1
BlMfift'LAPSCHE TIJDINGEN.
i
heid betreft. Tk zal niet verder over dit punt uitwijden, dat bui
ten alle discassiën moet blijven. En dit is voldoende voor wat
de opmerkingen aangaat, in meergemelde dépêche vervat. Ik ga
nu over tot de verbindtenissen die, naar men zegt, genomen zijn
om de souvereiniteit van den Heiligen Stoel te verzekeren in liet
geval van het gedeeltelijk vertrek der Fransche troepen.
Om mij niet te zeer te verwijderen van het voorname onder
werp dezer uiteenzetting, ben ik verpligt verscheidene zaken ter
zijde te laten. Aldus ga ik stilzwijgend voorbij alles wat in de
bovengenoemde dépêche betrekking heeft op de gelukkige ver
anderingen van de Piëmontesche regering ten aanzien van
Rome, en de leiding, meer in overeenstemming mei de interna
tionale pligten, aan hare politiek tegenover den Heiligen Stoel
gegeven. De feiten, die zicli in de laatste jaren tot den huidigen
dag hebben voorgedaan, leveren een zekeren toetsteen op voor
hetgeen daarvan is. Maar, hoe het met dit punt ook gesteld zij,
dit is zeker, dat de Heilige Stoel aan zich zei ven zal worden
overgelaten, na in een toestand gebragt te zijn, waar de binnen-
landsche middelen hem, om zoo te spreken, geheel ontbreken;
het is evenzeer zeker dat hij is blootgesteld aan de onafgebroken
bedreiging van buitenlandsche gevaren, die hem in een bezwaar
lijke stelling plaatsen, en een groote onzekerheid laten bestaan
nopens de verdediging van het grondgebied, dat hem verbleven
is. Wat het binnenland aangaat zoo ziet iedereen dat de tegen
woordige bezittingen van den Heiligen Stoel een wanstallig ge
heel vormen, een organisme, waarvan de voorname deelen niet
meer in harmonie met elkander zijn. Een groote hoofdstad als
Rome, beroofd van haar besle en rijkste provinciën, gelijkt op
een hoofd zonder romp, of op een dwergengestalte, waarvan de
levensorganen slecht kunnen dienen tot een zeer onvolkomen
voeding en een asthmatische ademhaling, Deze noodlottige ont
leding van het land heeft niet kunnen plaatshebben zonder zeer
ernstige ongelegenheden aan te voeren voor de regelmatige uit
oefening van het bestuur. Behalve verschillende andere onge
rieflijkheden, welke ik daarlaat, hoewel zij niet gering zijn,
doen er zicli twee belangrijke voor, waarvan hier bijzonder mel
ding moet worden gemaakt.
De genoemde ontleding heeft als eerst gevolg een belangrijke
wanorde gehad in den toestand der openbare schatkist. Inder
daad, behalve de schaarste, door den aard der zaak uit de ver
mindering van inkomsten voorkomende, behalve de groote uit
gaven, welke de Pauselijke regering genoopt is te doen om de
openbare ambtenaren te betalen, en welke vroeger, ieder weet
lioe, door den geheelen Staat werden gedragen, zijn, niettegen
staande het ophouden der voordeélen uit de overweldigde ge
westen, ten laste van den Heiligen Stoel gebleven, niet slechts
de tractementeii der talrijke beambten van de openbare dienst,
diegetrouw gebleven zijn, maar ook degeheele openbare schuld,
waar vroeger de inkomsten van ai zijn staten toe bijdroegen.
Het is waar dat de St. Pieterspenning en de katholieke lee-
ning tot dusverre het verwonderlijk middel zijn geweest, waar
door de Heilige Stoel, met behulp der Voorzienigheid, zich in
staat gesteld heeft gevonden om aan zijn eigen verpligtingen te
voldoen, maar het is evenzeer zeker dat zulk middel, behalve
dat het, uit zijnen aard, niet altijd in de behoeften kan voorzien,
van de andere zijde onzeker en liagcbelijlc is en op geenerlei
wijze als normaal beschouwd kan worden. Voorts slaagt men
niet altijd in het sluiten van leeningen en deze, in allen gevalle,
verzwaren den financiëelen toestand, ten gevolge der renten,
waarvan de betaling niet kan vermeden worden.
Het andere zeer gewigtig nadeel, veroorzaakt door het gemis
der overrompelde gewesten, is de buitengewone moeijelijkheid,
die de Pauselijke regering ondervindt in het vormen eener ge
noegzame bezetting van inlandsche troepen, in aanmerking ge
nomen de bekrompenheid van het overgebleven grondgebied.
Hij zal, wel is waar, daaraan te gemoet kunnen komen door
vreemde troepen in dienst te stellen, volgens het regt dat iedere
regering toebehoort, en vooral aan den Paus, van wien alle vol
ken, zooals men met regt heeft gezegd, kinderen in Jezus Chris-
tus zijn. Maar, hoe onbetwistbaar zulk regt ook zij, de reeds
vermelde verwarring en de hagchelijke toestand der Pauselijke
financiën bewijzen duidelijk binnen welke grenzen zich de toe
passing beperkt, die hij er van zou kunnen maken.
Valt het 11 u niet in het oog aan welke buitenlandsche gevaren
zich een staat ziet blootgesteld, tot zulken nood in het binnen
land gebragt, en zoo arm in zijn verdedigingsmiddelen? Hij ziet
zich, als liet ware, opgesloten binnen een ijzeren cirkel, geblok
keerd van alle zij'den door de overweldigde bezittingen van
dezelfde regering, welke niet alleen, door bezoldigde en onder
steunde rebelliën en gewapende en geweldadige overrompelin
gen, dien in zulke ellendige omstandigheden heeft geplaatst,
eenige dagen gel-
jen Paus ter zijde
l)e Brussel
marines Gattani,
Jan van Latranei
Naar men
boden aan den he
kamer der staten-
liebbeu verklaard
Verleden j
tien gemeen teraac
navolging van Ha
|de gemeentekas ti
maar daarenboven, door een plegtige verklaring, ten aanbot,
der gelieele wereld te kennen heeft gegeven dat zij haar ovet,,
diging wilde vojtooijen door zich van de gewijde plaats nies
te maken, alwaar sedert eeuwen tie eerbiedwaardige opvol,
van St. Pieter zetelt en regeert. Deze heiligschemiende vei'
ring is niet alleen geenszins door de vermelde Overeen!,,,
weggenomen, maar sedert deze hebben zelfs de vertegenwoojj]
gers dier regering in het openbaar medegedeeld bij monde
geschrifte, dat zij nog altijd bestaat en voortduurt. Nu is
aannemelijk, in de veronderstelling dat men, om welkeredj
ook, tot geen nieuwen gewapenden inval overga, waaraan!
zekerlijk van onze zijde geen weerstand zouden kunnen biedt
dat die verklaring, met zooveel kracht afgelegd en met zoott
hardnekkigheid volgehouden, bestemd is om een doode letter
blijven.
Inderdaad, zoo enkel de lasterlijke aantijgingen, door
Pieinontesehen gevolmagtigde op bet congres van Parijs ga
over het bestuur der itomagna, de kiem waren van den
die later zicli aan dc meerderheid der goede burgers opdn
is het zekerlijk niet onredelijk te gelooven dat zulke verkhj
overwogen, afgegeven en met zooveel plegligheid in een
lijk parlement bekrachtigd, een voortdurende bron van onie
en een aanhoudende bedreiging voor de rust van het'J
zijn zal.
De voorstanders van dit programma hebben reeds aangeï
digd dat zij bet door zedelijke middelen willen verwezenlijk
en liet is onnoodig om in liet breede uit een te zetten wat a
een regering met zulke middelen bedoelt. Ongetwijfeld
men, onder dergelijke zedelijke middelen in de eerste pk
diegene verstaan welke reeds ten nadeele van den Heilii
Stoel zijn aangewend, door hem zeiven, dien de Piëinontei
regering als minister te Bome had geaccrediteerd, en van
men geheel andere dingen had mogen verwachten dan verra
Deze zedelijke middelen zijn voorts die welke de Piëmontestj
regering gebruikt heeft bij het uitlokken en het heimelijk
vorderen van den tegen Sicilië gerigten togt, welke haar
verhinderd heeft om tegenover de diplomatie vol te houden
zij er niets van wist, en dien zelfs wilde beletten. Onder
middelen behooreu nog die van generaal Fanti, toen hij
Marken en Uinbrië revolutionnaire benden liet doordringen
liet doel te beproeven de steden, waarheen zij zich begaven,
opstand te brengen; waarna diezelfde generaal den bevelhebt
der Pauselijke troepen aanschreef dat hij het regt meende te
zitten om met zijn leger in de Kerkelijke Staten binnen te
ken, wanneer men er met geweld de nationale manifestsi
wilde onderdrukken. Niemand zal de regering van Turijn
nen beletten deze en soortgelijke middelen te gebruiken, deffl
zij zich er bet regt toe heeft voorbehouden. Het zal zekerl|
niet moeijelijk vallen van over een of ander punt der grens
die zij naar believen overal kan schenden, verspreide beudl
wapenen en geld binnen te voeren, en intusschen zich tot
protest te bepalen, of te doen alsof zij zich er tegen verzti
Van haren kant kan de Pauselijke regering, om deze overroj
peling te voorkomen, geen krachtig en stevig cordon voraj
dat aan alle zijden de grenzen van zijn tegenwoordig grond!
bied omringt, aangezien de moeijelijkheid, waarin zij zicliI
vindt oin, zooals wij reeds gezegd hebben, een milicie in voldoeBg
getal op de been te brengen.
Doch dit ter zijde gelaten, zal men nu beweren dat liet
jelijk voor de zendelingen van een vijandige regering is oii|
deze of gene Pauselijke stad openbare demonstratie» aan te
sen, met behulp van vreesaanjaging, list, verleiding of g(|
Wat zal in zulk geval de regering van den Heiligen t>toel dot
Zoo zij die kunstgrepen ongestraft voorbij laat gaan, zaï
heeten dat de zedelijke kracht tegen de tijdelijke magt van
Heiligen Stoel heelt beslist. Zoo zij die met geweld ouderdrd
zal men zeggen dat een bewind, dat zich slechts staande M
kan door voortdurende gebruikmaking van stoffelijke kra*>en, nog verre bei
onbestaanbaar is met de nieuwere beschaving. De bekende hike
van den wolf en het lam kan als leering dienen in de zaak,
over wij hier spreken.
jBelialve in genoei
dagbladen gehand
gen heeft bovengi
'mvaëele beech,
ictiten wij hier ov
ijldieid zich zelf
mannen op het g(
Hiliie medewerk»
«genheden te beli
In ile Tijd
feilden merkwi
jjfeermalen helst gi
i'jlfioliekeii zoo stiefa
•aartie bevolking op e<a
ienst behoort
„Het is onlangs nog
'iveede kamer der stat
igteu der Katholieken
i wel in hooge mate bt
Gemeenten
Vnglit.
St Miehels-Gestef
St. Oedeurode
Sebijndel.
Oirschot
.Boxtel
Oi.ilerwijk
llelvoirt
Hcrlicum.
Dinilier
Son
.Al deze gemeenten
lo vao notarissen, zoodi
|2,341 zielen, slechts
pstestanteu, op eene b"
.Gij ziet dus, mijnh
'ondwet gewaarborgd,
ceue meer billijke v
Bgsk'Jling ziét men t<j
Wert eeuige dagen de
|cant is.
Met de plaatsing val
[pligten. i:!
Honti
lagen twee land]
laadbrief, terwijl
geëischte gelde;
Jnianks eene uite
;en gelukken d
avond gevolg gi
en avond ontdek
landbouwer Th
zoo de vlam ni
iseht
t ni*i
ware gewort
't men zegt, gevcj
Nieuwe
pö het zeemonstij
I'laing van een f
"febragt werd, is
Opgebragt 7
'eveningen worde
een van onze ifl
f'«a-ceti ontdaan
ftSTJB
Prijze
Vlissingen 9 Maart.
Jacobus Carolus Hulstaart oud 27 jaren, die geduwj
6 jaar onze Nederlandsehe marine diende, gedurende dien L_ «..-8*nei,
tegen den prins van Nagalo en bij verschillende gelegenW f.loon
in onze Oost-Indische bezittingen gestreden heeft, en van "j
dienstjaren de beste getuigschriften kan vertoonen, "'f
Maandaw 5 I
Pn° 6041 en 16103 f
Dingsdag 6
5000
Woensdag
*7279 en 13458 I
12658 1' 1000