lïiyENUPSCllE TIJDINGEN.
60.000 of SO.000 francs geannexeerd heeften naar de natuur
lijke grenzen van Zwitserland of Amerika geweken is. De rege
ring kent de verblijfplaats van velen dier Italianissimi, maar
doet niets om hen te achterhalen.
Aan de regering van het jonge Italië werd reeds in de kamer
in 1861 verweten, dat hare policie „bestaat uit lieden, die zich
niet ontzien, om te heulen met dieven en schelmen, die zich nog
de straffeloosheid weten te verzekeren, door hun buit te deelen
met 's rijks policiedienaars." Op dezen weg is het jonge Italië
voortgegaan ten nadeele der burgers, die geroofd en uitgeput wor
den. Ken der tegenwoordige ministers van de regering van het
jonge Italië, die zelf uit de menigte van zamenzweerders tot den
ministeriëlen zetel is opgeklommen, zag zich onlangs, zoo
schrijft verder een geacht blad in ons vaderland, door onloo
chenbare feiten gedwongen aan den vertegenwoordiger van eene
groote mogendheid te bekennen, dat Italië eenegroote fout be
gaan had met overal de staatsbetrekkingen over te leveren aan
lieden, die geen anderen titel konden doen gelden dan die van
muiters, aan lieden zonder bekwaamheid, zonder eenige eerlijk
heid, vol van eigen belang en zedeloosheid. Thans hebben dié
lieden door hunne geldverduisteringen, floor hunne onbekwaam
heid, hun trots, hun wrok en wraak, Italië in een toestand ge-
bragt, dien men als hopeloos beschouwt. Zijn dat geen onge
hoorde onderdrukkingen van eene bevolking? Wat hooren wij
daarenboven nu reeds van Venetie, het pas vrij gemaakte land,
hetwelk onder de regering van het jonge Italië is opgenomen?
Het revolutionair dagblad zelfs il Tempo heeft reeds zijne grieven
uitgesproken onder het opschrift: teleurstellingen van Venetie
Pas is de intrede van de nieuwe regering van Italië geschied
of 30.000 man schreeuwen om werk en brood, en de regering
nioet aan de duizenden, die om brood roepen, antwoordende
schatkist is ledig, breng ons geld om de millioenen te kort te
dekken van den staat, en dan znllen wij brood geven.
Zulk eene regeringzou men ook den Paus willen opdringen,
die als een Vader over zijne kinderen regeert! Omdat de Pausse-
lijke regering zich niet zoogenaamd hervormen wil naar het
model van de regering in het jonge Italië, welke hare onderda
nen uitput, bestelen laat, prijs geeft aan hongersnood, aan
zedeloosheid en rampen zonder tal, moet daarom de vaderlijke
regering van den Paus, eene regering genoemd worden van
onderdrukking der Romeinsche bevolking? 't is onbeschaamd.
Wij wachten dan ook het bewijs van de Middelburgscke courant,
dat met de wereldlijke magt van den Paus verbonden is, onder
drukking der Romeinsche bevolking of herroeping van zulk een
onbeschaamd en leugenachtig gezegde tegen de geëerbiedigde
regering van den Paus-Koning Pius IX.
Vlissingen 25 Januarij.
Gisteren avond had alhier aan de in het Paleis voor volksvlijt
bij de jongste aldaar gehoudene tentoonstelling bekroonden de
plegtige uitreiking hunner eerbewijzen plaats, in de tegenwoor
digheid van de WelEdel Achtbare Hecren Burgemeester en
Wethouders, de leden van den gemeenteraad, de leden der kamer
van koophandel en een groot aantal ingezetenen dezer stad.
De plegtigheid werd geopend door den president der com
missie, den WelEdel Achtbaren Heer W. van der Os. De Heer
T. Harte hield eene warme toespraak, waarin hij den voor deze
stad bijzonder vleijenden uitslag deed uitkomen dat van de zes
inzenders vier eene bekrooning werden waardig gekeurd: de
Heer J. P. Riemens met het bronzen eermetaal, de Heer P. L.
de Munck met eene eervolle vermelding, voor het inzenden vau
scheepsbeschuit, de Heer J. A. Kleijberg met eene eervolle ver
melding, voor liet inzenden van zeelaarzen en dameslaarsjes en
de Heer J. Luton Jz. met eene eervolle vermelding, voor het
inzenden van een gaz-kagchel door hem zeiven vervaardigd.
Daarop had de uitreiking der eerbewijzen plaats en trad de Heer
J. P. lliemens op om aan de commissie uit naam der bekroon
den zijnen dank te betuigen.
r Met belangstelling hebben wij de belangrijke brochure
van den ingenieur Kloos, getiteld: Minnesota, doorgezien, en
wij hebben bevonden dat de schrijver, de heer J. H. Kioos, ge
leverd heeft hetgeen hij beproefde te leveren, namelijk: eene
beknopte beschrijving van dien staat der Noord-Amerikaansche
Unie. Dat zijne gevoelens over den staat Minnesota niet ont
staan zijn door het lezen alleen der verschillende werken die
reeds over Minnesota verschenen zijn, maar rneer en voorname
lijk door zijn eigen onderzoek en door eigene waarnemingen
is eene bijzondere titel om deze "brochure (zie advertentie) aan
het lezend publiek te meer aan te bevelen.
Pingsdag middag is de gezonken stoomboot Stad Vlissin
gen u°. 1, met behulp van drie andere stoombooten, alhier in de
haven gesleept, de gaten in de boot waren zoo talrijk dat men
hem met verscheidene ledige vaten heeft boven water moeten
houden. Den volgenden dag is hij in het drooge dok gehaald om
te worden nagezien of hij nog. voor de dienst zal kunnen worden
hersteld
Eergisteren middag waren op de buitenvest alhier drie
knaapjes bezig zich op het ijs te vermaken, al spelende hadden
zij liet ongeluk er alle door te zakken, en zouden waarschijnlijk
verdronken zijn zoo niet de personen d. B. en S. waren toege
schoten om de knaapjes te redden, hetwelk hun dan ook na
eenige moeite is mogen gelukken.
Jl. vrijdag is aan het locaal van het gewestelijk bestuur
van Zeeland in Tiet openbaar aanbesteed: het onderhoud van al
de werken behoorende tot het kanaal door Zuid-Beveland ge
durende liet jaar 1867, waarvan aannemer is geworden de heer
i J. Verkuyl Quakkelaar, alhier, voor f 34.900.
De officier van gezondheid 2e kl. H. A. Zegers is van het
le escadron 3e regeraent dragonders, te Amsterdam in garni
zoen, overgeplaatst bij het 6e regemenfc infanterie alhier.
Volgens een van den kapitein-luitenant ter zee P. van
der Velden Erdbrink, kominanderende Zr. Ms. korvet van
Speigk, bij (iet departement van marine ontvangen telegram, is
die bodem den 1 9 dezer ter reede van Napels aangekomen. Aan
boord was alles wel.
Per telegraaf is te 's Gravenhage het berigt ontvangen,
dat de heer mr. P. Mijer den 26 December 11. te Batavia is aan
gekomen en den 28 daaraanvolgende als gouverneur-generaal
is opgetreden.
Wij melden met genoegen, zegt de Tijd, dat mgr. Kiste-
maker, bisschop van Uranopolis, ter gelegenheid dat Z. Hoogw.
om redenen van gezondheid zijn ontslag van het apostolisch
vicariaat van Curasao heeft gevraagd en bekomen, door Z. H.
Paus Pius IX is benoemd tot assistent-bisschop bij den Paüse-
lijken troon en tot huisprelaat van Z. H.
De Slaats-courant deelt een overzigt mede der scheep
vaart op het kanaal door Zuid-Beveland, waaruit blijkt dat van
den 15 October tot en met den 31 December ISG'l, zijn op- en
afgevarenaan de sluis te Hansweert1450 zeilschepen, metende
81.802 ton, en 51 stoomschepen, metende 8161 ton;
aan Re sluis te Weineldinge: 1569 zeilschepen, metende
82.178 ton, en 46 stoomschepen, metende 7356 ton.
Gedurende dat zelfde tijdvak zijn te Bath, en dus over het
verdronken land, op- en afgevaren: 72 1-zeilschepen, metende
49.569 ton, en 43 stoomschepen, metende 7196 ton.
In de Nieuwe Utrechtsche courant leest inen liet volgend
ingezonden stuk, onderteekend P. B.
„Gisteren avond kwam de Rotterdamsche trein, volgens ge
woonte, aan de buitenzijde van de overdekte kap aan, de brug
werd uitgehaald, men zag verscheidene personen uit de tweede
en derde klasse uitstappen en over de brug loopen; doch drie
heeren, die in de eerste klasse zaten, waarvan er een uit Delft
kwam op een telegram wegens ongesteldheid van een lid zijner
familie, mogten niet uitstappen. Ofschoon zij herhaalde malen
dQn conducteur riepen, kregen zij tot antwoord: „heeren! gij
moet blijven zitten; de trein komt zoo onder den kap voor, dan
zullen wij u er uit laten." Hierdoor gerust gesteld en natuur*
lijk toch gedwongen om in den wagen te blijven, zetten zij zich
neder, waarop de trein zich in beweging stelde; doch in plaats
van onder de kap te rijden, ging hij door naar Arnhem. Te
Driebergen aangekomen zijnde, wilde men nog geld eischen
voor de route van Utrecht tot Driebergen.
„Gemelde heeren namen aldaar een vigelante met 2 paarden,
om daarmede weder naar Utrecht terug te keeren. De heeren
hebben hunne klagten ingediend en zullen, naar ik verneem,
de rijn-spoorwegmaatschappij vervolgen, indien hun door de
directie de onkosten niet vergoed worden."
De Staats-coura?it bevat de opgaven betreffende de vee
ziekte in de provinciën Zuid-Holland, Utrecht, Noord-Holland
en Gelderland over de week van 6 tot 12 Januarij als volgt:
Zuid-Holland. Aangetast 2541, aan de ziekte gestorven
.703, afgemaakt 16, hersteld 241, op liet einde der week nog
ziek 1578 beesten. Sedert het begin der ziekte: aangetast
81.126, aan de ziekte gestorven 36.049, afgemaakt 14.736,
hersteld 28.069, nog ziek 2272.
UtrechtAangetast 1394, aan de ziekte gestorven 1248,
afgemaakt 0, hersteld 623 beesten. Sedert het begin der
ziekte: aangetast 44.985, aan de ziekte gestorven 26.484,
afgemaakt 3479, hersteld 13.523, nog ziek 1499.
Noord-Holland. Aangetast 400, aan dc ziekte gestorven