn intrek had gehouden. Het eens zoo bloeiende geestesleven der Egypte- naren ontaardde in toovenarij en bij geloof. Antischus smeedde nieuwe plannen, om het Joodsche land niet alleen uit- maar ook inwendig zóó aan zich te onderwerpen, dat het een provincie van Syrië werd, welke elke gedachte aan verzet zou laten varen. Het was hem niet onbekend, dat reeds Alexan der de Groote met goed gevolg had beproefd, alle aan zijn schepter onder worpen volkstammen door Grieksche ontwikkeling en beschaving tot één volk te versmelten. Maar terwijl de groote Macedoniër vol beleid zich niet waagde aan het godsdienstleven der volkeren, dat hij als het innigste, on aantastbaar heiligdom beschouwde, trachtte de Syriër, aan alle innerlijk godsdienstig gevoel \reemd, juist daar den meesten druk te oefenen, om de in godsdienstige zelfstandigheid en af op de groote voordeden, welke zij bieden, zonder echter daarbij den ko lonist hulp en voortlichting te verlee- nen bij zijne moeilijke taak in het vreemde land. Zij zijn meestal alleen bedacht op den verkoop der landerijen en bemoeien zich, na den aankoop, niet met het verdere lot van den kooper. Voor den Nederlandschen kolonist met eenige middelen is het steeds raadzaam, zonder zijn gezin, de toestanden in Texas persoonlijk te komen onderzoeken alvorens een be sluit nopens vestiging te nemen. Eerst kan hij, om den landbouw en de markttoestanden in Texas te bestudee- ren, bij anderen als arbeider of als landbouwer in dienst gaan, en ver volgens zelf een stuk land aankoopen. Daarna kan hij zijn gezin laten over komen. In de nabijheid van Port-Arthur vestigde zich ongeveer 10 jaar geleden eene Nederlandsche kolonie van ca. 85 personen van verschillende am bachten. Sommigen vertrokken later naar Californië, terwijl anderen wegens het klimaat naar Nederland terugkeer den, zoodat thans slechts 25 personen van de oorspronkelijke kolonie over blijven, die slechts na vele jaren vol ontberingen een zekere mate van wel vaart hebben bereikt. In Texas bestaat voortdurend eene aanzienlijke vraag naar vaklieden, als timmerlieden, metselaars, schilders en machinisten. Met eenige bekendheid met het Engelsch kunnen dezen spoe dig werk voor goede loonen vinden in de centra, als Dallas, Fort Worth, Houston, Beaumont, enz. Nadere inlichtingen nopens de ves tiging in Texas kunnen worden ver strekt óf door de Nederlandsche con sulaten te Galveston en te Port-Arthur óf door tusschenkomst van Mr. H. H. Harrington, directeur van de „Texas Agricultural Experiment Station te Col lege Station, Texas. In M i sso u r i, Arkansas, Utah, N e w-M exico en Arizona is nog veel vruchtbaar land met behoor lijke behuizingen voor 10 doll, per acre te koop. In den staat Washington aan de Westkust zijn nog uitgestrekte ter reinen geschikt voor kolonisatie. De bevolking groeit echter zeer sterk aan en is in de laatste 10 jaren meer dan verdubbeld. Gedurende dien tijd zijn de prijzen van het land sterk gestegen en is de uitgestrektheid der beschik bare terreinen aanzienlijk geslonken. De streek, die voor Nederlanders wel licht als de geschikste beschouwd kan worden, is de Yakima-vallei. Whid- by Island, onder Whatcom County en in het bijzonder de landerijen, gelegen hij Linden. Op Whidby Island en in Whatcom County wordt schier uitslui tend het zuivelbedrijf uitgeoefend, daar de bodem daarvoor bij uitstek geschikt is en voor melk hooge prij zen worden bedongen. Sedert 1899 zijn de prijzen van alle producten, zoomede landprijzen in Washington gestegen en beleeft de zakenwereld gunstige tijden. Voor den aankoop eener „farm" is noodig een kapitaal van 2.000 doll, a 5.000 doll. Om eene „farm" te huren, heeft een kolonist ongeveer 1.000 doll. geslotenheid volhardende Hebreërs meer gedwee aan zich te maken. „Doe het niethad zijn grijze leer meester Cleanthes hem geraden. „Ge weet, wat ik u betreffende tempel- roof heb gezegd en dat mijn vermoe den zich heeft bevestigd." „Gij wordt oud en kunt mijne denk beelden niet meer volgen," zei Antiochus onheusch. „Ik spreek niet van tempel- roof." „Maar ik spreek er van. Eerst naamt gij het goud en zilver uit hunnen tempel weg. Nu wilt gij zelfs God uit hun tempel en uit huu hart ruk ken. Noemt gij dat geen tempelroof „Het is geen slechte ruil, dien zij doen riep Antiochus lachend. „Voor één enkelen |God, die mij tegenstaat, geef ik hun honderd nieuwe goden, die mij aangenaam zijn. Het scha- cherende volk van kramers maakt dus een goeden handel met dien God zonder naam. Hun tempel wordt aan Jupiter Olympius toegewijd en door diens priesters in bezit genomen. Op hun brandofferaltaar richt ik een nieu wen offersteen op. Den vijf-en-twintig sten dag der maand, die zij Kislew noemen, zullen daar de eerste Antiochus lachte uitgelaten„de eerste zwijnen geofferd worden." „Zwijnen, die bij hen gehaat zijn en als onrein worden beschouwd?!" „En toch offeren de Grieken die aan Demeter en de Romeinen aan Jupiter Capitolines. Zooals ik bevolen heb, zal het geschieden' De offers noodig. Bezit hij dit kapitaal niet, dan kan hij waarschijnlijk werk vin den voor 2,50 doll, per dag, totdat hij in staat is zelf terreinen aan te koopen. Ontgonnen terreinen, bij be vaarbare rivieren gelegen, zijn soms 200 doll, per acre waard voor on ontgonnen gronden varieert de prijs tusschen 10 doll, en 50 doll, per acre. Het klimaat is voortreffelijk de zomer brengt zonnig weer mede, doch de winter veel regen en mist. De weersgesteldheid komt in vele op zichten overeen met die van Neder land, ofschoon zij zachter is. Sneeuw en ijs komen slechts bij uitzondering voor. In de Yakima-vallei, met North Yakima als hoofdplaats, wordt het land geïrrigeerd. Voor fruitteelt is het bijzonder geschikt. De beste gronden voor die teelt zijn 1.500 per acre waard. Zulks is slechts het ge val met landerijen, die nooit van de vorst te lijden hebben en die o. a. de beste soort winteraardappelen op leveren. Werk kan in den regel worden ge vonden voor een loon van 2.50 doll, per dag of 30 doll, a 35 doll, per maand met voeding. Landbouwers en werktuigenkundigen worden daar in het algemeen goed betaald. Ook Oregon biedt den kolo nist een goede gelegenheid aan, om zich op landbouw toe te leggen. Voor den aankoop eener „farm" met voldoende terrein is een kapitaal noo dig van 1.500 doll, a 2.000 doll. Handelsberichten. O De vrees voor de cholera. De Oosterlingen stellen de vrees voor de besmetting met cholera in den vorm van de volgende legende voor Eens op een dag reed een Mollah op een paard naar Smyrna. Plotse ling zag hij een gestalte met een vreesaanjagend uiterlijk zijn teugel grijpen het was het spook van de cholera. „Ik ken u", zei de heilige man, „wat voor ongelukken wilt gij aanrichten Ik ga naar Smyrna, zei het spook, met het bevel van Allah 700 geloovigen- te dooden. Ga achter op mijn paard zitten, zei de Molah, laat ons te zamen de stad binnen gaan. Toen zij dicht bij de poorten der stad waren aangekomen, zei de hei lige man „Ik bezweer u in naam van Allah niet één persoon meer te dooden dan Allah bepaald heelt." Zijn zonderlinge makker zwoer het en begon zijn vernielingswerk. Er stierven echter in dien tijd 7000 personen in plaats van 700 aan de cholera. Toen de cholera zich op maakte Smyrna te verlaten, ont moette hij den Mollah weer en deze verweet hem dat hij zijn eed niet van Mozes worden verboden. Wie een kaapje durft besnijden, sterft met den besnedene. De Hebreeuwsche wetten worden verniettigd, waar men die maar vindt. Niet alleen in Jeru salem, maar in geheel het land zullen deze stinkende knollooketers voor de nieuwe goden altaren, tempels én stand beelden oprichten." „Bedenk wat gij doet, Antiochus, opdat deze dag u niet moge berouwen!" „Gij schijrtt slechter te weten, wat ge zegt dan ik, wat ik doe 1" ant woordde de koning geraakt „Het volk buigt zich reeds het heeft geen rug- gegraat meer. Alle priesters nit den stam van Sadoc, die zich Sudduceën noemen, zijn op mijne hand." „En de Therapeuten, de Essazeërs en de Pharizeërs „Zullen sterven als zij mij niet ge hoorzamen 1" „Dan moogt. ge wel alle raven en gieren uit uw land naar Judea zenden want het zal één groot lijkenveld worden." „Mijn wil staat onwrikbaar. Ga, Cleanthes I" „Ik gehoorzaam, en zal niet eens, maar tweemaal per dag voor u tot de goden bidden." „Waarom „Gij hebt hunne bescherming noo dig." „Maar niet langer uwen raad. Ga Terwijl het schrikkelijke bevelschrift des konings aan alle stammen der He breërs werd bekend gemaakt, trok gehouden had Het spook echter ant woordde Ik heb precies 7 00, niet één meer of minder gedood, alle anderen zijn van angst gestorven. o— Nederland, de Schelde en België. In no. 8 van zijn Staatkundige Brieven 1911 bespreekt mr, S. van Houten het kustverdedigingsontwerp der Regeering. Hij schrijft daarin niet verbaasd te zijn over het daar tegen in Belgie gerezen verzet Noord-Nederlandsehe bemoeiing met de Schelde is hun (Jen Belgen) nooit tot voordeel geweest." Over de indiening van het ont werp schrijft hij het volgende oordeel neer Heemskerk stapt luchtig over de zaken heen, maar hoe is het toch mogelijk dat hij, zelf tot voor kort de leider van de officieuse toenade ringspogingen tot Belgie, in deze zaak alle flair gemist heeft In commer- cieele en financieele kringen wordt ook niet altijd naar lang en breed overwogen beweegredenen geoor deeld. Niet zelden hoort men in die kringen beroep doen op „de reuk"; daarmede bedoelt men een eigen schap om imponderabiliën waar te nemen en op slag te waardeeren. Die eigenschap ontbrak in dezen in onzen regeeringskringniet enkel onze premier, maar ook onze minister van Buitenlandsche Zaken hadden dit militair ontwerp reeds enkel „op den reuk af" buiten behandeling moeten houden Men kan er heel veel over argumenteeren, zelfs heel wat geleerdheid over verkoopen. Ver dedigingswerken, die in geen enkel denkbaar geval eenig nut kunnen hebben, zijn natuurlijk zelf ondenk baar. Er ontbreekt ook niets aan ons volkomen recht om, al ware het tien of honderdmaal meer, geld aan forten aan de Schelde te verspillen. Noch ook beslist het hebben van forten iets over het gebruik Bij onze wel willende gezindheid tegenover Belgie zullen wij er nooit gebruik van ma ken ten nadeele van Belgie, etc etc. 'Alles waar. toch zou een staatsman met ook maar een minimum van flair over dit militair gewrocht geen oogenblik in onzekerheid geweest^ijn. Degenen, die ons noodeloos in dis cussie over zulke vragen hebben ge sleept, hebben reeds nu groot kwaad aangericht, al gaat het ontwerp recta via naar de snippermand der Tweede Kamer." o Weinig werk. In de provincie Gro ningen heerscht veel werkloosheid onder de arbeiders, vooral onder hen, die een groot deel van het jaar in Duitschland werken. Judas rusteloos door eenzame, afge legen plaatsen. Van zijnen vader en zijne broeders vernam hij niets meer. Zij waren op hem vertoornd, omdat zij meenden, dat misplaatste eerzucht hem had verblind, en zij noemden zijnen naam niet in het bijzijn hunner moeder. Des te meer spraken de andere stamgenooten over Judas. Velen haal den glimlachend de schouders op wegens hem en zijnen aanhang, die ternauwernood twintig man uit Judea telde. Anderen beklaagden hem. Slechts een zeer klein getal geloofde aan zijne zending. Wel had hij boden gezon den naar de vrome Essaeërs, die ten- zuiden aan de zoutzee van Sodoma leefden, en hen verzocht, zich met hem te vereenigenmaar de vreed zame Therapeuten, die hunne dagen 1 gelijk kluizenaars doorbrachten, beza- 1 ten alleen moed tot versterving en lijden, aan strijden dachten zij niet. 1 „En gij kondet geen mannen vinden, die onze partij zijn toegedaan?" vroeg Judas teleurgesteld den boden, die hij had uitgezonden. „Eenige Galileërs en Samaritanen vroegen naar u. Wij echter, die op uwe zijde staan, zijn van den stam van Juda en hebben hen afgewezen." „Daar deed gijlieden verkeerd aan 1" riep Judas met warmte, „gij handeldet niet goed Gij zijt trotsch als Phari- zeën Waarom .ziet gij uwe broeders van Galilea en Samarië met schele oogen aan Zij behooren bij ons te

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1911 | | pagina 5