MiTEALAMISClïE TiJiMUE.l
no? z;e
tot 2297, aan
nog ziek 0.
die wen koes-
('o weduwe
is niet vervuld
ook bij twee
okeu. Bij den
Van
Jor een sloot en
;ke beesten ziel,
heeft ziel,
om nadere be-
het berigt te
van rundvee
Er zijn dan
,ie berigton ont-
te zenden. In
•1 op de najaara-
maanden in
landbouwers der
verlegen-
cheidene brand-
®edert dien tijd
malen dergelijke
de boosdoeners,
uitvoer te bren-
nne bedreigings-
bestellen;
r zagen, wierpen
°f nagelden die
den. Niet alleen
op het spoor te
verd, maar sedert
r geworden. Zoo
te Langendaw,
opt, en eene som
ig werd gezegd de
ïlen landbouwer er
den uit de groote kosten, die aan het vervaardigen van zoodanig
middel van gemeenschap zouden verbonden zijn, maar velen
kunnen zich niet voorstellen, dat deze eilanden van het geheele
iverk eenig nut zullen trekken, indien men Zijpe niet met gemak
en ten allen tijde zal kunnen passeren.
Bij het bespreken van bovengenoemd plan komt ook niet
zelden ter sprake het leggen van een weg, die Schouwen met
Uuivelaud zou verbinden. Wil men zich van het eene naar het
andere eiland begeven, dan moet men eene brug overgaan, die
onmiddellijk in Zierikzee leidt, en alzoo een aanzienlijken omweg
inaken. Daarvoor zou echter een veel korter weg bestaan, als
over den dam, die door het water ligt, dat de beide eilanden
scheidt, een berijdbare weg gelegd werd; iets wat zonder noe
menswaardige kosten geschieden kan.
Hoewel de publieke opinie reeds lang over de wenschelijkheid
van het berijdbaar maken van dezen weg uitspraak heeft gedaan,
zoodat niemand daaraan twijfelt, staat er, zonderling genoeg,
niemand op, die zich het bruikbaar maken van den weg over
liet Verste Sas aantrekt, hoezeer men ook zou kunnen rekenen
opalgemeenen bijval.
Onder den invloed van den Engelschen of Amerikaanschen
i%Uic esprit, had daar zeker reeds vbór lang eene ruime rijbaan
•degen, waar men nu niet of met levensgevaar met een rijtuig
«r kan.
Sas van G-ent. Een Belgisch schipper, de
konie bevarende, kwam den 23 September 11. van Neuzen voor
iisluis alhier toen zijne vrouw aangetast werd door de cholera,
nlke ziekte haar tot het uiterste bragt. Deze sehipper, Leo
Buijsscher genaamd, bevoer zijn vaartuig zonder knecht en had
ree kinderen, van wélke het eene 8 maanden en het andere 2
iren oud was. Er was geene hulp te verwachten, Sas van Gent
ras nog niet besmet en er heerschte zulk een schrik dat men het
chip niet durfde naderen, waarop de ongelukkige Buijsscher
ijne twee kinderen aan den mast had moeten vastmaken, daar
ij bevreesd was, dat zij in het water zouden vallen of de kaj uit
innen gaan waar hunne arine moeder lag. Hij was tot wanhoop
ebragt, toen de heer P. L. Nolson, ontvanger der scheepsregten
lliier, hem, met moed en edelmoedigheid bezield, te hulp kwam,
hoewel zelf vader van zeven kinderen zijnde, de twee kleinen
in den schipper met zich nain.
Vergezeld van zijne vrouw, trad hij de besmette naauwe kajuit
rinnen en verstrekte er verzorging, hulp en troost. De arme
„„„„mol Ulo-t o.,~. -i- u- ';;i-- -
Ihij had te keunoa
zij dat ze minstens L
de landbouwerjouw evenwel stierf even als de geestelijke zuster, uit deze
daar hem geeneniiaats, die men erbij verzocht en daar regt christelijk haren
net. zijne vrouw indigt vervuld had. Deze is niet de eerste daad van menschlie-
dat er niemand uit jendheid en zelfopoffering, welke de heer Nolson verrigt heeft.
eeds meermalen heeft deze menschenvriend zijne geringe
[komsten gedeeld met ongelukkigen van alle landen en men is
loral alhier van oordeel, dat zulk een gedrag wel eene belooning
Irdier.t.
Utrecht 15 October. Heden ochtend omstreeks 6
te zijn van hier vertrokken een peloton artilleristen te paard
0 a 70 man infanterie en mineurs naar Westbroek en Acht-
nlioven, om aldaar de orde te helpen bewaren bij het afmaken
n ziek vee. Met den burgemeester en de rijks- en gemeente-
Idwachters aan het hoofd, zijn zij van plaats tot plaats gegaan,
raar de veetyplius heerschte. Over het geheel zijn er 6 ii, 7
isten afgemaakt, en nergens hebben zij tegenstand ontmoet,
tilat zij 's namiddags ten 3 ure weder naar hun garnizoen kon-
vertrekken, 30 man achterlatende tot morgen, omdat er nog
;e beesten waren bijgekomen, van welke men niet zeggen
n, of hel wel veetyphus was. Tot deze magtsontwikkeling was
n overgegaan, omdat de boeren vrijdag in eene vergadering
Men besloten, om de onteigening en afmaking niet toe te
in, niettegenstaande de pogingen, door den commissaris des
lings aangewend, om hen daarvan af te brengen; zij waren
teren echter op dit besluit teruggekomen, en hadden beslo-
om geen verzet te plegen. Wij vernemen nog, dat de bur-
t aanleggen van eet leester dier gemeente 11. zaturdagzijn ontslag gevraagd heeft
n het tot stand bren I
te verbinden hm
een werk voor ons
[soleerde ligging ee:
doen hebbeu nan
'tand komen, verwet
standers van het pl'
le, maar zeer diepe
ant van ondergeschi
lis, waar de knech
en hiertoe besteed
een half uur
verscheidend
eenige dagen op
ke, gemeente Stop-
kal bij een arbeidel
b erfenis moet heb
[ris, maar ze hebbel
mtvreemd, alsmede
schijnen de vrou®
in de deur open zien
eene wijze dit is
n, de menschen nog
bolijk is het dus dal
jl kan worden toege
breekt, en zij eein
;zer dagen is hier en|
[e vernieuwde pogin-
n Schouwen en Dui-
Frankrijk.
Jle tot dusver bij den Moniteur en de ministeriële departe-
°§ten ingekomen giften voor de slagtoifcrs der jongste over-
^wotningen bedragen ruim 676.000 francs. Men laat niet na
ite merken, dat deze uitkomst nadeelig afsteekt bij die, welke
ell56 verkregen werd, toen de inschrijvingen en giften, bin-
»W een tijdsverloop van weinig weken, het cijfer van twee en
fits vatbaar is, omf half millioen francs bereikten.
verklaard w'p- Een ooggetuige van den veldslag, te Keramie nabij Can-
dia tusschen de opstandelingen en de Turksclie troepen gele
verd, verhaalt hiervan de volgende bijzonderheden. De Creten-
sers hadden zeer sterke positiën ingenomen en de Turksche
bevelhebbers, op hun geregelde troepen rekenende die meer dan
driemaal sterker waren, wilden deze stellingen doorbreken, om
de 500 Turken te bevrijden die, te Candano in de provincie
Selino, door de opstandelingen omsingeld waren. Mustapha
Paclia voerde het opperbevel over 20.000 Turken. Bij Malaxa
kwam liet tot een treffen en de Turken werden teruggeworpen
vereenigden zich weldra weder doch werden op nieuw terugge
worpen. Voor den derden maal hernieuwden zij den aanval,
doch ditmaal met nog ongunstiger gevolg; zij werden op de
vlugt gejaagd en gedwongen om zich in de stad terug te trek
ken. Bij deze vlugt ging men zoo met overhaasting te werk,
dat de Turken, randsels, geweren en zelfs hunne schoenen weg
wierpen, om maar sneller te kunnen loopen. Vier duizend Tur
ken en vijfhonderd opstandelingen bleven op het slagveld. Te
Athene verwekte de tijding van deze schitterende overwinning
der Christenen een groote vreugde; eene groote demonstratie
had plaats en aanhoudend hoorde men op de straten het geroep
van„Leve onze dappere broedersLeve de vereeniging van
Creta met Griekenland!"
Voor het paleis van den Oostenrijkschen gezant te Athene
verzamelde zich meer dan zes duizend menschen, die een luid
gejuich ter eere van Oostenrijk aanhieven. Bij deze gelegenheid
hield een lid van het ondersteuning-comitée voor Creta een
aanspraak tot het volk, die hij met een leve de koning eindigde.
Met een daverend hoerah werd hij toegejuicht, en aan het ge
roep van „leve de koning!" scheen geen einde te zullen komen.
De Eransche Moniteur geeft, in een brief uit Alexandria
van 4 October, berigt van den voortgang der werken tot door
graving der landengte van Suez. Het laatst aangevangen deel
van het kanaal voor zeeschepen, namelijk het zuidelijke, van de
stad Suez tot Schaluf, vordert goed, vooral met hulp van werk
tuigelijke middelen, hoewel er eene rotslaag te doorgraven is.
Arabische werklieden zijn er sedert eenigen tijd zonder moeite
te verkrijgen; zij bedienen zich nu bij de aardwerken van den
kruiwagen, terwijl zij vroeger de uitgedolven stof in manden
wegdroegen. Men hoopt dat de aan werving van inlandsche werk
lieden geene hindernissen meer ontmoeten zal. Nabij Suez is de
rigtiug van het kanaal gewijzigd, ten einde eene rotslaag te
mijden, wier doorgraving wel tien millioen francs zou gekost
hebben. De breedte van het kanaal is voor die gedeelten, alwaar
het terrein beneden het peil van den hoogsten waterstand ligt,
verminderd en op 102 meters bepaald.
Volgens een statistieke opgave hebben in den loop der
eerste zes maanden van dit jaar 5455 zeeschepen, waaronder
506 stoomhooten, 6138 zeerampen ondervonden; 67 schepen
werden vermist; 186 werden verlaten; 974 botsingen hadden
plaats, waarbij 659 gevallen voorkwamen van zware schade; 92
schepen zonken dien ten gevolge, doch bovendien zonken 259
schepen door andere oorzaken, van welk gezamenlijk aantal 28
schepen weder boven water werden gebragt; 1676 schepen
stranden, waarvan er 893 werden afgebragt; 31 schepen wer
den genomen, waaronder 10 door zeeroovers; 85 werden door
brand vernield; 120 werden door noodweer in ontredderden
staat gebragt; 187 schepen waren genoodzaakt de lading over
boord te werpen; 613 werden lek; 468 schepen verloren ankers
en kettingen; 106 stoomhooten kregen schade aan de machines;
aan boord van 193 schepen ontstond oproer, onwilligheid of
ziekte onder de equipage; 1163 stuks werden beschadigd, ver
loren zeil, rondhouten enz. Bij al deze ongelukken, die op de
verschillende zeeën van den aardbol plaats grepen, verloren, zoo
ver men weet, 1400 menschen het leven.
Engeland.
De Vereenigde Staten van Noord-Amerika hebben dezer
dagen een schoon voorbeeld gegeven, dat in gelijke omstandig
heden, door alle beschaafde regeringen gevolgd dient te worden.
Een kaper, de Florida, mededinger van de Alabama, was in de
wateren der Braziliaansche haven Bahia beinagtigd geworden
door een officier der Unie-vloot, gedurende den jongsten oorlog
tusschen de Zuider-Staten en de Noorder-Staten der Unie. Het
kabinet van Washington kwam sedert tot de overtuiging dat
deze prijstnaking geschied was met verachting van de regelen
van het internationaal zeeregt en dat de bezwaren van het kabi
net te Rio-Janeiro gegrond waren, en gaf zonder te onderhan
delen, een volkomeneen plegtige genoegdoening. Den 21 Julij
jl. wierp het stoomschip Nigsie, der Uuie-vloot, het anker voor
Bahia en onmiddellijk gaf de kominandant van dezen bodem aan
het hoofd van gewestelijk bestuur aldaar in de volgende be-