WEG.
G
1870. N°. 371. Zaturdag 5 Maart. 8ste Jaargang.
NOG ALTIJD OVER DE STOOMBOOT
aklijke magti-
e der R- K-
DL te Vlis-
Dsitie der prij-
"W eeslmis op
ran twaalf tot
Dingsdag den
>t vier uur.
igedeeld.
missie,
st. Voorz.
Secretaris.
VLISSINGSGH WEEKBLA
Niejwendijk II no. 1C1.
V IIS SIN GEN.
Advertenticn gelieve men aan den Uitgever in te
iend;n uiterlijk Donderdag avond ten 8 ure-, de pvija
van 14 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer
10 Cents.
BUREAU:
F. H. SCH1FFER.
Dit Blad wordt wekelijks, des Zaturdags uitgegeven.
Abonnementsprijs per drie maanden 60 Cents, franco
per post 75 Cents. Afzonderlijke nummers 5 Cent.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post-
diretceuren.
Uingf fUnd)
TINGEN
joud of te
goud per Coupou
lan den Main tot
lixsief
opdracht en op de
r hun toegewezen
Bij deze Courant behoort een 15ij-
voegsel.
Wij hebben ter inzage ontvangen eene aan de Vennooten
der Zeeuwsche Maatschappij van Stoomvaart gerigte circu
laire, van den volgenden inboud
„Middelburg, 24 Februarij 1870.
M. M.
Overeenkomstig het besluit der vorige Vergaderingen heb
ben Commissarissen van de Zeeuwsche Maatschappij van
Stoomvaart het advies ingewonnen van twee regtsgeleerden
buiten 's Hage, omtrent bet voeren eener procedure tegen
den Staat der Nederlanden, ter zake van het verongelukken
der stoomboot de Stad Vlissingen n°. 2.
Dit advies is in allen opzigle gunstig en Commissa
rissen rekenen zich mitsdien verpligt andermaal aan de Ven
nooten het voorstel te doen om
„de Directie, met inbegrip van Commissarissen, te mag-
tigen tfit het instellen, namens onze Maatschappij, eener
vordering tegen den Staat der Nederlanden tot vergoe-
ding der schade aan haar toegebragt."
of, bij verwerping van dit voorstel
„de Maatschappijmet inachtneming van Art. 24 der
„Statuten, te ontbinden en liquideren."
Commissarissen achten het overbodig uwe aandacht te
vestigen op het gewigt der te nemen besluiten en noodi-
gen U beleefdelijk uit zooveel mogelijk in persoon of bij
gemagtigde te verschijnen in de Vergadering, welke zal ge
houden worden op Maandag den 7el1 Maart aanstaande, des
avonds ten 7 ure, in een der lokalen van de Sociëteit de
Vriendschap in de Noordstraat alhier.
De Administrateur van de Zeeuwsche Maatschappij
van Stoomvaart,
(get.) JAC. DE KANTER."
Uit de letterlijk aangehaalde circulaire blijkt, dat het ingewon
nen advies van nog iwee regtsgeleerden ter zake der vermeende
aanspraak op den Staat der Nederlanden tengevolge van bet
I verongelukken der stoomboot de stad Vlissingen n". 2, in zeur
gunstigen zin is gegevenen wel zoodanig, dat Heeren Commis-
sarissen der Maatschappij zich verplicht achten, andermaal het
voorstel te doen: om de directie te magtigen tot de instelling
eener vordering tegen den Staat om schadevergoeding, of, bij
II verwerping van zulk voorstel, de Maatschappij te ontbinden met
I inachtneming van behoorlijke liquidatie.
Op Maandag aanstaande, na afloop der aangekondigde ver-
ij ordering, zullen wij kunnen weten, of de Maatschappij per-
ffianent zal verklaard zijn, of onthouden.
Wat zal het gevolg wezen der te houden vergadering met be
trekking tot de oprigting eener nieuwe stoomboot tusschen
Vlissingeu en Rotterdam? Verondersteld, dat de Heeren
Vennooten de Directie de gevraagde magtiging omtrent het
voeren eener procedure tegen den Staat verleenen, wat wel
met meer grond ,dan het tegendeel kan gesupposeercl worden,
na het ingewonnen advies, al was de meerderheid in eene
vroegere vergadering tegen het voeren der procedure, dan
zal de Maatschappij niet ontbonden worden maar blijven be
staan, om reikhalzend den goeden afloop van het proces af
te wachten, ten einde langs dezen weg van partij als scha
devergoeding kapitaal te ontvangen, dat benut zou kunnen
worden voor den aankoop eener nieuwe stoomboot. Bijgevolg
blijkt het meer en meer uit de handelingen der Maatschappij
dat zij de oprigting eener nieuwe stoomboot afhanlceljk stelt
van het te voeren proces, en wel in die mate, dat, ingeval het
bestuur der maatschappij geene magtiging erlangt om te
procederen tegen den Staat, het bestaan der Maatschappij
zelve zal ophouden zoodat in deze veronderstelling
van geene hervatting der stoomvaart door dezelfde Maat
schappij meer sprake kan wezen. Maar zal dit gebeuren?
Zal de Maatschappij ontbonden worden? Zal de Maatschappij
door hare ontbinding aanstaanden Maandag verklaren, geene
nieuwe stoomboot meer op te rigten Zullen de Vennoo'eii
opdat al deze vragen met ja beantwoord worden, aan de
Directie de magtiging weigeren tot het aangaan eener pro
cedure? Wij zijn op goede gronden van meening dat de
meerderheid der Vennooten bereid is om thans de gewenschte
volmagt aan de Directie voor de procedure te geven. En
waarom? Vooreerst, omdat in de vroegere vergadering het
besluit om geen proces te beginnen, genomen werd met de
meerderheid van slechts ééne stem, en dan nog, na later be
raad, onder voorbehoud, om eerst het advies in te winnen
van twee regtsgeleerden, of er in het ongeluk van liet vei*-'
gaan der boot termen beslaan, om met waarschijn)'^ go-'d
succes eene procedure tegen den Staat te kunnen aanvangen
Wanneer nu het advies zoo allezins gunstig lu'.jt, gehjk de Heer
Administrateur van de Maatschappij bii circulaire aan de Ven-
nooten mededeelt, dan zijn wij gere^igd\0t de gevolgtrekking,
dat dezelfde leden, die hunne stem hebben gegeven aan het
voorbehoud op het besluit van Vroeger, niet ongenegen zullen
zijn, om de Directie te matigen tot een regterlijk beroep op
den Staat om schadevergoeding. Ten tweede gelooven wij te
meer aan de heeisc';,ende opinie onder de Vennooten, om thans
tot een proces over te gaan, omdat er van zekere kanten (zeer
mysterieus wordt het medegedeeld) is ingeblazen, dat de Hooge
Eegering, zoodra zij geregtelijk door de Maatschappij zal zijn
aangesproken, bereid zal worden gevonden, om te transigereu,
en voor eene billijke som tot schadevergoeding zal willen over»
gaan. Of deze geruchten worden uitgestrooid, om de meerder
heid der Vennooten te winnen in het belang der te voeren pro
cedure, of wel op waarheid steunen, weten wij niet, maar wel
durven wij bevestigen, dat zulke geruchten rondgaan, en menig
lid minder af keerig maken van de deelueming in het prooes tegen
den beaat. Men durft zelfs beweren, dat de Staat wacht, wat
meer is verlangt, om bij de eerste geregtelijke aanvraag om
schadevergoeding, met de Maatschappij in minnelijke schikking