Koopt en laat werken b\j hen die adverteeren in DE VOLKSWIL,
Gewestelijk Nieuws.
Van alles wat.
Rechtszaken.
we geven deze oude wijsheid in over
weging aan alle dragers van gezag,
zoo geestelijke als wereldlijke, en dit
te meer, omdat deze heidensche wijs
heid klopt met de Bijbelsche wijsheid
„Hebt de gerechtigheid lief, gij re
geerders der aarde", waarmede h(t
Boek der Wijsheid begint, en welk
woord der bijbelsche wijsheid wij in
no. 44 Volkswil hadden genomen als
band tusschen de daarin voorkomende
verzoekschriften, het eene aan de
Koningin en het andere aan de Tweede
Kamer.
0
Proviucie Zeeland.
Volgens de uitkomsten van de 9e
volkstelling was het aantal inwoners
op 31 December 1909 in
Zeeuwsch-Vlaanderen 76430
Walcheren 62794
Zuid-Beveland 44884
Noord-Beveland 7058
Tholen en St. Philipsland 17466
Schouwen en Duiveland 23894
Samen 232526
ZANDBERG. Zondag werd op het
biijart bij Petrus de Bakker alhier een
prijskamp gegeven, waaraan 24 spe
lers deelnamen, zoodat de prijzen ge
wonnen werden als volgt
le prijs f2.50 F. Steijaert Schelf-
houtshoek en G. Pieters Zandberg.
2e prijs f2 C. Bernaerd Zandberg en
A. de Rijck Graauw. 3e prijs fl.50
H. Aubroek en P. Franssen beiden
Zandberg. 4e prijs f 1 A. Neef Zand
berg en J. Baart Molenhoek.
Er werden aan de niet prijswinners
nog 100 sigaren gegeven, wegens de
grootste serie die ten deel vielen als
volgt
P. Goosen Zandberg, P. Dondt
Notendijk, P. Boerjan Schelfhoutshoek
en P. Willems Zandberg.
Na de prijskamp werd met volle
borst en lustig het lied van „de Volks
wil" gezongen met uitroepingen Leve
van DalsumLang zal hij leven
hoera.
SAS VAN GENT. Donderdagavond
8 uur is het vergadering geweest voor
de fanfaremaatschappij „De Verbroe
dering." Onder veel belangstelling
van wege eere- en werkende leden is
er rekening en verantwoording gedaan.
De uitkomst is
Ontvangsten f 226.673
Uitgaven f 216.215
Batig slot 1909
f 10.49
f 7.93
Zuiver in kas f 18.29
Met veel goedkeuring en genoegen
ging de vergadering uiteen.
O
Een middeltje om kwaadspreken te
beletten. In een beroemd klooster van
Duitschland leefde voorheen een eer
biedwaardige en door een ieder be
minde pater. Magnus was in den
ganschen omtrek bekend men prees
hem om zijne deugden, en vooral om
zijne groote naastenliefde nooit sprak
hij van iemand kwaad. Op zekeren
dag, had hij zich naar de parochie
Boheim begeven, op twee uren afstand
van zijn klooster gelegen, om den zie
ken pastoor dier gemeente te bezoeken
en te troosten. Juist toen hij de pa
storie verliet om huiswaarts te keeren.
kwam uit een nabij gelegen huis een
vrouw van de parochie Ottobeuren,
waartoe het klooster van P. Magnus
behoorde „Eerwaarde Pater," riep zij
uit, „wat ben ik verheugd u te zien
Mag ik de eer hebben u te vergezel
len
„Gewis, vrouw," antwoordde de
kloosterling op goedigen toon.
Pas hadden ze samen eenige stap
pen gedaan, of de vrouw hervatte
„Och, Eerwaarde Pater ik heb zoo'n
lastige buurvrouwik kan u niet zeg
gen wat dat voor een schepsel is...."
De pakr viel haar onmiddellijk in de
rede„Zoolaten we dan een krach-
tigen rozenkrans voor de buurvrouw
bidden, opdat zij zich bekeere. In
den naam des Vaders en des Zoons
en des H. Geestes, Amen...." En hij
bad met de vrouw een ganschen. ro
zenkrans van vijftien tientjes. Al bid
dende had men een derde van den
weg afgelegd. De tong van vrouw
Anna-Marie bleek echter niet erg ver
moeid zij gunde zich althans geene
rust„Och, goede Pater, met mijn
buurvrouw kan ik het onmogelijk lan-
voor u eenen rozenkrans bidden, opdat
gij het moogt uithouden. In den
naam des Vaders...," en daar be
gon weer een lange rozenkrans van
vijftien tientjes. Twee derden van den
weg waren afgelegd. De vrouw moest
natuurlijk meebidden of ze wilde of
niet. Maar nu, dacht ze, is het toch
ook tijd dat ik mij eens uitspreke.
„Eerwaarde, ik kan 't niet langer
meer aanzien wat onze gebuur van
zijn boos wijf te lijden heeft't is
wezenlijk..." „Komaan, laten we
ook voor den gebuur eenen rozenkrans
bidden. „En weer begon het gebed.
Dat de vrouw met veel verstrooidheid
antwoordde dient wel niet gezegd....
Toen de rozenkrans geëindigd was,
stond men juist vóór de woning van
Anna-Marie„Zoo, vrouw," zei op
vriendelijken toon de Pater, ,,'t zal
mij steeds aangenaam zijn met u van
Böheim naar hier te wandelengij
hebt vandaag recht vlijtig met mij ge
beden." „Neen, Eerwaarde Pater,"
antwoordde zij iewat bitsig, met u ga
ik mijn gansch leven niet meer. En
zij heeft woord gehouden."
o
Timor een Chineesche kolonie. We
lezen in het „Soer. Handelsblad
Ondernemend zijn ze, echte zakenlui,
onze gestaarde landgenooten. Waar
maar een gaatje is, daar steken zij
hun fijnen neus in, en zij durven iets
wagen ook. Wat zegt men van het
volgende verhaal
„Toen er geruchten liepen, dat de
Republiek Portugal hare koloniën
wilde verkoopen, heeft zich, naar ver
luidt, te Makassar een Chineesche
kongsie, die met eenige millioenen
dacht te werken, gevormd om Timor-
Delhi van Portugal te koopen. Ze
hadden reeds plannen gemaakt om een
oud oorlogsschip voor pl. m. f 120,000
te koopen en wilden er een bezetting-
van 35 man heenzenden, 't Zou eene
commercieele Chineesche kolonie wor
den. De kongsie had uitgerekend,
dat ze 6% per jaar zouden kunnen
uitkeeren. Over de kleuren van de
vlag waren de kongsieleden het nog
niet eens. Ongelukkig voor de on
dernemende Chineezen, wil Portugal
zijne koloniën voorloopig nog niet
verkoopen."
Het staat in de „Makassaarsche
Courant."
Ik zie de oude oorlogskraak met de
drakenvlag in top naar Timors lage
kusten stevenen.
Maar teekenend voor den Chinee-
schen ondernemingsgeest is het ver
haal zeker.
—o
Toeneming van kwaad. Ten be
wijze dat de Nieuw Malthusiaansche
propaganda niet stil zit kan dienen,
dat op de 29e jaarvergadering van den
Bond, te Utrecht gehouden, een toe
neming van het ledental in een jaar
tijd is geconstateerd van 2217 tot 2860.
In één jaar werden aan 4821 gezinnen
adviezen gegeven, werden 57.000 blaad-
tjes, 1200 brochures en nog 9000 mid
delenboekjes uitgereikt. De Neder-
landsche Bond strekt zich nu ook uit
tot België, daar in Leuven een af-
deeling is gesticht met 80 leden. Bij
den naam van den Bond is thans de
aanwijzing gevoegd „ter bewuste re
geling van het kindertal".
Wij zullen er wel niet op behoeven
te wijzen, hoe diep bedroevend deze
cijfers zijn en hoe de noodzakelijk
heid te klemmender wordt om de
propaganda van het goddelooze en
anti-nationale kwaad, dat in dergelijke
verslagen zijn schaamtelooze triomfen
viert, te keeren.
—o
Een handswerkman in het Heeren-
linis. Onder de talrijke onderscheidin
gen, bij gelegenheid van 's keizers
verjaardag verleend kolommen vul
lend in de Duitsche bladen is er
een, die bijzonder de vermelding en
de aandacht waard is, namelijk de be
noeming van den meester-blikslager
Plate uit Hannover tot lid van het
Pruisische Heerenhuis.
Dit is voor de eerste maal, dat een
man uit den middenstand, zonder titel
of grooten naam, tot lid van die Eerste
Kamer wordt benoemd.
Het Heerenhuis bestaat uit de prin
sen van het koninklijk huis, uit erf-
gerechtigde leden, en uit leden, door
den Koning van Pruisen voor hun
leven benoemd. Behalve vroegere
staatsambtenaren en diplomaten wer
den tot nog slechts zeer enkele man
nen uit de wetenschappelijke, industri-
eele of financiëele wereld, geesielijken,
veldmaarschalken en groote grondei
genaars tot leden van het Heerenhuis
beidersstand, hadden evenmin als de
groothandel of de ambtenaarswereld
een vertegenwoordiger in het Heeren
huis.
Voor de eerste maal heeft de Keizer
koning een wijziging gebracht in de
traditie, en dit heeft, naar de Duitsche
bladen betoogen, in den middenstand
groote voldoening gewekt. Niet dat
men van dien eenling in een vergade-
dering van „adellijken en groote han
zen" (zooals Kegge zou zeggen) ver
wacht, dat hij iets zou kunnen doen.
Maar het is een begin en dat stemt
tot voldoening.
Plate is voorzitter van de Hannover-
sche kamer van arbeid en ridder 4e
klasse van den Rooden Adelaar.
Slaapziekte. In een vergadering van
de Royal Society te Londen werd
voorlezing gedaan van rapporten uit
Oeganda, waaruit bleek, dat proeven,
waarbij getracht was antilopen en
vogels met slaapziekte te infecteeren
om na te gaan of zij er de overbren
gers van konden zijn, niet tot het ver
wachte resultaat hadden geleid.
De bevolking was n.l. drie jaar ge
leden van den oever van het Victoria
Nyanza verwijderd en toch bleek, dat
de tse-tse-vliegen rondom den noor
delijken oever van het meer nog steeds
in staat waren door het steken de
trypanosomen over te brengen. Zij
waren er dus zelf ook mee geïnfec
teerd. Bij geen enkele antiloop, in het
wild levende, was echter infectie langs
natuurlijken weg ooit te constateeren,
wat dus zeggen wil, dat nimmer in
het bloed van deze dieren de ziekte
verwekker werd aangetroffen. Wel kon
men antilopen, door ze opzettelijk door
tse-tse-vliegen te laten steken, tot over
brengers van de ziekte maken. Vogels
konden in geen geval als bewaarders
van de slaapziekte worden beschouwd,
al was het zeker, dat de glossina pal
palis leeft ten koste van hun bloed en
van dat der zoogdieren levende in den
omtrek van het meer.
Ook met het oog op den Rhodesia
Kataganspoorweg, is thans de zaak der
slaapziekte aan de ordeeen confe
rentie die thans te Londen plaats heeft
en waarbij België vertegenwoordigd is
voor den Congo is door het Britsche
gouvernement saamgeroepen ter wille
van het gevaar voor verbreiding, dat
de aanleg van dezen spoorweg mede
brengt.
o
Een kerktoreD voor een galden. Het
dagelijks bestuur van de gemeente
Heemstede stelt aan den Raad voor,
den toren op het kerkgebouw der
Ned. Herv. Gemeente aan de kerke
lijke gemeente over te doen voor de
som van een gulden, waartoe de kerk
voogdij zich bereid heeft verklaard.
Als toelichting wordt daarbij mee
gedeeld, dat bij art. 6 van de addi-
tioneele artikelen tot de acte van
Staatsregeling van 1 Mei 1798 deze
toren aan de burgerlijke gemeente is
gekomen, die zich sinds dien tijd als
eigenaressen van toren, klokken en
uurwerk heeft gedragen.
Evenwel verkeert het gemeentebe
stuur in twijfel, of dit bezit wel recht
matig is, daar art. 6 van de additio-
neele artikelen spreekt van aan de
kerkgebouwen gehechte torens en vol
gens arrest van den Hoogen Raad
van 19 Maart 1847 de torens op de
kerkgebouwen onder het artikel niet
begrepen zijn.
Bovendien is het bezit van toren en
klokken van geen belang meer voor
de gemeente, daar de toren van het
Nieuwe Raadhuis voorzien is van een
goed uurwerk.
o
Pc Hope diamant. De bekende
Hope diamant is dezer dagen voor
300,000 dollar'aan den heer Edward
Beale Me Lean, den zoon van den
heer Me Lean, den eigenaar van de
„Washington Post" verkocht.
De steen, die 128 karaat zwaar is,
wordt zorgvuldig bewaard in het huis
van Me Lean, waar deze enkel en al
leen aan de intieme vrienden van de
familie wordt te zien gegeven.
De kostbare diamant is indertijd
eigendom geweest van Lodewijk XIV,
Abdoel Hamid, den vroegeren sultan
van Turkije en Lord Hope.
Zijn geschiedenis is het voorwerp
geweest van algemeene belangstelling,
—o
Sterk spenrreriiiogen. Een sterk
staaltje van 't speurvermogen van een
tot politiehond in africhting genomen
terrier werd in de afgeloopen week ge
leverd. Een bewoner van het Gev.
nmrrmnfnlpin te 's-Oravenha£?e had
zijn doekspeld aan den Gevers Dey-
nootweg of in een der tuintjes voor
de villa's aldaar verloren. Vierdagen
later ontmoet hij een politiedienaar,
die met een terrier africhtingsoefenin-
gen deed. Meer uit aardigheid dan
wel om 't gewicht van 'i ondergane
verlies, vroeg hij of de hond 't verlo
ren voorwerp zou kunnen terugvinden.
Na de noodige toebereidselen werd de
hond heengezonden en binnen weinige
oogenblikken droeg de hond de doek
speld aan, die tusschentijds door regen
en zelfs sneeuwbuitjes eenigermate in
den grond was gewerkt.
o
Diefstal in een kazerne In den
nacht van Zaterdag op Zondag is uit
de kas der cantine van de kazerne te
Hoorn een bedrag van f 150 a f 160
ontvreemd.
Na de ontdekking Zondagmorgen
zijn onmiddellijk uitgebreide politie
maatregelen genomen. Ook werd een
onderzoek ingesteld met twee politie
honden, met het gevolg, dat door deze
dieren twee korporaals werden aan
gewezen, die in voorloopig arrest
werden gesteld. „Tel."
O
Op 3 Februari veroordeelde de
Rechtbank van Middelburg ons tot
zeven dagen gevangenisstraf wegens de
strafzaak van het valsche ambtsrapport.
We gaan natuurlijk in hooger beroep.
De gronden zullen wij aan de lezers
mededeelen, zoodra ze ons zeiven be
kend zijn.
Christus werd vervolgd en gekrui
sigd omdat hij al weldoende onder het
volk rond ging. Het is voor ons een
eer, dat wij vervolgd worden en men
onzen ondergang wil, omdat wij ook
belangeloos de volksbelangen hebben
behartigd. Tijden hebben echter weder
tijden, en er staat geschreven, dat het
is beter verdrukt te worden dan ver
drukker te zijn. We zullen zien, ook
de zaak Schets loopt nog en de Hooge
Raad maakt geen haast.
De vrijmetselarij en de vertegen
woordiging bij den H. Stoel. In de
„II. Momento" van 22 Jan. lezen wij,
dat uit Rome de volgende mededee-
lingen zijn gedaan aan de „Unio-
ne di Milano".
Op initiatief van het internationaal
maconnieke centrum te Parijs is een
internationale bond van politici, waar
onder ook verscheidene Italianen, tot
stand gekomen, met doel om eene
actie in het leven te roepen tot af
schaffing der diplomatieke vertegen
woordiging bij den H. Stoel, door alle
landen die er bij vertegenwoordigd
zijn. Sinds eenigen tijd is de vrij
metselarij reeds werkzaam aan dit doel,
en zij hoopt zelfs, in 1911 een groot
deel er van te verwezenlijken.
^;In een schrijven, dat uit Parijs aan
alle leden van den bond toegezonden
is, wordt gezegd, dat het voor het
oogenblik nog onmogelijk is, van de
Italiaansche regeering energieke daad
in deze richting niet te verwachten is,
omdat, nu de vertegenwoordigers nog
steeds hun volledig politiek karakter
behouden, daaruit ernstige diploma
tieke verwikkelingen zouden voort
vloeien. Er moeten dus andere mid
delen aangewend worden om hetzelfde
doel te bereiken.
„Als Italië zegt het schrijven
die vijanden nog altijd in zijn eigen
huis duldt, moet op de andere regee
ringen pressie uitgeoefend worden, om
ze te doen besluiten tot afschaffing dier
overblijfselen uit een verouderd tijd
perk. Dit worde dus geëischt op de
vergaderingen, en als het essentieele
punt geplaatst op de kiesprogramma's
dit zij het eerste en voornaamste doel
waarnaar de leden van den bond heb
ben te streven, wanneer zij aan het
bewind geroepen worden. Frankrijk
heeft hierin het eerst een schitterend
voorbeeld gegevenPortugal staat op
het punt dit te volgen en in Spanje
werken de leden van den bond met
den grootsten ijver om deze eindover
winning te behalen. Op het oogenblik
moeten de krachten van den bond
gericht worden op Duitschland, waar
hun twee machten ten dienst staan
het protestantisme en het modernisme."
De „Unione" voegt er bij dat het
aantal leden van den bond op heden
meer dan honderd bedraagt, allen
politici van hoogen rang, terwijl er
onder hen twintig Italianen zijn.
Msb.
o
Een scherp ooi deel over de Ame
rikanen. Rita, of wel mrs. Desmond
Humphreys, de bekende Engelsche
romanschrijfster heeft in een dezer
dagen verschenen werkje een be
schouwing over de Amerikanen ge
geven, die weinig vleiend, maar toch
veel waars bevat
„Toen ik naar Amerika kwam,
bracht ik de voorstelling van ware
vri.heid en echten burgerzin mee
zulke onevenredigheden en tegenstel
lingen als waartegen ik telkens aan
stiet, had ik niet verwacht Heeft
dit land dat de vrijheid als het oer-
recht van een natie beschouwt, het
standbeeld van de vrijheidsgodin
slechts opgericht om een getuigenis
van een vervalschte beschouwing ie
hebben? Er is namelijk in Amerika
niet meer vrijheid van gedachte en
handelen dan ook in andere landen.
Er is een zekere mate van ruwheid
toegelaten, dit zij erkend men stelt
zich boven het gevoel van teederheid
en andere gewaarwordingen en din
gen die tot de beschaving van de
oude wereld behooren men bluft,
men uit zich onbeperkt en ongepo
lijst over dat wat de pers brengt en
over haar slachtoffers.
Maar wat de vrijheid betreft, zou
ik wel eens willen weten, waar die
te vinden is. Het volk wordt zoo
zwaar gedrukt door belastingen,
tyraniek in de perken gehouden,
despotisch geregeerd en blootgesteld
aan stelselmatige afpersingen, alsof
de groene tafels" van de geheele
christenwereld daar stonden opgesteld.
De eenige „vrije" man is de land-
looper, en die is even gevaarlijk
voor de gemeenschap als vaderlands
lievend."
De Amerikaansche echtgenoot, van
wien Rita te voren veel goeds had
gehoord, lijkt haar niet veel beter
of slechter dan de mannen in andere
landen. „Alleen verdient hij geld,
opdat zijn vrouw dit kan uitgeven
en hij schenkt haar zoo weinig tijd,
dat er geen gelegenheid is tot kib
belen dat is alles wat men van hem
kan zeggen.
Het was aan de schrijfster opge
vallen, dat in de New Yorksche
wereld de mannen ontbreken bij het
tweede ontbijt en bij de namiddag
thee, en zich eerst des avonds ver-
toonen.
„Niet", gaat Rita voort, „dat ik
de Amerikaansche mannen zou be
schouwen als een bijzonder sieraad
voor een ontvangst-salon of restau
rant in hun jonge jaren zijn ze zoo
slecht gekleed, dat hun uiterlijk kri
tische oogen kwetstin rijper jaren
worden ze dik en zien er bovendien
ongezond uit."
Over het algemeen heeft de schrijf
ster in het Amerikaansche leven
slechts weinig naar haar smaak ge
vonden. In het bijzonder de pers
met haar lawaaiberichten en schan-
daalzucht komt er slecht bij haar af,
evenals de sectegeest en de ziekelijke
ontaardingen van den godsdienst, en
de knoeierijen met de huwelijken.
Slechts hier en daar heeft zij voor
de Amerikanen een vriendelijk woord,
bijv. voor de onbeperkte gastvrijheid,
en voor de Amerikaansche meisjes,
die den hoogen roep welken zij bezit
ten, ten volle verdienen.
„Een Indische jongen." Het „Soe-
rabaja'sch Nieuwsblad" van 29 De
cember j.l, deelt het volgende mede:
„Onlangs werd per advertentie op
de theeonderming Taloen bij Bandong,
beheerd tijdens de afwezigheid van
dr. Bosscha door den heer De Buy
Wenninger, een employé gevraagd.
Een employé in de suiker, zekere S„
een net jongmensch van goede famillie,
maar een 'weinig Indisch getint, solli
citeerde op die betrekking en kreeg
haar.
„Hij reisde vol goeden moed naar:
Bandong, stapte daar in een karretje'
naar Taloen, en reed de 38 paal naar[
boven in het zalig bewustzijn op een
goede onderneming in een heerlijk,
klimaat door hard werken zich eenl
toekomst te kunnen scheppen. Dei_