1871. N
VLI
deel aan de gemeente te kunnen aanbrengen, ij del geweest is
„De afdamming van het Sloe die in den loop van dit jaar
moet plaats hebben, brengt ons eene schrede nader tot het zoo
lang gewenschte doel, namelijk aansluiting aan het vaste land.
En de geschikte gelegenheid van onze havens, om ten allen tijde
binnen te komen, dezer dagen weder zoo overtuigend gebleken,
nu tal van schepen van alle natiën en allerlei grootte hier een
veilige schuilplaats gevonden hebben, moet ons moed geven en
hoop inboezemen, dat, wanneer eenmaal al de havenwerken ge
reed zullen zijn, en de spoorwegverbinding tot stand gekomen
is, van een en ander voor de scheepvaart en den handel zal ge
bruik gemaakt worden.
„God schenke zijnen zegen op de middelen die aangewend
zullen worden om daartoe te geraken!"
De notulen van het in de zitting van 12 December jl. ver
handelde worden gelezen en goedgekeurd.
Vervolgens wordt gelezen het rapport van burgemeester en
wethouders betrekkelijk het onlangs ingekomen adres der
broodbakkers aangaande de broodzetting. De conclusie van dit
rapport strektom of bij de berekening der broodzetting aan te
nemen, dat uit een hektoliter graan KG kilogrammen brood kun
nen worden gebakken, en tevens de kosten van verbakking,
thans op/2.16 gesteld, verminderen met de waarde der zeme
len en het kort a 81 cents (wat vroeger geen plaats had), en
alzoo te brengen op/1.32 per hektoliter; of de verordening
op de zetting van het brood te handhaven, de berekening van
90 kilogrammen fijn tarwebrood (van de soort zooals in art. 1
der verordening aangegeven wordt) op oen hectoliter graan te
behouden, en de bakkers te verwijzen naar art. 2 dierzelfde
verordening, hetwelk bepaalt dat liet aan 'de bakkers veroor
loofd is, al zoodanig ander brood te bakken, als hun mocht
worden besteld, met de verdere bepalingen in dat artikel voor
komende.
Op voorstel des voorzitters wordt besloten, dit rapport ter
griffie voor de leden ter inzage te leggen en in de volgende zit
ting te behandelen.
Wordt overgelegd de verordening houdende verklaring welke
verordeningen tegen wier overtreding straf is bedreigd van
kracht blijven. Geen der leden verlangt hiervan voorlezing,
maar wordt besloten, ze op de griffie ter inzage te leggen.
Is ingekomen en wordt voorgelezen een adres van J. Tave-
nier van beroep straatmaker, die verzoekt dat geen boete op
hem moge worden toegepast voor door hem niet opgeleverd
straatwerk, ter oppervlakte van 600 centiaren, zijnde hij in de
tijdige oplevering verhinderd geworden door de in December
ingevallen vorst.
De voorzitter adviseert namens burgemeester en wethouders
gunstig op dit verzoek.
Na eenige discussie wordt het advies van burgemeester en
wethouders met algemeene stemmen aangenomen.
De voorzitter deelt mede dat hij, tengevolge van het groot
aautal te Ylissingen liggende schepen, genoodzaakt is geweest
om tijdelijk twee buitengewone agenten van politie aan te stel
len, en verzoekt dat de raad hem daarvoor een onbepaald krediet
uit de onvoorziene uitgaven der gemeentebegrooting voor 1871
verleene.
Dit verzoek wordt zonder beraadslaging ingewilligd.
Wordt gelezen een schriftelijk verzoek van den heer H. F. J.
Mahutte, om ontslag als lid der plaatselijke schoolcommissie,
uithoofde de vele bemoeiingen aan de waarneming dier betrek
king verbonden, waarvoor hij den noodigen tijd niet langer aan
zijne zaken onttrekken kan.
De voorzitter deelt mede dat hij den heer Mahutte persoon
lijk heeft gevraagd of dit verzoek hem ernst was, waarop hij een
bepaald bevestigend antwoord ontvangen heeft. Mij stelt
daarom voor, het gevraagd eervol ontslag, onder dankbetuiging
voor de bewezen diensten, te verleenen. Dienovereenkomstig
wordt besloten.
Yan regenten van het arm— gast- en weeshuis is voor de ver
vulling der vacature van een lid in dat college bet volgende
dubbeltal ter aanbeveling ingekomen: de heeren W Schmidt en
C. J. van der Hijden.
Nadat tot de dadelijke benoeming is besloten, zegt de heer
van der Hijden dat hij verschillende redenen heeft, om voor een
eventueele benoeming te bedanken. Vooreerst meent hij dat een
lid van den raad in h«t college van regenten geen zitting mag
nemen, als zijnde in strijd met de bepaling van art. 1 der ver
ordening. Voorts herinnert hij dat de vorige burgemeester, een
viertal jaren geleden, toen er sprake was van den gemeente
secretaris tot lid van liet college te benoemen, gezegd heeft dat
Jo
vu;
Nieuwer
Adv-ertentiën gel
«etidsu uiterlijk Di
van 14 regels i
10 Cents.
dit niet wenschelijk was en ook niet doenlijk, daar hij mede toe
zicht op de administratie behoorde te houden en dus, lid zijnde
zijn eigen werk zou moeten controleeren. Hetzelfde geldt voor
spreker, die zich, bezwaard zou achten door het toezicht der
wethouders, daar hij dezen als zijn gelijken beschouwt, omdat
zij niets meer zijn dan leden van den raad die door hunne mede-
leden tot de betrekking van wethouder zijn gekozen.
De voorzitter antwoordt, dat geen enkele bepaling der ver
ordening een lid van den raad verbiedt deel van het collet
uit te maken. Overigens verzoekt hij den raad tot de stemming
te willen overgaan, onder opmerking dat de heer van der
Hijden, indien hij tegen zijn wensch mocht benoemd worden, de
vrijheid heeft voor die benoeming te bodanken.
Aan de uitnoodiging tot stemming voldaan zijnde, blijkt de
heer W. Sclimidt met 11 van de 13 stemmen benoemd te zijn.
Een stem was op den beer van der Hijden uitgebracht en een
biljet oningevuld.
Een voorstel van burgemeester en wethouders, in overleg
met de commissie van fabricage, tot het doen roeien van eenig#
boomen op het Drooge dok, wordt goedgekeurd.
Voor kennisgeving worden aangenomen de volgende mede-
deelingen van den voorzitter:
a dat goedkeuring is verleend aan het suppletoir kohier vau
de plaatselijke directe belasting op de inkomsten over 1870;
b dat, blijkens bericht van gedeputeerde staten dezer provin
cie, over de helft dtr uitgaven op de gemeentebegrooting vooi
1871 kan worden beschikt;
c dat de subsidie aan het Evangelisch-Luthersch armbestuur
is goedgekeurd;
d dat evenzeer is goedgekeurd het raadsbesluit tot af-
overschrijving op de gemeentebegrooting voor 1870;
e dat de heer J. C. Ockers als voorzitter van het college van
regenten over het arm- gast- en weeshuis is geïnstalleerd;
dat de heer C. Mortier de benoeming tot lid der commissi#
van de Zeemans— en Visschersbeurs heeft aangenomen; en
g dat de heer C. van Zweveren evenzeer zijne benoeming tot
regent over het arm-gast- en weeshuis aanneemt,
Vervolgens wordt mededeeling gedaan van een in
verzoek van den heer J. F. den Hollander, om eervol ontslad
uit zijne betrekking van tweeden hulponderwijzer aan de school
voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor jongens
Dit verzoek is gegrond op de omstandigheid dat adressant ver
nomen heeft dat hij ter beschikking zal worden gesteld van
gouverneur-generaal van Nederlandsch-lndië, om als onder
wijzer in Indië te worden aangesteld.
Het gevraagd eervol ontslag wordt verleend.
Nog was, blijkens de mededeeling van den voorzitter, ingtj
komen een verzoek van iemand om vergunning tot het houdeiL -
van loterijen. Daar dit evenwel bij burgemeester en wethoudffll e"lsclle "Js vo'
en niet bij den raad behoort ingediend te worden, is dienaaii-l 'SSen van 1el)
gaande overgegaan tot de orde van den dag.
Voorts werd gediscussieerd over de benoeming der leden vsi
de vaste commissiën, en na eene ré- en dupliek over een voorl
stel v»n den heer Kleijnhens tot instelling van eene commiss:
voor de verzoekschriften, werd het voorstel zelf met 9 tegen
stemmen verworpen.
Alsnu worden achtereenvolgens benoemd
Tot leden der commissie voor de belastingen de aftredend
leden de Kruijff znet 13, de Gelder en Ockers beiden met )1|
van der Hijden met 9, en de heer van Uije Pieterse (als viji
lid) met 7 stemmen. Laatstgenoemde wordt vervolgens met
stemmen tot voorzitter gekozen.
Tot leden der financiëele oommissie de aftredende lei
Schraver met 12, Pot met 11, Ockers en de Kruijff beiden wj
10, en bij tweede stemming de lieer van Uije Pieterse met
stemmen tot lid en daarna met 11 stemmen tot voorzitter.
Tot leden der commissie voor de fabricage de aftrede*]
leden Schraver met 12, de Kruijff met 11, van der Hijdei
met 10 en van der Os met 8 stemmen.
Tot leden der commissie voor de gasfabriek de aftredens)
leden Ockers met 12, de Kruijff met 11, van der Os
Laernoes beiden met 7 stemmen.
Tot leden der commissie belast om met burgemeester
wethouders het kohier samen te stellen voor de invorder»
Advertenticii voo
Oostenrijk en Zwii
HAASENS
Afkondiging va
De Burgemees
dat het op he
ting, dienst 187
verzonden;
en noodigt m
digen uit, om hi
mijnen aan te zui
En is hiervan
23 Januarij 1871
Ter lezing liggen
mill
De Burgetneesj
Gelet op art.
blad no 72);
Brengen bij de
dat het registe
militie ingeschre
dat tegen reg
bezwaren kunne
Konings in de
bewijsstukken
j onderteekend doe
moeten worden
wijs van ontvang!
Eu is hiervaii
23 Januarij 1S7
1]
Oproept
aangeslagene
ki,
De Burgemeei
Gezien art. 7,
lad no. 37), re
I afgevaardigden
Generaal;
noodigt de in
de directe belast
der plaatselijke directe belasting op de inkomsten, de aflij Februari) eerstk
dende leden Ockers met 11, de Kruijff met 10 en Callenfc-i
is hier sa i|
9 stemmen. I 23 Januarij 187
Hierna wordt de zitting door den waarnemenden voo®"'™
gesloten.
MtUKKIiKIJ VAN I-'. H. SCHIFFBB, TE VUSSINGEN.