Volkswil Judas de Volksveraelter, BIJVOEGSEL van Li DE WOLKEN FEUILLETON. UcsdiictUiiiiuiigc roman uit den lijd der Macliubccii. EERSTE BOEK. Rechtszaken. V'an alles wat. van 5 November 1910. Waar blijven nu de bleekneuzen, die Holland „ons kleine landje" noemen, die achter de kachel beweren, dat de „pit" er bij de Hollanders uit is. Daar heb je nu een willekeurigen Hollandschen jongen, genaamd Wijn malen. Wie en wat is of was Wijnmalen Er is buiten den kring van zijn naaste betrekkingen geen levende ziel, die 't weet of wist. 't Was een „jongen van nette familie", vernamen we eenige maanden geleden, een jongen dus zooals er eenige duizen den in ons lieve vaderland rondloopen. Hij onderscheidde zich in geen enkel opzicht van zijn duizenden collega's, integendeel, hij vertoonde met duizen den hunner treffende punten van over eenkomst, met name in dien zin, dat hij eigenlijk nergens zin in had. Men vatte dit zóó op, dat de jeugdige heer Wijnmalen een zekere antipathie had tegen de traditioneele baantjes, waardoor duizenden onzer jongelui aan den kost komen. Men noemt dit in de wandeling „ge brek aan energie". Welaan, de heer Wijnmalen dan be zat niet de noodige energie om duur zaam op een kantoorkruk plaats te nemen. Zijn energie schoot tekort in de beroepsmatige hanteering van de hoofdbewerking der rekenkunde. Zijn jeugdig gemoed vond ook geen be vrediging in de doorvorsching van de geheimen van het boekhouden en de handelscorrespondentie, en voor menig ander vak van gezette studie en de placide lichamelijke rust bleek Z. Ed. ontoegankelijk. Dit zijn eigenlijk geen dingen om mee te spotten. Er zijn naturen die in den tredmolen van het dagelijksch leven niet mee kunnen sjokken en daardoor hun naastbestaanden een hee- len boel zorg bereiden. Wat moet je met zulke jongens aanvangen Wat komt er van terecht, als ze geen zin hebben om in de gelederen der rustige burgerij een plaats te bekleeden Welaan, de heer Wijnmalen vond zelf een oplossing voor dit inderdaad niet zoo heel eenvoudige vraagstuk, en werd aviateur. En nauwelijks had hij zijn brevêt de pitöte verworven, door met een Farman- biplan drie rondvluchten met vijf kilo meter met tusschenlandingen op de plaats van opstijging te maken, of hij toonde al dadelijk dat de aviatiek zijn volle ambitie had. Terwijl we dit schrijven staat de naam van Wijnmalen, aviateur, vetge- 42 (o)—o—(o)— ONUS NAAK BE BALLINGSCHAP. XII. „Het is hun reeds gelukt „Ik vat den zin uwer woorden niet." Ook Jethro stond op en legde de hand op den schouder van zijnen vriend. „Ik breng u slechte tijding," zeide hij. „Nochtans zal Jehova, dien gij heel uw leven lang trouw hebt gediend, u de kracht schenken, de boosheid te verdragen om wille van Zijn eer. Jason, uw broeder, heeft den koning groote schatten gebracht, en deze, wiens ge moed onbestendig is als eene beek in den winter, heeft, in uwe plaats, Jason tot hoogepriester benoemd. Jason, die door Syrische krijgslieden wordt ver gezeld, alsof hij voor een strooptocht komt en niet gelijk een trouw dienaar des Heeren, Jason kan morgen reeds in Jerusalem zijn en zal trachten u met geweld uit het heiligdom te ver dringen Onias was op het ergste voorbereid, maar dit had hij toch niet verwacht. drukt in alle bladen der beschaafde wereld. Want hij gaf zijn volle energie zijn taaie Hollandsche wilskracht, zijn kordaten moed en zijn bewonderens waardig aanpassingsvermogen, aan een zaak, die hem bekoorde. De hemel weet welk een wrak de heer Wijnmalen zou geworden ziin, wanneer hij tegen z'n zin klerk op een belastingkantoor had moeten worden, of den een- t.oonigen weg naar eenige andere nut tige en degelijke betrekking onder mo- reele pressie ingeslagen zou zijn. Waarschijnlijk zou men van hem hebben gezegd't Is geen hoog vlieger! Nadat Wijnmalen zich in de aviatiek in enkele maanden had ontwikkeld tot een uitstekend vlieger, veroverde hij het wereldrecord der hoogte door met zijn Farman-toestel boven de vlakte van Chalons tot 2800 meter hoogte op te stijgen, waarna hij, wegens ben zinegebrek, niet hooger kunnende, het ongehoorde kunststuk volbracht om met stilstaanden motor in 13 minuten in spiraalzweeftocht naar den beganen grond terug te keeren. Deze daad stempelde hem reeds tot een vlieger van de allerhoogste orde. Wat er ook over eenige jaren in de aviatiek moge worden bereikt, dit record van Wijn malen zal in de geschiedenis der vlieg kunst genoteerd blijven als een merk waardig feit, omdat het werd behaald door een pasbeginnenden aviateur en met een toestel, dat over tien jaar evengroote verbazing zal wekken als op 't oogenblik de automobielen van 't jaar 1898 op een retrospectieve ten toonstelling. Eenige weken geleden rijpte bij Wijnmalen het plan op zijn mutsje te gooien naar den prijs van 100,000 francs, door de Automobile Club de France uitgeloofd voor de snelste vlucht van Parijs naar Brussel en terug met een passagier. Zonder eenige drukte, zonder trom petgeschal werd de tocht voorbereid, waarbij Wijnmalen flink gesecondeerd w»;rd door de heeren Mr. H. A. G. Venema en J. F. Verwey, uit 's Gra- venhage, die voor hem een autoinobiel- verkenningsdienst organiseerden. De vorige week al was de zaak in orde, doch de felle Noord-oostenwind hield de vliegers bij honk. Aan 't eind der vorige week echter liet het weer zich zóó gunstig aanzien, dat Wijnmalen niet langer te houden was. Er werd dus besloten, dat de tocht Zondag 16 Oct. zou plaats hebben. Zondagmorgen, toen 't nog schemer de, was Wijnmalen al met zijn passa gier Dufour een Fransch chauffeur, die hem den weg over de Parijsche voorsteden zou wijzen op het vlieg kamp te Issy, om zijn machine in orde te brengen. Zijn plan was, omstreeks j halfzes 's morgens de ruimte te kiezen, daar hij voor donker weer te Parijs terug wilde zijn. Voor halfzes stonden de machine, de kapitein en de passagier gereed, maar vertrekken konden ze niet, omdat de tijdwaarnemer van de A. C. F., die het vertreksein zou geven, zich scheen te hebben verslapen. Om zeven minu ten na half acht verscheen eindelijk de officieele man, en bijna op hetzelfde oogenblik scheerde Wijnmalen met zijn medereiziger het luchtruim in. Wel eigenaardig is het, dat de secretaris van de Technische Commissie der A. C. F. eigenlijk niet gekomen was om Wijnmalen, maar wel oin den Fran- schen vlieger Legagneux, die eveneens de vlucht ParijsBrussel en terug zou beproeven. Legagneux en de tijdwaarr nemer verschenen dan ook nagenoeg gelijktijdig op het terrein. De Fransche concurrent had dus juist nog even tijd om Wijnmalen de hand te reiken en hem lachend toe te voegen„Bestel vóór mij ook een diner in Brussel 1" Maar nu willen we Wijnmalen zelf liever de bijzonderheden van zijn reis laten vertellen. „Direct na het vertrek stijgen we tot een hoogte van 400 meter en koer sen langs den buitenrand van Parijs op St. Denis aan, waar we hoog boven de graven der Fransche koningen pas- seeren. Het was Louis Dufour, mijn passagier, die mij op deze bizonder- heid attent maakte. Wij hebben inmid dels een hoogte van 500 meter bereikt en we blijven geregeld stijgen. Boven Louvres geven we een teeken aan onze wegverkenners (de heeren Verwey, Venema en Coucke, sportre dacteur van de „Telegraaf", die den tocht per auto volgden en buiten dit plaatsje de wacht hielden. H. M.), dat alles goed gaat, en nu gaan we met hun automobiel een amusanten wedstrijd aan, die tot Compiègne duurt. Daar moeten ze het tegen ons afleggen. Van een hoogte van duizend meter zien we onze vrienden door de straten scharrelen en zonder ons langer met deze aardbewoners bezig te houden, volgen we nu de. Oise tot Channay. Van daar vliegen we, regelrecht op Saint Quentin aan, onze eerste vast stelde landingsplaats, waar we benzine zullen bijvullen. Om 10.45 dalen we te Pire Aller en te 10.45 wordt de schroef met één omzwaai in beweging gebracht en met één beweging van het hoogtebestuur stijgen we opnieuw de ruimte in. We passeeren Bohain, le Ceteau, het bosch van Mormal en Pavay. Daar zijn we al boven de Chaussée-du-Bois en de Belgische grens. Tot dusverre is alles prachtig gegaan, maar nu zitten we opeens in den mist, zoodat we Mons niet kunnen zien. We wijken een weinig oostwaarts af en daar ver telt Louis Dufour me, dat hij den weg kwijt is en niet meer weet waar we ons bevinden. Er bestaat maar één oplossing. We dalen van een hoogte van 500 meter om naar den weg te vragen. V/elk een pretje voor de bewoners van Pont- Zoekend greep hij naar de leuning van zijn armstoel en liet zich er zwaar in nedervallen. Hij begroef zijn ge rimpeld gelaat in de uitgeteerde hand en zat een geruimen tijd zonder te spreken. Troostend legde Jethro zijn vriend de hand op den schouder. „Alle weidenkenden treuren|met u over deze snoodheid," zeide hij aangedaan. „En mijn eigen broeder moest mij die aandoen Een en dezelfde moeder droeg ons op de armen, dezelfde vader voedde ons op, dezelfde wet lichtte ons voor en nu Hij barstte in tranen uithet waren bittere, in hun zwijgen beschuldigende tranen van een grijsaard. Jethro kon dat grievend leed niet langer aanzien. „Wij zullen nochtans dien gruwel niet dulden riep hij. „Wat zouden wij, priesters, die niet in den strijd geoefend zijn, uitrichten tegen de overmacht van zwaar gewa pende Syriërs „En het volk? Het moet opstaan, het moet opkomen voor den gezalfde des Heeren „Dat zal het niet doen, Jethro. Het volk is niet eensgezind. Waar de herders ontrouw worden, wat zult gij daar verwachten van de kudde En al zou het ook willen opstaan, wat zou het dan nog vermogen tegen de macht van Antiochus, die zijn wil doordrijft, omdat hij het heft in handen heeft Mijn broeder zal wellicht met honderd Syriërs komen, waartegen wij ons zouden kunnen verweren, maar dan komt Antiochus met honderd af- deelingen van duizend man en brengt moord en brand over geheel Israël." „Ja," zeide Jethro. „Vaak berispte ik inijn leerling Judas wegens zijn hard oordeel over ons volkmaar thans zie ik in, dat het woord van Isaias is bewaarheid, als hij zegt „Blind zijn de wachters, zij bespeuren niets, al hunne honden zijn stom en kunnen niet blaffen. Zij druilen en droomen, liggen daar en doen niets liever dan slapen. Het zijn honden van groote gulzigheid, zij kunnen zich niet verzadigen en de herders zien het niet in. Zij zijn altegaar van den weg afgeweken, en hebben slechts het oog geslagen op hun eigen belang, van den opperste tot den geringste." Beide mannen zwegen langen tijd. „Ik weet toch nog wel een uitweg," sprak Jethro ten slotte. „Dan weet ge meer, dan ik!" „Gij hebt gelijk, Onias. Het volk zal niet tegen de Syrische macht dur ven opstaan, het is oneenig, zwak, velen zijner priesters verkeeren in dwaling en bewandelen een "verkeer den weg. Maar wanneer Jason, uw goddelooze broeder, het waagt het heiligdom te betreden met de gekochte rechten eens hoogepriesters, dan...." Hij aarzelde, als schroomde hij nog, zijne gedachten uit te drukken. „Dan „Moet hij vallen „Wat bedoelt ge daarmede, Jethro „Judas, mijn leerling, verdiende me- a-Celles, die nog nooit een aéroplane hebben gezien. Vier boeren houden het toestel vast, terwijl Dufour de schroef in beweging brengt en zijn plaats herneemt. Om de bewoners voor hun medewerking te bedanken, maken we een rondje boven hun hoofden om daarna onzen weg te vervolgen. Zoodra we het paleis van Justitie te Brussel in 't oog krijgen, houden we links aan om zoo spoedig mogelijk te kunnen landen. Ik heb er namelijk geen kijk op, hoeveel benzine er nog in het reservoir is, zoodat ik het niet aandurf een uitstapje boven Brussel te maken. Een plotselinge windvlaag, die mijn toestel ronddraait, beneemt mij trouwens ook den lust er toe. Om vijf minuten na halfeen landden we op het vliegterrein, dat het Issy-les-Mouli- neaux van Belgie belooft te worden. De machine en de reizigers doen nieuwe krachten voor de terugreis op, en dank zij de hulpvaardigheid van de officials, kunnen we te 2 uur 10 de reis naar Frankrijk aanvaarden. Ditmaal gunnen we ons het genoegen om Brussel te bezichtigen. We vliegen tweemaal het terrein rond om een ge schikte hoogte te bereiken en sturen recht op het Paleis van Justitie aan. Daarna koersen we naar de Gare du Midi, om onze juiste richting te kiezen. De straten van Brussel zijn wit van de zakdoeken, waarmee de menschen ons toewuiven. Op onze derde étape, waarbij we niet hooger dan 500 meter vliegen, worden we door eenige rukwinden aan gegrepen, terwijl we tot dusverre een zeer regelmatigen wind hadden gehad. Nabij de grens zien we eenige Belgische douaniers op den weg, die met hun zakdoeken wuiven. Een eindje verder maken hun Fransche collega's de zelfde gebaren. Juichen ze ons toe, of be velen ze ons te stoppen Wij houden ons aan de eerste opvatting en pas seeren. St. Quentin. Daar staan we weer op den beganen grond, verstijfd van de kou en zwaar vermoeid. Mijn rechter arm is door het krampachtig vasthouden van den stuurhefboom geheel gevoel loos. En ik moet bekennen, dat ik geen spijt heb, te 5 uur 5 minuten uit mijn stuurstoeltje te kunnen stappen Geen wonder, op één dag had hij 410 K.M. gevlogen en 8 uur 53 minuten achtereen in spanning verkeerd Het zal wel geen betoog behoeven, dat Wijnmalen bij het uitstijgen direkt be stormd werd door journalisten en ver zamelaars van handteekeningen. Hij maakte zich echter, omstuwd door zijn „verkenners", snel uit de voeten en lag na eenige minuten in het hotel Terminus onder de wol. Na een paar uur te hebben gerust en een verkwik kend bad te hebben genomen, ver scheen hij frisch en monter aan den, door den heer Verwey, georganiseerden feestdisch. Bijtijds begaf hij zich ter rust en den volgenden morgen te 6 uur stond hij alweer gereed om de reis naar Parijs te aanvaarden Precies op het vastgestelde uur opgestegen, passeerde hij te 9 uur Compiègne, en nadat hij tweemaal wegens dikken mist had moeten landen, arriveerde hij te nige terechtwijzing, doch er klopt een heldenhart in hem. Ik behoef hem één woord te zeggen, welk een schande u, den tempel en ons allen te wach ten staat, ik behoef, slechts de hand te heffen, en de jongeling zal uwen broeder dooden, zoodra hij den tempel betreedt „Jethrokreet de hoogepriester ontsteld, „gij, een priester des Aller- hoogsten peinst van moord „Wat David aan Goliath, wat Judith aan Holofernes deed, was geen moord, maar een rechtmatige terechtstelling. De stem des Heeren riep hen daartoe „Maar hier zwijgt de stem des Heeren Meent gij. dat ik zou willen gelijken op Kaïn, die zijn broeder doodsloeg „Ik zelf zal voor die daad verant woording afleggen." Dat kunt ge niet, Jethro. Denk eens aan al het onheil, dat gij daardoor zoudt brengen over uwen leerling en diens geheele familie. Denkt ge dan, dat Antiochus die daad ongestraft zou laten, al is zij in uw oog ook nog zoo rechtvaardig Mathathias is mijn vriend. Hij vertrouwde zijn zoon aan ons beiden toe. Nimmer zal ik toe staan, dat de jongeling een daad pleegt, die hem tot een offer van den tyran zou maken, nimmer! In den naam van Jehova, bij mijne liefde en en vriendschapik verbied het u Jethro ging zwijgend zitten. „Dan weet ik geen raad meer! zeide hij toonloos. 12 uur 13 min. 43 sec. in uitstekende conditie te Issy-les-Moulineaux. We meenen wel uit naam van al onze lezers te spreken, wanneer we Wijnmalen van deze plaats onze hulde en bewondering brengen voor zijn schitterende vlucht. Ket'is'jnderdaad een glorie voor ons land, dat van de twee of drie aviateurs, die wij onder onze landgenooten rekenen, er alvast één is, die door zijn moed en zijn kordate zekerheid uitblinkt onder de groote meningte aviateurs van alle landen. (Uit De Kampioen). Arr.Rechtbank te Middelburg. De rechtbank van Middelburg deed 28 October uitspraak in de volgende zaken. Veroordeeld werden P. J. v. d. J., 30 jaar werkman te Wachtebeke, we gens mishandeling, tot f3 b. s. 3 d. h. Eisch was f 15 b. s. 15 d. h.E. W., 25 j., landbouwersknecht te West- dorpe, werd van hem ten laste ge legde mishandeling, overeenkomstig de vordering, vrijgesproken. Voor een zelfde feit werd J N., 25 j., landbou wersknecht te Sluis, f 10 b. opgelegd, subs. 10 d. h., terwijl de eisch was f20 b. s. 20 d. h.inzake C. F. K., 29 j., werkman te Coes, werd wegens gebrek aan bewijs ter zake van mis handeling vrijspraak gevorderd, wat door de rechtbank werd verleend. Voor mishandeiing van een ambte naar werd G. G., 21 j., arbeider te Waarde, overeenkomstig de vordering veroordeeld tot 1 m. gev. straf P. J. v. D., 18 j., kok te Vlissingen, kreeg voor mishandeling f 5j b. s, 5 d. h.de eisch was f 20 b. s. 20 d. h. C. M. d. R., 20 j., fabrieksarbeider te Middelburg, werd voor diefstal ver oordeeld tot f7 b. s. 1 w. h.de eisch luidde f 15 b. s. 12 d. h.en voor heling M. M., 18 j., slagersknecht te Middelburg, overeenkomstig de vor dering tot 1 w. gev. straf. Eveneens overeenkomstig de vordering werd J. P., 18 j., werkman te Middelburg, ter zake van diefstal veroordeeld tot f 10 b. s. 10 d. h. Nog werd veroordeeldwegens stroo- perij J. J., 14 j., zonder beroep te Vlissingen, tot f 3 b. s. 1 w. tuchtschool. Melkoorlog. Te Enkhuizen werd een openbare vergadering gehouden als protest tegen de melkslijters, die de melk met één cent per Liter ver hoogden. De burgerij, daartoe per advertentie en bekkenslag uitgenoodigd, stroomde van alle kanten toe en vulde te acht uur de groote zaal der „WestFriesche Munt" geheel. Vooral waren veel vrouwen aanwezig. Nadat de heer J. v. Dok, voorzitter van het voorloopig comité, in zijn leiding het doel der vergadering had uiteengezet, en een der leden van de melkslijtersvereeniging verschillende malen de gelegenheid werd gegeven het motief der verhooging met een cent per Liter te verdedigen, werd het voorloopig comité gecon stitueerd. Als eisch werd gesteld, dat de melk slijters binnen drie dagen de melk „Ik echter weet raad. Ik wijk voor mijnen broeder." „Oniasriep de priester en dat woord klonk als een smartkreet. „Gij wilt wijken voor hem, den afvallige, den vriend der Syriërs?!" „Ja, Jethro, ik wijk „Dat moogt ge niet! Als gij het doet, dan verraadt gij het volk, gelijk hij dat heeft gedaan. God bekleedde u met een ambt, hetwelk u tot bewa ker en beschermer van uw geknecht volk maakte. En gij zoudt u die waardigheid en die eer laten ontnemen door een tyran, door een snooden broeder, die zich verbonden heeft met de vijanden des volks Zeg niets Luister voor een oogenbltk naar mij, niet als een hoogepriester naar zijn ondergeschikte, maar gelijk de eene vriend den anderen aanhoort! Deze ure beslist over de toekomst van Is raël Het is geene oneerbiedigheid tegenover de verhevenheid uwer hoo- gepriesterlijke bediening, neen, het geschiedt uit godsvrucht, wanneer ik u toeroep, gebiedend als plicht en als eerOnias in naam van Jehova, in naam. der wet, in naam van het volk, dat zonder u op een dwaalspoor wordt geleid, in naam van uwen zoon die eens uwe waardigheid zal erven, gij moogt niet heengaan Langen tijd zat de hoogepriester zwijgend in diep gepeins verzonken alsdan zeide hij„Wel weet ik, dat er een luid geween zal ontstaan in de harten dergenen, die Jehova beminnen

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1910 | | pagina 5