De Volkswil Judas de Volksverachter, BIJVOEGSEL van van 7 Januari 1911. Mosterd en Stijfsel. 51 FEUILLETON. Mengelwerk. DE LAATSTE DAG TAN „FRA DIAVOLO" I. Mosterd. Het gebruik van mosterd als een specerij was reeds bij de ouden in zwang en het was een geliefkoosd ge recht op de tafels der edelen in de Middeleeuwen. In de veertiende eeuw was het in Bourgondië een handels artikel van zoodanig gewicht geworden, dat Philips de Stoute aan de stad Dijon het recht verleende een wapen te voeren, in welks devies een woord spelling op het artikel voorkomt. De Engelschman uit den tijd van Elisa beth kon zijn vleesch al evenmin zon der mosterd eten als de hedendaagsche John Buil het kan. Zoo kwam het dat in „De Getemde Feeks" dat onsterfelijke kopstuk Katharina, als Grumio vraagt „Wat zeg je van een goed stuk vleesch met mosterd antwoordt „Een schotel, waar ik graag van eten mag." In die dagen schijnt de mosterd op dezelfde manier bereid te zijn gewor den als het heden nog met den pe perkorrel geschiedt, door eenvoudig het zaad fijn te stampen. Maar in 1720 maakte een Engelschman zich verdienstelijk voor zijn mosterd etende landgenooten door een methode te vinden, om het zaad niet slechts te stampen, maar de bloemvan de dop pen te zuiveren, en het resultaat schijnt het gehemelte van koning George den Eersten zoo aangenaam geprikkeld te hebben, dat het nieuwe gerecht weldra met den weidschen naam van„Koninklijke Bloem van Mos terdzaad" in alle bladen van die dagen druk geadverteerd werd. De mosterdplant is een lid van het geslacht Brassich, waarvan wij ook onze kool, onze spruitjes, Brusselsche spruitjes en onze knolrapen te danken hebben. Zij groeit in Holland, Italië, Engeland, den Elzass en andere landen van Europa, en is dus een van de weinige inlandsche specerijen. Het zaad wordt elk jaar uitgezaaid en de oogst wordt met een sikkel gesneden, waarna de zaaddoozen met den dorsch- vlegel gedorscht worden. Het zaad wordt in zakken naar de fabriek ge voerd, waar het in de magazijnen wordt opgeslagen totdat men het be werken gaat. Het zaad van den zwaren mosterd is kleiner dan van den witten, maar het bevat een grooter procent vluch tige olie, die het aroma aan den mos terd verleent. Daarentegen bevat het witte mosterdzaad meer gist, waardoor Geschiedkundige roman uil den lijd der MachabeCn. TWEEDE BOEK. (o)—o—(o)— JUDAS, WREEK ONS I?. Hij monsterde onverschillig de ge schriften, nam vervolgens vijf rollen op, die bijeengebonden waren en vroeg, terwijl hij ze den hoogepries- ter voorhield „Geef antwoordWat is dat?" Menelaus nam de rollen aanzijne hand beefde. „Spreek, wat is het?" „Dat is de Pentateuch." „Wat verstaat men daaronder?" „Heer, spaar deze schriften, die voor u geene waarde hebben. Het zijn de vijf boeken van Mozes." „Je hebt gelijk," lachte Antiochus. „De boeken van dien bedrieger zijn waardeloos En hij slingerde de H. Schriften van zich af. „Wat is dit vroeg de tyran en trad met zijn voet op een andere rol. Menelaus beefde zichtbaar; al had bij zich met zijn aanhang losgerukt de prikkelende eigenschappen van den mosterd ontwikkeld worden en om den besten mosterd te verkrijgen, worden dan ook beide soorten door een gemengd. Na zorgvuldig gerei nigd te zijn, wordt het zaad op een heeten eest gedroogd, waar veel tijd mee verloren gaat, en dan is het ge reed om gestampt te worden. Eerst gaat het in een machine, waar het de bewerking door een paar zware, gladde, stalen rollen ondergaat, en dan komt het onder een stelsel van met ijzer beslagen houten hamers, werkende op een exentrieken kruk, met het resultaat, dat het zoo fijn wordt gestampt, dat gij het niet meer erkennen zoudt. Nu brengt men het gestampte zaad, dat door de olie, die een derde van het gewicht uitmaakt, bijeengehouden wordt, naar de ziftkamers. De groote zeeften bestaan uit een zijden weefsel, zoo dicht dat het aantal mazen het enorme aantal van 485000 per vier kanten decimeter bereikt. De zifters moeten ervaren, oordeelkundige lieden zijn, want het is hun taak, op de tril lende massa toe te zien en de machine precies op het moment dat alle bloem doorgezakt is, en alleen de ruwe deeltjes van de huid achtergebleven zijn, stop te zetten. De bak bevat nu alleen zuivere bloem van mosterd. In dezen vorm zou het reeds als specerij genuttigd kunnen worden, maar voor het gewo ne gehemelte is het toch nog niet geschikt. Bovendien zou het nu, aan zichzelf overgelaten, gaan gisten en er zou zich een bruine korst op de oppervlakte vormen. Men is daarom gewoon het aan te mengen met een zeker procent tarwebloem, die als een soort domper werkt en het gisten voorkomt. Dit is dus geen surrogaat op de manier als chicorij een surro gaat voor koffie is, maar het is een noodzakelijk ingrediënt van den eet baren mosterd. De vermenging van de verschillende ingrediënten heeft plaats overeenkom stig den smaak en de ondervinding van den fabrikant en de onderlinge verhouding vormt een kostbaar han delsgeheim. In de expeditie-afdeeling komt het element van den menschenlijken arbeid, dat metj de fabricage van mosterd verbonden is, het beste uit. Een van de landen, die zeer veel mosterd exporteeren, is Engeland. Het werk van het maken en vullen van de grootere en kleinere vaten, van de stuiversbus tot de vaten van 1800 liter geeft werk aan duizenden mannen en jongens. De groote vaten, waarin van vele dingen, die zijne vaderen als heilig beschouwden, toch leefde er nog iets in hem, wat lang gezwe gen had, doch nu eensklaps zich luide deed hooren. Al het bloed was uit zijn gelaat geweken, en schier smee- kend riep hij: „Heer, trap er niet op, dat is de Wet 1" „De Wet, die den joden gebood, mij te trotseeren schreeuwde Antio chus in woesten toorn. „Kijk" en hij nam de Wet krampachtig in zijne vuisten „kijk, zóó verscheur ik jeluis Wet en jeluis Verbond en al wat je tegen mij hebt opgezet!" Hij poogde met een wilden ruk de dikke rol te verscheuren, doch dit ge lukte hem niet, ze was te taai. Daar door nog meer vertoornd, hief de dwingeland de Wet omhoog en riep den hoogepriester en diens gevolg dreigend toe „Zweert mij, dat geen wet jelui zoo heilig is, als de wet, die ik jelui zal voorschrijven Doodsbleek maar sprakeloos ston den daar de Hebreërs. „Zweertbrulde Antiochus schuim bekkend van drift. „Jij Menelaus, zweer het eerst 1" „Ik zweerzeide de trouwelooze klankloos. Met vorschenden blik stapte de koning door de rijen der sidderende Hebreërs, Waar hij voorbij kwam, boog elke verrader de knie en mompel de „Ik zweer Slechts twee mannen bleven sa an. „Op de knieën 1" kreet de tyran en de mosterd naar Australië en Zuid- Afrika gaat, dienen daar dikwijls als reservoir in een schaapskooi of op een hoeve. In deze afdeeling is het beginsel van arbeidsverdeeling het hoogst ont wikkeld. In een rij machines worden de blikken platen in reepen gesneden in een andere worden uit de reepen de deksels en de bodems van de bus sen gesneden, waarbij tegelijk de naam van de firma onuitwischbaar in het metaal wordt gedrukt. De eene ma chine buigt de randen van de zijkan ten om, een andere klinkt ze vast, een derde buigt ze in ronde, ovale of langwerpige vormen, weer een andere maakt door een stevigen druk den bodem er aan vast, en een leger van knapen neemt ze weg en voorziet ze van een deksel. Elders weegt een jongen den mosterd af en giet ze uit de schaal in de bus, terwijl een ka meraad gereed staat de bus over te nemen en het deksel erop te bevesti gen. Nu gaat de bus naar de plak- tafel, waar een jongen zijn dagen doorbrengt met het stijfselen van pa pieren etiketten, die er ruw omheen geplakt worden en het werk wordt voleindigd door een jongen, die het etiket gelijk strijkt, waarna de bus gereed is voor den kruidenier. Het vervaardigen en pakken van de ver sierde bussen en tobben met lossen mosterd geschiedt vrijwel op dezelfde manier. Het Vrije Woord voor Abonnés. o— Meester-Cornelis 21-11-1910. Mijnheer de Redacteur. Gelieve mij s. v. p. eenige plaats ruimte te geven in uw veelgelezen blad, bij voorbaat mijn grenzelooze dank. Wat is het doel der ver bintenis Geen leger is de laatste jaren zoo schrikkelijk toegenomen (d. w. z. in manschappen) als ons roemrijk Indisch leger. Geen dag gaat er tegenwoor dig voorbij zonder aanmelding van nieuwe jongelingen, hetzij of bij de werfagenten die zich in verschillende plaatsen gevestigd hebben, of hetzij rechtstreeks bij het werfdepot te Nij megen, voorheen te Harderwijk. Als men eens nagaat, dat er van af de maand October 1908 tot en met de maand Juni 1910, dus slechts op 20 maanden tijd, hebben er 4 duizend personen dienst genomen bij ons Indisch leger, het lijkend wel m. i. een epidemie. Doch wat is het doel der verbin tenis Een persoon die als koloniaal tee kent is meestal, zoo men dat in de volksmond noemt, een gesjochte jon gen sommigen teekenen met een dolle kop, meer anderen omdat zij al of niet zonder reden werkeloos zijn, weer anderen omdat zij het meisje van hun, haar eer en goeden naam ontnomen hebben, en er een antipathie voor hebben om hun plichten (die zij schul dig bennen) te vervullen, weer anderen zien in dat zij in de burgermaatschappij geen positie kunnen bekomen dat hun trad op hen toe. Toen bogen ook zij zich ter aarde, doch zij zwoeren niet. „Zweert je wet af snauwde de koning hen toe. „Wij kunnen het nietzeiden zij met schorre stem. Toen rukte Antiochus zijn zwaard uit de scheede. „Zweert, of, bij alle goden, ik houw je in stukken 1" „Wijwij zweren stamelde de lafaards, en hun hoofd raakte den grond aan. „Staat op beval de verschrikke lijke man, sneed met zijn zwaard de koorden der rol door en vouwde de bladen uit elkaar. „Zoo En nu zal ik ze toch kapot scheuren Eenige bladen ontvielen hem, en met groote, duidelijke letters, als een luid roepende vermaning, stond daar een woord, dat de aanwezige He breërs met angst en huiverig -lazen. En dat verschrikkelijke woord luid de „Ik, de Heer, uw God, ben een ijverzuchtig God, die de zonden der vaderen in de kinderen straft, tot in het zesde en zevende geslacht Eensklaps ontstond er een bewe ging onder de Hebreërs. Met geweld trachtten zij een dergenen, die den eed geweigerd hadden, terug te hou den. Bevende handen hielden hem van achter bij zijn mantel vast, en schorre stemmen fluisterden hem ang stig toe „Doe het niet 1 Zwijg, of ge zijt een kind des doods!" Doch hij rukte zich met toornige een bestaan vervult en gaan er zoo doende toe over om zich als koloniaal te verbinden, want velen zullen het wel met mij eens zijn dat het meeren- deel niet teekent uit vaderlandsliefde of belangstelling in de koloniën. Nu ben ik er wel van overtuigd, dat er in de burgermaatschappij toe standen zijn, die zwaar op ons be rusten, en die ons wel eens noodzaken om onze geboorteplaats te verlaten om op den vreemde ons bestaan te zoe ken en zoo mettertijd een verdwaalde wordt, dan ben ik het wel met u eens dat zij het werfdepot gaan bezoeken, maar dan gaan die personen meestal met een doel voor oogen, maar teeke nen niet voor de hierboven aange haalde feiten, want dan is dat teekenen m. i. een sprong maken in het duister, want zoo iemand is min of meer een product van zijn eigen omgeving. Want het is maar al te waar, dat de Hollander, en vooral de burger werk mansstand, weinig kennis heeft van wat zich hier in de Oost voordoet. Ja, wanneer men vroeger sprak, en men kreeg zoo'n familielid om als koloniaal te teekenen, dan werd zoo'n persoon als verloren beschouwd, ja men wilde hem niet meer erkennen als zoon, maar tegenwoordig wordt het een epidemie. O, als men eens wist wat voor een duistere toekomst men tegemoet gaat, maar dat ondervinden zij het best wanneer zij hier in Indië aankomen. Ten eerste komt men onder den in druk als men hier eenige dagen is, wat een nulliteit men in de oogen van de burgerwereld is, hoe vernederend zij op ons verdedigers van de Neder- landsche rijke koloniën neerzien, en dat alles door eenige voorgangers die over jaren terug daden hebben uitge haald waar wij nog voor lijden moe ten, dat vindt ik nu juist zoo treurig, want ik roep uit: Wat kan een kind er aan doen die slechte ouders heeft gehad en juist dit protest werkt zoo op hen (die tenminste over een beetje gezond verstand beschikken mogen) om tot een daad over te gaan die tot schandvlek zou dienen van hun fa milie. En vooral wat oefent de omgeving een invloed uit, op de pas van Europa gearriveerde militairen, hij ziet hier niet de anthentieke harmonische be schaving, ja het is hem hier niet ge oorloofd om in gezelschap van een Europeesche dame naar theater of opera te gaan, dat alles is voor hem verstorven, en moet hem tevreden stel len als hij 's avonds doelloos langs de weg wandelt en hem een Javaansche schoone toeroept met de woorden Maoe toeroet lama saja, dan is het te begrijpen dat de naar huishoudelijk heid zoekende soldaat alras toebijt en zoodoende zijn afleiding zoekt in kam pongs, het slachtoffer wordt van een zware syphilische ziekte die hier zoo verbazend heerscht. Want als men 's avonds het militaire etablissement verlaat, dan rest ons an ders niet om naarcantine of kampong te gaan en daar ons troost zoeken tot het avondappèl ons weer naar huis toeroept, zoo leidt ons leven demora- liseerend voort, en zoo ziet men als men na 12 of 15 jaar ons leger met pensioen verlaat, de gepasporteerde onstuimigheid los, en zich voor Antio chus op den grond werpend, omklemde hij de voeten van den geweldenaar en smeekte jammerend„Heer, ver scheur onze Wet niet! Doe het niet Verbluft door deze vermetelheid, trad de vorst een stap achterwaarts. „Sta op!" gebood hij en schoof den smeekeiing met den voet van zich. „Neen, uitschreeuwen wil ik het uit het diepste mijns harten, het uit schreeuwen en niet ophouden in mij nen nood. Wij zijn onttrouw geworden, allen, allen 1 Wij hebben de Wet vergeten, die wij voor de oogen en in ons hart moesten dragen. En daar daardaarDaar staat een woord, daar staat een vreeselijk woord, dat God onze zonden aan onze onschul dige kinderen straft, tot ia het zesde en zevende geslacht. Om wille onzer kinderen smeek ik u Doe het niet en spaar de Wet des Heeren „Kijk, zóó veracht ik haar!" riep Antiochus, scheurde de Wet doormid den en slingerde de stukken den ongelukkige in het gelaat. De afvallige daarentegen, die zoo lang de stem zijns gewetens had ge smoord, kuste de verscheurde Wet, tastte zoekend onder zijne kleederen en wierp zich dan bliksemsnel met opgeheven dolk op den tyran, om hem te dooden. Doch reeds had Antiochus met het gebrul van een roofdier zijn zwaard getrokken, een flikkering - en met doorboorde borst viel de He- militair arriveeren. Waar is zijn gezondheid die hij eens bezeten heeft Waar zijn zijn kalme zachte handelingen die hij vroeger bezeten heeft? Dat alles is weg en hij komt terug in het moederland als een verlatene en een verstootene. Ziedaar de carrière van een mili tair. Dus kameraden wanneer u teekent doet het dan met een doel voor oogen waar gij op afgaat, dan zullen de toe standen die hier heerschen niet zoo zwaar op u berusten, aangezien je met hand en tand strijd voor het doel dat u bereiken wil, om later een steunpunt te zijn tot het in aanraking komen met het civiel, maar voor den eene liggen er meer wegen open als voor den andere, doch Iaat de bevorderingen je ook niet te veel in het hoofd praten want dat is de laatste jaren niet zoo toenemend. Pracseri vosi joe (verzint eer gij begint.) Dankend voor de plaatsing. Uw dw. dnr. J. VAN GELDEREN. Ned.-Indië. o In Napels heeft een stormwind de straten schoongeveegd. De zee bul dert en stuwt hare ontzaglijke golven voort tot de grens der stad. De noodkreten der matrozen en de angst kreten van het volk boren door het stormgeloei. Ieder denkt sidderend aan een stortvloed. De Vesuvius is ontwaakt uit zijn slaap. Een groote menigte vult, om erbarming smeekend, de kerken. En honderden doodsklok kon kondigden den middag aan van den lOn Nov. 1806. Tromgeroffel klonk als het rollen van den donder. Te midden van het barre weder stonden twee compagnieën grenadiers opgesteld. Zij bewaakten een vierkant plein. Met hoog ge heven hoofden wachtten veteranen en milliciens op het oogenblik dat de deur van het gerechtshof zich openen zou. Hun nieuwsgierigheid trok zich weldra samen in het turen naar een groeptwee gendarmen en een ge vangene. De gevange was 35 a 36 jaren oud. Zijn gelaat, zuiver ovaal, was bleek. De vlammen, brandende in zijn zwarte oogen, vertolkten ingehouden toorn. Fier hief hij zich op in zijn volle lengte. Met witte sandalen gesnoeid, tikten zijn voeten tegen den onder kant van een monnikspij. Zijn han den, zijn rug gebonden bewogen zich krampachtig, en onder zijn hoofd deksel, een rooden foulard, wapperden zijn haren wild uit. Tien stemmen kondigden aan „Daar is Fra Diavolo De Napolitaan verklaarde „Ik ben veroordeeld tot de galg...." Toen schokte een zenuwachtige lach zijn gansche lichaam. Weggevoerd liep de man twee stra ten door. Het escorte deed de wape nen achter hem kletteren. Van een balkon riep een vrouw breër op de verraden Wet zijner vade ren en wischte stervend met zijn bloed de ijselijke plaats uit, waar geschre ven stond, dat zijne kinderen, om zijner zonden wille, ongelukkig zou den worden. Het was doodstil geworden. Een blik op Antiochus, die doodsbleek het van bloed druipende zwaard in zijn trillende vuist hield, zeide èn Syriërs èn Hebreërs, dat de dood in hun midden stond. Wel wilden bij menigen verrader, wien de doode een vriend was ge weest, de tranen in de oogen komen, maar zij drongen die terug, opdat ze hun niet het leven zouden kosten, en die tranen vielen hun brandend en brandmerkend op het valsche, trou welooze hart. „Brengt het lijk weg!" beval ein delijk Antiochus met vreemd klinkende stem. Vervolgens wees hij met zijn bloedig zwaard op een andere rol en vroeg „Wat staat hier „Het zijn de geschiedschriften over de regeeringen onzer koningen, heer „En deze?" Wederom haperde Menelaus en ein delijk bracht hij er benepen uit „Het zijn de boeken der profeten 1" „Heer," riep nu een Syrische ge leerde, die den schatmeester ter hulp was gegeven, „laat die rollen vernie tigen want onder die profeten is er een, Daniël genaamd, die u „een ver achtelijke" noemt, voor wien de ko ninklijke. waardigheid niet was be-

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1911 | | pagina 5