1SS9. PK 339. Zaturdag 34 .Mij. T' Jaargang.
VLISSINGEN.
POLITIM OVERZIGT.
UUR.
BISNEKLANDSCIIB TIJDINGEN.
oger betaald. Aanbiedingen
nd. Voor hoogst beuoodig-
gekocht.
onder handel.
!an heden over acht dagen)
aad. In Zuid-Beveland en
VLISSINGSCH WEEKBLAD
Nieuwendijk H no. 101.
Advertentiën gelieve men aan den Uitgever in te
renden uiterlijk Donderdag avond ten 8 ure; de prijs
van 14 regels is 40 Cents, voor eiken regel meer 10
Cent9.
BUREAU:
F. H. SCH1FFER.
Dit Blad wordt wekelijks, des Zaturdags uitgegftveo.
Abonnementsprijs per drie maanden 60 Cents, franco
per post 75 Cents. Afzonderlijke nummers 5 Cent.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaren en Post
directeuren.
U U1UC1JJLCJLU liclilUl
Mevrouw
vijlen den Heer
erd Hoofd-Officier
ving.
AD
de Heer
r*
van Vlissingen.
1 TE VLISSINGEN.
Het nieuwe Pransche ministerie, waarin vijf leden van het
lorige üittiug hebben, en dat in zijne Maandag gehouden verga-
lering zon hebben besloten het Wetgevend Ligchaam tegen
Ictober a. s. weder bijeen te roepen, vindt niet overal algemeen
lijvaU Dat het een ministerie van overgang is wordt van ver
killende kanten erkend. Het behoud van eenige der ministers
hunne portefeuilles ter beschikking van den keizer hadden
teld, merkt men aan als een concessie waarop de oude meer
heid aile regt meende te hebben, en de benoeming van den
:er Alfred Leroux, voor wien, om hem in het kabinet te
ibben, de heer Gressier twee van de drie onder-afdeelingem
ii zijn departement heeft moeten missen, wordt aange
lerkt als een middel om de 55 afgevaardigden tevreden te stel-
m, wier geloofsbrieven nog niet onderzocht zijn. Leroux toch,
beweren thans sommigen, in strijd met hetgeen vroeger
is berigt, deelt niet het gevoelen des voorzitters, den heer
ihneider, dat de keizer tot schorsing moest overgaan alvorens
tt onderzoek der geloofsbrieven van alle leden ware afgeloo-
in, Om nu den heer Schneider, op wien de nog niet toege-
eu leden verbolgen zijn, voorbij te gaan, zou de keizer zijne
■uze op Leroux hebben gevestigd. Over de talenten van den
ra, die aan het hoofd van het departement koophandel en land
nut is geplaatst, luidt het oordeel overigens zeer middelmatig,
iar men zegt dat hij schatrijk is, en deze eigenschap betee-
md in onze dagen niet weinig. Wat den nieuwen minister
nopenbaar onderwijs betreft, den heer Bourbeau, eender
ieuwe leden van het Wetgevend Ligchaam, bij de jongste v
izingen voor de eerste uiaal gekozen als officieel kandidaat,
hij was vroeger déken der juridische faculteit te Poitiers en
maire van die stad. Hij behoorde tot de 116 onderteeke
ten van de bekende interpellatie, en zijne benoeming heeft
lisschien ten doelde 115 mede-onderteekenaren tevreden te
(ellen. De heer C'hasseloup Laubat, die ter vervanging van
a lieer Yuitry, als minister-president fan de raad van staten
itreedt, heeft 19 Januarij 1867 de portefeuille van marine
idergelegd, en staat in hooge gunst bij de keizerindeze heeft
ir men wil, zeer ijverig gearbeid om hem weder Exellentie te
en worden. Zijn beheer van het marine-departement heeft
iter veel te wenschen overgelaten; gebrek aan zorg voor de
'komst wordt hem venveten; hij vergat het morgen voor het
len, en gaf daarvan tijdens den Mexikaanschen oorlog blijk,
stede van credieten aan te vragen, gebruikte hij alles wat in
arsenalen voorhanden was, vulde deze niet weder aan, en liet
oo aan zijnen opvolger de zware taak over de fransche zee-
gtte redden uit den toestand van verval waarin zij was ge
kt. Dat prins La Tour d'Auvergne noode zijnen gezant-
post verlaat om als minister van buitenlandsche zaken op
heden, en dusdoende aan een bij herhaling en dringend door
o keizer uitgedrukten wensch gehoor geeft, wordt steeds
iOeld. De heer de Lavalette, wiens plaats in het kabinet hij
[neemt, wordt zijn opvolger als gezant bij het Britsche hof.
heer Duvergier, de nieuwe minister van justitie, reeds 77
at oud, is een bijzonder verdienstelijk man, met veel be-
hamheden en eene rijpe ouderviudiug.
Met betrekking tot den heer Duruy, afgetreden minister van
onderwijs, meldt de Presse, dat hij zijn ontslag niet zou hebben
verlangd, indien zijn eisch om verhooging van het cijfer der
begrooting van zijn departement, met zes millioen, ware inge
willigd geworden. De Magne, minister van financiën, heeft
deze verhooging geweigerd niet alleen, maar tevens zijn voor
nemen te kennen gegeven aanmerkelijke bezuining te maken
op alle begrootingen, die hem zullen voorgelegd worden.
De officieuze bladen bespreken ten stelligste de in omloop
zijnde geruchten tegen, dat de in beslag genomen goederen
van den koning van Hannover en den keurvorst van Hessen
door graaf von Bismarck alleen beheerd worden, die van de
opbrengst de gelden zou afnemen, welke hij voor de geheime
uitgaven noodig acht. Thans zou het beheer voor het grootste
deel aan den minister van financiën zijn overgedragen, en van
goed onderrigte zijde wordt verzekerd, dat den direkteur van
policie van de hoofdstad eene som van 1000 thalers ter beschik
king gesteld is, om de onkosten voor geheime maatregelen der
overheid veroorzaakt, te dekken. Men verneemt thans dat in de
volgende zitting van den Landdag de regering geïnterpelleerd
zal worden over deze geheime uitgaven.
Vlissingen, 23 Julij.
Eergisteren had alliier de opening der stembriefjes plaats ter
verkiezing van 5 leden voor den Gemeenteraad, ter aanvulling
van de vacaturen, ontstaan door de aftreding van de Heercn
W. A. de Gelder, A. Ruysch, W. van der Os, G. J. van der
Hijden en A. Schraver.
Van de 181 kiezers waren 177 geldige stemmen ingekomen
(meerderheid 89 stemmen), hiervan was de verhouding als
volgt:
De Heer W. A. de Gelder118 stemmen.
a W. van der Os112
u A. Schraver99
a H. B. Klemhens65
n C. J. van der Hijden63
J. A. de Wolff.37
n C. Mortier36
n N. A. van Goethem34
P. II. Maertens31
De overige stemmen waren op verschillende personen
uitgebragt.
De drie eerstgenoemde Heeren zijn alzoo gekozen, terwijl
eene herstemming moet plaats hebben tusschen de Heeren tl.
Engelsclnnan Kleinhens, G. J. van der Hijden, C. A. de Wolff en
C. Mortier.
Heden nacht bij het verhalen van het schip Maria Adv!-
pjiina viel een der matrozen, genaamd J. d. B., door een nood
lottig toeval uit de boot in het water, en zou, daar hij niet kon
zwemmen, zeker zijn verdronken, indien een zijner makkers niet
het gevaar waarin hij verkeerde bemerkende, de tegenwoordig
heid van geest had gehad hem een riem toe te stoken, en hem
daarmede te redden.