w No. 13. Zaterdag 25 Dec-ember 1909. Ie Jaargang. Hulst. Gewestelijk en Algemec Richting:: Voor waarheid cn voor recht, door eigen daad en door daad van anderen, zonder l>er8oon of partü. VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG. aanzien van Stichter: II. A. van Dalki m. rt geplaatste stukken worden niet terag gegeven. blad neemt uecnc verantwoordelijkheid voorden inh liet Vrije Woord en voor dien van idri REDACTIE: 'Gentschestraat C 7 te Hulst. NEDERLANDf 0.50. BELGIEIr 1.20. ANDERE LANDEN I 0.80. - - Abonnementen worden dagelijks aangenomen. - - ADMINISTRATIE: Gcntschestraat C 6 te Hulst. DBUKK ERU: Gcntschestraat B 4 te Hukt. Advertcntien, in te zenden vóór Vrijdags om 12 eur. Prijs per regel 10 cent. Bij abonnement of geregelde plaat_ belangrijke vermindering. Dienstaanbiedingen contant 10.21. BERICHT. Zty, «lie /.iel» legen A ieuwjuur op „De Volk*- wll' abonnee ren. ontvan gen «Ie verder ventchU- nemie nummer- grntf». Gij. Volkswil, loof God in zijne schepping. Op drieSrlei wijze kan men God kennendoor aanschouwing, door het geloof cu door het natuurlijk verstand. Niels van wat geschapen Is kan ons een denkbeeld geven van het goddelijke wezen zooals het in zich zetven is. omdat er niets is in de' zichtbare schepping waarmede hel kan worden God i schouwing is voorbehouden voor bet andere leven. God kennen wij door zijne schep ping. De kennis van de zichtbare dingen doet terruggaan tot de eerste oorzaak, en deze is God. Door deze kennis komen we niet tot de kennis van Gods wezen, we komen daardoor tot de kennis van het bestaan van God, van zijne volstrekte meerderheid boven alles wat' geschapen is. van de eigen schappen die de zijne zijn wegens zijn eerste oorzaak van alles. God kennen wc door het geloof. Het geloof is minder dan de aanschou wing. maar staat boven de kennis door het natuurlijk verstand, omdat het ge loof verlicht en versterkt het verstand door het voorwerp van het ver stand duidelijker en volmaakter te doen kennen, omdat de openbaring de goddelijke volmaaktheden beter verklaart dan het gehcelc heelal. Overal in het heelal is beweging. Zie de aarde, zij wentelt om de zon, zie de sterren zij veranderen van plaats. In laatste oorzaak van beweging moet er een zijn, die de beweging leidt en zelt niet bewogen wordt. Overal zien we een komen en een vergaan, dat wat nu bestaat (mcnsch, dier, plant, gesteente) eenmaal niet heeft bestaan. Daarvoor moet er zijn een oorzaak, die uit noodzakelijkheid heelt bestaan voordat iets bestond van wat cu bestaat en nu niet meer bestaat. Overal zien wc, dat alles wat bestaat een doel wil ^bereiken. Oecn mensch, geen dier, gein plant, doet iets zonder doel van voortbrengen, van voorttelen, van voeden enzzelfs de Icvenlooze gesteenten willen bereiken een doel van verbinding met andere gesteenten ol van ontbinding der daarin vervatte elementen. De boer merkt dit op, als hij landbouwzoutcn op zijnen akker strooitdeze lossen zich op en door deze oplossing bereiken ze hun doel van plantenvoediel der vruchten. Waar een redelijk doel wtl bereikt worden door wezens zonder verstand, daar moet een verstand zijn. dat dit doel In die wezen* heeft gelegd. Overal zien we, dat er verschillende Kien van volmaaktheid zijn de plant groeien en voorttelen, maar zich «let verplaatsen, het dier kan dit en ook zich verplaatsen, maar niet denken, de mcnsch kan dit alles en ook denken. Maar er is zooveel in de natuur, dat de mensch wel tot een nuttig gebruik kan aanwenden, maar niet samenstel len, welks bestaan hij kan aantoonen maar dit bestaan niet kan geven. Daarom moet er een zijn, die een hoogcren graad van volmaaktheid heelt dan de mensch en dit op eene vol strekte wijze zonder eenig gebrek. Door liet natuurlijk verstand moeten we besluiten tot een eerste oorzaak van de beweging in het heelal, tot eene eerste oorzaak van al hel bestaande, tot een verstand dat met wijsheid alles in het heelal heeft geregeld, tot een wezen, dat volmaakt in alles is, en deze heet God. Het natuurlijk verstand kan bewijzen Gods bestaan, onze zintuigen zien en voelen, dat wij zetven bestaan en onze omgeving. Deze en de verdere schep ping heeft God uit het niet geschapen, en In dit scheppen heeft Hij gelegd een bewijs van Zijne almacht, wijsheid en liefde. Almachter zijn dieren zoo klein dat honderden millioe- zljn in éénen water- oruppci. aicdits door een zeer sterk microscoop worden zl] zichtbaar, ter wijl dan tevens blijkt, dat zij in ont zettende menigte overal verspreid zijn, 'in het water, in de lucht en op de vaste voorwerpen. Zooals deze levende schepseltjes door hun kleinheid, wek ken de hemellichamen de verbazing door den ontzettenden omvang. Zoo is de zon ruim 1.4 maat milliocn grooter dan de aarde, en onder de talloozc sterren zijn er nog tallooze grooter dan de zon. Wijsheid: in Zijne schepping is alles doelmatig om te bereiken Zijne eigen verheerlijking en het geluk Zijnet rede lijke schepselen. Zonder aarde, water, lucht en vuur is het gedaan met hei leven op aarde. Zonder aarde, geen rad waarin de planten wortelen, die allernoodzakelijkste voedingstof op leveren, en waarin tevens al de kost bare bouwstoften zfin neergelegd, voor noch plant op aarde leven, want zonder lucht geen ademhaling zonder vuur llcnt en warmte geen practisch gebruik van aarde, water, lucht, geen ontkieming van dc planten, geen afzondering van de voedende stoffen uit het water, geen onttrekking van dc levengevende bcstanddcelcn der lucht, en zoo geen grondslag voor het bestaan van dier en mcnsch. Bewe gelijk moet zijn dc luchtlaag om vcr- versching van "t ccnc punt naar 't an dere toe Ie laten, en ijl genoeg om de uit— en doorstraling niet tc beletten maar toch ook weer dicht genoeg om licht cn warmte op tc zamelen en op geschikte wijze ten bate der levende wezens te verdeden. De zon, de bron van licht cn warmte, moet niet altijd dcnzcltden kant, maar afwisselend de verschillende deden van het geilede mcnschcnvcrblijf beschijnen, cn zoo door haar nachtelijk verdwijnen den tijd en gelegenheid verschaffen, dagwerk d Doelmatig zijn de wisselingen In den dampkring, de ongelijkheden van den bodem, dc regen, dc sneeuw, het Ijs. doelmatig is dc wijze, waarop de aardschor» opvolgelijk Is gevormd uit den gasvormfgen toestand tol een vloei baren toestand, van vloeibaren tot vas ten toestand, van den vasten toestand ongeschikt voor ontginning en plan tengroei, tot den toestand van geschikt heid voor ontginning, plantengroei en bewoning opvolgelijk van verschillende eindelijk i voor den om te dienen als woonplaats Liefdein zijne schepping heeftVilj gelegd natuurwetten, die regelen, dat het zaad zich ontwikkelt tot plant cn dat de plant zich voortteelt cn vruchten gzeft, dlc regelen, dal het dier zijn voedsel vindt In de natuur en daarin voor het dier toebereid juist zooals het 't als voedsel noodig heeft, die regelen, dat voor den mensch alles ztjn behoeden en genoegen :an zijn in plant, aanwezig is doch niet reiden toestand, omdat de mensen voor ontwikkeling is geschspcn cn daarom zijn arbeid moet aanwenden bij het bereiden van de middelen tothetvol- regclen, dat de aarde voortbrengselen heeft voor het gehecle doen groeien op zoodanige gedeelten van den aardbol, dat er voortdurend ruiling moet plaats hebben, waardoor worden bevorderd alle middelen van verkeer. Heeft God in zijne schepping een bewijs gegeven van zijne almacht, wijsheid en liefde, cn is dit alles niet reeds een voorwerp vaor den mcnsch van dankbaarheid en van lof, nog grooter bewijs van almacht, wijsheid en liefde legde hij in dc schepping ten bate van het bovennatuurlijk leven van den mcnsch. God schiep en het was zeer eoed. Den mensch schiep hij op de aarde te zijn. nu vrijen wil God te danken, te eeren cn te dienen, en om hem daarna eeuwig tc aanschouwen in eencn staat van eeuwig geluk. Doch daartoe moest de mensch met vrijen wil medewerken. Het eerste m cnschcnpaar handelde met vrijen wil anders cn werd ongehoor zaam. Daardoor sloot het voor zich zclven cn zijne gehecle nakomeling schap den hemel als woonplaats van eeuwig geluk, n tijd mensch liet worden, om door dc ver diensten van dezen dc eeuwige gevol gen van dc ongehoorzaamheid van het cerate menschcnpaar weg tc nemen. Beloofd werd deze Zoon reeds aan de eerste ouders, cu als de tijden vervuld waren hoorden herders In de buurt van Bethlehem het gezang der engelen Glorie zij God In den hoogc, cn vrede op aarde aan de mtnschcn, die van goeden wil zijn. Er slaat geschrevengeen oog heelt gezien, geen oor heelt gehoord, In geen menschcnverstand is opgekomen, wat God heeft voorbereid voor wie hem beminnen. De mcnsch I* geschapen met ziel en lichaam, Neem de ziel weg cn weg isde verklaring van het leven, de verklaring van het beslaan van verstand met al zijne vermogens, dc verklaring van het verlangen naar een leven hiernamaals. Neem de ziel weg dc metst dwaze Iccrlngcn ontstaan om te verklaren wat leder In zich zetven, in anderen en in dc schepping ziet, en het leven Is niet meer dan het le ven van een dier, del geheel opgaat In het stoffelijke, zich niet boven dc aarde verheit. Neem de ziel wegde arbeider wordt een stuk machine, het kind wordt een stuk vleesch, dc on derdaan wordt een speelbal of melkkoe, de overheid wordt een dwingeland. Erken aan de ziel hart rechten: in den arbeider erkent men zijne rechten van mensch, In het kind ziet de ouder een voorwerp van liefde en van zor gen, in den onderdaan ziet dc overheid een broeder, in de overheid ziet de onderdaan een gezag, Almacht: onsterfelijk schiep God de ziel van eiken mcnsch en onstof felijk. Hij versierde haar met de ga ven van verstand cn vrijen wit, boven de vermogens noodig voor den groei en het beslaan van het lichaam. On sterfelijk cn onstoffelijk moest hare eindbestemming ook hebben een doel, dat eveneens onsterfelijk en onstotte- lijk is, en dit doel is haar eigen schep per. Grootsch, verheven is de ge dachte aan een scheppen uit het niet van wat is voor cenen tijd, grootsch, onbegrijpelijk verheven is een schep pen uit hel niet van wat geen tijd zal WijsheidWaar de almacht schept om altijd te bestaan, waar dealmacht schept om zich door hel voor de on sterfelijkheid geschapene te doen ken nen en in eeuwigheid te doen danken en lofprijzen, daar mag in deze schep ping niets aan het toeval worden over gelaten en moet de schepping van elke ziel daaraan doelmatig zijn. Doelmatig moeien zijn de middelen voor iederen mcnsch, om zijn einddoel te bereiken niet voor leder zijn deze dezelfde, omdat van den een meer wordt gevorderd dan van den ander, waarom de een meer de ander min der genaden heelt ontvangen om er vruchten mede voort te brengen. Doelmatig moet zijn de maatschappij, waarin de mcnsch leeft, opdat hij mei vrijen wil kan voorzien in zijne be hoeften zoowel voor het tijdelijk als voor het eeuwig leven, waarom twee ërlei gezag, dat duidelijk zoowel voor liet ecu als voor het ander cn beide duidelijk onderscheiden, voor elk leven ccnc leiding is. Doelmatig moet zijn het verlangen der ziel, om haren schepper tc eeren door naar hem te verlangen. 's Menschcn versland kan dat alles in zijne werking niet begrijpen, het neemt aan, dat God de wereld cn al het g maar hel is onmachtig Ie bcoordcclcn. waar het zeil moet ge- tulgen, dat het eigen verstand somtijds niet in staat is om het echte waarom van de eigen handelingen tc verklaren. Maar dit kan 's menschcn verstand toch wel verklaren, dat de Schepper alles met wijsheid teidt tot het gewilde doel, en dat Hij, door aan den mensch een verstand te geven met vrijen wil, In het bereiken van het gewilde doel, rekening houdt met dc medewerking door den vrijen wil. En ookdat de medewerking door den vrijen wil bc- looning moet vinden In liet deelhebben aan Gods geluk, en de weigering van medewerken door den vrijen wil straf moet vinden door de uiting van Oods rechtvaardigheid. Liefde: Als een kunstenaar een werk heeft voltooid, waarin hit al zijn kun de kunstenaar dat werk liet. Als moeder met smarten haar kind beeft gebaard, als r| daarvoor dagen en nachten heeft gezorgd, om het te does groeien en om hef voor onheil te be waren, dan bemint de moeder dat klad God sprak: Uien Wij den mensch maken naar Ons beeld en gelijkenis. En H« zag dat alles goed was. Het genie van den kunstenaar is slechts een zwakke straal van bet licht dat afstraalt van Gods kunnende liefde de moeder voor baar kind ts groot moet dan toch de Bron, v. komt I liefde z! Zijnbeeli Des t leed, als het kind de m waardeert. Eveneens: Schepper den mensch bemint, des te meer moet zijn Zijn leed, als de mensch dat Zijne rechtvaardigheid Hem dc weigering tot wederliefde moet doen besluiten tot het uitsluiten van bet hoogste goed, dat als einddoel voor den mensch is weggelegd. Almacht, wijsheid en liefde Hoe? Van waar dan de angstkreet uit 's menschcn ziel, dat zij den vrede mist des harten, waarom het leven hem is een last, dat haar verstand slechts duisternis ziet Hoe, heet dat almacht, wijsheid en lielde, dat een Vader door beproevingen Zijn kind,tot Hem geteld? Een wanklank dus in de Schepping Eene groote zaal, rijk versierd en vol licht. De kunstenaar zit voor zijn instrument Ademloos wordt geluisterd naar het spel. Een misgreepeen schrille toonEen tweede greep de klanken vloeien ineenharmo nieus ruischen de tonen, de muziek zweeft nog door de zaal een oogen stille t- n hart m :n zich ui straks nog ademloos luisterend, een woord van dank ontvangt de ontroerde kunstenaar. Een wanklank? Een armoedige stal. En op hel stroo een Kind in doeken gewonden. En bij het Kind eene moeder, tevens maagd. De herders hebben Het ge vonden. Geen woord ontsnapt hun mondhun hart is vol van dank cn lof. Geboren is de Beloofde der vol keren. Geboren is Hij, Die lsratl ver lossen zal van zijne zonden. Geboren is Hij, het middelpunt tol Wlen en van Wien de menschheld de Jaarhon derden rekent, geboren is Hij, Die in Zijn aardsche leven al weldoende rond ging, Die medelijden had met de schare. Die onder de mcnschheid wilde blijven onder de meest nederige gedaante, Dlc den vrede des harten terugbracht in ieder mensch van goeden wil, Die dc menschheld met haar Schepper zal verzoenen, aan haar den wegzalm- wijzea door alle eeuwen heen nahr haar Schepper en haar God, Die aan de menschheld Zijn eigen Moeder tot moeder gal. jrrx s.'ssjars r Kind, geef <k~ dlc deze bc ziclevrede allen. deze nog Ier, brengt H. A. VAN DALSUM.

Krantenbank Zeeland

Volkswil/Natuurrecht. Gewestelijk en Algemeen Weekblad te Hulst | 1909 | | pagina 1