De Volksvil
HEINTJE MEL1EFSTE.
BIJVOEGSEL
van 25 December 1909.
VERZOEK.
D$ ahtnaA icordtn nramli M
akoMumntt kwartaal 1909 au
Dt Voltfril U BuUlortrtt-mkm.
Km 10 Jmmri 1910 tal datrttxr
mut biftetgmy oatrtm+m*
Vrede op aarde!
e menschen
icgentlen
dit schoont li
ringen dc me
■Vrede op
zang, dien de menschen zingen met
den mond. zonder dit hun hut mee
tril! bij die klanken. ZIJ voelen, dat
.Vrede op aarde" steeds tot de vrome
wenschen zal blijven behoortn. zoolang
de menschen blijven, als ze »f|n.
Voor de vervulling van dien wensch
Daarin
.en maat
schappelijke deugden" mogen zetelen,
In stede van egoisme, hoogmoed, en
andere gebreken, die zich nimmer vol-'
komen laten verbannen.
Vrede op aarde! Wat zijn we er
nog verre van afZouden we al Iets
genaderd zijn? Verleden en heden
spellen voor de toekomst weinig goeds.
Vochten lang geleden volkeren tegen
elkaar meest man tegen man, bewa
pend met knots, o! dagge, of bijl, of
lans, of speer, ol pijl en boog. of
musket, of wat het vernuft In handen
MB tegenwoordig bekken, ten spijl
S*t«rijders voor wereldvre(, aiUioenen
«p""tegen een overmichtlgen vijand,
«n ze noch kennen, noch haten, om
met welgerichte scholen uit snelvuur
kanonnen, of door middel van bom
men en granaten en kartetsen dood
en verderf te verspreiden. Vrede op
Ook elke natie bemerkt in eigen
kring sporen van verdeeldheid. Van
tijd tot tijd ontstaan er botsingen, he
viger naarmate er meer gewichtige
belangen voorop staan.
Zelfs ondergaat in een vercenlglng
van een klein aantal personen de goede
harmonie vaak bedenkelijke schomme
lingen.
En vernauwend den kringIs er
een huls zonder kruis Zouden vader
FEUILLETON.
Ztrtttscke Dtrfsgtsckltdtals
door
M.C. VAN DENENDE.
<o)—
laat, vergezeld van grol-beleedlgende
woorden van de hand gewezen.
1 Was maar goed dat Melntle bin
nenkwam. Z|j bemerkte wel. dat Jan
ernstig en peinzend keek, haar vader
daarentegen vroolijk, doch naar de
oorzaak daarvan kon ze niet informee-
een. omdat zij er eenvoudig geen ge
legenheid toe kreeg. Onderweg had
ae gedacht met weemoedige vreugde
In t kinderlijk hart
.Straks vind ik vader droevig bij
de gedachte, dat na mijn moeder nu
ook z||n eenige dochter heengaat en
hem op den ouden dag alleen laat In
zijn eenzaam huisje, terwijl mijn ge
liefde Jan tegenover hem zit met van
vreugde sbalend gezicht!"
En zie, zij hadden de rollen ver
wisseld. zonder dat zij er eenige ver
klaring voor vinden kon.
Zoodra zij dc deur achter zich ge-
Sioten had en de sigaren waren neer
gelegd, greep Toon haar rechterhand
ca lagdc deze in die van Jan, waarna
ontlasten boven hun hoofd?
Ten slotte:
u zelf?.Zal
verschillen In willen?
Vrede op aarde is ondenkbaar zon
der den goeden wil.
Het streven er naar Is schoon er
edel. En met meerdere verdraagzaam
heid, met grooter welwillendheid, met
meer echten zin .voor waarheid
M. C. VAN DEN ENDE.
JUDITH A.
Etn Ktrtlltgtndt.
Te Jerusalem leefde ten tijde van
Christus ectie godvreexende weduwe,
die haar eenlg kind Judltha In de
vreeze des Heeren en In de hoop op
d« nabijzijnde komst des Messias op
voedde.
Judltha nam dagelijks toe In deugd
en schoonheidzij was de troost der
weduwe, de zon, die haar eenzaam
leven verhelderde en vermooide.
Eensklaps werd dc hoofdstad van
Judea door een booze ziekte bezocht,
die ook Judiths ten grave sleepte. De
weduwe was als vernietigd. Zij kon
niet begrijpen, dat haar het eenige ge
luk. haar na den dood van haar echtge
noot gelaten, onherroepelijk ontno-
hart lts op etn pantser af, de
de slaap
en drank
verkwikten haar maar
één hoop bezielde haar: spoedig
sterven, om weer met haar kind veree-
nlgd te worden.
Daar kwam het heilige Kerstfeest. De
weduwe was voor het verlaten bed van
Juditha neergezonken en bad.Spoe
dig moet de Messias komen', fluister
den haar bleeke lippen, .en Hij zal
ook mijne ziel genezen."
De slaap, die haar zoo lang ont
weken had, streek over baar vermoeide
oogen, en in den droom zag de arme
moeder zich overgeplaatst naar de
andere wareld, waar haar kind met
de zalige geesten verkeerde. Zij slaakte
een vreugdekreet, toen ze Judiiha, met
haar mooie, bruine oogen en korallijnen
hij met pathos sprak;
.Meintje, mijn kind. Jan vrotg je
tot vrouw, en ik heb hem gezegd, dat
Ik er vrede mee had, daar ik weet,
hoe je beiden van jongs af reeds met
elkander konden opschieten. Wordt
een gelukkig echtpaar. Ontvangt bij
dezen mijn vaderlijken zegen, mui
tevens eenige wenken, die Je gerust
van mij kunt aannemen, want ik heb
nogal goed rondgekeken in de wereld
en weet zooal, wat erin Ie koop is;
ook draag ik je een goed hart toe.
tk geloof wel, dat men jelui bin
nenkort de onderlinge rechten en ver
plichtingen in 1 huwelijksleven zal
voorhouden en dat je ze zou kennen,
al deed men dat niet, maar dat neemt
niet weg, dat zich gevallen kunnen
voordoen, waarin t moeilijk Is. goed
Ie weten, welke plaats men behoort
Ik zal je aanwijzen, welken weg je
te bewandelen hebben, om vele van
die struikelblokken te vermijden.
Van veel belang Is 't, dal de vrouw
stil zij.
Met zaken moet zij zich niet inla
ten, want daar heeft ze geen kHk op.
Zij heeft haar terrein in keuken en
kelder. En daar blijft de man met zijn
neus buiten.
Wanneer je verschil van mecning
over 't een of ander hebben, vereffent
dal dan steeds onder elkander in de
binnenkamer, zonder dat iemand er de
lucht van krijgt, want de buitenwacht
lippen op «ieh zag toezweven. Vol
verlangen strekte zij de armen naar
haar uit en Juditha sprak
.Lief moedtrtje, wees gegroet en
verheug u met mij. Vandaag Is allen
menschen. levenden en dooden, een
groot geluk ten deel geworden. De
Heer van Hemel en aarde Is mensch
geworden en heeft te Berhlehvm de
gedaante van een kind aangenomen,
om ons allen te verlossen. Verheug
u met mij, lieve moeder, want uw
kind Is bovenmate gelukkig, en spoe
dig zult ook gtj bij ons komen, om
voor eeuwig met uw Juditha vereenlgd
Bij deze laatste woorden boog de
stralende geest zich vol liefde over de
weduwe en zweefde toen. met een glim
lach om de lippen, naar den kring der
zaligen terug.' die het .Alleluja? aan
hieven.
Nu ontwaakte de weduwe. Zl) ge
voelde zich gesterkt, en de smirl om
het verlies hirer beminde dochter
brandde niet meer op haar ziel.
Den volgenden morgen vernam zij
wonderbare dingen. Te Jeruzalem had
Serbart dingen. TeJ<
ren srrr gezien, mi
nooit aan tien hemel vertoond had en
in dc richting van Bethlehem getrokken
was. Reizigers uit Bethlehem vertelden,
dat daar in een atal een wonderschoon
heerscharen de geboorte van het kind
aan eenige herders op het veld hadden
geboodschapt.
Blijde verbaring maakte zich van alle
Jerusalem meester. .De
—en", jubelde men. .de
Is verschenen om Zijn
volk te verlossen."
De weduwe wierp zich dankbasr op
de knlein en bad vurig, overtuigd dat
van den Mei
de genade v
Ood ook ovt
Nog denzelfden dag vertrok de vrome
vrouw naar Bethlehem, huldigde het
Goddelijk Kind door aanbidding es ge
schenken en bleef een trouwe vereer
de dood haar van
verloste en wees
van Jesuj
r aardach
h vcreenigde.
Dt FiHCJil ÏAN DIM
Naar het Engetsch van Arthur
Van mijn vriend, Bill Wragg,
Iemand, die handel drijft in honden,
vogels en marmoljet, vernam ik laalsl,
In een vertrouwelijk oogenbllk, hoe hy
eigenlijk begonnen was met zijn zaak.
Oorspronkelijk was 'teen handel ge
weest in papegaaien, om te beginnen
op louw gezet zonder kapitaal, in
zonder Mn papegaai. .Van wal steken,
zonder kapitaal," zei BUI, heel ernstig,
terwijl hl) zijn pijp met zijn rooden
zakdoek afveegde, .dal is naluuriijk
eenvoudig een vraag van krediet. Dat
doen er wel meerbeginnen op krediet,
't ging makkeijjk genoeg.
'k Wjs er om de waarheid Ie zeggen,
in die dagen slecht aan loc, 'k had
geen cent op zak, en ik leefde de
laatste weken zoowat van den hand
en lacht heimelijk als 't niet goed
gaat.
Meintje mag dan nooit vergeten, dat
ze de mindere Is. hoewel er van beide
zijden toegevendheid voor eikaars ge
breken noodlg is.
Komen Je in conflict met een derde,
de een zal de ander steunen tegenover
hem, ook al Is 'I klaar als een klonljc,
dat 't ongelijk aan de zijd* van jelui
la.
Maar je zullen niet dikwijls met
anderen overhoop liggen, als je doen,
wat ik Je aanbeveel.
Wil je goede vrienden met Je buren
blijven, kom er dan nooit zonder
noodzaak en gebruik er niets. Babbelen
en ten gevolge daarvan lasteren is een
tic, waarmee vele vrouwen behebt zijn.
Laat je er nooit toe verleiden, Meintje.
Je moeder, de .kapteln' vcreenigde al
die goede hoedanigheden In haar per
soon. Neem haar ten voorbeeld, dan
mAet het goed gaan. Ik was niet ge
makkelijk. maar wij begrepen elkaar.
Zij liet mij in mijn' sop gaar
koken en liet zich op tiaar beurt gel
den. waar zij recht meende te hebben.
Verder is leder verplicht de wenschen
van den ander te voorkomen. Deelen
je zdo de lusten, de lasten des levens
zullen nooit zwaar vallen. Jan behoef
Ik niet te zeggen, dat hij gehouden
la zijn wederhelft Immer, en vooral
in 't openbaar, als 't zwakkere val de
eere Ie geven.
Nogmaals van harte gelukgeweuscht
doen gehad in een winkeltje van
witte muiten en zoo, In Wapplng,
waar de knecht ziek was, en de baas
had m|| een pak kleertn present
gegeven, wat ik vriendelijk van hem
vond, tot Ik merkte, dat hij 't van
mijn loon afhield aan 'leind van de
week. 1 Was een oud zeemanspak, en
dat bracht mij eigenlijk 'I eerst op het
denkbeeld om met papegaaien Ie begln-
btn"k zag er nel mee uil als een kerel,
die best zoo'n beest kon hebben
bracht v
Wat t<
gat, een kolenzaak,
waar den heden dag een klerk zil,
om bestellingen aan te nemen. Ik
kende deze gelegenheid wel, omdat
mij j||
hij hem verkocht had. 'tWas ntet
hedcmial pluis, dat zaakje, en 'ttrof
goed voor mijn kameraad, dat die
Dobbs. kort daarop kwam te overlijden.
Maar ik wist dan nu, dat hij Dobbs
gchectcn hsd, en Ik stapte op mijn
dooie gemak 'I kantoortje binnen.
apreken 4"
.Nee", zegt hij, .die is al
jaar dood".
.Dood 1' zeglk. .DicgocicDobbs?
En loen ik op reis ging, was hij nog
zoo gezond als een visch I Wel, wel.
meneerdal is een heelc slag voor
mij. Die klerk was zoo'n sukkel van
een vant; die zat mij maar met bolle
oogen aan te kyken.
breng ik nu juist voor Dobbs
pracht van een papegaal mee van de
reis, een beest, dat praat den balven
dag, en fluit leder deuntje, dat je maar
verkiest. Wat-zal 'k er mee beginnen
Weer mee aan boord nemen gaat niet.
Als 'k maar een goed Ihuis voor hem
hadt Wacht eens", zeg ik zoo
zonder erg, .hoe zou U over hem
denken? t Is een beest, dal onder
ons gezegd, zqn geld waard ismaar
om voordeel Is 'I mij niet te doen. U
kunt hem krijgen, als u hem hebben wilt."
Ik zag best, dat de klerk er wel zin
In had. .Hm", zegt hij.heel vrien-
dtlijk van u; 'k heb er niet op tegen;
'k «al goed op hem passen.
Hoe heet hij
n hier brengen, fi
Zal faem halen,
u een kooi?"
.Nee", zggt de klerk. .Een kooi
heb 'k niet".
.Die moet u zien te krijgen", zeg
Ik. .De kooi, waar hij nu inzit, heb
ik maar te leen. Ja, een kooi moet u
hebben. Hoe krijgen we die -Dat
weet Ik niet", zegt hij, en zijn oogen
staan weer als knikkers zoo bol.
.Een splinternieuwe kooi kost een
hoop geld", zeg ik, .Maar in Walworth
weet ik een mooie kool, die u voor
een koopje kriigen kunt. Ik zal wel
op 'tkantoorpassenals u er heengaat."
.Zoudt U misschien cc
kijken voor mij
.Hm", zeg ik; ,'k heb 't
druk; maar Ik kan loch wel c\
n dien
Het dacht me goed onder oi
zeggen, wat Ik te zeggen had, omdat
ik op een bruiloft voor zooveel men
schen niet spreken kan, en vooral ook.
omdat ik van meening ben. dat zij i
niets mee noodig hebben. En ni
Meintje, gaan wc een glas ledigen op
je welzijn, en zullen we eens een sigaar
p robeeren I"
Onder 'I genot, dat wijn en liefde
schenken kunnen aan hen, die de
kracht hebben, onder alle omstandig
heden eerbaar mcnsch te blijven, werd
de avond verder gcnocgclljk doorge
bracht. En de avontuurlijke- verhalen
van Toon uit zijn eigen leven verhoog
den niet weinig 'I aangenaam samen
zijn, dal tot laat in den avond voort
duurde.
Van neerslachtigheid ol nijd was bij
't afscheid geen spoor achtergebleven.
Aan de achterdeur een serie kussen
van 1 minnend paartje en Jan ging.
Allea zonk in de vorige nachtelijke
hooger rust zocht.
Jan Hoeft sloeg even voorbij den
molen "t hoekje om. Hy koos 't voet
pad langs den Poel. De kortste weg
was lang genoeg. Toch liep hy zeer
langzaam, mei neergeslagen blikken,
diep In gedachten verzonken.
De toespraak van den Wildeman,
ulL Die kooi. die ik bedoel, is
geld waard; maar voor een drie
gulden zou "k zeggen, dat ik hem wel
krijgen kan. Ten minste, als u mij
de drie gulden geeft, dan zal ik zien.
dat dat In orde komt, en wordt het
wat meer. dan schikken wc dat later
wel". Ik sleek zoo losweg de hand
uil, en de drie guldens vallen er in.
.Zoo", denk Ik, .dat Is zoover in
orde".
Ik de deur uil, en van die drie gul
den neem ik eerst drie sluiven af
voor een hartversterkingwant die
had Ik wel noodlg. Ondcrtustchen
bedenk Ik zoo, wit verder en ik
overleg bij mezalf, dal zes gulden net
tweemaal zoo goed helpen om een
zaakje op te zeilen, als drie, en dat
er nög zoo'n kantoortje is, van dezelfde
maatschappij, niet ver uit de buurt
't was maar ten stuiver met dc tram,
en ik kon er toch licht een daalder
mee verdienen. Ik stap In de tram,
en kom aan 1 andere kantoor, waar
ook een klerk zat. Deze was meer
bij dc pinkenmaar ik ging precies
opzien, als hij vooruit
wil in de wereld. Toen ik hem de
panegaal presenteerde, haplc hij da
delijk toe. .Mei plezier", zegt hij;
.'k ben nog al een liefhebber van vo
gels".
.Best", zeg ik; en vraag zoo by
mijn neus langs; .Een kooi hebt u
zeker Nu kwam er wat, waar ik niet
op gerekend had. .Een kooi?" zegt
hij. .Ja zeker. Dat treft juist zoo
goed 'k heb een pracht van een kooi,
van een tante getrfd, en ik zocht
naar een vogel, moet je weten. Kijk
hier".
Hij scharrelde wat in een hok, en
kwam aanzetten met een mooie, ver
gulde kooi, zoo goed als nieuw. Of
dat nu geluk moest verbeelden, dal
toeval, dat wist ik nietmaar ik denk
pak aan maaren ik met de kooi
Dit zag ik in de gauwigheid wel,
daf die kooi heel wal meer waard was
dan drie gulden, in elk geval. Zoodal
ik nu al een heel eind verder heen
was, dan toen 'k begon; met drie
gulden in den zak, op vier stuivers
na, en een prachtige koperen kooi op
den koop toe.
.Ja, wat nu nog mankeerde, dèt
was de papegaai zelf. Ik herinnerde
mij toevallig, (je zou zeggen, hoe kan
'I zoo treffen) dat ik hier in de buurt
ergens een mooie papegaal had gezien,
in een deftig huis, met ccn tuin ervoor,
waar een rijke oude juffrouw woonde.
Dat beest stond, als de zon scheen,
heelc middagen In den tuin, en ik
haast je, rep je, er heen, eer het weer
tijd werd, om Lorre binnen Ie halen.
Die kooi van dc juffrouw was niet
half zoo mooi ais die van mij, en ik
dacht zoo, dat m ij n kooi en haar
Lorre prachtig bij elkaar pasten. Maar
hoe 't nu worden zouol m ij n kool
aan hiir zou wurden overgedaan voor
een behoorlijk sommetje, öf haar
Lorre in m ij n kool te land zou ko
men, voor niets, - dit hing
ervan af of dc oude juffrouw zelf in
die hij naluuriijk in echt Zccuwsch
gehoord had, was daarvan oorzaak.
-Wat is die Toon eigenlijk voor
man I" dacht hij.
Toen hij 't hek van den Olmenhof
opende was hij tot deze conclusie
gekomenDe Wildeman houdt de
nagedachtenis van zijn kaptein in eere
heelt zijn Mcinijc lief als zijn oogappel
verliest zijn welbegrepen eigenbelang
nooit uit het oog. Van dat egoisme
Jan de dupe, maar hij tr~-~"*
zich met dc gedachte al zijn .hebben
en hnuen" valt later vanzelf In handen
van den rcchtinatigen eigenaar terug.
't Erf dwars overloopend naar
huisdeur, ontmoette hij den klepper,
rustig grazend. Hij klopte 't beest
goedig op den rug en krabde 't den
kop. En bruintje zag rijn meester aan
met groote, trouwe oogen, als was 'I
verwonderd over 't laat bezoek.
-Nog een beetje Reus," zei Jan half
luid tot het makke beest, dan trek je
't meisje naar 't dorp en 't vrouwtje
terugdan Is 't voorgoed een uitge
maakte zaak geworden Mein Is mijn 1"
Gelukkig doordat schoonc toekomst
beeld stapte hij met een lachje van
tevredenheid om dc lippen zijn woning
blnnea.
En de gansche omgeving ademde
rust en vrede.
Een maand later waren Antje en
meester Ie Due getrouwd, tegelijk met
Meintje en Jan. Zonder bijzondere