n m wmi
No. 56.
Zaterdag 22 October 1910.
2e Jaargang.
Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst.
Richting: Voor waarheid en voor recht, door eigen daad en door daad van anderen, zonder aanzien van
persoon of partij.
VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG.
Gentschestraat C 7 te Hulst.
W?
Stichter: H. A. van Dalsum.
Gentschestraat C 6 te Hulst.
Gentschestraat li 4 te Hulst.
Portugal.
DE VOLKSWIL
EED ACTIE:
Abonnement per drie maanden
NEDERLANDf 0.50.
BELGIEfr 1.20.
ANDERE LANDEN f 0.80.
- Abonnementen worden dagelijks aangenomen. - -
Niet geplaatste stukken worden niet terug gegeven.
Het blad neemt geene verantwoordelijkheid voor den inhoud
van het Vrij© Woord en voor dien van Advertentiën.
ADMINISTRATIE:
D R U K K E R IJ
Advertentiën, in te zenden vóór Vrijdags om 12 uur.
Prijs per regel 10 cent. Bij abonnement of geregelde plaatsing
belangrijke vermindering. Dienstaanbiedingen contant f0.25.
Portugal is plotseling van een ko
ninkrijk een republiek geworden
De feiten zijn deze
1. Tegen den persoon van den
20-jarigen koning Manuel II ging het
niet, noch tegen de koninklijke fa
milie.
Het ging tegen onhoudbare toe
standen.
De toestanden waren
a. de politieke partijgeest had ver
vangen het nationaliteitsgevoel;
b. de belangen van den Staat werden
opgeofferd aan de partijbelangen, en
onder partijbelangen werden verstaan
zooals overal de belangen van enkelen
c. in het openbare leven zelfzucht
en bederf;
d. omkoopbare ambtenaren
e. oneerlijk beheer van de Staats
gelden
f- treurige toestand van landbouw,
handel en nijverheid
g. algemeene onrust en ontevreden
heid
h. een koning, die niet wist wat hij
wilde
i. een onmachtig uitvoerend be
wind
j. een volksvertegenwoordiging zon
der volksvertrouwen
k. een geestelijkheid afhankelijk van
het burgerlijk gezag, en daardoor zich
mengende in de politieke partijtwisten
om het burgerlijk gezag naar eigen
hand te kunnen zetten
1. eene bevolking, die voor drie
kwart niet kan lezen of schrijven
2. op 4 Oct. staat de geheele marine
en een deel van het leger tegen het
koningshuis op, den volgenden dag
wordt de republiek uitgeroepen en de
geheele koninklijke familie vlucht naar
Gibraltar.
3. De revolutie, geleid en uitgevoerd
door betrekkelijk weinigen, wordt
oogluikend goedgekeurd door de be
volking, maar is niet eene daad van
den volkswil uit zich zeiven.
4. De leden van het Voorloopig
Bewind zijn allen vrijmetselaar en de
eerste daad van regeeringsbeleid is de
vervolging van monniken en nonnen
en beeldenstorm, die in geheel Europa
een slechten indruk maakt.
5. Portugal is een land van 5.5 mil-
lioen inwoners die bijna allen katho
liek zijn. Daaronder zijn 5000 a 6000
monniken en nonnen, zoodat de ver
volging tegen deze geen enkele zelfs
schijnreden van wettigheid of eerlijk
Staatsmansbeleid is.
6. Het regeeringsprogram noemt
Ontwikkeling van het volksonder
wijs, van de land- en zeemacht, en
van het stelsel van administratieve
decentralisatie.
Toekenning van zelfregeering in het
koloniaal bestuur.
Waarborgen van volkomen vrijheid
der rechtspraak.
Verbanning der religieuse congre-
Invoering van den burgerlijken stand
en van het openbaar onderwijs.
Scheiding van Kerk en Staat.
Verbetering van het krediet en van
het openbaar financiewezen.
Dit zijn de feiten.
Wegens deze feiten maken we en
kele opmerkingen.
Het zijn deze
1. Portugal werd verscheurd door
partijgeest.
Partijgeest is een domme zaak die
de liefde mist.
Stond boven den partijgeest een
krachtig koning, die zich steeds boven
de partijen wist te houden door te
waken, dat het algemeen welzijn niet
werd opgeofferd aan de belangen van
partijen, dan had de revolutie nimmer
kunnen uitbreken.
Maar koning Manuel was wel van
goeden wil, doch liet zich leiden door
zijne raadsleden, die partijmenschen
waren. En zijn vader en voorgangers
hadden partijen gebruikt om eigen
belangen te dienen.
Deze raadsleden hebben hem mis
leid, en, als de nood aan de man
kwam, bedrogen.
2. Die partijgeest heeft de landsbe
langen opgeofferd aan partijbelangen.
En partijbelangen komen neder op
baantjes- en ambtenjagerij, in welke
jacht niet de bekwaamste en de eer
lijkste, maar de sluwste en brutaalste
het wint.
Een land, met ambtenaren voort
gekomen uit partijgeest, moet noodza
kelijk krijgen een omkoopbare ambte
naarswereld, waarin slechts wordt
gestreefd naar zelfbelangen en waarin
de algemeene belangen worden ver
waarloosd.
Of die partijgeest zal verdwijnen
nu het koningschap is vervangen door
een republiek Wij gclooven het niet,
omdat ook in een republiek zich weder
partijen vormen, zoodat de partijpoli
tiek toch altijd blijft.
Deze partijpolitiek kan alleen worden
bestreden, door krachtig, zonder aan
zien van persoon of partij, door de
kalme daad, het algemeen welzijn te
dienen op zoodanige wijze, dat het
volksverstand uit zich zeiven begrijpt,
dat het goed is.
Dit nu geschiedt door dat de regee
ring steunt op de breede volksmassa,
niet in de begeerlijkheden van deze
maar in het gezond verstand en de
rechtsovertuiging van deze, welke
rechtsovertuiging nagenoeg altijd door
het natuurrecht wordt ingegeven, en
dit natuurrecht is eene schepping Gods.
3. De scheiding van Kerk en Staat
indien deze beoogt, dat de Kerk zich
uitsluitend bemoeit met de belangen
der ziel en de Staat zich uitsluitend
bemoeit met de tijdelijke belangen der
maatschappij, en elkander wederkeerig
verstaan in gemengde zaken, dan is
deze scheiding in het belang van den
godsdienst en in het belang van den
maatschappelijken vrede, en dus een
goed, al moge het zijn, dat die schei
ding als een slechte zaak wordt ge
noemd, wat ze niet is.
De eerste daad van het Voorloopig
Republikeinsch bewind is een daad
van vijandigheid tegen monniken en
nonnen. Hoe deze te verklaren
De Republiekeinen beweren, dat de
toestanden in Portugal door en door
verkeerd en rot zijn. Is dit juist, is
dit dan de schuld van die paar dui
zend monniken en nonnen Of zijn
deze soms eene uitzondering ten goede
op het algemeen bederf Is dit laatste
het geval, dan is de vervolging van
deze een zielkundig verschijnsel, dat
het kwaad haat het goede, en dan
komt het ons voor, dat de heeren van
de republiek niet beter zijn dan de
heeren van het koningschap. En het
eerste is niet aan te nemen, want die
paar duizend monniken en nonnen be
moeien zich met het onderwijs, met
missiewerk en met ziekenverpleging,
zoodat het bederf in de maatschappij
niet van hen kan uitgaan.
4. Wij zijn in beginsel geen voor
stander van eene republiek, omdat wij
het algemeen welzijn veiliger achten
bij één koning met een grondwet dan
bij eene regeering met meerdere par
tijchefs, wat feitelijk eene republiek is,
omdat bij één koning de volkseenheid
blijft bewaard en bij eene regeering
met partijchefs de volkseenheid wordt
verbroken.
Maar in Portugal bestond feitelijk
onder een zwak koningschap een re
geering van partijchefs, waarom in den
grond der zaak geene verandering is
gekomen hoewel het koningschap voor
de Republiek heeft moeten plaats
maken.
5. Dat in den tijd van enkele uren
een koninkrijk kan worden een repu
bliek is zeer zeker een duidelijk bewijs
van de wisselvalligheden der aardsche
zaken. Wat een les niet alleen voor
vorsten om niet hoogmoedig te zijn
maar voor ieder, die zich wat wil ver
beelden. Wat een les ook voor de
menschen, die geheel hun hart hebben
gelegd in aardsche genoegens en ver
langens, want als een koning maar 24
uur noodig heeft om tegen eigen wil
gewoon burger te worden, dan is toch
zeer zeker nog minder zeker wat een
gewoon burger heeft.
6. De republiek is wel uitgeroepen
maar ze is nog niet door de andere
mogendheden erkend. En deze niet-
erkenning is het gevolg van de eerste
daad der republiek de vervolging en
verbanning van monniken en nonnen,
omdat de mogendheden de godsdien
stige onverdraagzaamheid wel kunnen
erkennen onder een gevestigde regee
ring, maar niet onder een regeering
die nog niet gevestigd is. Want onder
eene nog niet gevestigde regeering
heeft het den schijn, alsof de regeering
niet het algemeen belang doch slechts
bizondere partijbelangen of wrok wil
dienen, en dit is geen waarborg genoeg
voor andere regeeringen om met een
dergelijke regeering zaken te doen.
Volgens de laatste berichten heeft de
regeering decreten uitgevaardigd, waar
bij de Kamer der pairs, de staatsraad
en de adellijke titels worden afgeschaft,
de dynastie der Braganzas (de konink
lijke familie) wordt verbannen en de
instellingen van weldadigheid onder
het beheer van leeken worden gesteld.
Deze decreten wijzen er op, dat de
republiek niet kalm en beslist wil
hervormen, maar eenvoudig den boel
wil omver gooien, en de gasthuiszus-
ters uit de hospitalen wil verjagen.
7. Alles overwegende komen we
tot dit besluitdat Portugal met zijn
republiek van den wal in de sloot is
gekomen, en kunnen we zeer goed be
grijpen, dat de mogendheden zich niet
haasten om vlug te zijn met het er
kennen van den nieuwen toestand.
Maar gelijk zoo menigmaal uit kwaad
goed kan voortkomen als het kwaad
door buitensporigheid zich zelf uit
ziekt, zoo is ook mogelijk, dat hier
door het raken in de sloot goed uit
voortkomt, want wie in het water ligt
tracht er uit te komen en zijn nat pak
droog te krijgen.
H. A. VAN DALSUM.
Vl'l
Zooals men weet, zijn het telkens
pachters van den heer Seydlitz die
tegen de Volkswil zijn en die hunne
arbeiders ook zouden willen dwingen,
om ons blad niet te lezen.
Dit geschiedt dan, omdat de pach
ters vermoeden ot weten, dat zij
daarmede aan den heer Jos. Seydlitz
een genoegen doen.
Van pachters van andere heeren,
als van de heeren Ilombach, Rottier,
Vogelvanger, baron Collot en anderen
is nooit van eenige vijandigheid
iets gebleken, en als dit soms bleek,
dan was dit niet, omdat zij pachters
van die heeren zijn, maar om reden
van kiesvereeniging. En dit, omdat
zij vermoeden of weten, dat die hee
ren niet tegen de Volkswil zijn.
Nu is echter dezer dagen uitge
komen dat de heer Jos.
Seydlitz zelf de Volkswil
wel leest.
Wat zeggen nu hiervan zijn pach
ters
We zullen eens precies zeggen,
waarom de heer Seydlitz ons vijan
dig is De reden is niet, dat hij een
proces tegen ons heeft verloren, want
dit proces was niet de oorzaak doch
een gevolg van de oorzaak van de
vijandigheid.
De oorzaak is deze
Zijn grootvader is geweest notaris
te Hulst, en was de grondlegger van
het fortuin der lamilie Seydlitz.
Nog bij zijn leven nam hij ontslag
als notaris en zijn opvolger werd zijn
candidaat, de heer M. Geene.
Notaris Geene moest de helft van
wat hij als notaris verdiende aan
zaken van de familie en de admini
straties en de pachters afdragen aan
oud-notaris Seydlitz en dit ging zoo
voort tot or.der zijn zoon den heer
Des. Seydlitz, den vader van den
heer Jos. t-eydlitz
Toen notaris Geene overleed werd
dit notaris-zijn om de helft voortgezet
door zijn opvolger notaris van Rijsoort
van Meurs tot aan het overlijden
van den heer Des. Seydlitz Na dit
overlijden werd notaris Dregmans de
notaris der familie Seydlitz en de
administraties Seydlitz gingen voor
een groot deel over op den klerk
van Des. Seydlitz, den heer A.. Th.
Rottier.
Nu is de zaak deze, dat grootva
der Seydlitz een man is geweest vaD
veel invloed wegens zijn bezit van
geld en goed en van administraties
en zijn karakter, waardoor de men
schen met eerbiedige vrees jegens
hem waren bezield.
Door middel nu van de helft der
notarieele verdiensten werd door de
familie Seydlitz voortgezet indi
rect het notariaat van grootvader
Seydlitz en had deze geleerd in den
notaris te zien een werktuig van hare
belangen.
Notaris van Dalsum, opvolger van
notaris van Rijsoort van Meurs, bewees
reeds in de eerste weken, waarin hij
in Hulst was, dat hij geen notaris
wilde zijn als werktuig van wien
ook, maar wilde zijn een notaris als
ambtenaar, alleen afhankelijk van
zijn ambtseed en van de wetten.
Daardoor werd echter door hem,
zelfs zonder nog te weten, een stil
zwijgend protest aangeteekend tegen
het systeem van notaris-werktuig
En hetisditstilzwijgen-
de protest, dat de oorzaak
is van de wrok jegens van
Dalsum. Dit is ook de reden,
waarom andere ambtenaren zoo vij
andig zijn jegens ons, omdat wij
door ons zuiver standpunt een levend
protest zijn tegen velen van hen, en
zij daarom jaloersch zijn, dat wij
den moed hebben dien zij missen om
te doen wat wij -doen en zij ook
zouden willen doen, als zij niet be
vreesd waren voor geldelijke schade.
De vorige week stond iets over deze
Courant onder de rubriek Ooievaar.
Het was niet van ons, maar van een
inzender.
Wij wisten niet, dat de Ter Neuzen-
sche Courant eenige aandacht schonk
aan den inhoud van de Volkswil, om
dat de naam Volkswil zorgvuldig uit
haar blad wordt geweerd, gelijk dit
ook de taktiek is met de andere bladen
uit het vijfde district. Alleen van de
strafprocessen wordt melding gemaakt.
Daarom verheugt het ons, dat wij ons
in de Ter Neuzensche Courant hebben
vergist, want het blijkt, dat ze kennis
neemt zelfs van de rubriek Ooievaar.
Wij voor ons komen er heelemaal
niet tusschen of de T. N. Ct. al of
niet een neutraal blad is, iets, wat wij
niet goed- en niet afkeuren en wat ons
totaal onverschillig is.
Omdat ons standpunt is het weder
woord te geven aan ieder, die ver
meent, dat in de Volkswil iets onjuist
over hem is gezegd, nemen we hier
onder over het artikeltje, dat de Ter
Neuz. Ct. aan de zaak wijdt en dat
voorkomt in haar nummer van 18
October.
Dit artikeltje luidt in zijn geheel
als volgt
Aan onze Le/ATS.
Op hetgeen in ons Buitenlandsch
Overzicht van ons nummer van 13
October over de geestelijkheid in Portu
gal te lezen werd gegeven is door een
Katholiek, wiens stukje wij naar de
snippermand hebben verwezen, en ook
in Defu) Volkswil te Hulst kritiek uit
geoefend. Verbeeld u, ook in l)e(n)
Volkswil
Wij willen dien kritikasters van den
kouden grond even opmerken, dat het
geen wij over de Portugeesche Katho
lieke geestelijkheid in verband met de
revolutie* te lezen hebben gegeven oor
spronkelijk letterlijk heeft gestaan in
den Parijschen Unirers, het hoogstaand
hoofdorgaan der orthodoxe Katholieken
in Frankrijk, mitsgaders dat hetzelfde
citaat te lezen is geweest in l)e(n) Tijd,
het Katholieke hoofdorgaan in ons
land.
Wij zijn er zoover af „leut" te heb
ben in „tergend nieuws te schrijven
over R. K. geestelijken" of „berichten.