GEMEENTERAAD VAN VLISSINGEN.
Uil.
5,000
>er
iasasïüSEaKaj
Bijvoegsel van het "Vlissrifigsch. Week-
Iblad vail Zalurdag lti December J.871, no. 464.
een tand-
mond niet j
'den regter-
pan dezelfde
N-MOND-
zij van de
aanbevelen.
fabrikant.
IT
&.OLFF, Korte
2 no. 441; C,
>EREIJ Co.
Leuvehaveu.
[LV.vitz J. CZN.
0., Hoogstraat.
F. C. SN A-
WlenE. NOR
ioyenbosch: J.
r. WOLFF; te
OSCH Hz., te
ENGERS, ver-
p. LANSON-
S S.Zn., Voor-
M te Bommel
al: M. D VAN i
JHOUTENte j
1. DOES.
Zitting van Maandag 20' November. Rapport afschaffing keurloonen;
voorzorgsmaatregelen tegen cholera, heffiug kaai- en havengeld; eeuw-
feest verdrijving Spanjaardenverzoek coomsch-katlioliek armbestuur
afscheiding weezen, idem beheer weezeu Ned. hervormde gemeente;
wijziging besluit zeemans- en visschersbeurs; afwijzing verzoek grati
ficatie; wijziging besluit reutheffing leenbank; toelating meisjesschool
meer uitgebreid onderwijs; ontslag hulpondevwij/.eres idem; mede-
deelingeu; verdeeling traktement onderwijzers; voorstel ophouden
subsidien.
Voorzitter de heer Winkelman.
Afwezig de heer de Groof.
De notulen der vorige vergadering worden na gedane voorlezing
ïdt de nieuwe
GE WAAK-
00 Mk.
prijzen onder
Mark.
<000, 50,000,
b h 15,000
0, 7 h 6000,
102 h 2000,
256 a 500,
plaa-ts en
3. £>0.
1. 75.
90.
bgineele loten
Lunt of Bank-
ermaking van
|en.
officieel trek
£n en deel be
valt inij ver
genoegen, zoo
m vele groote
uitbetalen en
lauwgezetie be-
zal 6 an ook
ij waardig te
hebben en de
verzocht ten
lenden aan
[SCHILD,
Lliandelaar
VLISSINGEN.
Geschied voorlezing van het rapport der commissie voor het
lelastingstelsel, betrtekkelijk het voorstel van den heer J. J. P.
lector tot afschaffing der keurloonen van vleeseh enz.
Uit dit rapport blijkt dat de commissie van oordeel is, dat de
fechaffing der keurloonen niet wenschelijk is, en mitsdien advi-
jert om de bestaande verordening te handhaven. De gronden
raarop het advies berust zijn dezelfde die in 1868 geleid hebben
it afwijzende beschikking op een gelijk verzoek, destijds door
neringdoenden tot den raad gericht.
De heer Verkuil Quakkelaar acht de heffing onwettig met het
ig op de artikels 238 en 254 der gemeentewet, als bedragende de
ibrengst aanmerkelijk meer dan voor de vastgestelde belooning
mden keurmeester noodig is.
De voorzitter merkt op dat van onwettigheid geen sprake kan
|n zoolang de behoorlijk goedgekeurde verordening bestaat.
De heer van Uije Pieterse herinnert dat bedoelde neringdoenden
lertijd aan den koning verzocht hebben om het besluit van den
id te vernietigen, doch door den koning daarop afwijzend is
ickikt.
'e heer Kleijnhens bespreekt de practische gevolgen die eene
ihaffing zon ten gevolge hebben, en is er daarom tegen.
'e heer J. J. P. Hector acht de keuring een maatregel van politie
:ijn, waarvan de kosten, als van alle overige politiemaatregelen,
de gemeentekas behooren bestreden te worden.
~le heer Pot is niet tegen de strekking der verordening in het
jemeen, doch acht de heffing belemmerend voor den handel met
ireii gemeenten, waarom hij met het oog op art. 237 der gemeen-
'et voorstelt van deze belasting vrij te stellen de ingevoerde
irwerpen die bestemd zijn tot wederuitvoer,
lp voorstel van den voorzitter wordt besloten: a met 12 tegen
;emmen tot verwerping van het voorstel van den heer J. J. P.
itor, en b met algemeene stemmen om het voorstel van den heer
te verzenden naar de commissie voor het belastingstelsel, ten
le daarover rapport uit te brengen.
ervolgens is aan de orde het rapport van de commissie voor de
ifverordeningen betrekkelijk eene verordening tot het nemen
voorzorgsmaatregelen tegen de cholera.
•e voorzitter merkt op dat indertijd door den commissaris des
gs een wenk gegeven is om in tijds de noodige maatregelen te
len om de bedoelde ziekte tegen te gaan. Tengevolge daarvan
lt thans overgelegd en voorgelezen een concept-ver ordening
>e betrekkelijk.
je heer Kleijnhens wenscht de behandeling hiervan voox'loopig
.e houden met het oog op de mogelijke aanneming van een
joatwerp hiertoe betrekkelijk, dat bij de tweede kamer aanban-
te, en omdat het gevaar voor die ziekte op dit oogenblik niet
[end is.
bestrijding van dit voorstel door de heeren van Uije Pieterse,
'oorzitter en J. G. Hector, die de dadelijke behandeling zijn
(daan, wordt met 8 tegen 6 stemmen tot de voorioopige aan-
'ig besloten.
tma wordt voorgelezen een rapport der commissie voor het
jtingstelsel betrekkelijk het al of niet afschaffen van het kaai-
•vengeld voor schepen die het dok binnenkomen,
rapport strekte om den raad te adviseeren tot behoud der
'g zooals die thans heeft.
i heer Kleijnhens vraagt eenige inlichting en zegt dat, als hij
r®l begrijpt, het hoofdmotief is, dat de gemeente indertijd
'es is geweest van het dok en zich aanzienlijke offers heeft
'st tot vergrooting daarvan. Hij wenscht daarbij te voegen
ten van onderhond der kade, losplaatsen, verlichting enz. en
iert dat in den vorigen winter nog ruim 200 buitengewoon
'tgegeven voor politie, tengevolge van de schepen die aldaar
en geweest,
orzitter geeft de gevraagde inlichtingen,
heer J. G. Hector wenscht de verordening te wijzigen voor
®1 den naam betreft, opdat de belasting geheven worde onder
aren naam waarvoor zij bestemd is, namelijk tot onderhoud
"le» losplaats, verlichting enz., in overeenstemming met het
stelde door gedeputeerde staten.
Omvraag gebragt, wordt het rapport der coümrissie met 13
'sa tegen 1 aangenomen.
Nog wordt uitgebragt het rapport der commissie betrekkelijk
de feestviering van het derde eenwfeast van de verdrijving der
Spanjaarden.
De commissie is van oordeel dat eene zoo belangrijke gebeurte
nis, die medegewerkt heeft tot het verkrijgen der vrijheid waarin
wij ons nog mogen verheugen, niet stilzwijgend voorbij mag wor
den gegaan. Hij stelt mitsdien voor dat de gemeente zal voorgaan
door het uitsteken der vlaggen van alle openbare gehouwen, het
bespelen van het carrillon en het uitnoodigen aan de ingezetenen
om daartoe mede te werken. Zij vertrouwt dat door de ingezetenen
eene bijdrage zal worden verstrekt en wenscht dat aan de commis
sie uit de burgerij die zich tot dat einde mocht constitueren, op
hare aanvrage, eene ondersteuning nit de gemeentekas in verhou
ding tot hare middelen zal worden toegestaan.
Met algemeene stemmen wordt het voorstel der commissie
goedgekeurd.
Van het R. K. Armbestuur is ingekomen een verzoek tot af
scheiding der R. K. weezen van de administratie van het algemeen
arm-, gast- en weeshuis.
De voorzitter doet voorlezen een ontwerp door het dagelijksch
bestuur opgemaakt van de voorwaarden waarop zoodanige regeling
gegrond zou moeten zijn en stelt voor dit ontwerp ter griffie neder
te leggen ter inzage van de leden.
De heer Kleijnhens brengt in herinnering dat hij namens de
commissie benoemd tot het ontwerpen van een nieuw reglement
voor het arm-, gast- en weeshuis te Vlissingen, op den 5 Sept. jl.
eene interpellatie tot het dagelijksch bestuur heeft gericht, waar
van reeds de strekking was om aan te dringen op de beëindiging
der sedert een elftal jaren hangende regeling der R. K. weezen-
verpleging in Vlissingen.
De raad zal zich herinneren, M. d. V. dat ik op den 5n Septem
ber jl. namens de Commissie benoemd tot het ontwerpen van
nieuw reglement voor het Arm-, Gast- en Weeshuis, tot het Dage
lijksch Bestuur eene interpellatie heb gerigt, waarvan de strekking
was om aan te dringen op de beëindiging der reeds sints een elf
tal jaren hangende zaak der R. K. Weezenverpleging in deze
Sedert heeft Uwe Commissie zich den tijd ten nutte gemaakt
om de geschiedenis en administratie dier Weezenverpleging met
zorg na te gaan en zijn wij daardoor meer en meer in de overtui
ging bevestigd dat eene bestendiging van den bestaanden toestand
in gcenen deele wenschelijk is.
Wij hadden ons voorgesteld aan het einde dezer zitting het
woord te vragen om aan U de vxnicht van dit onderzoek mede te
deel en en verder in verband daarmede een voorstel te doen tot
reorganisatie van het Arm-, Gast- en Weeshuis.
Het zoo even door het Dagelijksch Bestuur ter tafel gebragte
voorstel doet ons in zooverre van ons voornemen terugkomen,
M. d. V., dat wij in overweging geven om ons nu al dadelijk
het woord te verleenen tot het doen van die mededeelingen, als
wanneer de raad eene beslissing zou kunnen nemen omtrent het
gelijktijdig in behandeling brengen der verschillende voorstellen
betreffende een nieuwe inrigting der bedoelde instellingen van
weldadigheid.
De geschiedenis der R. K. Weezenvex'pleging in deze gemeente.
Volgens aanteekening bij het R. K. Armbestuur zonde van af
den jax-e 1813 de afscheiding der R. K. Weezen op speciaal ver
zoek van gecommiteex'den dier gemeente zijn aangevangen, in het
begin met eene subsidie van 100 franc, dat echter reeds in 1816
iets ruimer werd gesteld.
Of de Weezen in den aanvang bij R. K. gezinnen werden in de
kost gedaaxx of wel reeds spoedig in eene afzonderlijke woning
werden gehuisvest, doet weinig ter zake. Genoeg is het te con-
stateeren dat de afscheiding van den beginne af het kenmerk heeft
gedragen van eenvoudige uitbesteding, even als zulks met som-?
uiige Weezen plaats vindt bij pax*ticuliere personen.
Het is hekend dat er een tijd is geweest, dat verschillende ge
meentebesturen er toe zijn overgegaan om hunne Weezen ter ver
pleging te zenden naar de koloniën der Maatschappij van Welda
digheid. Om dit zooveel doenlijk te voorkomen ten opzigte
van de R. K. Weezen, legateerde ten jax'e 1844 de Heer J. A.
Briesen aan deze Weezen 10.000 in Russische ohligatiën, met
de uitdxmkkelijke bepaling dat de opbrengst daarvan moest strek
ken om zooveel werkelijke Weezen (geen verlaten, besteedde of
onwettige kinderen) vrij te waren om xiaar de koloniën van wel
dadigheid te wox'den opgezondendoch zullende hiervan 50
's jaaxdijks worden afgenomen, om in de wintermaanden twee a
driemaal ixx de week de Weezen 's avonds te doen onderwijzen in
het lezen, schrijven en rekenen, hij wijze van herhalings onderwijs.
Verder werd door den testateur bepaald, dat dit legaat ten voov-
deele van gemelde Weezen zal blijven bestaan, al ware het dat
het vertrekken naar de koloniën van Weldadigheid facultatief
werd gestelt eix dat de revenuen vaxi gezegd kapitaal eenig en uit
sluitend moeten worden besteed voor de opvoeding en tot onder
wijs van dezelfde Weezen.
Het beheer over dit kapitaal werd door den testateur opgedra
gen aan eene commissie bestaande uit drie leden van het Ann- en
twee leden van het Kerkbestuur der R. K. gemeente, aan welke
commissie bij Kon. besluit van 19 Sept. 1844, no, 70 de magtiging
werd vexdeend tot aanvaarding en heheering van het bedoelde
legaat.