BEITENLANDSCIIE TIJDINGEN.
liet lint wordt eenegeps gedragen, waarop de naam en het jaar
tal van het krijgsbedrijf, waarvoor het teeken wordt uitgereikt,
vermeld staat.
Alsexpeditiën, bovenbedoeld, worden voorshands aangewezen:
in 1846, 1848 of 1849 naar Bali.
1850 tot 1854 naar BorneoJs Westkust.
u 1859 naar Boni, en
a 18591863 naar de Zuid-Oost-kust. van Borneo.
Zij, welke aanspraak op deze onderscheiding meenen te kun
nen maken, moeten bij hun verzoek hun zakboekje en ontslag
brief inzenden.
Z. M. heeft benoemd tot substituut-griffier bij dearron-
dissements-regtbank te Rotterdam mr. B. Ermerins, thans
griffier bij het kantongeregt te Zierikzee; tot griffier bij het
kantongeregt te Zierikzee mr. F. J. M. Jespers, advocaat te
's Hertogenboseh.
„Hechtmiddel voor marmeren voorwerpen." Om gebro
ken stukken marmer aan elkaar te hechten, kan bet volgende
middel met goed gevolg gebruikt worden, hetwelk men zelfs in
voorraad kan hebben: men doet een ongeveer uit gelijke deelen
bestaand mengsel van was en bars in een geschikt vat, en smelt
dit bij zoo laag mogelijke temperatuur, roert hierop zooveel
fijn marmerpoeder er in, tot dat de massa zoo is, als men ze heb
ben wil, en laat alles nu koud en vast worden. Bij het gebruik
van dit hechtmiddel moeten de oppervlakten der gebroken mar
meren stukken voldoende verwarmd worden, waarna men bet
beschreven hechtmiddel er over heen strijkt. Dit smelt gemak
kelijk, dringt in het inarmer, en hecht, als het vast is geworden,
zeer duurzaam.
Amsterdam 22 Maart. De koninklijke familie
zal kort na het Paaschfeest haar jaarlijksch bezoek aan de hoofd
stad brengen.
Berkel en Rodenrijs 19 Maart. De toe
stand van den landbouw :s hier over liet algemeen niet rnguu-
stig. Het winterkoren (tarwe, rogge, gerst) staat goed, hoewel
op sommige plaatsen nog al muizen zijn. Koolzaad is er wei
nig en het water is slecht; last van het water heeft men niet en de
landbouwers zijn reeds aan hunne werkzaamheden begonnen.
De guie weersgesteldheid van den laatsten tijd is voordeelig
voor den landbouw geweest maar nadeelig voorde weilanden. Bij
een paar veehouders zijn gevallen van longziekte onder het vee
voorgekomen. De prijzen der landerijen zijn nog klimmende,
aangezien deze week bij eene publieke veiling 1400 per bun
der is geboden.
's Grravenhage 23 Maart. Toen gisteren mid
dag de wagen, die van Monster op de markt alhier rijdt, met
zes personen naar die gemeente terugkeerde, schrok liet paard
en ging aan het hollen. De koetsier, een persoon van nog jeug
digen leeftijd, voor ernstige gevolgen bevreesd met het oog op
de Loosduinsehe vaart, sprong van den bok. Dit voorbeeld volg
den de overigen personen, waarvan een, zekere d. R., achter
over op den grond viel en de nekspieren brak. De ongelukkige
moest reeds heden ochtend zijne onvoorzigt-igheid met den dood
beko'open. Hij Iaat een vrouw met 9 kinderen na, die thans zon
der kostwinner zijn.
Leeuwarden 22 Maart. Ten gevolge eener tot
heden onbekende oorzaak, ontstond gisteren in den namiddag
brand in de stalling van den herberg het Oud Tolhuis, nabij
deze stad. Door dan sterken wind aangewakkerd, nam het vuur
zoo hevig toe, dat binnen zeer korten tijd de gebo .wen geheel
in de asch werden gelegd. Aan blusschen viel niet te denken,
aan redden bijna even weinig zoodat slechts enkele voorwerpen
zijn gered o. a. zijn 2 koeijen in de vlammen omgekomen. Ge
bouwen en inboedel waren behoorlijk tegen brandschade ver
zekerd.
Frankrijk.
De Spaansche Cortes hebben Dingsdag 23 Maart ver
worpen het republiekeinsche voorstel dat strekte om de cons
criptie af te schaffen.
D-: Cortes zijn in de zitting van 19 dezer overgegaan tot
het benoemen der vier vaste oommissiën voor de vier hoofdtak
ken hunner wetgevende werkzaamheid. De meerderheid heeft
die commission niet uitsluitend uit hare leden zamengesteld,
maar daarin ook eenisje republiekeinsche leden opgenomen:
hierdoor heeft zij willen te gemoet komen aan de bedenkingen
en klagteu der mi.oderhci 1, welke bet voorstel tót instelling dier
vaste en doorde vergadering zelve te kiezen cotnmisseën nadruk
kelijk had bestreden, op grond dat zij de naar de bedoeling der
voorstellers, of althans in de toepassing, dienen zouden om alle
voorstellen van de minderheid af te snijden of te doen ver
werpen.
Generaal Almonte, die onder regering van Maximiliaan
van Mexico zijn gezant alhier geweest is, is overleden.
De veiling der nagelaten kunstvoorwerpen en bibliotheek
van Berryer, in het hêtel Drouot gehouden, heeft opgebragt
35.006 francs. Yoor zijn rotting is 80 francs betaald; voor de
schrijftafel, die hij te Augerville gebruikte 400, en voor die te
Parijs 1100 francs. Een portret van Rossini, waaronder de com
ponist geschreven had „Aan Berryer, de beste, trouwste en
beroemdste mijner vrienden, Gioachino Rossini," gold 100
francs.
De 15 Augustus 1869 is de honderdste verjaardag der ge
boorte van keizer Napoleon I, overleden op St.-Helena den 5
Mei 1821. Men verzekert dat keizer Napoleon III, keizerin
Eugenia, prins Napoleon, prins Mathilde en de meeste overige
leden der familie Bonaparte zich den 15 Augustus a. s. te
Ajaccio, op het eiland Korsika, de geboorteplaats van Napo
leon I, zullen bevinden.
Uit liet verslag der Fransehe bank over 1868 blijkt, dat
de operatiën van dat financiële iigchaam in genoemd jaar een
kapitaal van ruim 7101 millioen fr. (en alzoo ruiin 271% mil-
lioen fr. minder dan in liet vorige jaar) omvat hebben. Daarvan
werden door de centrale bank te Parijs 2752 millioen en door
de succursalen ruim 4319 millioen fr. omgezet. De succursalen,
we'ke in genoemd jaar de grootste operatiën deden waren die
van Marseille Rijssei, Lyon, Bordeaux en Slraatsburg, welke ge
zamenlijk een bedrag van 1740 millioen fr. hebben omgezet. Het
nadeelig verschil voor 1868, hij 1867 vergeleken, is nietgroo-
ter dan zich meermalen tusschen het eerie en het andere jaar
voordoet, doch wordt van meer beteekenis, wanneer men in
aanmerking neemt dat 1867, ten gevolge van den stilstand in
zaken, een hoogst ongunstig jaar was. Het hoogste bedrag der in
kas zijnde specie is geweest 1322Y2 millioen fr, (op 14 Sep
tember), het minste ruim 977 (op 3 Januarij). Tot dus ver had
sedert de oprigting der bank de voorraad klinkende munt het
cijfer van 1322'/3 millioen fr. niet bereikt. Onder de oorzaken
van dit verschijnsel werden genoemd: minder aktieve aanwen-
dig van beschikbare kapitalen en gestadigen aanvoer van goud
uit den vreemde. In 1868 zijn 2711 millioen banknoten in de
wandeling gebragt, een kapitaal van nagenoeg 9U5 millioen fr.
vertegenwoordigende. De banknoot van 50 fr. begint, naar
gemeld wordt, eene breedere plaats in de circulatie te beslaan
dan tot dus ver bet geval was. Het dividend bedroeg 90 fr., en
werd, over 182,501' aktiën, aan ruim 151/,, duizend aandeelhou
ders uitbetaald. Het personeel der bank bestond op het einde
van 186S uit 1291 hoogere en lagere beambten (633 te Parijs en
658 bij de succursalen). Aan het slot van het verslag wordt
medegedeeld, dat de drie jaren geleden ingestelde enquête naar
de uitgifte van geldswaardig papier en naar de oorzaken der
handels-en geldkrissis in Frankrijk is afgeloopen en de juist
heid der steeds door de bank gevoerde beweringen en verkon
digde beginselen ten volle in het licht heeft gesteld. Ten ge
volge daarvan behoefde de werking der bank dan ook geene de
minste beperking of wijziging te ondergaan.
In de zitting der Spaansche Cortes van 16 dezer rigtte de
door zijne interpellatie:) bekende republiekeinsche afgevaar
digde Castelar een reeks ironische vragen tot de voorstanders
der monarchie. Hij sprak o. a. als volgt: „waarheen zult gij
gaan, om dengene te zoeken dien gij tot koning zult maken?
In Spanje zijn geen koningen, en het gevoel van gelijkheid is
hier zoo sterk, dat niemand zich aan bespotting zou willen
blootstellen door zich een kroon op liet hoofd te plaatsen. Gij
zult alzoo aan een vreemd lal d een koning gaan vragen. Er zijn
maar twee zulke mannen de hertog van Montpensier koning
van Spanje onmogelijk! want 11ij is onpopulair èn als Bour
bon dn als vreemdeling. VVrat don Ferdinand betreft, die door
den heer Sagasta wordt aanbevolen, die prins zul eventueel
koning ondanks zich zeiven zijn; hij wil geen kroon." Door
maarschalk Prim, minister van oorlog, werd in antwoord hierop
eene nieuwe politieke geloofsbelijdenis ter, gunste van den een-
hoofdlgen regeringsvorm afgelegd. „Wij hebben," zeide hij,
„den iiiornarchaleii vorm gekozen, en dientengevolge zien wij
uit naar de komst van den koning." Op de vraag van den heer
Castelar: „Waar is de koning F" antwoordde Prim:
„Weet de heer Castelar het niet, wij weten het wel. De, koning
zal zijn diegene onder de kandidaten, welke de afgevaardigde»
zullen begeeren. Ik heb liet reeds bij eepe vorige gelegenheid